4 a t e m - 5R e n i e r sa a I Tweede Kamer Zitting van 8 maart. De beraadslagingen werden voortgezet over liet wets-ont- werp tot regeling en beperking der uitoefening vanhetregt van vereeniging en vergadering. Over art. 10 luidende: Vreemdelingen kunnen geene leden zijn van staatkundige vereenigingen," hebben het woord gevoerd de hoeren van Hoevell, van Goltstein Thorbecké, de Brauw Rochussen, van ltappard God cfroi en de minis ter van justitie. Het werd zonder hoofdelijke stemming goed gekeurd, nadat het, door de aanneming met 52 tegen 8 stem men eerier wijziging van deii heer Godcfroialdus was ge amendeerd: „Vreemdelingen, geene ingezetenen zijnde, kunnen niet zijn leden van staatkundige vereenigingen." Art. 17, bepalende dat de artt. 291, 292 en 294 van het wetboek van strafregt zullen afgeschaft en het misdrijf,, om schreven in art. 293 van dat wetboek, naar de daar gemaakte bepalingen gestraft zal worden in welke vergadering het ook wordt gepleegd, gaf aanleiding tot eene langdurige be raadslaging waaraan deel namen de heeren van Recde van Oudtshoorn van der Linden, MackayGodcfroi, Elout vuil SoctenvoudeThorbecke en de minister van justitie. l)e laatste veranderde naar aanleiding van den loop der discussie, het artikel aldus: „Hes misdrijf, omschreven in art. 293 van dat wetboek (wetboek van strafregt), wordt, naar de bepaling daar gemaakt gestraftin welke der ver gaderingen in artt. 13 en 19 bedoeld het ook wordt ge» gpleed." Op art. 18, betreffende de voorwaarden onder welke ver gaderingen tot gemeenschappelijke beraadslaging in de opene lucht zuilen worden toegelaten, waarover de heeren van Lennep van der Linden, GodcfroiThorbecke en de minis ter van justitie het woord voerden, stelde de lieer Thor becke eene wijziging voorstrekkende om de hier bedoelde bepalingen alleen toepasselijk te maken op openbare verga deringen met welke de minister van justitie zich vereenigde, waarna het gewijzigde artikel werd goedgekeurd. Art. 19, aangaande vergaderingen in gebouwen, gaf geene aanleiding tot beraadslaging. Op art. 20 betreffende het verbod van het dragen van wapenen in vergaderingen maakte de heer Godefroi eenige aanmerkingen die dóór den minister van justitie beantwoord werden. Na eene kleine wijziging, gebragt door den minister van justitie in art. ,21^voorschriften inhoudende betrekkelijk bij eenkomsten waar het hanteren van wapenen beoefend wordt, werd ook dit, even als de vorige en volgende, zonder hoof delijke stemming goedgekeurd. Art. 22, bevelende dat elke vergadering, waarin dc open- hare orde gestoord wordt enz., op de vordering der policic uiteengaat, gaf aanleiding aan den heer Thorbecke tot het vragen van eenige inlichtingen die door den minister gege ven werden. Bij de behandeling van art. 23 opgevende de straffen bedreigd tegen de overtredingen van de artt. 16 tot 22 werd tevens behandeld de vraag aan het eind van het voor- loopig verslag gedaan of de in het wcts-ontwerp voorko mende regeling van het vcgt van vereeniging niet- geacht moet worden ten minste in zoo ver van algemeenen aard te zijn, dat na het vaststellen der wet Napoleontische ver ordeningen die hier te lande executoir zijn verklaard en welke dat regt in een in veler oog gewigtig opzigt te niet fleden als geheel vervallen moeten worde» beschouwd. Nadat de heeren van HoevellMeeussen Thorbecke, .Sloet tot Oldhuis en dc minister van justitie het woord hadden gevoerd en art. 23, gelijk ook de overwegingen, zonder hoofdelijke stemming was goedgekeurdwerd het ontwerp in zijn geheel aan eene stemming onderworpen en daarbij met 34 tegen 26 stemmen aangenomen. Tegen hebben gestemd de heeren van Bosse Iloynck van PapenprechtL.D. Storm Westerhoff, Mackay Dom mer van PohlersvelcitBeens Sloet tot Oldhuis, Meelis sen, van der Linden, DuIIert, van Eek Elout van Soe- terwoiicle, Jespers Strens, Hengst, de Poorter, van der Veen, Mevlink van HoevellThorbeckeBots Ter Brug gen Hugenholtz Blaupot ten Cate, Luyben en Huguenin. Vóór hebben gestemd de heeren van Akerlaken, Bioruraa Oostingvan Deinse, Slicher van Domburgvan Golt stein, Stolte Bosscha, Heemskerk, Divks, Engelen Del- prat Storm van 's GravesandeGodefroi Schimmelpen- ninck van der Oije, van Recde van Oudtshoorn, "Wintgens, van Rappard de Brauwvan FranckHoffman Taets van Amerongen, van Lennep, Sander, van Heiden Rei- nestein de Ivenipenaer van der PoelHoekwater van For eestvan Lijnden, Rocbusson, Gctci's van Endegeest, Baud Reinders en de voorzitter. De vergadering heeft daarna nog achtervolgons zonder beraadslaging met algemecne stemmen aangenomen de wets ontwerpen tot naturalisatie van II. P. KierdeG. H. Wos- ten G. Gerties If. A. J. R. U. Joerissen M. Neustaetter, G. R. A. Wiiste, J. J. Hoffmann, J. P. BvandesG. W31- lett en P. Rnyl. Den volgenden morgen ten 11 ure zou de kamer in be handeling neinen de wets-onlwerpen waarvan de beraadsla ging reeds vroeger is vastgesteld: Zittiug van 9 Maart 1855. In deze zitting is beslist dataan te vangen op maan dag, achtervolgens zullen behandeld worden de navolgende wets-ontwerpen waaromtrent reeds vroeger de eindver slagen zijn uitgebragt: 1. het wets-ontwerp tot aankoop van 2i en 3 percents nationale schuld tot vervanging der scliatkistjettcn in het depot der muntbiljetten; 2. de wets-ontwerpen tot regeling van de koperen pas munt en houdende nadere aanwijzing der middelen tot re geling van het muntwezen in Nederlandsch-Indie; 3. het wets-ontwerp, houdende nadere bepalingen omtrent de kosten der huizen van bewaring; 4. het wets-ontwerp tot opheffing van het fonds voor dc bevestiging en wapening van het zuidelijk frontier. Dc kamer heeft aelitervolgens in overweging genomen en aangenomen 1. het wets-ontwerp tot regeling van het gebruik van lxet koloniaal batig slot over 1S52 waarover het woord door de heeren van Bosse van Iloëvell Rochussen Ter Brug gen Hugenholtz Dirks en den minister van koloniën ge voerd werd met algemeenc (54) stemmen 2. het wets-ontwerp verkiareniie het algemeen nut van de voltooijing van den aangelegd wordenden grindweg van Willemstad naar Steenbergen en van daar tot den grooten weg onder Halsteren (provincie Noordbrabant), zonder be raadslaging nadal door den minister van financien namens den minister van biunenlandsclie zaken, die, wegens den toestand der rivieren afwezend dc verdediging van het wets-ontwerp aan dezen had opgedragen, in het eenig ar tikel eene wijziging was gebragt, met algemeenc (47) stemmen; 3. het wets-voorstel tot regeling van het fonds der ba kengelden na eene woordenwisseling tussolien den heer van Akerlaken en den minister van financiënmet algemecne (53) stommen; 4. hot wees-ontwerp tot onteigening van perceelcn voor het maken eerier wisselplaats voor schepen in dc Vecht (gemeente Utrecht) zonder beraadslaging met algemecne (52) stemmen 5. het wets-ontwerp strekkende tot afstand van rijks gebouwen aan de gemeente Leeuwarden, zonder beraadsla ging met algeraeene (52) stemmen De commissie voor de verzoekschriften heeft, bij monde van de heeren Dirks Engelen van Eek en Hengstop een aantal in hare handen gestelde adressen verslagen uit- gedragt. Verbetering. Bij de vermelding der aanneming van art. 7 van het wets-ontwerp tot regeling en beperking der uitoefening van het regt van vereeniging en vergade ring moet gelezen worden, dat dit artikel na de daarin door don minister van justitie aangebragte verandering, thans aldus luidt: „De erkenning wordt door ons alleen geweigerd op gronden ontleend dan het algemeen belang. Hot besluit van weigering is met redenen omkleed." Zitting van 12 Maart 1855. In deze zitting zijn ingekomen 1eene missive van mevrouw de weduwe Donker, daarbij bcrigtende het overlijden van haren echtgenoot, lid der'kamer-voor het hoofd-kiesdistrïct Hoorn, en 2. eene missive van den heer van Winterslioven, kennis gevende dat hij wegens zijnen ongunstigen gezond heidstoestand zijn ontslag neemt als lid der kamer voor het hoofd-kiesdistriet Maastricht. De kamer heeft beslist van den inhoud van heide dier missives mededeeling te doen aan de ministers van biimcn- Umdsche zaken en van financiën en tevens aan mevrouw de weduwe Donker een brief van rouwbeklag van wegc dc kamer te doen toekomen. Twee wets-ontwerpenéén tot regeling der voldoening van kosten van overbrenging voor en onderbond in bede laarsgestichten, van bedelaars, en één tot wijziging van hoofd stuk X der staatsbegrooting voor 1854, thans mode ingekomen, zijn naar de afdecliugcn verzonden. De kamer heeft het wets-ontwerp tot aankoop van 2^- of 3 pets. nationale schuld tot vervanging der schatkistbiljetten in liet depot der muntbiljetten in overweging genomen. Vóór den aanvang der algemecne beraadslaging is aan gekondigd dat van regeringswege eene wijziging was gebragt in artikel 3 van het wets-voorsceldaartoe strekkende dat de aldaar voorkomende woorden: „Het IXde hoofdstuk A. der begrooting van staatsuitgaven voor het dienstjaar 1S54, laatstelijk bij de wet van den 10 april 1854 (staatsbl. no. 22) op 37,709,485.12 vastgesteld, wordt vermeerderd niet eene derdeafdeeling enz., zijn vervangen door: [Iet IXde hoofd stukwet van den 25 december 1854 (staatsblad no. 161) op 44,24S,406.SS* vastgesteld enz., ten gevolge waarvan het eindcijfer in dit artikel gebragt worut op 46,973,406.88^. Aan dc behandeling van het wets-ontwerp in het alge meen namen deel de heeren t an Rappard van Bosse en de miuistev van financieu. De artt. 1,3 en 6 werden zonder beraadslaging cn zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Bij de behandeling van art. 2 had eene korte woorden wisseling tusschen den heer van Bosse en den minister van financiën plaats. Over art. 4, betreffende de bestemming in het vervolg aan de bespaarde rente te geven dat eene breedvoerige discussie uitloktevoerden het woord dc heeren van Bosse, Thorbecke, Mackay, Dirks, Ter Bruggen Hugenholtz, van Rappard, Rochussen, van der Linden cn de minister van financien. De eerste stelde voor: 1om uit de woorden worden de renten der ingeschreven schuld aangewend tot inkoop van 2!s of 3 ten honderd rente gevende nationale schuld" weg te laten de woorden 2-j of 3 ten honderd en 2. om de tweede zinsnede: Deze bepaling wordt voor het eerst over het dienstjaar 1854 toegepastte doen vervallen Deze laatste wijziging werd door den voorsteller ingetrokken terwijl de eerste met 46 tegen 7 stemmen werd aangenomen, waarna het aldus verariderdo artikel met 31 tegen 22 stem men goedgekcuid werd. De minister van financien veranderde art. 5 in dier voege, dat de uit den bedoelden inkoop (art. 4) vooïtvloeijende uitgaaf hij verevening aangewend zal worden op het artikel bij liet IXde hoofdstuk A. der staatsbegrooting voor 1854 en 1855 voor amortisatie en aflossing van schuld bestemd, waarna art. 5 en daarna ook de beweegredenen zonder be raadslaging werden goedgekeurd. Het wöts-ontwerp werd met 37 tegcnl 6 stemmen aangenomen. Tegen hebben gestemd de heeren Reinders, Iloynck van PapcndrcchtHengst, Westerhoff, Huguenin, Ter Bruggen Hugenholtz, Blaupot ten Cate, Jespers, Storm, Beens, Thorbecke, Meeussen, Sloet tot Oldhuis, Strens, van der Linden en van Hoevell. De commissie» van rapporteurs voor de wets-ontwerpen 1. tot verhooging van hoofdstuk V der staatsbegrooting van uitgaven voor 1S55, voor de stichting van een stoomgemaal op den IJssclen 2 tot regeling van het gebruik van het koloniaal batig slot over 1853 hebben daaromtrent hare eindverslagen uitgebragt. De kamer heeft besloten dat dc beraadslagingen over die ontworpen van wet zullen gehouden worden op donderdag den 15 dezer, aan te vangen des voormiddags ten elf ure. De commissie» tot onderzoek, 1. van de publicatie van den gouverneur-generaal van Nedevlandsch Indie tot ver lenging van den termijn van verbod omtrent den invoer van buskruid enz. in Sumatra cn 2. van liet verslag der alge mecne rekenkamer over 1853 hebben daaromtrent rapport uitgebragt. De kamer zul over de daarbij voorgestelde conclusion nader beslissen. De commissie voor de verzoekschriften heeft aan het slot der zitting omtrent een aantal in hare banden gestelde adressen verslag gedaan. ©uitrnlcmitecbc 2itjïuncten. BCug-eSa.s£«a. Londen 10 maart. Het hoogerhuis heeft aan den graaf van Loean oud-bevelhebber der kavallerie in de Krimde vergunning geweigerd zijn gedrag voor een krijgsraad te doen onderzoeken. In de zitting van het lagerhuis van gisteren heeft de regering eene nieuwe verkiezing voor Tamworth uitgeschre ven, welks vertegenwoordiger, sir Ji. Peel, benoemd is lot een der lords van de admiraliteit. Op verzoek van lord Elcho, een bloedverwant van lord Lucan, gaf de heer li Berkeley zijn voornemen te kennen een adres aan H. M te rigten dat zij lord Lueaii het verlangde ouderzoek voor een krijgsraad moge vergunnen. Vervolgens heeft het huis in comilté verschillende sub sidien voor het departement der artillerie en genie toege staan daaronder bevinden zich groole sommen voor de ver sterking van verscheidene punten op de kusten en 14S,000 p. st. voor den bouw van nieuwe kazernen te Sheerness, Iinll en andere plaatsen. Voor de commissie van enquête naar den toestand van het leger in het Oosten werd heden het verhoor van generaal Ben tink voortgezet. Hij klaagde vooral over de slechte inrigting van het commissariaat van oorlog. De heer Layard en dr. Vaux. uitten de zelfde klagten. De generaal majoor Scarlette is benoemd tot voorloopig bevelhebber der kavallerie in de ICrim en de kolonel Hodge tot kommaudunt van de brigade zware kavalierie. De schout-bij-nacht Dundasbevelhebber der Ooslzee- vloot, heeft, zijne vlag geheschen aan boord van den Duke of Wellington. Men zegt nog altijd dat een vliegend eskader stoom schepen, onder bevel van kapitein Watson, van de Impérieuse, reeds tusschen 15 en 20 dezer naar Kiel zal vertrekken. Tegen dien tijd zoude de geheele naar de Oostzee bestemde vioot te Spithead bijeen komen en dan door de koningin, die den loden naar Osborne vertrekt, geinspecteerd worden. Gelijk reeds met een woord is gemeld is de orde te Bal- larat in Australië hersteld. De mijnwerkers hadden hun werk hervat. Men verwachtte eene algeheele verandering bij het korps der ambtenaren. Den 6 december had de wetgevende raad zich bereid verklaard aan de regering de noodige hulp te verleeneu tot. onderdrukking van clen opstand, doch bij het vertrek der mail van Melbourne op IC decem ber was alles rustig. Meer dan 400 licenses waren cr uit gereikt. Het meerendeei der oproerlingen waren vreem delingen. 15 e na e ma anffk e ei Eene telegrafische depeche uit Koppenhagen meldt, dat de gezondheidstoestand van den koning op 7 dezer verbe terd was. SS aas lasts!!. Het Journal de St. Petersbourg van 19 februari) (3 maart) behelst het manifest van den nieuwen keizer aller Russen hij zijne troonsbestijging uitgevaardigd. Daaruit blijkt; dat de door den telegraaf overgebragte korte inhoud vrij juist; was. Het luidt aldus: Door Gods genade, WijAlexander II, Keizer en

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1855 | | pagina 3