MIDDELBURGSCHE COUR A N T. N°* 49. Dingsdag 1854. 28 April. 3anlionï>igingm VIN HET RIJKSBESTUUR, PROVINCIALE ES GEMEENTEBESTUREN. Gimtmlanïrsdje i&tjïhttgm. Deze courant verschijnt des Dingsdags, Donderdags en Zaturdags. Binnen deze gemeente en Vlis- singen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure. De abonnementsprijs per drie maanden is f 3franco per post f 3,40. De inzending van Advertentien kan geschieden tot tien ure des morgensop den dag der uitgave. De prijs van gewone Advertentien is 22 cent per regelvan HuwelijksGeboorte of Doodbekend- roakingen enz., van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent. Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen. Voor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant. Sluiting: Kiezerslijsten. De Voorzitter van den Gemeenteraad van Middelburg maakt bekend, dat de Lijsten, de Personen aanwijzende die binnen deze Gemeente tot het kiezen van Leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaalvan de Provinciale Stoten en van den Gemeenteraad bevoegd zijn, op heden zijn gesloten, in het Voorportaal van het Raadhuis aange plakt en op de Stads Secretarie voor een ieder ter inzage nedergelegd. Middelburg, den 21 April 1854. De Voorzitter voornoemd PASPOORT VAN GRIJPSKERKE. Revolliiiig-s-Reg-ister. De Burgemeester en Wethouders van Middelburg. In aaumerking nemende dat met den 1 Mei aanstaande de onlangs vastgestelde Verordening op de Vestiging en Verandering van Woonplaats, alsmede die op de Wijken en Wijkmeesters in werking zullen treden, Herinneren de Ingezetenen ter vermijding van onaange name gevolgenaan de onderstaande daarin voorkomende bepalingen Vestiging en Verandering van Woonplaats. Artikel 3. Ieder Persoon die binnen de Gemeente ver huist zal daarvan binnen veertien dagen na zijne verhui zing aangifte doen bij zijnen Wijkmeester; indien hij naar eene andere Wijk Verhuist, ontvangt hij een verhuizings biljet dat hij binnen tweemaal vier en twintig uren na de ontvangst zal moeten overbrengen bij den Wijkmeester der Wijk waarin hij is komen wonen. Art. 4. De hoofden der Huisgezinnen doen de aangifte in de vorige Artikelen vermeld, voor zich zeiven, voor de leden van hun Gezinvoor hunne Dienstboden en de ver dere bij hen inwonende Persouen. Wordende de overtredingen der in deze Artikelen ver vatte bepalingen, ingevolge Artikel 6, gestraft met ceue boete van één tot vijf Gulden. Wijken en Wijkmeesters. Artikel 14. De hoofden der Huisgezinnen zijn verpligt de gevorderde opgaven omtrent al de leden van het Huis gezin met inbegrip van allein welke betrekking of onder welken titel ookbij hen inwonendeniet afzonderlijk levende, Personen mede te declen. Weigering of onvoldoende opgaaf ter kwadertrouw wordt gestraft met eene boete van drie tot vyf en twintig Gulden en met gevangenis van één tot drie dagente zamen of afzonderlijk. Art. 15. Bij verzuim van aangifte binnen den bepaal den tijd, of weigering tot voldoende opgaaf bij het in Ar tikel 13 voorgeschreven onderzoek, brengen Wijk- en Buurtmeesters dit ter kennis van den Ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Middelburg, den 24 April 1854. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, PASPOORT VAN GRIJPSKERKE. De Secretaris M. F. LANTSREER. Schutterij. De Burgemeester en Wethouders van Middelburg Gelet op art. f) van Zr. Ms. besluit van 21 Maart 1828 (Staatsblad no. 6), maken bekend dat, ter voldoening van art. 6 der wet van den 11 April 1827, ten opzigte van de Schutterijen, van Maandag den 15 Mei aanstaande tot -i v Woensdag den 31 daaraanvolgende, dagelijks (uitgezonderd zon- en feestdagen), van des morgens ten 10 tot des na middags ten 12 ure, ter Secretarie dezer Stad zal gereed liggen het Register vau Inschrijving, welk Register op den 1 Junij daaraanvolgende moet worden gesloten. En worden mitsdien alle Ingezetenen dezer Gemeente, zonder onderscheid, gehuwd of ongehuwd, welke op den 1 Januari] dezes jaars hun 25ste jaar zijn ingetreden en hun 34ste nog niet hebben volbragt, (hoedanigen zijn alle mannelijke Ingezetenen geboren in het jaar 1829), bij deze opgeroepen en. aangemaand om zich op voorschreven plaats en uur, voor deu 1 Junij aanstaande ter inschrijving in het Register aan te dienen, terwijl ter voorkoming van alle misvatting, welke zoude kunnen ontstaan met betrek king tot de verpligtingen die bij voorzeide wet op de Schut terijen worden voorgeschrevenaan de belanghebbende Inge zetenen dezer Gemeente bij deze wordt onder het oog gebragt; A. dat, behalve die op den 1 Januarij van dit jaar hun 25ste jaar zijn ingetredenzich mede ter inschrijving voor de Schutterij moeten aangeven die Personen welke hun 34ste jaar niet voleindigd hebbende, schoon in andere Ge meenten ingeschrevensedert de laatste inschrijving in deze Gemeente zijn komen inwonen, alsmede de Vreemdelingen, die sedert de laatste inschrijving in de termen zijn geval len om, op grond van art. 2 der wet van den 11 April 1827, als Ingezetenen te worden beschouwd, met welke gelijk staan de uit de "dienst ontslagene militairenvoorzoo verre deze in de jaren der Schutterij verkeeren, en welke zich alzoo mede ter inschrijving moeten aangeven; B. dat de verpligting en bevoegdheid tot de SchutteiTijke dienstcn mitsdien tot de inschrijving en het domicilie van inschrijvingis geregeld bij de artikelen 127 en 8 der voorscbrevene wetzijnde van den navolgenden inhoud Art. 1. Ieder Ingezeten van het Rijk, die op den 1 Ja nuarij van elk jaar zijn 25ste jaar zal zijn ingetreden en zijn 34ste niet voleindigd zal hebbenzal in gevolge de bepa lingen dezer wet, daartoe opgeroepen zijndeverpligt wezen de Scbutterlijke dienst uit Ie oefenen. Art. 2. Als Ingezetenen worden, met betrekking tot de i toepassing dezer wet beschouwd: a. Alle Nederlanders, binnen het Rijk hun gewoon ver- blijf houdende. b. Alle Vreemdelingen binnen liet Rijk woonachtig, welke hun voornemen om zich aldaar te vestigen zullen hebben aan den dag gelegd, hetzij door eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij door het werkelijk overbrengen van den zetel van hun vermogen en de hoofdmiddelen van hun be sta an. De tijdelijke uitoefening van een Bedrijf of Handwerk in eenige ondergeschikte betrekking, gelijk die van Leerling, Knecht enz. kan op zich zelve niet beschouwd worden als een bewijs van liet voornemen om zich in dit Rijk te ves tigen. Art. 7. Zijdie in meer dan ééne Gemeente hun gewoon verblijf houden, of den zetel van hun vermogen hebben ge vestigd zullen tot de inschrijving verpligt zijn binnen de Gemeente, alwaar eene dienstdoende Schutterij aanwezig is. Bijaldien in die verschillende Gemeenten alleen dienst doende of alleen rustende Schutterijen bestaanzullen zij zich doen insclirijven in de Gemeente alwaar zij voor de Personele Belasting zijn aangeslagenen de Ambtenareu in die Gemeente alwaar zij ambtshalve verpligt zijn hun ver blijf te houden. Art. 8. Die van hunnen ouderdom geen voldoend bewijs gevenzullen door het Plaatselijk Bestuur worden ingesclire- naar deszelfs oordeel, onverminderd de bevoegdheid van den ingeschrevene om van zijnen juisten ouderdom nader te doen blijken, en C. dat de straffen op het niet voldoen aan de verpligt in« gen 9 van gemelde wetzijnde van den navolgenden inhoud Art. 9. Die bevonden zullen worden zich niet vóór den 1 Junij te hebben doen inschrijven, zullen door het Plaat selijk Bestuur ambtshalve ingeschreven worden en door den Schuttersraad worden verwezen tot eene geldboete; terwijl zij daarenboven zonder loting bij de Schutterij zullen worden ingelijfdindien het zal blijken dat er tijdeus de verzuimde inschrijving, geene redenen tot uitsluiting of vrijstelling ten hunnen aanzien bestonden. Middelburg, den 19 April 1854. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 24 April 1854. De Burgemeester en Weihouders voornoemd, PASPOORT VAN GRIJPSKERKE. De Secretaris M. F. LANTSHEER. Middelburg-, 34 April. Ter verbetering van het in ons vorig no. medegedeelde berigt, betrekkelijk een concert te geven ten voordeele van den lieer van Einden, meldt men ons thans dat de juiste dag daarvan nog niet is kunnen worden bepaald en de lijs ten alzoo nog niet circuleren, in afwachting der toestemming van burgemeester cn wethouders. Bij besluit van deneomraissarisdes konings van 22 dezer A, no. 2808/', 1ste afdeeling a, (Provinciaal blad no.42) zijn de dagen en uren bepaald waarop de inspectie der ver lofgangers in de maand mei eerstkomende zal worden gehouden; als: in het 1ste militie-kanton te Middelburg, den 16, ten 1 ure; in het 2de te Vlissingen, den 16, ten Si ure; in het 3de te Veerc, den 17, ten 10 ure; in het 4de te Zierikzeeden 19 ten 8 ure in het 5de te Brou wershaven den 19, ten 1 ure; in het6de te Tholen.den 20, ten 12 ure; in het 7de te Goes, den 22, ten 9 ure; in het 8ste te Kapelle, deu 22, ten 1 ure; in het 9de te Sluis, den 26, ten 3 ure; in het 10de te IJzendijke, den 26ten 8 urein het 11de te Axelden 24ten 2 ure; in het 12de te Hulst, den 24, ten 8 ureinhet 13de te Kortgeenden 18, ten 10 ure. De 2de afgifte van het kontingent voor de nationale militie voor de ligting van dit jaar in dit gewest is bepaald op 29 dezer, des ochtends ten 9 ure, op de koopmansbeurs alhier. Bij besluit van gedeputeerde staten dezer provincie van 15 dezer no. 69 (Provinciaal blad no 39) is de stalen erve van den landman J. van Laugeraad te Ellemcet ver klaard als door de longziekte besmet, benevens een omtrek van 2800 ellen, genomen uit het middelpunt dier hoeve, als daarvan verdacht. Eergisteren verdronk een matroos hij het ophijschcn der sloep van de korvet Tal las te Vlissingen; de ongelukkige zat in dezelve toen het ijzer aan de eene zijde brak en de sloep daardoor geheel omkantelde. Men meldt uit Genua, onder dagteekening van deu 29 maart jl.dat bij de toepassing in die haven van het.nieuwe sardinische tarief het regt op de kaas zijdelings eenè ver hooging had ondergaan van fr. 3,62. De nederlandscbe consul-gencraai tegen die verhooging opgekomen zijnde,als strijdig met het bij art, 12 van het tusschen Nederland en Sardinië gesloten handels- en scheepvaart-verdrag van 24 junij 1851 bedongen regt van 15 fr. de 100 pond, zoo heeft Zijner Majesteits gezant bij het hof van Turyn te dier zake de noodige vertoogen ingediend, ten gevolge waarvan de sardinische regering onverwijld aan hare tolbeambten te Genua last heeft gegeven de uit Nederland aangevoerde betrekkelijk de inschrijvingen, zijn omschreven in art. I kaas niet hooger te belasten dan met 15 fr. de 100 pondj

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1854 | | pagina 1