TTBaenrmoBaieterstaiicl te ^fiiddelbui'g.
26 december 's avonds 11 ure '14 gr.
27 i' 's morg. S u 43 u
's namidd. 1 45
's avonds 11 40
28 's morg. 8 40
's namidd. 1 46 n
5s avonds 6 42
WeaïaeeuteraaïS. vaai MiddelRjaa.ir™'.
Ziüing van 27 december.
Voorzitter de lieer mr. Bijleveld.
Afwezig de heeren rnrs. jhr. Paspoort van Grijpskerke, Sifllé
en van Diggelen.
Na goedkeuring der notulen van de vorige zitting deelt de
voorzit ter mede dat hij schriftelijke kennisgeving heeft ontvan
gen van jhr. mr. Paspoort van Grijpskerke, door afwezigheid, en
mr. Sifilé, door ongesteldheid verhinderd de zitting by te wonen.
Worden overgelegd vier missives van gedeputeerde staten
dezer provincie, houdende goedkeuring der raadsbesluiten
a. tot uitgifte van grond in erfpacht aan J. de Broekert
eomp.
b. tot vaststelling der suppletoire kohieren van de belasting
op hei lautaarngejd en de fouragies
c. tot beschikking voor 100 uit den post van onvoorziene
uil gaven voor de sluiting van den doorgang genaamd de drie
tonnetjes;
d. tot het toestaan van een subsidie aan het burgerlijk arm
bestuur over 1S56; waarbij gedeputeerde staten echter aandrin
gen op nog grootere vermindering van dat subsidie tegen 1857
wordende voorts ongemerkt dat het raadsbesluit van 24 Octo
ber jl., waarbij een buitengewone toelage wordt verstrekt aan
liet. bestuur over de godshuizen tot dekking van een vermoede
lijk te kort (dat iutusschen nooit kan gebragt worden op de
gemeente-begroofing voor 1856, als Ie huis behoorende op die
voor 1855) voorshands niet vatbaar is voor goedkeuring, alvo
rens uit. de rekening over het geheeie afgeloopene dienstjaar
werkelijk het bestaan van dat te kort blijkt. De voorzitter
voegt hierbij dat voor zoo veel het eerste punt betreft, die op
merking aan het armbestuur is medegedeeld, met bijzondere
aanbeveling om zich daarop voor te bereiden, en ten anderen is
het bestuur der godshuizen uilgenoodigd vóór 1 februarij 1S56
in te dienen een volledigen staat van de comptabiliteit dier ge-
/Achteu over het jaar 1S55, ten einde nader met overlegging
'ier bewijsstukken de goedkeuring op eerst gemeld raadsbesluit
an te vragen.
Alle deze slukken worden aangenomen voor kennisgeving-,
even als uog:e. eene missive van liet zelfde collegie, waarbij ge
voegd is koninklijk besluit van den 29 november jl., houdende
iverdaging der beslissing op het besluit tot heffing eeuer directe
gemeente-belasting alhier, tot liet eind der maand februarij 856
f. eene missive van den commissaris des konings in Zeeland,
.waarbij namens zijne exc.den minister van binnenlandsche zaken
wordt bcrigt dat zijne toestemming niet wordt veroischt voor
de door den raad beslotene tractementsverhooging van den ad
judant onderofficier bij de schutterij waarvan aan den luit.-ko-
lonel, koniaudant dier schutterij is kennis gegeven, en
y. eene missive van het gemeentebestuur van Gorinchem
houdende instemming met het gevoelen van dezen raad, omtrent
de niet-vervulling der betrekking van tweeden beurtschipper in
hel; veer fcirsschen beide gemeenten, doch niet voorbehoud om
daarop nader terug te komen, in geval zich daaraan welligt be
hoefte mogfc doen gevoelen.
Wordt gelezen eene missive van regenten over de godshuizen
alhier, met comparatieven staat der baten en lasten van die ge
stichten over de negen eerste maanden van 1855, waaruit blijkt
dat vermoedelijk over het geheeie dienstjaar zal bestaan een
nadeelig slot van fï,964,03 daar thans reeds zijn overschreden
de navolgende posten:
voeding met f5,449,67, brand-en lichtstoffen mety 909,13,
kosten van bcvvassching met f 378,23, makende te zamen
f 6,737,03, met opmerking dat zulks meerendeels door den hoo-
géren prijs van alle voedings- en andere artikelen als ook door
mindere bevolking der gestichten is veroorzaakt. Derhalve ver
zoeken zij mugtiging tot
a. overschrijding van de genoemde posten op hunne begroe
ting. en
het doen eener nadere voordrag!, omtrent de vereffening
van dit. nadeelig slot, en dat hun inmiddels ook voor dit jaar,
te&#ejBrteapdiig van staking eene eredietopeuing worde ver-
tekort te voorzien,
stemmen wordt die magtiging tot het over-
Df'iijjferi vjüi'cie genoemde post en verleend.
J^roml-resblutie worden commissarissen over de wissel-
•»ric.^4w^j^vorzoek gemagtigd tot aanvulling op hunne be-
oó^Ss™^0 posMrikosten van brand-en lichtstoffen met
van gedisconteerde wissels mei. f4,50
c&ör' ftp^®^%yc-hrijving van andere artikelen, waarbij een
ig'^ccl slot be^lciai',
Een overgelegd ontwerp-contract tusschen de gemeente en t
cle centrale directie van Walcheren, omtrent de suatie door de
vesten dezer gemeente, zal voor de leden ter inzage worden
nedergelegd en de beslissing daarop aangehouden.
Bij resumtie gedelibereerd zijnde op den staat, aanwijzende
het maximum van den ouderstand, door het burgerlijk armbe
stuur in het jaar 1856 te verleenen, waarvan het inkomen in de
vorige zitting is berigt, en welke sedert voor de leden ter inzage
heeft, gelegen, merkt de heer van Deinse op dat hij bij art. 9
van dien staat (opgemaakt naar het voorschrift van het Provin
ciaal blad van Zeeland van dit jaar, no.i 00) //man en vrouw
gehuwd, de man beneden 60 jaren", eene aanmerking gevoegd
zag dat het maximum nog met 20 cent kan verhoogd worclea
in geval deze zonder werk zijn. Daar het hier een maximum
geldt,dat naar omstandigheden kan verminderd worden, wil hij
dus het bedrag met die 20 cent verhoogd zien, of wel dit voor
behoud opnemen in het hiertoe betrekkelijk raadsbesluit.
De heer mr. Yerbrugge wijster echter op dat het maximum
bepaald is voor gewone omstandigheden, terwijl die verhooging
slechts hoogst zelden zal kunnen plaats grijpen en het vooral
daarom van gewigt is den staat onveranderd te laten, opdat
men niet elders by het iu bedeeling opnemen van hier armlas
tige personen, in gewone omstandigheden dat hooger bedrag
ook uitkeere.
Nadat de voorzitter verklaard had zich ook met dit gevoelen
te vereenigen, wordt de staat en de daarbij behoorende con
cept-resolutie met algemeene stemmen vastgesteld.
(Aangezien van dezen staat, noch in deze zitting noch in de
vorige, voorlezing is geschied, zijn wij buiten de mogelijkheid
daarvan den inhoud mede te deel en.)
Gelezen zijnde eenontwerp-raadsbesluife tot goedkeuring van
den staat, van begrooting voor het beheer der bank van leening
voor het dienstjaar 1856, ten bedrage van ƒ6,700, op daarom
trent ingewonnen advies van de commissie van financiën, die
zich met het onderzoek daarvan belastte, drukt de heer mr. Vis
den weusch uit vooral iu verband met de disenssien te dezer
zake ten vorigen jare dat die begrooting vooraf ier inzage
van de leden zal worden nedergelegd.
Daartoe wordt alsnu besloten.
De commissie van fabricage brengt bij monde van den heer
vari Uije rapport uit in zake de uitdieping van het havenkanaal
en de plaatsing van eene stoommachine in de moddermolen,
waaromtrent haar op den 24 october jl. het onderzoek is opge
dragen. Wat, de daarsteiling van eene stoommachine in de te
genwoordige moddermolen bet»ft5j luidt haar advies ongunstig,
daar zulks bezwaarlijk zondier grooxe kosten zou kunnen en de
molen zelve hiertoe ongeschikt en niet. sterk genoeg is, terwijl
bovendien die werkzaamheden niet tijdig genoeg zouden gereed
kunnen zijn. ITet baggeren per kubieke el, zoo als dit aanbe
steed is, bragt voort s naar haar oordeel geene zeer gunstige
resultaten op, daar de aannemer'meer ziet op de hoeveelheid»
dan wel op de plaats waar uitbaggering liet meest noodzakelijk
moet. geacht worden.
Zij stelt dus voor 1. de aanbesteding voortaan Ie doen voor
10 jaar van het uitdiepen van het havenkanaal en cle kaden en
binnengrachten, met het gedeeltelijk onderhoud en het leggen
van cle benoodigdè krammen 2. den gemeente-bouwmeester t.e
gelasten om ten spoedigste alles naauwkeurig in den tegen-
woorcligen toestand te doen peilen; 3, na kennisneming van dat
resultaat de diepte te bepalen waarop de aannemer verpligt
zal zijn die werken te houden, en 4. daarna een bestek en be
groot ing voor die aanbesteding over te leggen, naar aanleiding
van, en in gelijken geest als, het bestek voor soortgelijke werken
onlangs door het gemeentebestuur van Dordrecht aanbesteed.
Deze stukken zullen ter inzage van cle leden gelegd en de
beslissing daarop aangehouden worden.
Bij monde van den heer mr. Verbrugge rapporteert de com
missie, belast met het. uitbrengen van een regtskmidig advies
in zake het reglsgeding, dat cle commissie Loon voorWerlc voor
nemens is de gemeent e aan te doen ter zake der opname van die
instelling op den staat van inrigtingen van liefdadigheid, naar
het voorschrift van cle wet tot regeling van het. armbestuur.
Na een uitvoerig bet oog concludeert de commissie dat die in
stelling te regt, daarop is geplaatst, en adviseert om namens cle
gemeente bij dat geding te doen ageren als naar regt,en zal
behooren.
Hierop wordt met. algemeene stemmen, terwijl cle heer Rek
ker zich als belanghebbende van stemming onthoudt, besloten
t.ot aanneming van die conclusie, waarop de goedkeuring van
gedeputeerde stalen door de zorg van burgemeester en wethou
ders zal worden ingewonnen.
De openbare zitting is daarop gesloten.
SKeBSDeejatfes'aac! van
(Vervolg.)
Art. 35. Dc brood-, beschuit- en kockbakkerijen, meelvev-
kooperijen en andere gebouwen, bij cle brood-, beschuit en
koekbakkers en meelvcrfcoopcrs in gebruik, zijn aan cle peiling i
en het onderzoek der beambten onderworpen, met in achtneming
der voorschriften van art. 276 der wet van den 29 junij 1851
(staatsblad no. 85).
Zij zijn verpligt, aan den ontvanger, opgave van al die gebou
wen en derzei ver ligging te doen.
Art. .36. Het bij hen gevonden brood, gebak of meel zal dooi'
behoorlijke kwitantie of biljetten gedekt moeten zijn.
Dc biljetten zullen daartoe behoudens het bepaalde in de art.
34 en 38, niet langer van kracht zijn dan gedurende eene maand
na de dagtcekening door de ambtenaren met dc afteekening der
kwitantien belast; welken tijd echter, mits vóór deszclfs afloop,
door den ontvanger zal kunnen worden verlengd.
Art. 37. Bij peiling bij de bakkers of meelverkoopers mag
geene meerdere hoeveelheid brood, gebak of meel worden be
vonden clan de bewijzen van cle betaalde plaatselijke belasting
of consent- of pcilbiljetten aanwijzen, behoudens een verschil
van tien ten honderd.
Art. 38. Bij cle peiling zal geen gekneed brood of meel, het
welk door den bakker mogt worden voorgegeven, aan hem door
een ingezeten ter bakking te zijn bezorgd en dus aan clezen te
behooren, als zoodanig worden beschouwd, tenzij voorzien of
vaneen eonsentbiljet, of van een, in gevolge art. 34 afgegeven
eigenhandig biljet van den ingezeten.
G-een biljet zal, tot dekking van dusdanig brood of meel, lan
ger dan twee dagen, na deszei fs dagtcekening van kracht wezen
Art, 39. Bij cle peiling en het onderzoek, zullen aan honderd
ponden meel van belast graan geacht worden gelijk te staan 100
ponden ongebuilu meel van tarwe of van gepelde spelt.
774 pond gebuild meel van tarwe of van gepelde spelt.
904 pond meel van rogge of ongepelde spelt.
140 ponden week brood van tarwe of gepelde spelt.
134 ponden koek of week brood van rogge of ongepelde spelt.
88 ponden hard brood van tarwe of gepelde spelt of bard
beschuit.
80 ponden bard brood van rogge of ongepelde spelt.
77 pond fijn beschuit.
Art. 40. Al de biljetten, met uitzondering van die, in art. 34
vermeld, zullen bij de peiling worden ingetrokken en vervangen
door een bewijs-biljet om de gevondene hoeveelheid brood, ge
bak of meel te dekken, hoedanig biljet daartoe insgelijks slechts
gedurende eene maand van kracht zal zijn, tenzij verlengd dooi
den ontvanger.
Zevend© Afdeeling.
Art. 41. Er zal teruggave van belasting overeenkomstig het
tarief van invoer worden verleend, wegens al dc artikelen bij
deze verordening aan belasting onderworpen welke buiten deze
gemeente wordt uitgevoerd, mits de uitvoer geschiede niet de
hoeveelheid van niet minder clan vijf-en-twiutig ponden tegelijk
van elk artikel afzonderlijk.
Art. 42. Ter bekoming van de in het vorig artikel vermelde
teruggave, zal de belanghebbende ten kantore van den ontvan
ger eene schriftelijke verklaring overleggen, houdende opgave
van dc soort en de hoeveelheid van het uit te voerene, de poort
of haven door welke de uitvoer ziM plaats hebben, de bestemming,
en de tijcl wanneer,op welke verklaring de ontvanger consent
zal afgeven.
Art. 43. De beambten van de kantoren van aangifte zullen
het uit te voerene, naauwkeurig met het consentbiljet en de ver
dere bescheiden vergelijken en onderzoeken, en des noods nawe
gen, hun visa op het consent-biljet stellen, en daarvan in het
door hen gehouden wordende register aanteekening doen;
terwijl zij die conseutbiljetfen welke voor schepen, liggende te):
reede bestemd zijn, aan het kantoor van den ontvanger zullen
terug bezorgen; zullende anderszins de bedoelde consent-
biljetten, binnen den tijd daartoe door den ontvanger, naarge
lang van den afstand te bepalen, ten zijnen kantore moeten wor
den terug bezorgd.
Art. 44. De consentbiljetten, behoorlijk en in forma als
voorschreven, ten-kantore van den ontvanger terug bezorgd
zijnde, zal teruggave der regten plaats hebben binnen dc tien
eerste dagen cl er maancl, volgende op die waarin de uitvoer is
geschied; zullende er geene teruggave plaats hebben, indien
do biljetten niet op den voet en de wijze bij het voorgaande arti
kel bepaald, en binnen het tijdsbestek, in gevolge liet slot van
dat artikel, door den ontvanger vastgesteld ten zijnen kantore
zullen zijn teruggebragt.
Achtste Afdeeling.
Art. 45. Niemand zal mogen hebben of gebruiken eenigen
hciinelijken molen, waardoor wordt verstaan elke koren-, mout-
of pelmolen, welke niet aan de administratie der plaatselijke
belastingen is opgegeven, of welks bezitter zich niet onderwor
pen heeft aan de bepalingen voor de eigenaars of gebruikers van
molens, bij dez3 verordening vastgesteld.
Even min zal iemand zonder daartoe patent te hebben geno
men, mogen vervaardigen, hebben of gebruiken, eenigen quaven
of handmolen, of ander werktuig, hetwelk bekwaam is, of in
tiet kort bekwaam gemaakt kan worden, tot fieU-rawVsTaof bre
ken van graan.
Art. 46. Geen meel van tarwe, spelt, turkschc tarwe (mak)
of rogge, hetzij ongemengd, hetzij onder elkander of met ander
meel vermengd, zal boven de'hoeveelheid van tien ponden mo-\
gen worden vervoerd, ten zij tusschen zousop- en zonsonder
gang, ten ware daartoe de vergunning van den ontvanger ware
verkregen, en begeleid door eene behoorlijke kwitantie van be
taalde belasting of eonsentbiljet.
Even min zal, eenig meel van gemout graan, in welke hoeveel
heid ook, mogen worden vervoerd, teDzij voorzien van bet daar
toe vereisClitc consentbiljet.
Al zoodanig meelhetwelk onvoorzien van het vercischte
biljet, mogt gevonden worden op straten, wegen of andere der
gelijke algemeene of bijzondere ongebouwde eigendommen zal
worden aangebonden.
Art. 47. Al de bovengemelde bepalingen zullen worden in
werking gebragt met den ljaunarij 1856.