eene som van ƒ6165.97£, zijucle de gezamenlijke zuivere op brengst der door de koninklijke belgisehe sociëteit St. Cecilia te MecheJen,opcIen tóen, Scienen Gdenjunij ji. gegeven muziek uitvoeringen te Rotterdam, 's Gravenhage en Dordrecht. Die opbrengst was: te Rotterdam ƒ2,824,211, te 's Gravenhage 2,9 60,76 en te Dordrecht ƒ381,00. Z. M. de koning heeft eene gift van ƒ100 doen toekomen, voor dctien ongelukkige huisgezinnen te Echteld, in Neder Be tuwe, die door een noocllottigen brand hunne woningen, huisraad en kleeding hebben verloren. Terwijl men elders het toenemen der belgisehe centen als eene zaak beschouwt, waartegen met kracht moet worden ge waakt, klaagt men in Belgie zelf over gebrek aan koperen munt en klein zilveren pasgeld. Yoor het provinciaal geregtshof in Noordholland wordt sedert eenige dagen de zaak behandeld van het openbaar minis terie legen de heeren jhr. M. Salvador en S. Eongers. Een groot aantal getuigen zijn door beide partijen opgeroepen, waarvan er nog 17 moeten worden gehoord, zoodat de uitslag in de eerste dagen nog niet kan worden te gemoet gezien. In den morgen van 19 dezer is te Rotterdam de eerste spoortrein aangekomen van Utrecht, langs dien zijtak van den llijn-spoorweg. Verkochte SParoeremïe tfï?oederen. Een Huis en Erve staande en gelegen in de Nederstraat, wijk O. no. 191. Grondlasten ƒ15,20. Verkocht voor 703. Sii&teBï-ïweïaejri&ï&.I. Nader verslag der zitting van 20 junij. Bij de voortzetting der beraadslagingen over de begrooling van het VIII hoofdstuk der staats-uitgaven en meer bepaald liet op art. 11 door den heer Dullert voorgedragen amendement, heeft de minister van marine herinnerd dat de regering zich heeft vereenigd met het gevoelen om deze begrooting los te ma- keu vau het stelsel. Daarom had hij het beter geacht het stelsel geheel ter zijde te laten eu heeft hij dan ook eenige vragen on beantwoord moeten laten, als over het verband tot het defensie wezen, de splitsing der begrootiug enz., zich daaromtrent een gezet onderzoek voorbehoudende. Dit amendement zal hij dan ook niet in hetbreede bestrijden, maaralleen herinneren dat de vorige minister zijne voornemens niet kon verwezenlijken omdat het onderhoud van het bestaande te veel kostte om aan vernieu wing te kunnen deuken. Daar de regering thans verklaard heeft dat cle aangevraagde gelden noodig zijn, afgescheiden van elk stelsel, kan hij zich niet vereenigen met eenig voorstel tot ver mindering om daardoor mede te werken tot het verval der ma rine, en moet hij de aanneming daarvan als een blijk van wan trouwen of afkeuring te zijnen aanzien beschouwen. Op eene interpellatie van den heer van Akerlaken omtrent cle constructie van cle Medusa en Montr ado antwoordt de minister door te verklaren dat beide deeersteschroef-stoomsche- pen, voor onze marine gebouwd, waren. De M e d us a, die met het stoomenzeer voldoel.is als zeilschip te rank, en cle Mon t- rado voldoet juist minder als stoomschip. Ter voorziening in beicler gebreken zullen middelen worden gevonden, doch men neme in aanmerking dat beide slechts werktuigen voor half si oom vermogen bezitten. Hij twijfelt er dan ook niet aan of laatstgenoemde boclem zal eerlang naar Indie kunnen vertrek ken ter vervanging van andere vrij oude schepen.Hij hoopt echter dat dergelijke gevallen zich niet meer zullen voordoen en brengt verschillende voorbeelden uit Engeland en Erankrijk bij, waar schepen met zoodanige gebreken zijn van stapel geloopen, die later door verschillende middelen zijn kunnen worden hersteld. De minister van buitenlandsche zaken heeft zich verpligt ge acht clen heer Dommer opmerkzaam te maken dat zijne verwij zing naar de aanneming der suppletoire begrooling voor oorlog in a. p. niet geheel juist is. Daar hield cle minister vol dat het een uormaal cijfer was, terwijl cle aanneming van cleze begroo ling geene goedkeuring van het stelsel is. Hij plaatst zich ten deze geheel naast zijn ambtgenoot voor marine, in het be lang van cle marine en het vaderland, en zou eene vermindering niet anders kunnen beschouwen dan als een blijk van wantrou wen jegens hem, wien hij zich gelukig acht te hebben kunnen ^ïSvErhaJen tot de aanvaarding zijner portefeuille, terwijl hij hem f f'^^Hrzekm'ing dorst geven van de ondersteuning en het ver- f' r\ 4®$ dA kamer, zoo hij blijken gaf van kennis en behartiging 3 f .^If^^hcer Van Zuylen van Nyevelt verklaart zich voor het 1 dat nog eene vermeerdering van een half millioen rntr^nden-,toestaatHij gelooft clat het afgeschilderde vef^l'^f marine, piet van overdrijving is vrij te pleiten. Het mamgéefmoge onl.Qg^kend zijn, en wordt dat niet aangevuld claii' is Jiet .verval le^twijfelachtigzoo vatte hij ook de ver- Ie li^&gen van'den vf^^n minister op, en thans hoopt men niet enl^liöl^hersfèl, m^^óp eene groote uitbreiding der marine. Dff^^llo^ufpn beschouwt de aanneming van het ont werp als een eerste schrede tot het stelsel dat men niet wil pre judiciëren en hij verschilt in zoo verre van clen heer de Brauwr van gevoelen, dat hij degenen die zich bij de beraadslagingen over het ontwerp nopens het gemaal op clen ongunstigen fïnan- cielen toestand beriepen, van inconsequent ie zou beschuldigen, als zij na de aanneming van clat ontwerp toch nog verhooging voor de marine willen toestaan. Hij waarschuwt voor de ge vaarlijke rigting om weinig te doen met veel middelen. De heer van Bosse betuigt zijn leedwezen dat de minister van buitenlandsche zaken weder cle kwestie van cijfers in eene poli tieke kwestie wil veranderenzijne bezwaren werden nog niet opgehelderd en hij acht het onraadzaam de zuinigheid zoo ge heel ter zijde te stellen. De heer Elout van Soeterwoude kan zich met het amende ment niet vereenigen. De ruimte der schatkist laat de voorge stelde uitgave toe. Hij meent dat er op cle marine vroeger te veel bezuinigd is, en daardoor verbeteringen of voorzieningen uitgesteld moesten worden. Er wercl telkens gewezen op gebrek aan middelen. De heer van Deinse is tegen het amendement en tegen elk an der van die strekking. Als het aangenomen wordt dan zal hij de geheele wet afstemmen. Hij is voor geene halve maatregelen, half vertrouwen of halve begroot,ing. De heer Zylker is voor het amendement omclat het te gemoet komt aan zijne bezwaren tegen te groote uitbreiding der marine en aan het bezwaar om het stelsel door cleze wet niet te preju diciëren. De heer HugenholLz acht de aanneming van het hoofdstuk niet twijfelachtig en vooral heeft hij de rede van den minister van buitenlandsche zaken metgenoegen gehoord, omdatdezein eene vroegere betrekking heeft medegewerkt tot aanmerkelijke vertraging van liet herstel der marine. Ofschoon dus op andere gronden clan die minister,zal hij de wet aannemen als credietwet en blijk van vertrouwen in clen minister van marine. Deheer Thorbeckc beantwoordt clen minister vau builenland- sclie zaken door ten aanzien van de suppletoire begrooting voor oorlog op te merken dat geen minister eene stelling kan volhou den in strijd met cle weten wat cle kwestie van vertrouwen be treft, moet hij in hel algemeen zeggen dat de geen clie er het meest over spreekt en het meest vraagt, het minste verdient. Hij gelooft dan ook dat de minister van marine geen vertrouwen zal willen dan wanneer hij daarop door zijne daclen aanspraak heeft ver worven. De vertegenwoordiging moet vry zijn. De minister van buitenlandsche zaken beantwoordt cle twee laatste sprekers door in de'eerste plaats te wijzen op den gun stiger toestand der financien, vergeleken bij het tijdstip waarop de heer Hugenholtz zinspeeldeten anderen te verklaren dat de minister van oorlog cle wet nakwam ofschoon verschillende in de consequentien, en eindelijk den heer Thorbecke Ie herin neren dat cle minister van marine zelfde kwestie van vertrou wen ter sprake bragt. Iu allen gevalle geldt het een politiek vertrouwen waarover men altijd spreken mag. Iu diens stelling is hij het overigens eens, en tevens in de gevolgtrekking dat hij dus het vertrouwen van den heer Thorbecke en de oppositie niet verdienthij verlangt clan ook alleen het vertrouwen van de kamer. De heer van Hoëvell verdedigt het amendement. De heeren Roehussen. Gevers van Endegeest, Ter Bruggen Hugenholtz en van Hoëvell komen nog nacler op hunne redenen terug, ter verduidelijking of rectificatie van gebezigde uitdruk kingen. De heer Sander verklaart zich tegen het amendement. De heer L.D. Storm zal voor hetamendementstemmen, maar wil er volstrekt, niet een bewijs van wantrouwen in zien, want hij is van oordeel dat de kwestie van vertrouwen of wantrouwen hier niette pas komt. De wetten moeten naar geweten en over tuiging beoordeeld worden en cle personen der ministers moeten er buiten blijven. Mogt cle minister van buitenlandsche zaken zijne stem als nog blijven beschouwen als votum vau wantrouwen, clan is hij tot het openlijk logenstraffen bereid. Ook de apologie door clen minister op zijn ambtgenoot voor marine gehouden, acht hij minder voegzaam, en neemt hij slechts aan als een betoog dat de heer van ïïall zich opnieuw verdienstelijk jegens het laud heeft gemaakt, en ten anderen ook cles noocls zich kan belasten met de portefeuille van mariue, na reeds alle portefeuilles gehad te hebben. De heer DuLlert treedt in eene beschouwing van het gespro kene. Hij wenscht dat het vraagstuk van vertrouwen als vreemd aan zijn amendement worde beschouwdevenzeer acht hij alle protestatien van vaderlandsliefde en belangstelling hier onge past, daar ieder naar pligt, eed en geweten moet handelen. De heer Baud zegt dat de omstandigheden waaronder de minister van marine is opgetreden, hem aanspraak geven op zijne ondersteuning en zijn vertrouwen, tenzij het nader blijke clat die minister met hem in de hoofdzaken verschilt, en dat zal eerst bij cle beoordeeling van het stelsel blijken. De beraadslagingen worden gesloten. Het amendement van den heer Dullert, tot vermindering van cle post van het materieel met 1.000.000, wordt verworpen met 40 tegen 18 stemmen. Voor hebben gestemd cle heeren L. D. Storm, cle Limpens, Jespcrs, Thorbecke, van Bosse, van Zuylen van Nyevelt, Biaupotten Gate, Bots. Dullert,Reinders.Strens, Beeus, van der Linden, West erhoff, Hugueuiu, van der Veen, de Lom de Berg en Zijlkcr. Art. 11 wordt daarna onveranderd, zonder stemming aauge- nomen. De verdere artikelen van het hoofdstuk hebben tot weinig of geen discussie aanleiding gegeven. De minister heeft nog, in ant woord op eenige vragen van den heer Baud, verklaard clat er voorloopig geene nieuwe groote schepen op stapel zullen gezet» worden, dat de verplaatsing der hellingen te Vlissingen en Hel- levoetsluis niet wcnsohelijk is, en dat er plan bestaat om nog een tweede schip op eene partikuliere scheepstimmerwerf te laten bouwen. Na afloop der beraadslagingen is het geheele ontwerp in om vraag gebragt en aangenomen met 44 tegen 16 stemmen. Tegen do heeren Zylker, Storm, Jespers, Thorbecke, vau Zuylen van Nyevelt,Biaupot ten Cate, Bots, Dullert, Reinders, Strens, van der Linden, Westerhoff, van Hoëvell, Huguenin, van der Veen en cle Lom de Berg. Thans is aan de orde het rigten van vragen door den heer Biaupot ten Cate aan clen minister van koloniën. Hij wenscht namelijk inlichtingen nopens hetgeen door cle regering sedert 3 maart jl. is gedaan tot herziening en verbete ring van hetslaven-reglement in West-Indie, en herinnert clat op dien dag is aangenomen de conclusie van eeu rapport, uitge- bragt op een adres van den heer Eeenstra, behelzende oucler aucleren aan clen minister het verlangeu der kamer te kennen te geven om ten spoedigste de vigerende slaven-reglementen te herzien zonder cle maatregelen tot emancipatie der slaven te ver tragen. Hij herinnert voorts aan de vele adressen van adhesie, later ontvangen, en de geruststellende antwoorden daarop gegeven door den minister van koloniën. De minister van koloniën voldoet gaarne aan den uitgedrukten weusch van den vorigen spreker; hij kan de verzekering geven dat de herziening der reglementen bij het departement van ko loniën voibragt is en clat de voordragt sedert half april aanden koning eu ook aan nog auclere staatsligchamen is onderworpen. De gedachtenwisselingen daaromtrent zijn sedert die aanbieding nog niet afgeloopen. De minister hoopt dat dit weldra het ge val zal zijn en clat het clen koning moge behagen, hoogstdeszelfs zegel aan zijne voorstellen te hechten. Hij kan ook voorts de ver zekering geveu. dal cle staatscommissie, belast met cle zaak dei- emancipatie, biuueu korte dagen met haar uitgebreid verslag zal gereed zijn. De heer Biaupot ten Cate dringt nader aan op eene spoedige behandeling, onder dankbetuiging aan den miuister voor zijne inlichtingen, op zoo heusche wijze gegeven. Op eene door clen heer van Hoëvell tot hem gerigte interpel - latie omtrent het ver rig te door de regering na de aanneming der conclusie van het verslag eener commissie, die op eeu adres van den heer L. van Vliet zijne uitzetting uitcle Pieanger-regent schappen voor onwettig heeft verklaard,antwoordt hij clat de regering met dien heer in onderhandeling is. De commissie van rapporteurs voor de wets-ont.werpen be trekkelijk liet wijzigen der wetten van 18 augustus 1851 omtrent de bevordering, het ontslag en het op pensioen stellen der officie ren, eu de regeling der pensioenen bij cle zee- en landmagt, heb ben hare eindverslagen uiigebragt. De kamer heeft bepaald dat cle beraadslagingen over clie wets ontwerpen zullen plaats hebben na afloop van die over cle reeds aan de orde gestelde onderwerpen. Aan het einde der zitting heeft de commissie voor de verzoek schriften op eenige in hare handen gestelde adressen rapport gedaan. - De kamer zal op morgen ten elf ure aanvangen met cle behan deling van cle wets-onlwerpen tot goedkeuring vau: 1het tractaat omtrent de regeling van de grenzen der neder- landsche en portugesche bezittingen op het eiland Timor en 2. artikelen der overeenkomst met Erankrijk tot wering van clen nadruk. tfBtïBuaeeïatea'aaxl van Woes, Zitting van den 19 junij. Tegenwoordig al de leden. De notulen der vorige vergade ring zijn gelezen en goedgekeurd. Wordt gelezen missive van den heer commissaris des konings in dit gewest van 7 dezer, om kosteloos aan het rijk af te staan tot stichting eener arrondisscments-gevangeniseen gedeelte grond van het zoogenaamde stort en het terrein waarop nu het stads-secrect, brandspnithuisje, brugophaalders woning en oost- poort met ret ranch ement staan; om de waarde van clen af te stanen grond tc doen begrootcn, welke waarde dan in mindering kan strekken, voor het aandeel door de gemeente in cle stich

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1855 | | pagina 2