lluitcnlanöscljc
schepdie bij hunnemeest geheel ingestorte huizen kun
nen komen, beginnen aan de weder opbouwing te denken,
doch het is treurig om de verwoesting te zien.
De Nieuwe rolterd. conrant vermeent uit eene zekere
bron, dat te beginnen met 1 mei aanstaande, de admini
stratie van den hollandsch-belgischen spoorweg, dagelijks
drie diensten tusschen Antwerpen en Rotterdam zal openen.
Op dien tijn zullen de prijzen der plaatsen tevens eene
balangrijke vermindering ondergaanten gevolge van de
afschaffing des omnibusdienstals zullende de baan alsdan
tot het station aan den Moeedyk geopend zijn.
BeEnoenmiiag-eii eaa JbesSanHesB.
Bij Zr. Ms. besluit van den 1-1 dezer no. 60, zijn de
navolgende opper-, hoofd- en verdere officieren op pensioen
gesteld
S. T. A. llubar, generaal-majoor kommanderende de 1ste
brigade infanterie enz.op zijn daartoe gedane aanvrage
en met toekenning vau den rang van luitenant-generaal
ad/2100; W. Bannier, majoor-adjudant in het provinciaal
kommandement van Gelderlandmet toekenning van den
rang van luitenant-kolonel ad ƒ1300; A. Pronk, majoor
adjudant in bet provinciaal kommandement van Noord-bra-
bant ad/1300; T. de l'Angle, kapitein plaatselijk adjudant
der 1ste klasse te Naarden ad 900; J. C. van Eukhuijsen
kapitein plaatselijk adjudant der lst.e kl. te Grave ad 900
P. Maas, kapitein bij het 6de regem. infaanterie ad ƒ1050;
A. van der Poort, kapitein bij hetlste regement infanterie
ad 1035 C. G. Doerleben, lste luitenant bij bet Sste
regement infanterie ad ƒ612; J. B. Baenen lste luitenant
bij het lste regement infanterie ad 720; J. van Duiken,
lste luitenant bij bet lste regement infanterie ad 660.
Daarenboven hebben bij besluit van de zelfde dagteckening
onderscheidene bevorderingen plaats gehad van subalterne
officieren bij de provinciale en plaatselijke stavenhet wapen
der infanterie, het regement grenadiers en jagersalgemeen
depot van discipline en koloniaal werfdepot.
Bij besluit van den 13 april 1S55, heeft Z. M. goed
gevonden aan den beer R. H. L. Heidsieckhoogstdeszelfs
consui te Mexicover gunning te vcrleeiien tot het aanne
men en dragen der versierselen van ridder der Christus-orde
van Portugalhem door Z. M. den koning-regent van
Portugal geschonken.
Bij Z. M. besluit van den 7 dezer is bepaald: 1. dat
voortaan de opleiding van jongelingen tot adelborsten der
lste klasse bij 's rijks zeemagt uitsluitend aan boord der
oorlogsschepen zal geschieden en wel op de wijze, voorge
schreven bij koninklijk besluit van den 26 julij 1S5A2. dat
de jongelingen, die thans op de koninklijke akademie voor
de zee- en landmagt hunne opleiding tot adelborst der lste
klasse genieten, die opleiding aldaar zullen voleindigen, en
3. dat. de opleiding van jongelingen tot ingenieurs van de
scheepsconstructie en tot tweeden luitenant, der mariniers
aan genoemde akademie zal blij ven bestaanonder zoodanige
voorwaarden, wat de geldelijke bijdrage betreft, als latei-
zal worden vastgesteld en geregeld.
MatBasiiEEa eaa wetemisoSiajïpeBï.
Het concert, te geven door mevrouw Emilie Walter, eer
ste zangeres van liet keizerlijk hof-theater te Wcenen en
kamer-zangeres van Z. M. den keizer van Oostenrijk en
Z. M. den koning van Wurtemberg. waarvan :n no. -11 van
dit blad melding is gemaakt, als zullende waarschijnlijk op
23 dezer plaats hebben zal, zoo als wij met geuoegen vernemen,
op den bepaalden tijd voortgang hebbenniettegenstaande de
inleekenlijst tot dus ver niet het geweuschte aantal onder
teekenaren heeft mogen bekomen.
Om den wil van den goeden dunk dien gemelde zangeres
van den kunstzin van ons publiek blijkt te hebben, is het
te hoopen dat het concert goed bezet moge zijn, en de
kunstminnaren zullen gebruik maken van de gelegenheid
om bekend te worden met het talent van mevrouw Walter,
die op onderscheidene plaatsen, waaronder te Amsterdam
""/ïpT^Pelix meritis en zeer onlangs te 's Gravenbage in liet
ideaal Diligentia, met den grootsten bijval is gehoerd.
M e 5*34 bï 3 e ia ws
Zondag j I. werd te Kleverskerke de nieuw beroepen predi-
- -kant', de. heer C. P. Buyze, candidaat tot de heilige dienst,
by, de hervormde gemeente bevestigd door ds. J. D. Stet-
~.._-ierbgge van Zierikzee.
Behalve door den bevestiger geschiedde de handoplegging
door de eerw. beeren dr. J. Borsius van Middelburg en
Houtzager van Nieuwland.
Naar aanleiding van Hand. VIII. vs. 5 en 6a. aanvaardde
de bevestigde zijn predikambt des namiddags.
kerkeraad der herv. gemeente te Nisse. is
drietal beroepen ds. Batt.eké, te
MpsSeus,
Verscüiilleiade liepisteu.
Bij liet departement van binnenlandsche zaken is, ten
behoeve der noodlydenden door den jongsten watersnood
ontvangen: 1. door tusschenkomst van denbeer Overklift te
's Gravenbage, van C. v. B. te Petersburg. eene som van
f 30; 2. van den heer W. L. van Bijlevelt te 's Gravenhage,
eene som van S0,25, zijnde de opbrengst der door hem
vervaardigde dichtregelen.
Terwijl er dit jaar geen zangersfeest voor de lied er-
tafels zal gehouden worden is er een groote wedslrijd voor
liedertafels door het stedelijk bestuur van Ryssel uitgeschre
ven, waarbij prijzen zijn uitgeloofd van 800, 500 en 300
fr. voor buitenlaudsche liedertafels, behalve een aantal an
dere prijzen.
§4sa4eBï-5«<eBB«ïrMJn.9.
Eerste Kamer. Zitting van IS april.
In deze zitting zijn achtervolgens aangenomen:
i. de wets-ont.werpen (litt,. a en btot regeling van de
koperen pasmunt in Nederlandscli Indie, en tot nadere aan-
wyzing der middelen tot regeling van bet muntwezen aldaar
beide met 2S tegen 2 stemmen (die der heeren de Bruyn
en van Swinderen)het eerste na eene beraadslaging waar
aan deel namen de beeren van Rijckevorsel en van Swinderen
en de minister van koloniënhet tweede zonder beraadsla
ging; 2. het wets-ontwerp tot afschaffing van de regten op
den uitvoer van gemunt en ongemunt goud eu zilver in
Nederlandsch Indiemet algemeene stemmen, zonder beraad
slaging; 3. het wets-ontwerp strekkende tot regeling van het
gebruik van het koloniaal batig slot van 1852, na eene
woordenwisseling tusschen den heer van Beeck Yollenlioven
en den minister van koloniën, en 4. het wets-ontwerp strek
kende tot regeling van het gebruik van liet koloniaal batig
slot over 1853, zonder beraadslaging, beide met 29 tegen
eene stemdie van den heer van Rijckevorsel5. het wets
ontwerp tot verklaring van algemeen nul van de voltooijing
van den aangelegd wordenden grindweg van Willemstad naar
Steenbergen en van daar tot den grooten weg onder Hal
steren (provincie Noordbrabant.); 6. liet wets-ontwerp tot
ont eigening van pereeeleu voor het maken eener wisselplaats
voor schepen in de Vecht, gemeente Utrecht.; 7. het. wets
ontwerp tot opheffing vaa het fonds tot bevestiging en
wapening van het zuidelijk frontier; 8. het wets-ontwerp
tot regeling van het fonds der bakengelden; 9. het wets
ontwerp tot afstand van rijksgebouwen aan de gemeente
Leeuwarden10. de wets-onl-werpen tot naturalisatie van
H. P. Klerck en 9 anderen; alle zonder beraadslaging met
eenparigheid van stemmen.
De commissien van rapporietirs voor de wets-ontwerpen.
tot het vaststellen van nadere bepalingen betreffende de kos
ten der huizen van bewaring; tot regeling en beperking dei-
uitoefening van liet. regt van vereeniging en vergadering;
tot. regeling der verantwoordelijkheid van de hoofden dei-
ministeriele departementen; tot aankoop van 2-J- en 3 pet.
nationale schuld, ter vervanging der schatkistbiljetten in het
depot der muntbiljetten, en tot verhooging van hoofdstuk
V der staatsbegrooting voor 1855 (stichting van een stoom
gemaal op den IJssel, hebben daaromtrent hare verslagen
uitgebragt..
De behandeling dier wets-ontwerpen zou heden een aan
vang nemen.
Omtrent de wets-ontwerpen waarvan de verslagen in
de zitting van maandag van de eerste kamer der staten-gene-
raal der tafel zijn gebragt.zijn door de sectien geene aan
merkingen gemaakt. Alleen len aanzien van dat tot ophef
fing van het fonds tot bevestiging en wapening van het
zuidelijk frontier is gezegd dat men wel eene nadere toe
lichting van de daarin genoemde som gewenscht hadterwijl
in verband met de voordragt tot regeling van het koloniaal
batig slot van 1852 op eene registreeksche gemeenschap
met Indie, doormiddel van stoomvaart werd aangedrongen.
S£3B«-e8sii.flSJiI.
Londen 17 april. In particuliere brieven uit Stockholm
wordt op de meest stellige wijze verzekerd, dat in eene
nota der engelsche regering aan het zweedsche kabinet, op
nieuw en met nadruk eene aansluiting van Zweden aan de
westersche mogendheden wordt verlangd.
The court circular zegt nopens de aankomst van HH.
MM. de keizer en keizerin der Eranschen op het kasteel
van Windsor het volgende:
De keizer en de keizerin zijn eergisteren avond bij den
ingang der groote zaal ontvangen door de koningin, verge
zeld van den prins van Wallis, van de koninklijke prinses,
van den hertog van Cambridge en den prins von Leiningen.
Prins Albert, vergezeld van den majoor-generaal sir Ch.
Grey, lord Paget en den kolonel Seymour, trad op het
zelfde oogenblik als de hooge gasten binnen, die hij te
Dover is gaan verwelkomen. Eene eerewacht van het 49st,e
regement begeleidde P1H. MM." op hunnen togt van het
slation van den groot westelyken spoorweg tot. aan het
kasteel, terwijl de muziek //partant pour la Syrië" speelde.
Zoodra de koningin den keizer verwelkomd had, nam zij
ziju arm en de keizerin dien van prins Albert. Vervolgens
gingen zij naar de troonzaal, waar de koninklijke kinderen
vereenigd waren, en daarna naar de receptiezaal, waar de
personen die aan het huis van H. M. en prins Albert ge
attacheerd, zijn, aan HH. MM. werden voorgesteld.
//Nadat deze plegtigheid, waarbij ook lord Palmerston en
lord Clarendon tegenwoordig waren, afgeloopen was, had
het diner plaats."
Het programma der feesten en plegtigheden wordt
door de Morning Post aldus opgegeven:
Dingsdag, militaire parade te Windsor.
Woendag, begiftiging met de orde van den Kousenband.
Donderdag, dejeuner op Guildhall en de opera.
Vrijdag, bezoek in het glazen gebouw te Sydenham.
Zaturdag, vertrek der keizerlijke gasten.
De zitting van het parlement van lieden avond lever
de niets belangrijks op, dan dat lord Grey aankondigde
dat lord John Russell uiterlijk den 27 dezer maand van
Weeneu te Londen zal teruggekeerd zijn. De beide hui
zen zijn geadjourneerd.
--De lord mayor heeft eergisteren een diner aangeboden
aan den prefect van bet departement der Seine en andere
leden van den gemeeuteraad van Parys die zich op dit
oogenblik alhier bevinden. Ongeveer twee honderd gasten
waren er tegenwoordig, waaronder men ook opmerkte den
consul der Nederlanden.
EÏBttstSCÏllllifclBji.
Weenen 15 April. Vorst Gortschakof is gisteren bij den
keizer ten gehoore toegelaten.
In telegrafische berigten voorkomende in de Nieuwe
Rotterdarasche courant en het Algemeen Handelsblad wordt
het berigfc der volharding van Oostenrijk bij zijne neutrali
teit en bet ontwapenen zijner troepen eene mystificatie ge
noemd. Zoo lang dit berigt echter niet van andere zijden
bepaald wordt tegengesproken, blijft het de sck'ijn voor
zich houden.
Men verzekert dat de minister van financien, baron
von Brnck, zijn nieuw financieel plan reeds aan den keizer
voorgedragen heeft en dat. men aan de goedkeuring- uiet.
twijfelt.
Berlijn 17 April. De tweede kamer heeft een voorstel
verworpen, dat strekte om den wensch uit te spreken
dat op de begrooting van 1850 eene som van 1000 thalers
maandelyks zal worcien uitgetrokken voor preseutie-geld aan
den voorzitter der kamer.
Onderscheiden engelsche en fransche zee-officieren hou
den zich onledig met het topografische onderzoek der ha
vens van Trebizonde, Sinope en Burgas. Naar men hoort
verzekeren zijn de geallieerde mogendheden willens deze
havens te vestigen en in bezit te houden.
Bfa-aulterijS*,
Parijs 17 maart. Bij afwezigheid van den keizer presideert
prins Jéröine den ministerraad.
In het paleis van St. Cloud worden vele verfraaijingen
gemaaktmen zegt dat er een groot feest zal gegeven wor
den aan de koningin van Engeland.
De keizer heeft het kasteel van Arenenberg gekocht, waar
vroeger de koningin Ilortensezijne moederverblijf hield.
Het tweede gedeelte van het officiële verslag, be
treffende de oostersche zaken trekt niet minder de aan
dacht dan het eerste gedeelte, waarin meer uitsluitend
gewag is gemaakt van de militaire maatregelenwelke door
de westelijke mogendheden tegenover Rusland zijn genomen.
Het t.weecle gedeelte is, naar men vermoedt, door een ander
geste'd dan het eerste, 'twelk algemeen aan den keizer
zeiven wordt toegeschreven. De militaire aangelegenheden
zijn zeer duidelijk uiteen gezet, en de stijl.is geenszins zoo
als zulks, het geval is in het t.hans in den Moniteur opge
nomen gedeeltegezocht, ja zelfs hier en daar bloemrijk eii
dichterlijk. Het zeggen is, dat de heer de la Gucrounière
het ontwerp voor liet tweede gedeelt e heeft geleverd't welk
echter tiet openbaar is gemaakt dan nadat, de keizer de
laatste proeven bad nagezien en goedgekeurd.
In verscheidene opzigten moet ook het verslag, betref
fende den loop der diplomatieke onderhandelingen, als be
langrijk worden beschouwd. In de eerste plaats doet de
regering het zeer bepaald uitkomen.dat Erankrijk liet.eerst
de aandacht, van Europa heeft gevestigd op de aanmatigende
staatkunde van het russische kabinet.? 't welkin de regeling
van liet vraagstuk betreffende het H. graf met het kabinet
van Parijseene aanleiding meende t,e hebben gevonden
om eene krachtige poging aan te wendenteil einde de
heerschappij van Rusland uit t.e strekken tot de zeestraten
bij Konstantinopel. Engeland heeft aanvankelijk edaclit
dat de zaak alleen godsdienstige aangelegenheden betrof,
doch is al spoedig overtuigd geworden dat hier hoogere
belangen van algemeenen staatkundigen aard op het spel
stonden. De innige alliantie van Engeland met Erankrijk
is van die overtuiging het gevolg geweest.
Verder wordt van regeringswege betoogd dat de vorige
gouvernementen nooit regt goed hebben ingezien dat het
doel van Rusland was uitbreiding van zijue magt. Ten
blijke daarvan kan strekken vooreerst het verbranden der
turksche vloot, voor Navarino in 1828 door de gezamen
lijke franscheengelsche en russische vlotenen verder
de zamenwerking der mogendheden met Rusland in het. jaar
1840, toen, met uitsluiting van Erankrijk, niemand ver
moedde dat de Krim eene geheime wapenplaats werd