dat hij daarom heeft vermeend de aandacht uwer vergadering
op het vorenstaande te moeten vestigen, ten einde, in verband
daarmede,aangaande de voorgenomen uitdieping van het haven-
kanaal zoodanig besluit te nemen, als uwe vergadering zal rnee-
nen te behooreu.
Middelburg, 4 februari) 1856.
't Welk doende enz.,
(was get.) D. DRONKERS.
De voorzitter vermeent., met het oog op het lange tijdsverloop
dat reeds is verstreken sedert de in het adres genoemde gunstige
beschikking, en het onbepaalde van des adressants vooruitzig-
tcn, dit adres voor kennisgeving te moeten aannemen, waartoe
wordt bcloten.
Daarna wordt, overeenkomstig het voorstel des voorzitters,
met geringe wijziging van de conclusie der commissie, aanvan
kelijk besloten den gemeente-bouwmeester te gelasten de haven,
kaden en grachten te peilen en den uitslag daarvan met eene
begrooting der kosten van uitdieping enz. over te leggen aan
burgemeester en wethouders, waarna de voorzitter de com
missie van fabricage daarmede kan in kennis stellen en deze
belast worden met het ontwerpen van een bestek.
De voorzitter berigt dat zijn ingekomen zeven voorstellen van
de raadsleden van Teylingen, van Uye, van Deinse en rar. Vis,
betrekkelijk de regeling van bet plaatselijk belastingstelsel en
de geldmiddelen der gemeente.
Daarvan geschiedt, op verzoek van den heer van Teylingen,
ondersteund door deheeren van Uije en mr. Sifflé, voorlezing.
De voorstellers wijzen bij hun eerste voorstel op de artikelen
109, 113 en 114 der gemeentewet, ten gevolge waarvan slechts
een verantwoordelijk ontvanger moet bestaan, en dus ook met
één kantoor kan volstaan worden. Zij wenschen daarom slechts
een gemeente-ontvanger aan te stellen tegen eene jaarwedde van
j 2000,een 1ste commies ad ƒ800,en een 2de commies ad
ƒ600,alzoo te zamen 3400,terwijl die kosten volgens
de thans bestaande regeling 4700,bedragen en volgens het
voorstel der commissie van financien ƒ4200, leverende dit voor
stel dus boven laatstgenoemd eene bezuiniging van ƒ800,op.
De toestand der gemeente-fondsen dringend bezuiniging
cischende, stelt men bij het tweede voor, het verlecnen van eer
vol ontslag aan den hoofdcommies bij de plaatselijke belastingen
ad f G50,het niet vervullen cener vacature van commies en
het eervol ontslaan van nog een, te zamen ad 730,en de ver
mindering der kosten van brandstoften met 35,door ophef
fing van het kantoor van inklaring, te zamen gevende eene be
sparingvan ƒ1415,— hetwelk verminderd moet worden met
350,wachtgeld voor den hoofdcommies en ƒ150,kosten
van buitengewone beambten en alzoo blijft 915,dat boven
het voorstel der financiële comtnissieƒ 265,bezuinigt.
Bij het derde voorstel wordt, in verband met bet zevende, aan-
aangedrongen bij het gymnasium aan te stellen een leeraarin de
nederduitsche taal, stijl en letterkunde, de fransche taal en let
terkunde en de vaderlandsche geschiedenis tegen 700,trac-
tement, waarvan/300,kunnen bestreden worden ait do 5 pet.
der schoolgelden, thans door den rector genóten wordende voor
onderwijs in de vaderlandsche geschiedenis, en den docent in de
cngelsche taal voor het doceren der nederduitsche en fransche
talen. Dit vermeerdert alzoo de uitgaven met/400,—.
Bij het vierde voorstel wordt voorgesteld den post voor sub
sidie aan de godshuizen ad 6000,te brengen onder hoofd
stuk VIII, afdceling II, artikel 2 der uitgaven van de gerneen-
te-begrooting, en de onvoorziene uitgaven, in plaats van op
/'8000,zoo als de commissie van financiën voorstelt, te bren
gen op ƒ1500,alzoo minder uitgaven 500,
Ten vijfde meent men de vermeerderde ontvang ten gevolge
van het opvoeren der opcenten op de grond- en personele belas
ting tot het maximum, in plaats van op ƒ5500,te mogen stel
len op 7500,en dus ƒ2000,meer, ter justificatie van welke
bewering door de voorstellers een staat van opbrengst wordt
overgelegd.
Ten zesde kunnen de voorstellers, hoe ongaarne ook, niet in
stemmen met liet denkbeeld van de commissie van financiën tot
verhooging der opcenten op het buitenlandscli gedistelecrd en
de likeuren, daar zulks aanleiding tot velerlei ontduiking zal
geven. Beneden de raming der financiële commissie geeft dit dus
eene verminderde ontvangst van 1000,
Bij het zevende voorstel wordt, aangezien bij de definitieve
regeling van het belastingstelsel de schoolgelden van het gym
nasium moeten worden ingevorderd als plaatselijke belasting,
en daaromtrent eene beslissing zal moeten genomen worden,
gewezen op het onregelmatige dat de gemeente, bij den slechten
toestand der geldmiddelen, zoo belangrijke geldelijke ondersteu
ning moet verstrekken aan eene inrigting, die geacht mag wor-
l»n—bestemd te zijn voor ingezetenen uit den gegoeden
- ^t^^rwi!Hé'aaven^oven liet schoolgeld in vergelijking met na-
blèragrSs^ellim&n laag mag genoemd worden. Men stelt daarom
•.^•hVolgeld voortaan te bepalen op/150,per jaar,
vyros&klfcYen leerling.
j^^^H^QJ'el/end tegen een gemiddeld getal van 24 scholie-
gymnasium thans door 30 leerlingen wordt be-
eerdere ontvangst geven van 1200.
^%!&uimffiven worden alzoo, vergeleken met de voordragt der
commissie van financien, bij de 1ste, 2de en 4de voorstellen
verminderd met 7565, doch bij het derde en vierde vermeer
derd met ƒ6400, gevende dus eene vermindering in uitgaven
van ƒ1165. r ^r^v==s.
De ontvangstQn^wp'^h.i^gens het 5de en 7de voorstel ver
meerderd mlt^^ÖÖ^dön^Ba'ar het 6de voorstel met/1000
verminderd,'zooadat de ófitys^V vermeerdert met ƒ2200, en
cle geheele-:b!s@avy>g?3fi5,jis/Ij
De hoofdéi#fe^mslK^'üffyftxfof 54,000 voorgedragen, zou
alzoo veili^^/51 fÖÜD kun^mgebragt worden, en wanneer
men in aanffke^g^' neemtkj||^behoudens de primitief ontwor
pen hoofd el ij^Wa^ggv^F/ 38000, vroeger nog voor ruim
12000 en ïsofr^j^&pectievclijk onder den naam van lantaarn-
gelden en belasting op de fouragien werd geheven, dan heeft
hier nog eene vermindering plaats.
Dc voorstellers achten het daa ook, zachtst genomen, onnoo-
dig dat deze heffing door de commissie van financien in haar
rapport zoo nadrukkelijk als zeer drukkend werd opgegeven,
vooral wanneer zij bet oog slaan op het vervallen der opcenten
op de grond- en personele belasting en op het verkrijgen van
dit resultaat, zonder belangrijke verhooging van andere belas
tingen.
Deze stukken zullen ter inzage van deleden worden nederge-
legd en inmiddels, naar het voorstel van den beer mr. Snouck
Hurgronje, het oordeel van curatoren over het gymnasium
worden ingewonnen ten aanzien van het derde en zevende voor
stel, opdat casu quo in de volgende zitting hieromtrent mede
dadelijk kan beslist worden.
Wordt overgelegd en gelezen een tweede rekwest van den
onderwijzer P. Leupen alhier, waarin deze verklaart met den
meesten ernst ie protesteren tegen het rapport, ter zake van
zijn verzoek in de vorige raadszitting uitgebragt door den wet
houder van Sonsbeeck. Ten jare 1849 werd de opheffing dor
lagere school, aan welker hoofd adressant stond, een bezuini
gingsmaatregel genoemd, terwijl de heer van Sonsbeeck zulks
thans schijnt te beschouwen ais toepassing eener straf, die,
onaangezien nog de incompetentie van den raad daartoe op die
wijze, wel eene zeer harde straf zou zijn. De adressant acht
zieli verpligt den geheelen loopf dezer zaak thans bloot te leg
gen daaruit blijkt, dat hem op'verzoek eener ingezetene verlof
is verstrekt tot het geven van privaat onderwijs; daarna bekwam
hij in ju lij 1845 vernieuwde vergunning om woensdag en zatur-
dag dit onderwijs buiten de school te geven, hetwelk in februari)
1846 mede werd uitgestrekt tot do ureu 's morgeus voor en
's avonds na den schooltijd.
De heer mr. Vis stelt, uit hoofde dat een lid der commissie in.
wier handen dit stuk is gesteld, niet tegenwoordig is, en ten
anderen omdat dit tweede adres nog niet ter inzage gelegen
heeft, voor de behandeling van deze zaak aan te houden, welk
gevoelen door den lieer mr. Snouck Hurgronje gedeeld wor
dende, alzoo is besloten.
Geschiedt voorlezing van een rekwest van den heerL.E.
Krijger, thans hoofdcommies bij de plaatselijke belastingen,
die vernomen hebbende dat het voornemen bestaat zijne betrek
king te supprimeren en hem een wachtgeld van ƒ350 toe te ken
nen, met bescheidenheid er op wijst dat hij 28 jaar voor de ge
meente is werkzaam geweest en alzoo in billijkheid vermeent
aanspraak te mogen maken op eene betrekking in gelijken rang
en tegen de zelfde bezoldiging, of een wachtgeld van 600.
Dit stuk is mede aangehouden tot dc volgende zitting.
Door den voorzitter wordt gelezen rapport der commissie van
fabricage op het rekwest van de schecpsreeders den Bouw
meester, Borsius van der Leijé alhier. De conclusie daarvan
strekt om toe te geven aan hun voorstel en aan adressanten, bij
opmaking van een gewijzigd erfpacht-contract, uit de gemeente
kas te voldoen de aaunerningskosten der thans voar hunne re
kening komende beschoeijing van 40 el ad ƒ25,30 en 12 el ad
ƒ47 per el. De beslissing daarop wordt almede tot de volgende
zitting aangehouden.
In gevolge eene ingekomene missive van de plaatselijke com
missie van geneeskundig onderzoek en toevoorzigt alhier, waar
bij een dubbeltal wordt voorgedragen vooreen lid dier commissie,
in de plaats van wijlen den heer J. D. van Bakelgem, bestaande
uit de heeren L. II. de Biaecke de Ligny en D. J. J. Marinissen,
wordt tot die benoeming overgegaan, terwijl de heeren van
Teylingen, en mr. van Diggelen met den voorzitter en secretaris
het stembureau vormen.
De heer L. H. de Biaecke de Ligny wordt met algemeene
stemmen verkozen.
Nadat door den voorzitter nog is medegedeeld dat eene in
gekomene missive van gedeputeerde staten dezer provincie,
met aanmerkingen op de gemeente-begrooting voor 1856, is
gesteld in handen der commissie van financien op rapport,
wordt de openbare vergadering gesloten.
flweiisaeeuiter&ajl. vaim Goes.
Zitting van 31 januarij.
Afwezig de heer Soutendam, met kennisgeviug.
Tot leden van het algemeen armbestuur worden bij vier
afzonderlijke stemmingen de tegenwoordige leden allen her
benoemd, te wetende heeren N. Vervenne Pz,, N. J. P. Ver
schoor, L.C. de Peval en T.Pieterse, met bepaling dat zij in die
volgorde zullen aftreden op 1 januarij 1857, 185S, 1859 en 1860,
terwijl de aftreding van den voorzitter zal plaats hebben 1 janu
arij 1861.
Aan de orde is het verzoek van den onderwijzer W. Swart,
om eenige tegemoetkoming te erlangen van de zijde der ge
meente, daar hij door het gemis van een aantal kinderen buiten
zijn toedoen, zeer is benadeeld.
Burgemeester en wethouders adviseren dit verzoek aan te
houden, en wel op grond-dat in het ontwerp van wet op het
onderwijs, het beginsel is gehuldigd, dat de onderwijzers op
openbare scholen gemeente-ambtenaren zullen zijn, die uit de
gemeentekas bezoldigd behooren te worden, waardoor, indien
het ontwerp wet wordt, de positie van den heer Swart van zelf
veranderen moet, terwijl in een omgekeerd geval, burgemeester
en wethouders toch inclineren zonden dat beginsel voor deze
gemeente toe te passen.
De heer van de Putte merkt op, dat dit middel wel kan
helpen in de toekomst, maar daardoor het bezwaar voor het
oogenblik niet is opgeheven hij zou er mitsdien voor zijn eene
gratificatie te verlcenen.
De heer van Kerkwijk is daartegen, op grond dat de raad
zich in beginsel tegen gratificatiën beeft verklaard en het zijns
inziens een gevaarlijke en mocijelijkc weg is.
De heer van den Bosch vraagt of de school van den heer
Swart niet is aan te merken als eene bijzondere school der eer
ste klasse.
Dc voorzitter beantwoordt dit ontkennend, daar de school
ook altijd als openbare gemeente-school is aangemerkt.
De heer van den Bosch geeft daarop in bedenking om het
lot van de wet op het onderwijs niet af te wachten, en ui vast,
bijv. binnen twee maanden, het beginsel van burgemeester cn
wethouders in praktijk te brengen.
De voorzitter ziet daarin nog al bezwaar; dc begrooting voor
1856 is goedgekeurd en in werking, en daar het bedoelde onder
werp misschien opofferingen kosten zou, waarvoor goene fond
sen kunnen bestemd worden, kan hij deswegens gcene bepaalde
toezegging doen. Hij stelt echter voor de zaak tot de volgende
vergadering aan te houden, en zal middelerwijl met de wethou
ders naar middelen uitzien hetgeen wordt goedgekeurd.
Tegen stemden de heeren van Voorst Vader en deKnokke van
derMeulen, die eene onbepaalde aanhouding van de zaak ver
langden.
De rekening der leenbank over 1855, gesteld zijnde in handen
der financiële commissie, stelt deze dc goedkeuring voorwaar
toe met algemeene stemmen besloten wordt, blijkende daaruit
dat het zuiver overschot slechts bedraagt ƒ156,92 of 1/5 pet.
van het uitgeschoten kapitaal.
Aan regenten der godshuizen wordt, op gedaan verzoek, res
titutie toegestaan van de betaalde gemeente-belasting op het
brood in het gast- en weeshuis verbruikt, ten bedrage van
182,80.
Op voorstel van burgemeester en wethouders wordt de be
grooting voor het loopende jaar verhoogd, in ontvang, met de
schoolgelden van de burger-bewaarschool, en in uitgaaf met
de kosten van het onderwijs aldaar ad/ 275.
Wordt gelezen eene missive van gedeputeerde staten van 28
december 11., dat zij aan het raads-besluit om het pensioen van
den commissaris van policie over het laatste kwartaal, uit den
post voor diens jaarwedde te betalen, hunne goedkeuring niet
kunnen schenken, als strijdig met de vegeien eener goede comp
tabiliteit. Diensvolgens wordt besloten de betaling uit de on
voorziene uitgaven van 1855 te doen.
Insgelijks wordt na eenige discussie besloten uit dien post te
betalen J 100 aan het weeshuis, zijnde de opbrengst van de pacht
van den beer over het 2de halfjaar 1855, met bepaling dat zulks
geschiedt zonder consequentie voor 't vervolg.
In behandeling worden gebragt eenige wijzigingen, door de
kamer van koophandel en fabrieken voorgesteld, te brengen in
haar reglement van orde.
Deze worden goedgekeurd met uitzondering van die op art.
15, nu bepalende dat de gewone vergaderingen den eersten
woensdag van iedere maand zullen gehouden worden en waarop
was voorgesteld dit te veranderen in de eerste week van iedere
maand, en die op art. 18, nu bepalende dat om te beraadslagen
en besluiten de grootste helft der leden (5) ntoct tegenwoordig
zijn, hetgeen nu gebragt zou worden op 4.
Overgegaan zullende worden tot de benoeming van een lid in
de plaatselijke geneeskundige commissie, waartoe zijn aanbe
volen de heeren J. W. van Kerkwijk en P. Johannissen, ver
zoekt de eerste vooraf buiten aanmerking te blijven.
Daarna tot de stemming overgegaan zijnde, wordt de heer
P. Johannissen met 9 stemmen benoemd, zijnde 1 biljet blanco.
Bij deze en vroegere benoemingen, fungeerden de heeren
Smallegange en van de Putte als stemopnemers.
Aan de orde is het beoordeeleu der reclames tot remissie of
restitutie van hoofdelijken omslag over 1855
1. van den heer mr. P. J. van Yoorst Vader, verzoekende re
missie over 6 maanden, omdat hij van 5 mei tot 5 november tij
delijk te Ivloetingeis verbleven.
Burgemeester en wethouders stellen voor, naar aanleiding
der decisie door Z. M. in zake den heer mr. P. N. van der Bilt,
remissie te verleenen, evenwel niet over 6 maar over 5 maan
den, omdat gedeelten van maanden voor geheele moeten ge
houden worden en de heer van Voorst Vader zoowel in mei als
in november in deze gemeente heeft vertoefd.
De heer van den Bosch kan eene bij hem gevestigde overtui
ging niet doen wijken voor een koninklijk besluithij is nog
overtuigd dat in de zaak van den heer van der Bilt alleen de
rcgtcrlijke magt beslissen kon tusschen de gemeente en den be
lastingschuldige. Hij verklaart er zich tegeu.
In omvraag wordt het verzoek om restitutie voor 5 maanden,
ad ƒ125, toegestaan met tegenstemming der heeren van den
Bosch, van de Putte en Smallegange.
2. Aan den heer mr. Saaymans Vader wordt met gelijke
stemmen restitutie verleend voor 6 maanden, ad ƒ125;
3. aan J. G. Bakker over 5 maanden, ad ƒ2,83;
4. aan D. Boer over 2 maanden, ad ƒ1,40, en
5. aan den heer J. E. van dc Putte over 6 maanden, adƒ75
de drie laatste met algemeene stemmen.
Burgemeester en wethouders doen verslag van den toestand
der godshuizen en betuigen liunne tevredenheid over de admini
stratie en het beheer dier inrigtingen.
Zij deelen nog mede1dat dc rijksontvanger dezer gemeente,
de heer J. Swemer, eervol ontslagen zijnde, zij dien beer heb
ben dank gezégd voor zijne welwillendheid ten opzigte der bur
gerij, waardoor die heer getoond heeft boe het mogelijk is de
belangen der schatkist en van den belastingschuldige te verce-
nigenzij uiten den wensch dat zijn opvolger de voetstappen
van zijnen, voorganger in dezen moge drukken.
2, Dat de gemeente-apotheek den 1 januarij 11. geopend is.
De rekening der gilden-fondsen wordt zonder discussie met
algemeene stemmen gearresteerd in ontvang op/765,22, uit
gaaf/595,85, goed slot/'l69,37, waarvanƒ200, 24 pet. werke
lijke schuld zal worden aangekocht.
"Worden medegedeeld dat zijn ingekomen van heeren gede
puteerde staten: 1-. de goedgekeurde gemeente-begrooting voor
1856;
2. de goedgekeurde rekening over 1S54;
3. het goedgekeurd raadsbesluit tot het verlcenen van subsi
die aan het algemeen armbestuur
4. goedkeuring uitgifte grond op erfpacht aan J. Dekker Lz.
5. goedkeuring betaling uit den post van onvoprziene uit
gaven;