MIDDELBURGSCHE COURANT. N°- 71. Donderdag 1856. 12 Junij. ©ittnmiartösrljr tijimtgm. Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags. Binnen deze gemeente en Vlis- singen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure. De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post f 3,40. De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgensop den dag der uitgave. De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regelvan huwelijksgeboorte of doodbekend makingen enz., van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent. Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen. Voor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant. Editie van woensdag avond 8 ure. middelburg 11 juuij. UITSLAG DER. VERKIEZINGEN Tot leden van de tweede kamer der staten-generaal zijn her kozen de heeren: mr. P. P. VAN BOSSE, te Rotterdam; mr. J. R. THORBECKEte Maastrichtmr. M. P. H. STRENS, te Roermondmr. B. W. A. E. baron SLOET TOT OLDHUIS te Zwolle; C. HOEKWATER, te Delft; mr. W. baron VAN LIJNDEN, te Arnhem; jhr.mr. D.T. GEVERS VAN EN DEGEEST, teLeydenjhr.mr. P. J. ELOUT VAN SOE- TERWOUDE,teGonnchem; mr. J. K. baron VAN GOLT- STEIN, te Utrecht; mr. M. H. GODEEROI en H. STOLTE, te AmsterdamS. BLAUPOT TEN CATEte Groningen. En zal herstemming moeten plaats hebben in bet kiesdis trict 'sGravenhage tusschen de heeren mr. G. GROEN VAN PRINSTERER, die 600 en jhr. mr. W. T. GEVERS DEY- NOOT, die 598 stemmen bekwamen, en in het kiesdistrict Dor drecht tusschen de heeren mr. P. BLUSSÉ VAN OUD-AL- BLAS en mr J. D. VAN DER POEL. Te 's Hage verzekert men algemeen dat Z. Exc. de minister van Hall zijn ontslag zou hebben ingediend en dat het door Z. M. zou zijn aangenomen. (Reeds aan de geabonneerden op ons bulletin medegedeeld.) Tot aanvulling van hetgeen wij in ons vorig nommer omtrent het verblijf in dit eiland van den aartshertog Ferdinand Maxi- miliaan van Oostenrijk hebben gemeld, deelen wij thans het volgende mede Z. K. en K. II. is zaturdag met Zr. Ms. stoomjagt De leeuw des morgens ten 7 ure van Antwerpen ter reede van Vlissingen aangekomen, vergezeld van hoogstdeszelfs gevolg, en voorts begeleid door den schout-bij-nacht, buitengewoon adjudant des konings, F. X. R. 't Hooft, den luitenant ter zee 1ste klasse jhr. F. de Casembroot, adjudant van Z. M. den koning en Zr. Ms. ordonnans-officier baron van llardenbroek, welke heeren door Z. M. den koning zijn benoemd om den aartshertog van Antwerpen af te halen en bij diens reis door Nederland te ver- Onmiddelijk nadat het jagt De leeuw ter reede was geko men, begaven zich de schout-bij-nacht, directeur en komman- dant der marine te Vlissingen II. Ferguson en de heer J. P. Smith, öostenrijksch vice-consul, beide met afzonderlijke sloe pen, in groot uniform naar dereede. Spoedig keerden beide sloe" pen echter terug met berigt dat de aartshertog ten 9 ure zou aan wal komen. Tegen dat uur begaven zich dan ook de commissaris des ko nings in deze provincie, benevens genoemde directeur en kom-- mandant der marine naar de reede om den aartshertog af te halen. Op de werf van uitrusting waar Z. K. enK. II. aan wal stapte, was eene eerewaeht van het korps mariniers geplaatst,.benevens- het hoornmuziek van het 1ste regement infanterie, door het welk het oostenrijksche volkslied werd uitgevoerd. Aldaar werd Z. H. begroet door eene commissie van gedeputeerde sta ten dezer provincie,-den provincialen kommandant, burgemees ter en wethouders met den gemeente-secretaris van Vlissingen, den hoofd-ingenieur van den waterstaat in het elfde district, den oostenrijksche viee-consul alsmede vele andere meerendeels militaire aut oriteiten, waaronder het korps officieren der diens t doende schutterij. Daarop werden door Z, II. in oogenschouw genomen de wer ven, zoo van uitrusting als van aanbouw, het raadhuis, het onder de kap liggende nederlandsehe oorlogsfregat P r i n s- v a n O r anj e, en ook het wachtschip.- Zoo bij het aan boord komen als hqt passeren van dezen bodem en de overige in het dok lig gende schepen werd in het wand geparadeerd en bij het verla ten van het wachtschip een driemaal herhaald hoera aangeheven. Met bijzondere belangstelling werd alles door den aartsher tog bezigtigd, en vooral de op-,, .verf bestaande schooi ter op leiding van jongens voor verschillende ambachten scheen hoogst- deszelfs aandacht en belangstelling op te wekken. Ten elf ure teruggekeerd aan boord van Zr. Ms. stoomjagt De leeuw, dat inmiddels in de marinehaven was binnen ge- loopen, werden de uniformen verwisseld tegen burgerkleeding. Ten half 12 ure vertrok men met rijtuigen (in het eerste van welke Z. K. en K. II. de aartshertog, benevens de commis saris des konings, den schout-bij-nacht 't Hooft en den gene- raal-majoor graaf de Mensdorff Pouilly gezeten waren, ter wijl in de drie overigen het verder gevolg met de leden der com missie uit gedeputeerde staten benevens den hoofd-ingenieur van den waterstaat hadden plaats genomen) langs denNieuwen- dijk, en na voor het standbeeld van den admiraal de Ruyter halt gehouden te hebben, door Oostsouburg naar Middelburg. Aan de vlissingsche poort werd de aartshertog opgewacht door eene commissie uit het gemeentebestuur, benevens de hee ren officieren van het garnizoen en de dienstdoende schutterij met het bij laatstgenoemde behoorende korps muziekanten. De lieer mr. J. F. Bij te veld van Serooskerke sprak Z. H., als oudste wethouder bij ongesteldheid van den burgemeester toe, hetgeen kortelijk beantwoord werd, waarna de reis oumiddelijk is voort gezet, zonder eenig oponthoud binnen deze gemeente, over Brigdamme, Serooskerke, Oostkapelle en Domburg. Even voorbij laatstgemekle plaats werden de rijtuigen verla ten op verlangen van den aartshertog die een blik op de zee wenschte te werpen, waartoe men de duinen beklom en een eind weegs te voet aflegde, tot men den westkapelschen zeedijk bereikte. Aldaar werd Z. K. en K. II. ontvangen door den president, de leden en beambten van de Centrale directie van Walcheren, benevens den burgemeester der gemeente Westkapelle. De aartshertog sloeg met levendige belangstelling de werkzaamhe den gade waaraan men aldaar juist bezig was, en scheen onder anderen veel genoegen te vinden in het zien hoe onze dijken be- kramd en de steenglooijingen aangelegd worden enz. Na eenigen tijd werden de rijtuigen weder beklommen en de togt naar Westkapelle voortgezet, wordende liet eerste rijtuig geescorteerd door eene eerewaeht te paard, uit, landlieden be staande. In het gebouw der Centrale directie van Walcheren, werden den aartshertog eenige ververschingen aangeboden, en inmid dels in den haast de noodige toebereidselen gemaakt om Z. II. getuige te doen zijn van liet eigenaardige volksvermaak, het ringrijden, door de leden der opgemelde eerewaeht. Zoo door den aartshertog zeiven, die er geruimeu tijd naar zag en zich ouder het volk mengde, als door de leden van hoogstdeszelfs gevolg werd zulks met ongewone belangstelling waargenomen. Ten vier ure werd de terugtogt aangenomen, met uitzonde ring van de leden der commissie uit gedeputeerde staten en den hoofd-ingenieur die te Westkapelle achterbleven. Bij zijn vertrek liet de aartshertog zoo voor de dijkwerkers als voor de ringlijders zeer aanzienlijke giften achter. Ten half zes ure werd deze gemeente weder gepasseerd en te Vlissingen aangekomen, gebruikte Z.K.enK. H. het middag maal aan boord van het stoomjagt De leeuw, waartoe mede uitgenoodigd waren de commissaris des konings benevens de directeur en kommandant der marine. Te half negen ure des avonds vertrok het jagt veder naar de' reede, en werd de reize naar Rotterdam vervorderd, terwijl liet geschut van de-wallen der vesting zich even als des morgens bij de aankomst deed hooren. Het is ons aangenaam hierbij'te mogen voegen dat de aarts hertog niet onduidelijk te kennen gaf, opgetogen te zijn over het vele schooneda-t Zeelanden Walcheren oplevert en aan den commissaris des konings- bij herhaling zijne tevredenheid be tuigde over de wijze van ontvangst, zoo van de zijde der Cen trale directie als van de gemeentebesturen van Vlissingen en Middelburg. Inzonderheid moet Z„ K. en K. H. verzocht heb ben aan het gemeentebestuur van Middelburg zijn leedwezen te betuigen, dat tijdgebrek hem verhinderd heeft om gebruik|te maken van het aanbod om aan het raadhuis af te stappen, en sommige andere inrigtingen alhier in oogenschouw te nemen. De personen tot het gevolg van den aartshertog behoorende, zijn behalve den generaal graaf de Mensdorff Pouilly, groot meester van hoogstdeszelfs huis, de graaf Bela de Hodix, kapi tein ter zee, kamerheer van Z. M. den keizer van Oostenrijk, de' heer M. de Coopmans, luiteuaut ter zee, ordonnans-officier van Z. K. en K. H., de baron de Pont, hofsecretaris, en de heer Scherzenlechner, secretaris van den aartshertog benevens doc tor Trogher, hoogstdeszelfs lijfarts. De aartshertog Ferdinand Maximiliaan Jozef is een broeder des keizers van Oostenrijk. Hij is geboren den 0 julij 1832, en heeft den rang van kolonel bij het hem toebehooieude regement oostenrijksche uhlanen no. 8. Overigens bekleedt Z. K. en IC. H. nog de betrekking van kommandant van het 3de regement pruissische dragonders en korvet-kapitein bij de keizerlijke en koninklijke marine. Zondag daaropvolgende 's morgens ten 9 ure arriveerde Z. IC.K. H. te Rotterdam. De jeugdige vorst werd allereerst verwel komd door den minister van marine, den heer de Smit van den Broecke, vervolgens door den generaal-majoor Duijcker, den commissaris des konings in deze provincie, den heer van der lieim, den heer Clifford, hofmaarschalk van Z. M. en den adju dant des genoemden ministers, den lieer Roijen, alle uit de residentie daartoe opzettelijk herwaarts gekomen, en vervolgens door het dagelijksch bestuur dezer gemeente, met den heer bur gemeester aan het hoofd. Eencgroote meuigle ingezetenen had zich bij het Yacht-Club-huis verzameld, voor welk gebouw het detachement jagers uit 's Hage en de stedelijke schutterij met het korps officieren, geschaard stonden. Toen de hertog aan wal stapte, deed de muziek der schutterij het oostenrijksche volkslied op voortreffelijke wijze hooren. Met hofrijtuigen die daartoe almede uit de residentie herwaarts wareu gekomen, vertrok de hertog, met zijn gevolg en voorafgegaan door den wethouder, den heer D. Blankenheym, naar de R. K. St. Lau- renskerk in den Houttuin. Aldaar door den heer wethouder Blankenheym binnengeleid, nam Z. K.K. H. plaats op het voor hem bestemd bidgestoelte en woonde de mis bij. Na afloop dei- mis heeft Zi K. IC. H. zich eenige oogenblikken op minzame wij ze met den pastoor dier gemeente onderhouden. Dadelijk na het verrigten zijner godsdienstpligten keerde de vorst naar het Yacht-Club-hnis terug, waar hij werd opgewacht door het dage lijksch bestuur dezer gemeente en het bestuur der Koninklijke Nederlandsehe Yaeht-Club. Z. K. IC. 11. werd vervolgens tot het nuttigen van eenige ververschingen uitgenoodigd en ver toefde in het Yaclit-Club-gebouw ruim 3/4 uurs. Ten omstreeks II ure vertrok de aartshevfog met de koninklijke rijtuigen, voorafgegaan door burgemeester en wethouders, in het rijtuig van eerstgenoemde en nog door eenige rijtuigen gevolgd, naar het station van den Rijn-spoorweg, om met een extra trein' van daar naar het Loo te reizen, waar de aartshertog door Z. M. den koning wordt gewacht. Aan het station werd de aartshertog almede met militaire eer begroet en met de aan zijn hoosen rang passende blijken van onderscheiding ontvangen. De vorst was zeer minzaam en droeg kennelijk de sympathie weg van allen, die het genoegen hadden hem te ontmoeten. Dc aartshertog werd met een koninklijk salvo uit het geschut van het wachtschip begroethet terrein en het gebouw van de Yacht-Club en de omliggende huizen, alsmede de schepen voor den wal en op stroom liggende waren met vlaggen versierd. Men wilde in één woord blijkbaar den keizerlijken gast van onzen koning zijner waardig ontvangen; en men is daarin zeker uitmuntend geslaagd. Des middags ten 12$ uur aan het station te Arnhem aange komen en aldaar door de gewestelijke, plaatselijke, burgerlijke en militaire autoriteiten ontvangen, heeft Z. K. en K. H. ziclv onmiddelijk naar het Loo, en na aldaar tot des avonds 8 uur t*i

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1856 | | pagina 1