VERKORTE MEDEDEELING VAN HET DOOR HEBBEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND, volgens art. 162 der Provinciale wet uitgebragt in de Zomervergadering van 1855 der Provinciale Staten van dit gewest. (Vervolg en slot.) De bedijking in bet Schenge is tot stand gekomen. De opper vlakte der ingedijkte gronden bedraagt 114 bunders. De zee dijk is lang 2933 ellen. De bekading' van bet schorliggende voor den polder de Ver brande man is in 1854 voltooid. Verder is vergunning verleend om den schorrand vdór den Anna-Jacobapolderaan de zijde van hetZype, ter breedte van 200 ellen, over een lengte van 2000 ellen, te bekaden. Aan den polder, ontstaan uit de bedijking der schorren vóór de Louisa-, Nicuw-Kieldrecht-, Willem-Hendriks en Cheloo- poldevs is thans den naam gegeven van, van Alstcinpoldev. Bij dc regering zijn in overweging aanvragen tot bedijking: van het schor Zuidvlietin de Zandkreek; van schorren vóór den polder Soelekerkepokler, met het springschor van schorren vóór den Oudvogel-schorpoldcrcn van schorren in het Hellegat. In onderzoek ziju gelijke aanvragen, voor: schorren vóór do polders Noord- en nieuwe Westcraaijert; schorren ter weerszijde van de haven van Biervliet. Dc ontwerpen van bedijkingen in het Zwin en in het kanaal van Welzinge blijven steeds aanhangig. Onuitgevoerd blijven de vergunningen tot bedijking van schorren vóór den polder St. Annaland, vóór den polder Pries- termect en voor den Reigersbcrgschenpolder, noordzijde. Dit is mede bet geval met de vergunning tot afdamming aan het Slaak. De onderhandelingen van den ondernemer met het departe ment van financien en met Z. K. II. prins Frederik der Neder landen, zouden nog niet genoeg zijn gevorderd. De afdamming van de Oosterschelde is nog niet aangevangen. De bekwame ingenieur vau 's rijks waterstaat, die zich ten dienste dezer onderneming bad gesteldheeft zijn ontslag genomen. Polders. De heer A. Caland, vroeger hoofd-ingenieur, heeft debe trekking van president der centrale directie van Walcheren en de heer rar. B. C. Can die van president der centrale directie van Schouwen aanvaard. De begrootingen der calamiteuse polders voor 1854, be dragen gewone uitgaven801,833,81 buitengewone werken 133,090,00. ƒ934,923,81. De dijksverbeteringen zijn in 1854 voortgezet. Het vernieuwen dev vijswevken, met het maken van steen- glooijingcn aan dc calamiteuse polders, benevens hetonderhoud tot 1 roei 1855 is aanbesteed voor 270,520; de dijksverbe teringen voor ƒ25,870. De aanbestedingen dezer werken hebben in dit jaar reeds den 21 april plaats gehad, ten gevolge van een betoog van bet wen- schelijke daarvan door den heer commissaris des konings aan Z. Exc. den minister van binnenlandsche zaken gezonden. Voor bet eerst zijn dit maal al de werken van herstelver nieuwing, verbetering en onderhoud, dat is: de kram-, rijsr, bezodings-, steenglooijingenveveenigcl aanbesteed, terwijl ook veel onder die werken is opgenomen, wat vroeger bij onder- handsche overeenkomst of in dagloon werd uitgevoerd. De aannemings-sommen hebben te zamenƒ410,125 bedragen. Men is weder bedacht geweest op dyksverbeteringen en voortgaande uitbreiding der vilvoordsche steenglooijingen. De eerste zal dit jaar over eeno lengte van 5182 ellen, dc laatste over eene oppervlakte van 370,65 vierkante ellen worden daar- gesteld, behalve nog eene oppervlakte van 1,605 vierkante ellen doovniksche steenglooijing en 6,475 vierkante ellen glooijing van enkel puin. Hierdoor zullen de steenglooijingen aan de calamiteuse pol ders de volgende oppervlakte verkrijgen Van vilvoordscben steen 65S.265 ellen. doornikschen 94.810 enkel puin64.201 Tezamen 817.276 ellen. De oppervlakte der krammattcn had, bij den aanvang van het nu geëindigde Sjavig tijdvak, eene oppervlakte van 433,500 vierkante ellen, welke thans is verminderd tot op 362,125 vier kante ellen. Het nut dezer vermindering, zoo wegens de daardoor verkre gen bezuiniging, als in het belang van landbouw en veeteelt, wordt ook bij niet calamiteuse polders ingezien. Ook de centrale directie van Walcheren is thans, op het voor beeld der andere calamiteuse polders, begonnen de meest bloot gestelde dijken met voorbermen te voorzien, welke door steen glooijingen zijn of worden verzekerd; de wcstkapelscbe dijk zal door staketwerk worden verdedigd, even als de zeedijk der west-watering. De kosten dier paalwerken zijn begroot op ƒ47,890. Voor do voortzetting der verbetering van de afwatering aan dezuidersluis is f 23,275, en voor dijksver,betering en oeverver dediging 20,700 in debcgrooting van dat eiland gebragf. Door ondervonden bezwaren is de opening der nieuwe sluis aan de noordzijde van Schouwen en het genot der verbeterde afwatering vertraagd. De afvoer van het belgische water, volgens de tractaten door de waterleidingen ten westen van bet kanaal van Neuzen, werd nog altijd belemmerd, door de te geringe ruimte van de brug gen. Het sloopen van dertien oude en het bouwen van tien nieuwe bruggen is in augustus 1854, voor 23,879 aanbesteed. Drie bruggen zullen, volgens overeenkomst met de belangheb benden, niet worden vervangen. De uitvoering van werken ter voorziening in de nadeelen, wel ke de watering Cadzand, door de daavstelling van werken op den belgischen over van het Zwin ondervond, die aanvankelijk vertraging had ondervonden, zal thans weldra plaats hebben. De commissie tot onderzoek der zaak van een nieuw uitwate ringskanaal in het voormalig 4de district, heeft hare werkzaam heden geëindigd. De heer ingenieur Dirks heeft, op haar verlangen, verschillende ontwerpen gemaakt, tot wier verwe zenlijking belangrijke geldsommen zouden benoodigd zijn. Door de commissie is, als baar gevoelen, te kennen gegeven dat, zal de nieuwe uitwatering tot stand komen, zij door het rijk zou djenen te worden uitgevoerd. Door den minister van binnenlandsche zaken is echter, op dc raadpleging door den heer commissaris des konings, geantwoord dat het de bedoeling der regering was dat de onderneming, met ondersteuning uit 's rijks kas, voor rekening der belanghebben den zou geschieden, en dat hij bereid was eene rijks bijdrage van een derde der kosten, doch hoogtens van ƒ200,000 te bevorderen. Nadere voorstellen zijn door den heer commissaris des ko nings aan de regeringgedaan die, indien zij ingang vinden," de daarstclling eener betere uitwatering mogelijk zouden maken. Door dc commissie voor de nieuwe uitwatering van den Stop peldijk en andere polders in het voormalig 5de district, is aan den koning een jaarlijks subsidie van ƒ2000, of wel eene toelage in eens, of een renteloos voorschot van 300,000, aflosbaar in 20 termijnen, gevraagd. Dat verzoek wordt onderzocht. Gemelde uitwatering is nog belast met dc aflossing en renten van 154.000, De omslag bedraagt3.75 per bundev'sjaavs. De dijkbaas van den polder Drcischor, beschuldigd van valschheid in acten tot zijnen post behoorendc, is bij arrest van het provinciaal geregtshof van 5 junij jl. van die beschuldiging vrijgesproken. De door de provinciale staten benoemde commissie, tot het ontwerpen van een nieuw reglement van administratie der pol ders, zet hare werkzaamheden voort. Volgens de wettelijke bepalingen op het berijden der straat wegen bij dooiweder na vorst, heeft de beperking van het berij den plaats gehad van 23 februarij tot 19 maart jl. De gewone vervanging van zekere oppervlakte kei- door klin kerbestrating der groote rijks wegen, heeftin 1854 weder plaats gehad. Het één-jarig onderhoud van den weg van Middelburg naar Tholen, is aanbesteed voor 8,990, en dat van den weg van Breskens tot de belgische grenzen voor/3,778. De provinciale wegen bevinden zich in goeden staat. Hetonderhoud van den grindweg en van den steiger en vecr- dam bij Wolphaartsdijkis onderhands aanbesteed voor f 1,700. Dc weg tusschen Oostburg en Zuidzande is, in den zomer van 1854, door het vervoer van grind voor de verbering van den weg tusschen Cadzand en Zuidzande, dermate beschadigd, dat de gewone vernieuwingen ontoereikend waren die weder in goeden staat te brengen, zoo dat daaraan, boven den aannemings- prijs, 571 is moeten worden besteed. Het gemis van doelmatige bepalingen omtrent het berijden der wegen, heeft zich ook weder hier doen gevoelen. Ten gevolge der nadere regeling van de tolheffing op de pro vinciale wegen, heeft de invoering van het nieuwe tarief den 1 januarij jl. plaats gehad. Ook is alstoen.de tolheffing aangevan gen op den weg van Neuzen naar Axel, en op dien van Hulst naar Walzoorden. Beide tollen zijn van 1 januarij 1855 tot 30 junij 1S56 ver pacht voor 100 en 560 'sjaars. Hierdoor en door eene verhooging der pachtsommen van dc overige tollen, waartoe de pachtconditiën aanleiding gaven, is het geheel jaarlijksch bedrag dezer inkomsten tot op 4,870 ge stegen. Deze som blijft echter nog ver beneden de onderhouds kosten. Van de verbeteringen van gemeente- en andere wegen, waar voor door de provincie rentelooze voorschotten zijn verleend, zijn, sedert het vorig verslag, voltooid Een grindweg in den Nieuw Noordbevcland-poldcr, lang 440 ellen de grindwegen onder Wissekerke, tezamen lang 10,932 ellen; in de kosten is door het rijk eene som van ƒ800 bijdragen de grindweg tusschen Cadzand en Zuidzande, lang 491 ellen- In bewerking is nog gedeeltelijk de grindweg van Sas van Gerit over Wcstdorpe naar Hulstmet eene zijtak van het ge hucht dc drie Schouwen" naar Axel. Reeds zijn verscheiden vakken van dezen weg ten gebruike opengesteld. Het werk moet den 1 augustus aanstaande geheel voltooid zijn. In 1854 zijn door de provincie rentelooze voorschotten tot wegsverbetering verleend aan directeuren van het middel van straten cn wegen in Zuid- beveland, ad ƒ4000, voor de bcgrinding van 1850 ellen lengte wegs onder Borssclc aan het gemeentebestuur van Wissekerke, ad 4058, voor de gedeeltelijke bekostiging der zoo even gemelde grindwegen onder die gemeente en aan de concessionarissen van den weg van Zierikzec naar Brouwershaven, ad ƒ3,700, tot voltooijing der bestrating van dien weg. Door het bestuur van Colijnsplaat is voor 13,S00 de begrin- ding van verschillende wegente zamen lang 6,641 ellen, aan besteed. Onder goedkeuring van gedeputeerde staten is daarvoor eene gcldleening van 15,000 aangegaan. De polders Oud en Nicuw-Noordbeveland, mitsgaders de gemeente Rats hebben zich tot jaarlij ksche bijdragen verbonden. Door de eigenaren van den Wilhclminapolder is een weg, lang 1200 ellen begrind. De kosten hebben 1,680 bedragen. De concessie voor de begrinding van Neuzen naar de belgi sche grenzen, langs den westelijken kanaaldijk is ingetrokken, daar de termijn voor de uitvoering, ofschoon tot 1 november 1854 verlengd, ongebruikt is verstreken. De begrinding van dien weg, over eene lengte van 1,237 ellen, is voor rekening van het rijk, vpoïf 2,756 aanbesteed. Onlangs is door den minister van binnenlandsche zaken in de begrinding nog van een vak van 300 ellen lengte, bewilligd. Nog is, en wel voor 875 aanbesteed de inrigting van eenen grindweg tusschen de afdamming der Axelsche sassing en het jaagpad van het zijkanaal naar Sluiskilmet het 3jarig onder houd zoo wel van dien weg als van den grindweg tusschen Axel en de gemelde sassiug. Beide wegen zijn te zamen lang 2,550 ellen. Het onderzoek omtrent de verbetering van den postweg tus schen Scherpcnissc, st. Maartensdijk en Stavenisseisafgcloo- pen. D.e uitkomst daarvan is aan den minister van binnenland sche zaken medegedeeld. Die verbetering wordt wenschelijk geacht. Door de gemeente 's Heer Hendrikskinderen is een renteloos voorschot van 1000 gevraagd, voor de begrinding van eencn weg, leidende van 's rijks straatweg naar den grindweg onder Wolphaartsdijk. Een voorstel daaromtrent zal aan de staten worden aangeboden. Rentelooze voorschotten zijn gevraagddoor d$ polders Oud-Vosmeer ad ƒ3,431,40, door liet middel van straat-en zandwegen in Zuidboveland, ad ƒ10,000 door dc heereh Borghstijn en Carpreau ad 12,000. Het gemeente bestuur van Kortgeen heeft verzocht voor dili gent te worden gehouden. Eene aanvrage van ƒ2,584,76 is door het gemeentebestuur van st. Annaland gedaan, tot begrinding der achterwegen. Aan hetzelve is te kennen gegeven, dat voor wegen van plaatselijk belang dit jaar gecne gelden beschikbaar zullen zijnjmet vrijlating de aanvrage in het volgend jaar te herhalen. Spoorwegen. Bij koninklijk besluit van 21 augustus 1854 no. 32 is aan den heer A. Dubois Nihoul voorloopige concessie verleendtot den aanleg en de exploitatie van eenen spoorweg van Vlissingen over Middelburg, bet Sloe, Goes, de Oosterscheldelangs Bergen op Zoom, Roozendaal, Breda en 's Hertogenbosch tot de Maas tegenover Venlo. Onder de voorwaarden behoorde de storting binnen zes maan den van eene waarborgsom van 1,500,000 en tevens de. storting eener gelijke som van liet maatschappelijk kapitaalbij faute waarvan de concessie regtens vervallen zou. Verder is daaromtrent niets vernomen. Bruggen. Van de te Vlissingen daar te stellen ijzeren draaibrug is reeds gewag gemaakt. Te Middelburg is eene bouten ophaalbrug vervangen door eene op een ander punt reeds aanwezige bascule brug; in plaats der laatstgemeïde zal eene dubbele ijzeren draaibrug, van meer der doovtogt, worden gelegd. Het eerste werk, met verwijding der steenen landhoofden, is voor ƒ2,940, en het laatstemet het afbreken en vernieuwen der kaaimuren, voor 13,400 aanbesteed. Ter gemoetkoming in de ingebragte bezwaren, tegen de door- en afsnijding van zekeren weg in Schouwendoor de nieuwe waterleiding aldaar, is door den minister bewilligd het bouwen eener houten brug. De kosten zijn in de pokler-bcgrootiug op genomen. Door den commissaris des konings en door gedeputeerde staten zijn aan het departement van binnenlandsche zaken, uit voerige beschouwingen medegedeeld omtrent een ontwerp van wet, bevattende regels nopens dc hcffiug van regten, wegens het gebruik van openbare werken in liet belang der gemeen schap te water en te landalsmede tot verzekering der instand houding en het behoorlijk gebruik dier werken. Het geheel bedrag der kosten van openbare werkenbij het provinciaal bestuur bekend als in 1S54 voor 's rijks, provinciale of gemeente-rekening voltooid of aangevangen, of uit de fond sen van dat jaar te bestrijden is ƒ1,752,608,53. XIII. Iiandbouw. De zeeruiteenloopcndéberigten omtrent den oogstvan 1854, leiden tot de slotsom dat die niet geheel beantwoordt aan dc groote verwachting die daaromtrent heeft bestaan. Niettemin was de oogst van tarwe, rogge, gerst en haver bevredigend. De korrel van de rogge was, op sommige plaatsen, niet zwaar. Het zelfde vond plaats met de gerst. De nachtvorsten de honigdauw en de insecten deden voor de mislukking van de haver vreezen. Die vrees bleek later on gegrond te zijn geweest. De opbrengst van het koolzaad, ofschoon xïlet ruimwas beter dan in de laatste 4 jaren. Die der peulvruchten, met uitzondering van witte-cn duiven- booncn, was beneden bet middelmatige. De boekweit slaagde in liet geheel niet. Het geschot der aardappelen was niet ruim. De ziekte ver toonde zich weder onder deze aardvrucht, ofschoon in mindere mate. Dc hoedanigheid van den knol was over het algemeen goed. De berigtcn omtrent de rneekrapteelt luiden niet gunstig. Van het vlas, dat meestal te velde wordt verkocht, kunnen gcene wetenswaardige bijzonderheden worden medegedeeld.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1855 | | pagina 5