Öuiti'nUmösc!;c
Gedeputeerde staten van Gelderland hebben hun medelid
den baron van Lijndenden last opgedragen ommet. den
griffier der staten, op de plaatsen zeiven bet noodig onder
zoek te doen naar de omstandigheden welke de dijkbreu
ken zijn voorafgegaan onder welke deze hebben plaats gehad
en welke daarop zijn gevolgd; naar de pogingen, welke zijn
aangewend om den vloed te keeren en onheilen te verhoe
den, en het min of meer loffelijk gedrag der genen welke
daarbij zijn werkzaam geweest en hebben uitgemunten ook
omtrent het geenonverhooptbij pligtverzuim kan zijn
nagelaten.
Volgens eene telegrafische depêche uit Triest van den
16 dezer is de Indische mail aldaar aangekomen, zonder de
brieven en dagbladen uit, Batavia.
Was er voor een geruimen tijd sprake dat door engel-
sche ondernemers aan het nederlandsehe gouvernement zou
zijn aangeboden om de rivier de Maas van af het steenen baken
langs Brielle naar Rotterdam kunstmatig zoo te veranderen en
te verbeterendat de groole schepen aldaar zonder eenig be
zwaar zouden kunnen binnenkomen; thans wil men weten
dat er gegronde hoop bestaat om zulks verwezenlijkt te
zullen zien, dab in waarheid die grijze stad, zoo beroemd
in de geschiedenis, uit haren kwijnenden staat niet weinig
zon opbeuren en doen herleven, daar het binnenvallen der
schepen in de Maas altijd te verkiezen zou zijn boven het
Voornsche kanaal, zoo met betrekking tot den meerderen
spoed als de mindere kosten in liet belang van handel en
scheepvaart.
De officiële berigten omtrent den stand der rivieren
luiden over het geheel meer geruststellend. De buitenge
wone rivier-correspondentie is dan ook in de meeste inspec
tiën van den waterstaat opgeheven.
Men meldt uit 's Hertogenboseh van den 1G maart:
u Door de buitengewone krachtsinspanning, onder de lei
ding van den stads architect den heer de Zoeter en den
aannemer den heer C. van der Sluyse, is het gelukt de
menigvuldige en diepe gaten in den ïïinthamschen steenweg
zoodanig te stoppen dat de weg berijbaar was."
De doorbraak in den Grebbedijk is den 14 dezer van
buiten omringd en alle inloop van water gekeerd.
De schotbalken zijn uit de Grebbesluis genomen om de
lozing van het vloedwater te bevorderen.
Te Ingen was de bovenste doorloop bevangen. Te
Maurilc dacht men den lé dezer ook zoo ver te komen.
Men schrijft van Zwolle den 15 dezer
n Sedert eenige dagen is de aandrang van het Vechtwa
ter, ten gevolge van de doorbraak in den Maatgravendijk,
zoodanig toegenomen dat een groot gedeelte van de buurt
schappen Herfte en Berkvim z.oo mede van den Diezer Enk
cu de straatweg op Almelo is overgestroomd. Hoewel de
afloop van het water door het gunstig weder wordt bevor
derd, zal er evenwel nog wel eenigen tijd verloopen voor
dat de lauden van het, water zullen zijn ontlasthetwelk bij
het naderen van de lenle voorzeker tot oponthoud in den
landbouw aanleiding zal geven."
Volgens de 's Gravenhaagsclie nieuwsbode zoude bij
den raad van state een ontwerp van wet aanhangig zijn
dat eenige bepalingen betreffende de huishouding en de
tucht op de koopvaardijschepen inhoudtwelk ontwerp
later aan de staten-gencraal zal worden aangeboden.
M3?.aastesfi eaa •weteGSseSaajnpajEa.
De heer Deville, hoogleeraar in de scheikunde te Parijs,
is bij een -keizerlijk besluit vau deu 13 dezer tot ridder van
het Legioen van Eer benoemdinzonderheid omdat hij uit
leemaarde een nieuw metaal, het aluminium (metaal"uit
klei) getrokken heefthetwelkgelijk de betrekkelijke mi
nisteriele voordragt zegt, ook voor de industrie zeer nuttig
zal worden en met der tijd in het dagelijksche gebruik het
koper en tiu zal vervangen. Men vindt over deze uitvin
ding een belangrijk artikel in het Album van buiteulandsche
leUervuehlenaflevering van 15 maart.
Z. M. heeft goedgevonden tot reef or magnificus bij
dé -haogesehool te Utrecht, voor betakademiejaar 1855/56,
té benoemen den hoogleeraar J. van Hall.
SEI jüGgnGae.
Aldaar men ons van hel, Nieuwediep meldt zou Zr. Ms.
fregat Prins Hendrik, buiten dieyst worden gestelden
daarvoor in dienst komen Zr. Ms. fregat der 2de klasse
Prins Al^sa-Bshej.-; Zr. Ms. stoom-korvet Medusa zou
mede de,n lapnl in dienst worden gesteld.
Volgensbërigtorivva'n dc Ivaap de Goede Hoop waren
in dejTafelbaai aangeköjilebden 20 January Zr. Ms. fre
gat on'der.bevel van den kapitein ter zee
E. N.\È&-At Hooït>-j voqiiencle de vlag van den schout bij
nacht J>iv.Bouricifli,/van Vlissiogenen den 21 januavij
Zr. Ms. schoóhérmrb a n gluitenant ter zee 1ste klasse
'/I Hansenvan het Nieuwediepbeide naar Batavia bestemd.
Den 31 januarij arriveerde te St. Helena Zr. Ms. stoom
schip M er a pi, van Batavia naar Nederland.
^eB-scBaalBeiatBe Hïera&ftesii.
Naar men verneemt heeft Z. M. de koning aan den
staatsraad commissaris des konings te 's Hertogenboseh de
belangrijke som van ƒ2000 overgemaakt, ten behoeve der
lijders van den jongsten watersnood.
Eene gelijke som van 2000 heeft Z. M. doen toekomen
aan den staatsraad commissaris des konings der provincie
Zuidholland.
Het heeft 13.; M. de koningin-moeder weder behaagd aan
de dames-vereeniging der moederlijke weldadigheid te Velp
de jaarlijksche gift te doen toekomen.
Men verneemt dat de onder-officieren en manschap
pen van het tweede regement dragonders onder kommando
van den kolonel jhr. van Marlen, eene vrijwillige bijdrage
van een dag traktement verstrekt hebben tot leniging van
den nood door de overstroomingeu veroorzaakt, Men twij
felt niet of dit voorbeeld zal bij bet overige nederlandsehe
leger navolging vinden. Ook verneemt men dat de werk
lieden van de algemeene landsdrukkerij tot bet zelfde einde
eene gift van van ruim 60 hebben bijeengebragt.
Volgens het Handelsblad is bij de algemeene commis
sie te Amsterdam ten behoeve van den watersnood reeds
ingekomen f 56,919,89+.
Een concert door Jenny Liud te Amsterdam ten
voordeele van de noodlijdènden door den watersnood ge
geven heeft zuiver een bedrag vau 3830 opgebragt.
De verkiezing van leden der tweede-kamer in de
kiesdistricten Hoorn en Maastricht,in plaats van wijlen den
heer J. Donker Hz. en van den heer van Win tershoven»
is bepaald op 8 april aanstaande.
Meie©a'oB.ogïsc3ae waaarMeaaaiMg-eBfl 9
gedaan op 's Rijks Werf te Vlissingen, des middags ten 12 ure.
Maart 1S55.
Wind.
1
215
Aanmerkingen.
-
j
11
O.Z.O.
755.6
+2,0
0.S6
5.2
0
ligt bewolkt.
12
Z.
3
731,2
//I.O
0.93
5.5
0
betr. met 8 ar. sn.
13
Z. Otel.
0.1
7é3.0
//3.1
0.S7
5.6
6.0
betr. met 2 ur. sn.
lé
Z.O.t.Z.
1
755 6
0.80
5.6
0
bew. snachts vorst
15
Ü.t. N.
2.3
760.0
»/2.5
0.71
4.7
0
held. snaehts vorst
16
W.ZW.
6
753.3
//é.2
ö'91
6.4
4.0
buij. snachls vorst.
17
Z.Z.W.
5
757.0
//S.S
0.77
6.9
0
ligt bew. sn. vorst
if a i e bi - Sn e a b e a*a jï, 3
Tweede Kamer Zitting van 13 maart.
De beraadslagingen hebben plaats gehad over de wets
ontwerpen betrekkelijk het Indisch muntwezen.
Over het eerste daartoe betrekkelijke wets-ontwerp tot
regeling vau de koperen pasmunt in Nederlanclsch Iridie in
het algemeen hebben het woord gevoerd de heeren Sloet
tot Oldhuis, van Goltsteinvan Bosse, Rochussen van
Hoëvcll en de ministers van koloniën en van financiën.
Na eene korte woordenwisseling tusscheu de heeren Rochus
sen Dirks en den minister van koloniën over art. 1, zijn
dit en de overige artikelen alsmede de beweegredenen zon
der beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming goedge
keurd waarna het wets^omwerp met 30 tegen 25 stemmen
is aangenomen.
Tegen hebben gestemd de heeren Rcinders van Eek,
Strens, de Pooter, de Lom de Bergvan HoëvellPlpyrick
van Papendrecht, Jespers, Dullcrt, ter Bruggen Hugen-
holtz Storm van 's Gravesande, Storm, Thorbecke, Mackay,
Bots Sloet tot OldhuisMeeussen Dommer van Poklers-
veldt, van der Linden Heemskerk Slichev van Domburg,
van Goltstein, Blaupot ten GateHuguenin en van Bosse.
Aan de algemeene beraadslagingen over het tweede wets
ontwerp houdende nadere aanwijzing van middelen tot
regeling van liet muntwezen in Nederlanclsch Indienamen
deel dé heeren van Hoëvell, van Bosse en de minister
van koloniën.
Na de aanneming der artikelen cn eene verandering van
redactie in de beweegredenen door den minister van koloniën
gebragtwerd dit wets-ontwerp met 31 tegen 24 stemmen
aangenomen. Met uitzondering van ,den lieer Mackaydie
voor het wets-ontwerp stemde, verklaarden zich de zelfde
leden ook tegen deze voordragt, die tegen het vorige wets-
ont-werp stemden.
De minister van koloniën heeft in den aanvang der zitting,
aan de kamer toegezegd de indiening eener toelichtende nota
op het wets-ontwerp aangaande de regeling van het beheer
cn de verantwoording der koloniale geldmiddelen in den
geest van ecu voorstel van den heer van Bosse, clie het wensehe-
lijk achtte dat bij het onderzoek van het bedoelde voorstel
van wet, konden geraadpleegd worden dc bestaande regle
mentaire bepalingen betreffende de comptabiliteit, de regle
menten voor de rekenkamer in Indie en de wijze van ver
antwoording of afrekening tusschen bet departement van
koloniën en de nederlandsehe handelmaatschappij.
Zitting van 14 maart.
In deze zitting heeft de heer Torbecke na daartoe be
komen verlof, tot den minister van oorlog de vraag gerigt
of in den tegenwoordigen toestand, en alvorens de bevoegde
autoriteit tot mobilisering besloten hebbe eene verplaatsing
van het Limburgsch contingent buiten onze grenzen te wach
ten zij.
De minister van oorlog herhaalt de gedane vraag vol-
geus hein hierop nederkomende„of het limburgsch con
tingent voor het nemen van het besluit tot mobilisering door
den bond buiten de grenzen zou kunnen worden gezonden':"'
op die vraag antwoordt hij neen."
De kamer heeft in overweging genomen de conelnsien
van de in eene vroegere vergadering uitgebragte rapporten
der commissien tot onderzoek van
1. de inlichtingen der regering gegeven op het verslag
der commissie uit de kamer, betrekkelijk het regcrings-
verslag van, den staat der Wesi-indische koloniën over
1S51 en
2. van het regeringsverslag omtrent het beheer cn den
staat der koloniën over 1852 wat de West-Indien betreft.
De conclusie van het eerste rapport, strekkende om van
dat rapport afschrift ie zenden aan den minister van kolo
niën met verzoek om nadere inlichtingwerd zonder
hoofdelijke stemming goedgekeurdnadat deswege het woord
was gevoerd door de heeren Blaupot ten CateElout van
Soctenvoude en van Hoëvelidie daarbij den toestand der
slaven in die koloniën ter sprake bragténen de minister
van koloniën die leder, beantwoord had.
De conclusie van het tweede rapportluidende dat van
het verslag der eommissie afschrift aan den minister vau
koloniën zal gezonden worden, met verzoek om inlichtingen,
werd zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
Daarna zijn behandeld:
1. het wets-ontwerp houdende nadere bepalingen omtrent
de kosten der huizen van bewaring. Aan de algemeene be
raadslagingen namen deel de heeren Sander, van Lijnden
Strens van Akerlaken Thorbecke en de minister van.ju
stitie. Na de goedkeuring zonder hoofdelijke stemming dei-
artikelen en der beweegredenen is het wets-ontwerp met 35
tegen 21 stemmen aangenomen.
Tegen hebben gestemd de heeren Huguenin, Jespers,
Kien, Sohimmelpeninck van der Ooije Hoynck van Pa
pendrecht, Storm, Strens, de Lom de Berg: Bots, van
Eek, Meeussen, Westevhoff, Dullert, Godefroi, van Hoë
vell van der Poel de PoorterThorbecke Blaupot ten
Cate Heemskerk en Sander
2. het wets-ontwerp tot opheffing van het fonds ter be
vestiging en wapening van het zuidelijk frontier dat zonder
beraadslaging met algemeene stemmen werd aangenomen.
De commissie voor de verzoekschriften heeft aan het
einde der zitting omtrent een aantal in hare handen ge-
scelue adressen verslag uitgebragt.
Zitting van. 15 maart.
In deze zitting zijn achtervolgens aangenomen
1. het wets-ontwerp tot vevhooging van hoofdstuk Y dev
staatsbegrooling van 1855 (stichting van een stoomgemaal
ter ontlasting van Rhijnlands boezem op den IJssel)na
eene korte beraadslaging tusschen den heer Hoffman en den
minister van binnenlandsche zaken met 50 tegen 3 stem
mendie van de heeren Bots, Meeussen en van Bosse;
2. het wets-ontwerp tot regeling van het gebruik van het
koloniaal batig slot over 1853 met algemeene (50) stemmen,
nadat daarover door de heeren van Hoëvell, vjui der Lin
den Stolte en den minister van koloniën het*'oord was
gevoerd
3. de conclusie van het rapport der commissie tot on
derzoek der publicatie van den gouverneur-generaal van
Nederlanclsch Indie, tot verlenging van den termijn van
verbod van invoer van buskruid en vuurwapenen in de ha
vens van Sumatrazonder beraadslaging en zonder hoof
delijke stemmiug.
De commissie van onderzoek van het regerings-verslag om
trent den staat en het beheer van Oost-Indie over 1851
en 1852 heeft daaromtrent haar rapport uitgebragt. De
kamer zal over die conclusie nader eene beslissing nemen.
De eommissie voor de verzoekschiften heeft omtrent eenige
in hare handen gestelde adressen verslag gedaan.
De kamer is tot nadere bijeenroeping gescheiden.
Volgens de Arnhemsche courant is dezer dagen dc bc-
grooting voor het departement van marine voor het tweede
halfjaar 1855 in den ministerraad gebragt. Naar men ver
neemt berust die begrooting op de zelfde grondslagen als.
die voor het eerste halfjaar.
Kag-elanrt.
Londen 16 maart. The London gazette bevat dezamen-
stelling van den admiraliteitsraacl. Hij bestaat uit de vol
gende personen: sir Gh. Wood, den schout-bij-naclit Ber
keley den kapitein Richardsden kapitein Milne en sir
R. Peel.
In de zitting van het hoogerhuis stelde de graaf van
Granville cle derde lezing voor van de bill, betreffende de
uitgifte van schatkistbiljettenten bedrage van 17,183,000
p. st. Lord Monteagle maakte aanmerking dat door de
bijvoeging van 1,700,000 p. st. op kort termijn, ten be
hoeve van oorlogskosten, de tegenwoordige kanselier der
sehaikist van het stelsel van zijn voorganger was afgegaan-
De graaf Granville weigerde daarop in eene blootlegging te
treden van cle grondslagen van liet budgetals zijnde dit
ontijdig. De graaf van Derby bestreed den maatregel, doch
ua eenige discussien werd de motie aangenomen.
In de zitting van het hoogerhuis op den 15 heeft