Öuilmlitnösclje tijdingen.
ningen geene straf daartegen bedreigd is, gestraft worden met
eene geldboete van 3 tot 10 gulden.
Zesde Hoofdstuk.
Toezigt op bedrijven en neringen.
Art. 132. Al wie een logement, eene herborg of slaapstede
oprigt of overneemt, is verpligt daarvan binnen drie dagen na
de oprigting of overneming, kennis te geven aan den commissa
ris yan policie.
Hij die zoodanig huis houdt, zal daarvan binnen eene maand
na de afkondiging dezer verordening, insgelijks kennis geven
aan den commissaris van policie.
Art. 133. De logementhouders, herbergiers en slaapstechou-
ders zullen tusschen negen en tien ure des avonds eene door hen
onderteekende lijst, volgens een ter gemeente-secretarie ver
krijgbaar model iugerigt, aan den commissaris Yan policie inle
veren, houdende opgave van alle personen, die tot het houden
van nachtverblijf bij hen zijn aangekomen. Van hen die na de
afzending der lijst aankomen, wordt de lijst den volgenden mor
gen, vóór negen ure, aan den commissaris ter hand gesteld.
Are. 134. Al wie een koffijlmis, eene tapperij, slijterij of
eenig bedrijf, waarin drank bij kleine hoeveelheden wordt ver
kocht, oprigt of overneemt, zal daarvan binnen drie dagen na de
oprigting of overneming; kennis geven aan den commissaris van
policie.
Hij, die zoodanig huis houdt, zal daarvan binnen eene maand
na de afkondiging dezer verordening-, insgelijks kennis geven
aan den commissaris van policie.
Art. 135. Geen koffijhuizen, tapperijen en dergelijke huizen
mogen voor zes ure des morgens geopend worden; zij zullen
ten elf ure des avonds of bij kermis en openbare feesten, op het
door den burgemeester te bepalen uur, waarvan openbare ken
nisgeving geschiedt, moeten gesloten worden. Tot het langer
openhouden wordt de schriftelijke toestemming Yan den burge
meester vereiseht.
In post- en veerhuizen of andere huizen, waar openbare mid
delen van vervoer aankomen of vertrekken, zal liet evenwel
geoorloofd zijn de gelagkamers open te houden, doch niet langer
dan een half uur voor, tot een kwartier uurs na den tijd, voor
aankomst of vertrek bestemd.
Art. 136. Personen, niet in de bij art. 135,1ste lid, bedoelde
huizen inwonende, zullen na de sluiting die niet mogen bezoeken
of aldaar aanwezig blijven.
Art. 137. De houders van die huizen zulleu op het uur dei-
sluiting de bezoekers aanzeggen van te vertrekken en bij weige
ring van hieraan te voldoen, de hulp der naastbij zijnde policie-
bcambten inroepen.
Voor drenkelingen of anderen, wien een zwaar ongeval over
komen is en voor degenen, die dezen bijstaan, moeten zij ten
allen tijde hunne huizen ontsluiten om hen in te nemen.
Art. 133. Het is verboden in do huizen, bedoeld bij art. 235,
lste lid, sterken drank te tappen aan kennelijk beschonken per
sonen of minderjarigen, die in huizen van liefdadigheid worden
opgevoed en aan hunne kleediug of anderzins als zoodanig tc
kennen zijn.
Art. 139. Niemand mag openbare feestenen vermakelijkhe
den, zoo als tooneelvoorstellingen en bals, serenades, openbare
op- of intogten of illumination aankondigen, geven of doen ge
ven, ten zij met schriftelijke vergunniug van den burgemeester
en met inachtneming der voorwaarden, waarop die vergunning
wordt verleend.
Art. 140. Bij allo dergelijke openbare zamenkomsten zal
ieder verpligt zijn, de door den burgemeester in het belang dei-
openbare veiligheid en orde te geyen voorschriften, in acht tc
nemen.
Art. 141. Tooncelvertooningen zullen niet langer mogen
duren dan tot half elf uren des avonds, tenzij met schriftelijke
vergunning van den burgemeester.
Art. 142. Het is verboden zich vermomd of onkenbaar ge
maakt in het openbaar te vertoonen.
Art. 143. Geene muziekanten, zangers, goochelaars, sprin
gers, vertooners van kijkkasten en dergelijke meer, zullen hun
beroep in koffijhuizen, herbergen of langs de straat uitoefenen,
dan na bekomen schriftelijke vergunning van den burgemeester
en tot wederopzegging toe.
Art. 144. Niemand zal een uitdragers- of oudrocstwinkcl
mogen openen, dan na van zijn voornemen aan den commissaris
van policie te hebben kennis gegeven.
Art. 145. De opkoopers van lood, tin, koper en ijzer, uitdra
gers en oudroestverkoopers, zullen een register houden, vol
gens een ter gemeente-secretarie verkrijgbaar model ingerigt.
Dit register zal genommerd en door den commissaris van
policie gewaarmerkt moeten worden.
Art. 146. In dit register moeten zij dag aan dag, en zonder
opene vakken opteekenen de namen, voornamen, beroepen en
woonplaatsen dergenen, van wie of aan wie gekocht of verkocht
is; den aard, de hoeveelheid en den prijs der gekochte goederen,
alsmede in geval van verzending naar andere plaatsen, op welke
wijze zulks is geschied.
Het is hun verboden van personen te koopen of aan personen
tc verkoopen, die hun niet bekend zijn.
Art. 147. Zij zullen dat register, op de eerste aanvraag daar
toe van den commissaris van policie, aan dezen vertoonen of
overleggen.
Art. 148. De overtredingen in dit hoofdstuk vermeld zullen,
voor zoo verre bij het strafwetboek of aaderc wettige verorde
ningen daartegen geene straf is bedreigd, gestraft worden:
Die van art. 134, 135 en 136 niet eene geldboete van drie
gulden.
Die van art. 143, 144, 145, 146 en 147 met eene geldboete
van drie tot tien gulden.
Die van art. 135, 136, 137, 138, 139, 140, 141, 147 en 148
pjet eene geldboete van drie tot vijf-en-twintig gulden.
Die van art. 142 met eene geldboete van drie tot vijf-cn-twin-
tig gulden en eene gevangenis van een tot drie dagen, tc zamen
of afzonderlijk.
De voornaamste veranderingen bepalen zich tot het volgende:
Art. 77 hield oorspronkelijk niet in het verbod om baan te
vegen, hetwelk er door de commissie is bijgevoegd.
De tweede alinea is bij art. SI gevoegd, op voorstel van den
heer van Deinse, nadat dit gehccle artikel tot langdurige iliscus-
sien h ad aanleiding gegeven, en ter voorkoming dat van 6 tot 9
ure ook groote vlocrkleeden op de straten zouden worden uit
geklopt. Een voorstel van den heer Snijder om de uren tc bepa
len van 6 tot 10 des morgens, daar vele huishoudens met céne
dienstbode eerst na 9 ure hulp kunnen krijgen, is verworpen met
8 stemmen tegeu 2 (de hoeren van Deinse en Snijder).
Art. 83 van het ontwerp verbood alleen het afsteken van vuur
werk op straat of op den openbaren weg. Men heeft het wen-
schelijlc geacht dit in dier voege uit te breiden dat ook in tuinen
enz. toestemming van burgemeester en wethouders vereiseht
wordt, terwijl de overtreding ook thans bcboetbaar is gesteld.
Art. 87 luidde: De koetsiers en voerlieden mogen zich niet
van hunne rij- of voertuigen verwijderen. Na onderscheidene
amendementen is men tot het besluit gekomen om bij voorkeur
de uitdrukkingen tc houden van art. 475 110. 3, wetboek van
strafregt.
Art. 94. Op advies der commissie aan het slot bijgevoegd
en teil allen tijde aanwezig zijn."
Art. 101. Bijgevoegd ook het verbod om elders kalk te
blusschcn.
Bij art. 102 is op voorstel van den heer Snijder gevoegd dat
ook bij het vervoeren van hooi geen tabak mag gerookt worden.
Art. 103 bepaalde aanvankelijk den tijd vail 1 april tot 1
october vier ure," dat men voor de zomermaanden tc beperkt
vond.
Bij art. 112 was de hoeveelheid buskruid enz. in het ontwerp
bepaald op vijf ponden.
Art. 113 van het ontwerp gaf aanleiding toi langdurige be
raadslaging. Het verbod luidde oorspronkelijk om het roolcen
in zoodanige winkels, onverschillig wanneer en voor wie (koo-
pers of verkoopers) ten eenenmale te verbieden.
De bijvoeging „bij de behandeling of verkoop daarvan" ge
schiedde hoofdzakelijk, naar aanleiding der opmerkingen van de
heeren mr. Bijleveld, van Uije en den voorzitter.
Art. 116 bepaalde oorspronkelijk de hoeveelheid op vijftig
ponden.
Het opschrift van het vijfde hoofdstuk luidde in liet ontwerp:
„voorkoming van ziekten," waarvan de heer dr. Damme de on
juistheid reeds betoogd had.
Art. 124 van het ontwerp na langdurige beraadslaging geheel
ingetrokken. Dit luidde als volgt: Geene personen uit een huis
of vaartuig, waar de kinderziekte heerscht, zullen zoo lang de
besmetting aldaar niet volgens de verklaring van een geneesheer
heeft opgehouden, de openbare godsdienstoefening of andere
bijeenkomsten, mogen bijwonen.
De heeren mrs. Bijleveld, Verbrugge, van Diggelen cn de
voorzitter verklaarden zich tegen dit verbod dat onuitvoerlijk
zou zijn, vooral met de ingezetenen van naburige gemeenten die
hier geregeld ter kerk komen. De heer van Teylingen was ech
ter zeer gestemd voor het behoud. In verband met het wegval
len van dit art., is de tweede alinea bij art. 128 gevoegd.
Bij art 135 is door den lieer Snijder voorgesteld het uur dei-
sluiting van koffijhuizen enz. des avonds te stellen op midder
nacht, om het zijns inziens onbillijke dat de sociëteiten later mo
gen geopend blijven. De heer van Teylingen zeide echter, wel
verre in dat voorstel te treden, liet te bejammeren dat men ook
de sociëteiten niet kan treffen.
Dit voorstel werd echter door niemand ondersteund.
In het ontwerp was, art. 137, tweede alinea, het openen voor
drenkelingen enz. vergund; de commissie heeft dit later gewijzigd
en verpligtcnd gemaakt, doch is na het goedkeuren dier wijziging-
met 6 tegeu 5 stemmen, eenparig besloten de verpligting „om
hen van het noodige te voorzien" te roijeren.
Bij art. 141 stelde de heer mr. Bijleveld voor de openbare
tooneelvertooningen ten 10 ure te doen eindigen, wijl het altijd
toch later wordt. Andere leden waren echter veeleer van oordcel
dat deze tijd even als voor sluiting van koffijhuizen enz., moest
bepaald worden op 11 ure. In omvraag gebragtis met 6 tegen
5 stemmen de bepaling van het ontwerp behouden.
Door den heer mr. Bijleveld voorgesteld zijnde om bij een
nieuw art. te bepalen dat uitdragers en oudroestverkoopers de
door hen gekochte voorwerpen gedurende drie dagen naden
dag van inkoop in hunnen winkel moeten ten toon stellen, is zulks
echter verworpen met 6 tegen 5 stemmen, cn is met een gelijk
getal stemmen besloten om den aanhef van het tegenwoordig art.
145 te lezen zoo als boven staat, terwijl het concept die ver
pligting ook uitstrekte tot „alle loodgieters, tingieters, koper
slagers en smeden, opkoopers enz.
De zitting is daarop gesloten.
Engeland.
Londen 17 april. The morning post zegt dat vijandelijkhe
den tusschen Costa Rica en Nicaragua uitgebroken zijn, en
wel ten gevolge der feitelijkheden, door den generaal Walker
tegen eerstgenoemden staat gepleegd. Genoemd dagblad stelt
de regering der Vereenigde-Staten zedelijk verantwoordelijk
voor dezen loop der zaken en voor de onheilen welke daaruit
zullen voortvloeijen.
Men had het gerucht verspreid dat tienduizend man en-
gelsche troepen uit de Krim naar Canada gezonden zullen
worden. The globe wederspreekt dit en zegt dat slechts zes
regementen derwaarts gaan, namelijk het benoodigd getal tot
vervanging der troepen welke van daar terugkeeren.
De berigt.en van Venezuela, tot 2d maart, behelzen onder
[anderen dat het nederlandsch eskader, hetwelk sedert 9 februarij
in de haven van la Guayra lag, naar Curapao zou stevenen, met
den heer R. Bingham, den engelschcn consul Ie Caraccas, aan
boord, wien door zijne regering opgedragen was zijne goede
diensten aan te bieden, tot vereffening van het. geschil tusschen
de nederlandsche en venezuelaanscheregeringen over het eiland
Aves en de schadevergoeding aan eeaige israëlifcisehe kooplie
den te Coro. Den 23 maart was een protocol tusschen den
minister van buitenlandsche zaken in Venezuela, den waarne*
menden nederduitsclien consul-generaal en den heer Bingham
geteekend, waarbij overeengekomen is dat de Nederlanders de
venezuelaansche wateren zouden verlatendat het nederlandsch
ultimatum van 5 maart ingetrokken of geschorst zal worden;
dat te Caraccas onderhandelingen zullen worden geopend, en
dat, mogt men binnen drie maanden tot geene schikking geko
men zijn, de betwiste punten aan het oordeel der nederlandsche
regering onderworpen en de onderhandelingen daarover te
's Gravenhage gevoerd zullen worden.
Volgens den parijschen berigtgever van The morning
post, heeft het congres in de laatste van zijne zittingen op
woensdag jl., gehandeld over bijzonderheden betrekkelijk 1.
de vrije scheepvaart op den Donau, 2. het binnenlandsch
bestuur der Donau-vorsteudommen en de regeling-der grens
scheiding, 3. den toestand der christenen in Turkye.
Voor deze aangelegenheden zijn, volgens den zelfden berigt
gever, commissien gevormd, en wel eene commissie, benoemd
door alle op het congres vertegenwoordigde mogendheden,
voor de zaak der Donau-vaart; eene andere commissie, benoemd
door alle mogendheden behalve Piemont, voor de grensschei
ding- en ten derde, eene commissie, benoemd door alle mogend
heden met toevoeging van gelastigden van de Porte, ter over
weging van den toestand der christenen.
Een bij The times ontvangen brief uit Weenen bevestigt het
reeds van elders ontvangen berigt dat Rusland zich bij liet
vredesverdrag verbonden heeft om op de oostkust der Zwarte
zee geeue vestingen of sterkten te bouwen of te herbouwen
fl&uslautl.
Uit Petersburg wordt berigt dat de keizer het vredes-trac-
taat heeft geratificeerd alvorens hij naar Moskou vertrok. Na
zijne terugkomst uit die stad zal hij zich naar de Oostzee pro
vinciën begeven.
Een dagblad meldt op oflicieuse wijze, dat de heer von
Kisseleff te Rome aangekomen is, om een concordaat tusschen
Rusland en den heiligen stoel te sluiten.
flPuitseJhülaftDJul.
Weenen 17 april. Die oesterreiehische Correspondenz van
lieden berigt, volgens eene telegrafische mededeeling, dat de
keizer den 15den de acte van ratificatie van liet, te Parijs ge
sloten vredesverdrag onderteekend en tevens eeueu dankdag
voor het herstel des vredes in liet rijk verordend heeft.
lieden zijn van hier bevelen gezonden aan generaal Coro-
nini, bevelhebber der oosten rijks che troepen in de Donau-vor
steudommen, houdende dat de helft dier troepen hunnen terug-
togt naar Oostenrijk moeten beginnen.
Parijs 17 april. Het wetgevend ligehaam heeft gisteren met
eenparige stemmen het wets-ontwerp betrekkelijk de iu-en
uitgaande regten goedgekeurd, zoodanig als dit door de rege
ring was aangeboden.
Op het einde dezer maand wordt de maarschalk Pélissier
te Marseille verwacht, wanneer hem door den gemeenteraad
aldaar een banket zal worden aangeboden.
De graaf von BuoL en de baron von Manteuffel hebben
vrijdag Parijs verlaten. Een ander lid van het congres, de graaf
Cavour, zou, alvorens de terugreis naar Turyn aan te nemen,
een uitstap naar Londen doen.
Volgens een berigt uit Konstantinopel van 13 dezer, is
het verbod van den uitvoer van graan uit Turkije thans door de
Porte geheel opgeheven.
Volgens een bij Le constitutional ontvangen schrijven
uit Beyrulh, in Syrië, van 31 maart jl. is aldaar in eenige weinige
dagen door 51 personen ingeschreven voor aaudeelen in de op
te rigten maatschappij tot doorgraving der landengte van Suez,
ten gezamenlijke bedrage van een milioeu francs, clat is bet
geheele bedrag der aandeden welke voor Syrië beschikbaar-
gehouden waren, zoo dat een aantal aanvragen, die vervolgens
nog inkwamen, afgewezen moesten worden.
Berigten uit Konstantinopel van 7 april melden dat de
firman tot emancipatie der rajahs overal in den Archipel dooi
de bevolking met blijdschap ontvangen is, maar dat. de provin
cie Koniah door die verordening in opstand en Armenie in
groote gisting gebragt was.
Dat berigt wordt, althans ten aanzien van Koniah en Si was,
door het Journal de Constantinople bevestigdmaar dit half-
officiele blad voegt er bij, dat de openbare orde aldaar weder
hersteld was. en dat de schuldigen, tot een afschrikkend voor
beeld voor anderen, streng zouden gestraft worden.