Het besluit der provinciale statenhoudende goedkeuring van het beheer van gedeputeerde staten over de inkomsten en middelen, uitgaven en behoeften der provincie, over 1851, is goedgekeurd bij Zr. Ms. besluit van 5 september 1853, no. 58. De cijfers der rekening wegens de enkel provinciale en huishoudelijke inkomsten en uitgaven dienst 1852, zijn door de algemeene rekenkamer deugdelijk verklaard. De stortingen wegens de ingeschreven en aangenomen aandeden in de provinciale gcldleening van,/ 150.000 heb ben geregeld plaats gehad. De overgebleven aandeden in de provinciale geldleeningen van 20,000 en van 24,000 zijn op 1 julij 1853, en de acht uitgelotenc aandeden, ieder ad f 1000 in de gcld leening van f 220,000 op 1 januarij 1854 aflosbaar gesteld. Een door gedeputeerde staten gegeven overzigt van het vermoedelijk beloop der inkomsten en middelen, en der uitgaven en behoeften, dienst 1853 geeft eene som van J 24,461,04 aan, als vermoedelijk batig slot van die dienst. Huishouding der Gemeenten. Vereenigin6 ea Splitsing der Gemeenten. De minister van binnenlandsche zaken bleef aandringen op de vereeniging van de gemeenten welke geene 25 kie zers tellen. Dit onderwerp door gedeputeerde staten alzoo op nieuw in overweging zijnde genomenwerd dit collegie daarbij in zijn vroeger gevoelen versterkt, dat die vereeniging name lijk minder raadzaam is te achtenhet heeft daarvan aan den minister mededeeling gedaan. De zaak is thans op nieuw in onderzoek. De beëindiging derzelve zal waarschijnlijk in het volgende jaarverslag kun nen worden bekend gemaakt. Intusschcn is door de regering aan de staten-generaal een ontwerp van wet voorgedragenwaarbij de bij art. 293 der gemeentewet gestelde termijn op nieuw wordt verlengd. Zamenstelling van de Gemeenteraden. De verkiezingen ter vervulling van opengevallen plaatsen, door het aftreden van een derde der raadsleden, had op den derden dingsdag der maand junij 1853 plaats. Het getal stembevoegde inwoners der 98 gemeenten, welke bij die zaak waren betrokken, bedroeg 7459. Bij die stem ming werden 4863 stembriefjes ingeleverd zoo dat 0,653 der kicsbevoegden hunne stem daarbij uitbragten. In 38 gemeenten, te zamen met 3615 kiesbevoegdenwas eene herstemming noodzakelijk, daarbij werden ingeleverd 2106 stembriefjeszijnde0,583 van het getal kiesbevoegde inwoners. In 27 gemeenten hebben voorts verkiezingen plaats gehad ter vervulling van tusschentijds in de gemeenteraden open gevallen plaatsen.' Volgens de nog van kracht zijnde bepalingen van het reglement op het bestuur ten platten landevan 23 julij 1825, zijn door gedeputeerde staten de vereisclite benoe mingen gedaanter vervulling van de zoo door de gewone aftreding als door overlijden enz. opengevallen plaatsen, in de raden der gemeenten die geen 25 kiezers tellen. Door den koning is. in strijd met eene uitspraak van gede puteerde staten waarbij de beslissing van den gemeenteraad van 's Gravenpoldertot het niet toelaten van een gekozen lid, de toelating van dat lid bevolen, op grond dat art. 24 der gemeentewet alleen betrekking heeft op hen die reeds leden van den raad zijn; dat het hen toch voorschrijft waar van zij zich te onthouden hebbenom niet in die betrekking geschorst of daarvan vervallen verklaard te worden; dat bet dus niet van toepassing is op benoemden, die nog niet als leden van den raad zitting hebben genomen. De verkiezingen van gemeenteraadsleden in 1853 liepen over het algemeen geregeld af. In twee gevallen slechts was eene voorziening door gede puteerde staten noodig. Eene verkiezing te Sluis werd nietig verklaard omdat het bureau van stemopnemingin strijd met art. 46 der kieswet, de stembus weder geopend had nadat met de inlevering der stembriefjes reeds een begin was gemaakt, en zulks tot het uitnemen van een door een der kiezers verkeerdelijk daarin geworpen briefje. Tc Oosterland had bij de eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid verkregen. Bij de herstemming waren de uitgebragte stemmen gelijkelijk lusschen twee personen verdeeld, zoo dat volgens art. 10 der gemeentewet de oudste in jaren als de benoemde werd aangemerkt. Een der kiezers is tegen de toelating van den benoemde als lid van den raad in verzet gekomen uit hoofde hij, daar het stembureau niet op den bepaalden tijd had zitting genomen buiten staat was geweest zijn stembriefje in te leveren. Daar het stembureau zijne werkzaamheden inderdaad niet juist op het bepaalde tijdstip had aangevangen, en de stem van den bedoelden kiezer cencn beslissende invloed op de verkiezing had kunnen hebben, hebben gedeputeerde staten de uitspraak van den raad tot toelating van den benoemde vernietigd. In beide uitspraken is, zoowel door de gemeenteraden als door de belanghebbenden berust. Bij onderscheidene besluiten is door Z. M. gevolg gegeven aan art. 285 der gemeentewet. Aan de burgemeesters dieten gevolge daarvanniet op nieuw werden benoemdwerd eervol ontslag verleend. Over de vraag: of do wethouders reeds in 1853 aan eene herkiezing waren onderworpenindien zij in dat jaar als leden van den raad aftraden en herbenoemd werden bestond verschil van gevoelen tusschen den minister van binnenland sche zaken en gedeputeerde staten; wordende die vraag door cerstgcmelde bevestigend en door de laatsten in tegen- overgestelden zin beantwoord. Gedeputeerde staten hebbenop herhaalde aanschrijving van den minister, de beschouwingen van deze ter kennis van do gemeentebesturen gebragt, echter alleen om dat der gelijke kennisgeving door de gedeputeerde staten van al de overige gewesten was gedaan. Behalve 214 verordeningen, welke strafbedreiging behel zen, die in 1853 door de gemeentebesturen werden vast gesteld en afgekondigd werden door een aantal dier besturen nog vastgesteld de reglementen van orde voor den raad en voor het collegie van burgemeester en wethouders alsmede de instructien voor den secretaris en den ontvanger. In 19 gemeenten werden de verordeningen op de brood zetting buiten werking gesteld. Gemeente-Ambtenaren Door den koning werd goedgekeurd de benoeming van 3 burgemeesters tot secretarissen der betrokken gemeenten. Voorts is door den koning ontheffing van de verpligting tot inwoning verleend aan twee burgemeesters aan acht secretarissen (waarvan twee tevens ontvanger waren) en aan één ontvanger. Eindelijk is door Z. M. vergunning verleend aan twee burgemeesters tot het bekleeden hunner betrekkinggelijk tijdig met de uitoefening der geneeskundeaan vier burge meesters tot het gelijktijdig bekleeden hunner betrekkingmet andere; als van een met die van ontvanger van de registra tie aan een met die van betaalmeesteren aan twee met die van brievengaarderen aan twee secretarissen tot uit oefening hunner betrekking, de eene met die van notaris en de andere met de uitoefening der geneeskunde. Door gedeputeerde staten is naar aanleiding van art. 293 der gemeentewet, in verband met art. 10 van het reglement op het bestuur ten platten lande, aan twee gemeenteraads leden ontheffing verleend van het bepaalde bij art. 3e van gemeld reglement (bedrag der te betalen belasting.) Door het zelfde collegie werden goedgekeurd het gelijktij dig bekleeden der betrekkingen van secretaris en ontvanger voor zeven gemeenten. De jaarwedden van de burgemeesters wethouders en secretarissen zijn vastgesteld en door den koning goed gekeurd. De vaststelling voor die der ontvangers is aan Zr. Ms. goedkeuring onderworpen. De gemeente-ambtenaren doen naar behooren hun pligt. Slechts één secretaris, tevens ontvanger, is in 1853 gedu rende zekeren tijd in zijne betrekking geschorst geweest. Gemeente-Archieven Bij eene in 1853 te Kloetinge plaats gehad hebbende rang schikking van het gemeente-archiefzijn eenige oude papie ren afkomstig van de voormalige schepensbank aldaar te rug gevonden. Zij bestonden voornamelijk in registers van schepens-vonnissendingtalen, verbanden, leveringen enz. Het oudste begint met 1587. Zij zijnvolgens de bestaande voorschriftenter bewaring naar de griffie van de arrondisseraents-regtbank te Goes overgebragt. Volgens de opgaven van de gemeentebesturen is de staat van bewaring zoo wel der oude als der nieuwe archieven over het algemeen voldoende. De inventarissen worden ge regeld bijgehouden. Begraafplaatsen Zijn over het algemeen in goeden staat. De verordenin gen op liet begraven van lijken worden behoorlijk nageleefd. Jaarlijksche Begrootingen. De begrootingen over 1853 waren ingerigt volgens de voor schriften die daaromtrent, volgens art. 206 der gemeentewet, door gedeputeerde staten gegeven en door den koning goed gekeurd zijn. Volgens die begrootingen bedragen de inkomsten en uit gaven der gemeenten, te zamen, de na te melden sommen: a. Inkomsten: Ontv. wegens vroegere dienstenf 27560,33 Baten en opkomsten uit eigen dommen eu bezittingen aan de gemeenten bchoorende- 82242,43$ Belastingen Opcenten op 'srijks directe belastingen119314,30$ Hoofdelijke omslagen en andere directe plaats, belastingen - 152284,13$ Belastingen op voorwerpen van verbruik- 314016,20$ Bijzondere belastingen - 1512, Heffingen voor het gebruik van gemeente-wegenwerken of inrigtingen- 28960,52 616087,16$ Inkomsten van verschillenden aard en toe vallige baten- 89082,01$ Bijzondere ontvangsten: opbrengst van geldleeningen f 48601,42$ opbrengst van den verkoop van gemeente-eigendom men en bezittingen - 37500,87$ - 86102,30 Geheel der inkomsten. 901074,24$ b. Uitgaven Jaarwedden en presentie-geld van het gemeentebestuur f 64660,56$ Jaarwedden van gemeente ambtenaren en bedienden en schrijfloonen- 156852,08 Collecte-loonen 7281,96$ f 228794,61 Kosten van het onderhouden, schoonhouden en meubeleren van het gebouw of vertrek voor de vergadering van den raad en van burgemeester en wethouders en voor de ge meente-secretarie enz. - 5329, Kosten van licht, brand en bureaubehoeften- 34748,12 - 40077,12 Gewoon onderhoud van open bare gebouwen, wegen, brug gen, veren vaarten straten plantsoenen, pleinen en an dere plaatsen tot gemcene dienst van allen bestemd. - 85254,13 Aanleg of vernieuwing van id. - 71595,50 - 156849,63 Onderhoud van gemeente-eigen dommen- 3422,41 Lasten van idem-5942,13$ - 9364,54$ Renten van aangegane geld leeningen - 32295,62$ Aflossingen van idem- 54439,89 Afbetaling van opeischbare schulden- 10335,42 - 97070,93$ Verdere volgens de gemeente-wet verpligtc uitgaven- 13,467,81 Uitgaven door bijzondere wetten aan de ge meente opgelegd- 7006,51 Uitgaven voor kunsten en we tenschappenf 24893,29 Uitgaven voor armen- 136S00,64$ pensioen. - 5656,02$ andere zaken. - 136255,20 303605,16 Onvoorziene uitgaven ter bestrijding van onvoorziene behoeften en rampen - 44228,86 Geheel. f 900465,18 Wat de geldleeningen betreft, wordt aangemerkt dat van het daarvoor gebragte cijfer van ƒ48601,42$, slechts 19000 als werkelijke leening kan worden beschouwdterwijl het overige bestaat uit prclevemcnt op de goede sloten dei- rekeningen van 1851, die, in den regel, eerst in de be grootingen van 1854 in ontvang kunnen worden gebragt. Zonder deze maatregel zou de beraming der inkomsten van de betrokken gemeenten beneden die der uitgaven zijn gebleven. De voormelde som van f 19,000 verdeelt zich over acht gemeenten, en is opgenomen ter bestrijding van uitgaven voor den aanbouw van scholen of tot verbetering van wegen. De toestand der gemeente-financien is gunstiger dan vroe ger. Het evenwigt tusschen de middelen en uitgaven het welk bij vele gemeenten sedert 1851 was verbroken, is zoo veel mogelijk hersteld. Door Z. M. zijn goedgekeurd 137 besluiten van gemeente besturen tot heffing van plaatselijke belastingen als 22 voor hoofdelijke omslagen 29 belasting op vcrbruikmiddelen 16 eene belasting op de honden 11 r> marktgcldcn 9 haven- en kaaigclden 46 secretarie-leges 1 keurloonen 2 waaggeldenen 1 kosten van onderhoud en aanhouden van losloopcnd vee. In Zuidbevcland hebben 21 gemeente-besturen zich onder ling verstaan tot de heffing eener belasting op het gedistilleerd. Slechts in 5 gemeenten worden de opcenten op de grond belastingen in 3 gemeenten do opcenten op het personeel nog geheven op den voet van art. 15 der wet van 12 julij 1821 (Staatsblad no. 9). In 52 gemeenten geschiedt de heffing der hoofdelijke om slagen volgens de voorschriften der gemeentewetslechts iii 4 gemeenten wordt een zoodanige omslag niet geheven. Het gezamelijk bedrag der omslagen is 152.184,13$. De begrooting van de gemeente 's Heerenhoek werd bij gedeputeerde staten nog ingewacht. De beschikking op de bcgrootingen van sommige gemeen ten is weder door dat collegie moeten verdaagd worden omdat daarin de opbrengst van belastingen was uitgetrok ken voor wier heffing 's konings goedkeuring nog niet was verkregen. De rekeningen over 1852 van 111 gemeenten zijn door gedeputeerde staten goedgekeurd. Die van 3 gemeenten waren nog in behandeling, terwijl die van 's Ilecr-Abtskerke en Ivattendijkc nog niet waren ontvangen. Wordt vervolgd). TER DRUKKERIJ VAN DE GEBROEDERS ABRAHAMSUITGEVERS VAN DE MIDDELBURGSCIIE COURANT.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1854 | | pagina 6