MIDDELBURGSCHE
C O C R A IV f
■'ïJ
m
li
y<
34.
B
©onderdag
2© Maart.
f
:a
;13csi4iu*cm en ja&miaisrtratmi.
Ja irntc «la bgtfhe 24jbiis0Ctt.
23itiic3tE<s£i&0cfcc tjï>tu0e«.
ro
POSTERIJEN.
Van af den i April 1851 zal van wege de Administratie
der Posterijen een geregeld BRIEVEN-VERVOER wor
den daargesteld tusschen Middelburg en de Dorpen binnen
I fValchcrenop ieder dezer zal een Bestelhuis zijn.
Vertrek van Middelburg naar Domburg 5 ure 's av.
n
7)
y.9
Domburg naar Middelburg ui
Domburg naar Westkapeile 8}
Westkapeile naar Domburg 9!
Middelburg naar Zoutelande 5
Zouteïande naar Middelburg 5?
s m.
's av.
's m.
's av.
's ra.
De tusscheuliggende en aangrenzende Gemeenten naar rato.
Souburg dezelfde uren als de Post naar Vlissingen v. v.
Nieuwland als de Post op Bergen-op-Zoom v. v.
De ligting der Bussen zal plaats hebben J- uur vóór het
vertrek der Boden uit iedere Gemeente.
De waarnemende Directeur
van het Postkantoor te Middelburg,
W. H. MUNTENDAM.
VEEMARKT TE OOSTBURG
op Maandag, den 31 Maart 1851.
MIDDELBURG, den 19 Maart.
Wij vernemen, dat aan den heer A. II. G. Fokkerboek
houder eener onlangs alhier opgerigte schooner-feederijuit
eene door hem gedane voordragtals commissarissen zijn
toegevoegd de heer B. Bomme énjhr. P. Dnmas van Citters
Wij zijn verzocht geworden het navolgende adres het
welk ter onderteekening in omloop is, in ons blad van be
den mede te deelen
A&n de Tweede Kamer der Staten-Ccncraal.
Geven met verschuldigden eerbied te kennen de onder-
geteekende Ingezetenen van het eiland Walcherenprovincie
Zeeland gedeeltelijk zeiven landbouwersgedeeltelijk zoo-
danigeu welke bij den landbouw een onmiddellijk belang
hebben
Dat zij, bij het goede dat, sedert eenigen tijd, door de
wetgeving is tot stand gebragtzich hadden gevleid, dat
ook ten behoeve van cïen landbouw zoodanige maatregelen
zouden worden verordendais waardoor aan dien voorna
men tak van de nationale nijverheidin zijnen gedrukten
toestand, eenige opbeuring zoude kunnen te beurt vallen.
Dat, naar hun inzien, daarvoor te meer redenen beston
den, omdat, behalve andere oorzaken, 'ook eenige der be
staande wetten tot daarstelling vau dien toestand hebben
medegewerkt.
Dat zij dientengevolge met groote belangstelling' te gemoet
hebben gezien, de ontwerpen van wet, welke onlangs door
de regering bij uwe vergadering Stijn ingediend, en ten doel
hebben ons tegenwoordig belastingstelsel te wijzigen., daar
zij de hoop koesterden dat daarbij het belang des landbouws
niet zoude worden voorbij gezien.
Dat zij hierin echter geheel en al zijn te leur gesteld
daar de gedachte wets-ontwerpen, indien zij tot wet verhe
ven mogten wordenin plaats van in gunsteveeleer in
nadeel van den landbouw zouden werken.
Dat het immers niet te ontkennen is, dat bij die wets
ontwerpen, de handel, de veenderijen en de consumenten
bij uitsluiting worden bevoordeeld niet alleen, maar ook dat
door de daarbij voorgestelde opheffing der belasting op de
steenkolen en de turfhet gebruik dezer brandstoffen even
tueel zal worden vermeerderd en dat van het hout genoeg
zaam in gelijke mate zal afnemenwaardoor het houtge
was ten nadeele des landbouwers van zelfs in waarde moet
verminderen, zoo dat daaruit, even ais uit onderscheideh
andere voortbrengselen van den landbouwde kosten van
cultuur niet zullen kunnen worden goedgemaakt.
Dat de adressanten zich dan ook niet anders kunnen voor
stellen dan dat de kwijnende en steeds achteruitgaande toe
stand, waarin de landbouw zich bevindt, niet genoegzaam
bekend is, immers niet die belangstelling wekt, waarop die
moest kunnen rekenen, daar het, naar der adressanten in
zien, anders onverklaarbaar zoude zijn, dat daarop niet meer
bijzonderlijk wordt geattendeerd.
Dat de adressanten met dit al er ver af zijn, om de voor
gedragen wets-ontwerpen op zichzelven, en dus in het af-
gecrokkene beschouwd af te keuren maar alleen wenschen
dat, wat de wijziging van het belastingstelsel betrefteenig-
zïns verder moge worden gegaan zoo dat .daaruit eenig
voordeel ook voor den landbouw kunne ontstaan indien dit
bleek niet. met het algemeen belang strijdig te zijn.
Datnaar het gevoelen der adressanten hiervoor zoude
kunnen in aanmerking komen de afschaffing van den accijns
011 het gemaalhst geslagt en de bieren waardoor toch de
consumtie zoude toenemen, hetgeen van zelf voordeelig op
den landbouw zoude terug werken.
Dat wat den accijns op het gemaal betreftdeze met
inbegrip der plaatselijke opcenten, bijna in elke stad, voor
de tarwe een derde van den marktprijs van dit hoofd-pro-
duct des Zeeuwschen landbouws beloopt; dat de accijns op
het geslagt eene zoodanige prijsverhooging van het vleesch
veroorzaaktdat de consumtie van dit laatste belangrijk
wordt verminderd, zoodat de landbouwer genoodzaakt' is,
het slagtvee voor ontmoedigend lage prijzen al te zetten
terwijl door den accijns op de hieven wordt te weeg gebragt
dat het grootste gedeelte der iii Zeeland gewonnen wordende
gerst naar België uitgevoerd, en aldaar aan de bierbrouwers
gesleten wordtdie daarbij nog hun voordeel vinden niet
tegenstaande bij den invoer in dat rijk een voor den Bel
gischen landbo uw beschermend inkomend regt moet worden
betaald.
Datwanneer hierbij nog in aanmerking wordt genomen
de hoogst belangrijke geldelijke 'offers, die door de landbou
wers in Zeeland, ter beveiliging hunner gronden tegen de
zee, moeten worden .gebragt, naar het oordeel der adressan
ten, de overtuiging gereedelijk zal worden verkregen, dat
de landbouwer, wordt het belajJingStelsel niet ook in zijn
voordeel gewijzigd zijnen ondergang te gemoet snelten
dat bet meer dan tijd is, om doeltreffende maatregelen te ne
men ten einde de landbouw, zoo niet begunstigd ten min
ste niet, zoo als tot hiertoe het geval was, aan andere tak
ken van volksbestaan achter gesteld worde zijnde het
zonder dat, voorden Nederlandschen landbouw onmogelijk,
om in het algemeen voor buitenlandsche verzendingen te
concurreren met die van de naburige rijken België ['missen
en Hanover ahvagr de landbouw bevrijd is van de zoo
drukkende tienden-heffing niet alleen, maar ook door voor
denzelven gunstige wetten wordt beschermd.
Dat de adressanten, op grond van het geëxposeerde met
bescheidenheid, doch met gepasten aandrang tevens, aan
UEd. vermeeiien te moeten voorstellen
x. Om, in uwe vergadering, den toestand van den land
bouw tot het onderwerp van een gezet onderzoek te
maken.
2. Om in overweging te nemen in hoe verre de heffing
van een inkomend regt op vreemde granen doelmatig
.zoude te achten zijn en
3. Te bevorderen dat de heffing van tienden alom worde
afgeschaft.
Terwijl zij verder uwe tusschenkomst bij Zijner Majesteïts
regering inroepenten eindeom reeds dadelijk den be
narden toestand der landbouwers eenigermate te lenigen bij
de wijziging van ons belastingstelselin het voordeel van
den landbouw, zoo wei als in dat van de consumanten den
accijns op het gemaalhet geslagt en de bieren worden af
geschaft.
Middelburg, maart 1851. 'tWelk doende enz.
H. M. de konhigrin hg aft den 15 dezer van Rotterdam,
aan boord eener stoombootde reis naar Duitschiand aan
genomen.
Den 15 dezer is te Arnhem gepasseerd Z. Exc. de
heer Duytnaer van Twist, benoemd gouverneur-generaal van
Neêrlandsch-Indiezijnde per stoomboot der IJssel-maat-
schappij met gevolg vertrokken naar Keulenom de reis
over Triest voort te zetten.
Volgens een telegrafisch berigt uit triest van den 14
dezerdoor de Nieuwe Rotterdamse/te courant medegedeeld
was'de Overlandpost aldaar aangekomen, en hielden de door
denzelven medegebragte tijdingen uit Batavia, van den 27
januarij in, dar in de Nederlandsche Oost- Indische bezittin
gen geene gebeurtenissen van bijzonder belang voorgevallen
waren en er eene gewenschte rust heerschte.
Wel onderrigte personen willen weten dat de voorge
nomen reorganisatien der kavallerieartillerie en genees
kundige diensthoezeer reeds ten deele in gereedheid zijnde
niet zullen uitgevoerd worden vóór dat de aangeboden
wetten op het ontslag, het bevorderen en pensioneren der
officieren, zullen zijn gesanctioneerd terwijl ook bovendien
nog een aantal pensioneringen dientengevolge zijn uitgesteld.
Van wege de regering is ter kennis der plaatselijke
besturen gebragt, om aan de miliciens van de ligting 1 847
des verlangende vergunning te verlcenen tot het uitoefenen
der buitenlandsche zeevaart, onaangezien zij dat beroep vóór
hunne inlijving niet hebben uitgeoefend.
Het dezer dagen gehouden examen der aspirant-diplo
maten is geëindigd. De Amsterdamsche courant, deelr mede
dat een der zich aangemeld hebbende caudidaten zou toege
laten de andere afgewezen zijn.
Volgens de Delftsche courant hebben de minister van
koloniën en de nieuw benoemde gouverneur-generaal van
Neèrlandsch-Indie het honorair lidmaatschap der te Delft
opgerigte Oost- en Westindische opvoedings-maatschappij
aangenomen en zijn vele achtingwaardige mannen in ver
schillende steden van ons vaderland als werkende leden toe
getreden. Genoemde maatschappij die den heer R.
zenitis tot haren secretaris benoemd heeft, zal nog in e^e
maand hare statuten naar Oostindie verzenden.
Door den heer D. P. Romainjuwelier te Rotterdam
is thans een even prachtig als kostbaar voorwerp vervaar
digd hetwelk den 24 maart aanstaande ter expositie naar
de Londenschc tentoonstelling zal gezonden worden en in-
tusschen bereidvaardiglijk bij hem ter bezigtiging is gesteld.
Het is een zoogenaamd corsage -ofliever eene broche,
waarvan het breede gedeelte boven aan het kleed wordt ge
hecht doch welke van lieverlede spits toeloopendebijna
toe aan de ceinture reikt. Dat groote kunstig en sierlijk
zamengestelde geheelbestaat uit niets anders dan uit een
ontelbaar aantal kostbare wirte edelgesteenten, die, opeen
blaauwen of witten grond -rustende een oogverblindenden
gloed verspreiden. De eigenlijke broche stelt voorde rijk
met juweelen omzette beeldtenis der koningin vau Engeland,
welke echter door eene andere niet minder prachtige kan
vervangen worden. Het kostbare kunststuk heeft eene waarde
van ongeveer 1 ó,ooo.
Ten gevolge van het zachte voorjaarsweder, kan als
eene bijzonderheid worden vermeld dat op het kasteel te
Heukelom een abrikozen-en perzïkenbooni in bloei staan. -;V
De heer van Lennep te Amsterdam, van wien'men"
meldde dat hij van HH. MM. den koning en de koningin
eene uitnoodiging had ontvangen tot beschrijving der valke
niers-wedren en handboog-schuttersfeesten, die in junij op
het Loo zullen plaats hebben, heeft die uitnoodiging doen
tegenspreken.
Het levensgroot portret des konings door den heer
Pieneman op kosten der leden van den raad der hoofdstad
vervaardigd, zal, van den 18 dezer tot den 8 april, in de
kunstzaal van Arti et Amici/iae aldaar, voor het'publiek
ter bezigtiging worden gesteld.
Men verneemt, dat de commissie benoemd bij koninklijk
besluit van 9 november en 10 december jf. tot het doen
van een nader onderzoek nopens de doelmatigheid en uitvoer
baarheid van de bedijking der Lauwerzee vrij eenparig voor
het uitvoeren dezer bedijking gestemd is.
Men verneemt, dat het voornemen bestaat, en er
dientengevolge reeds onderhandelingen zijn aangeknoopt
om de O verijsselsche kanalisatie uit te breiden en dezelve
door een kanaal vau Almelo naar Lingen met de Eems te
verbinden.
Zr. Ms. korvet argo, kapitein-ter-zee C. van der
Hart, van Batavia naar Nederland, is den 27 januarij 11.
te St. Helena aangekomen.
De heer Auguste Davezacdie met slechts kleine
tirsschenpoozea va» 1829 tot 1850 de Vereenigde Staten
van Noord-Amerika bij het Nederlandsche hof heeft vertegen
woordigd en toen naar zijn vaderland terugkeerde, is den
15 februarij II., naauwelijks eene maand na zijne terugkomst
te New-York, aldaar in 71 jarigen ouderdom, 11a eene kort
stondige ongesteldheid overleden.
Vlissingen 19 maart. In de maand februarij jl. had al
hier eene vergadering plaats, in het lokaal van den Prinsen
tuin van de gezamenlijke leden der handboogschutterijen
respectivelijk onder de zinspreuk: Harmonie en Vriendschap
sedert verscheidene jaren afzonderlijk binnen deze stad be
staan hebbende, waardoor beiden werden ontbonden en met
wederzijdsche overeenkomst onmiddellijk ééne nieuwe ver-
eeniging ontstond welke thans den naam voert van JVil-
lem III. Men verneem: met genoegendat het Z. M. be
haagd heefthet beschermheerschap dier vereenigde hand-
boogschutterijen te aanvaarden, en tevens dat de president,
benevens twoe afgevaardigden der sociëteit, zijlij uitgenoodigd
om het concours in de aanstaande maand junij Dij te wonen t
bij welke gelegenheid Z. M. bovengenoemde handboog
schutterij met een standaard wil vereeren..
Gisteren morgen is Zr. Ms. fregat de rijn in het ma-
ritime dok gehaald.
STATER-GENERAAL.
Ten gevolge der in de afdeelingen van de tweede kamer
gemaakte aanmerkingen zijn in het wets-ontvverp tot regeling
der ontvangsten en uitgaven wegens verstrekkingen tot 31 de
cember 1851, nog eenige kleine wijzigingen gebragt.
De commissie van rapporteurs der afdeelingen vau de twee
de kamer, bestaande uit de heeren Stoltevau der Linden
Sloetvan Zuylen en van Voorst, heeft den 11 dezer het
verslag opgemaaktnopens de uitkomst van het onderzoek
der voordragtbetreffende de wijziging in de tarieven der
inkomende regten in Neérlands Indie. Daaruic blijkt, dat
de leden de mededeeling van de bij die voordragt gevoegde
stukken op hoogen prijs hebben gesteld. Ten aanzien van
eenige bepalingen voorkomende in het koninklijk besluit
vaii 24october 11., hebben sommige leden nog eenige op
heldering verlangd.
Algemeen is dit besluit toegejuicht, als strekkende, oin
zich van den ondernemings-geesc van bijzondere personen te
bedienen tot het daarstellen van kolonisatien en mijn- ont
ginningen en men heeft gewenscht te vernemenof er
naar de regelen van dit besluitreeds overeenkomsten tot
stand waren gebragt.
EsigeEasuï. Londen 15 maart. Eergisteren avond
zou de minister Russell in het huis der gemeenten op nieuw
een voorstel hebben gedaanbetrekkelijk het toelaten van
Israëlieten als leden van het parlement; doch het huis heeft
toen geene zitting kunnen houden omdat het daartoe ver-
eischte getal leden (40) niet tegenwoordig was. Het door
de dagbladen verspreide gerucht dat de baron van Roth-
scnild tot bet christendom zou zijn overgegaan wordt ten
stelligste tegengesproken.
Gisteren is de discussie over de bil! tegen de catholie-
ken geopend zoo ais die thans gewijzigd door de regering
werd voorgesteld. De debatten zijn al dadelijk met groote
levendigheid gevoerd. Elke politieke partij heeft reeds op
dezen eersten dag haren redenaar gehad. Sir Robert Inglis
heeft de politiek verdedigd dér ultra-protestanten die de
gewijzigde bill te zwak en te onbeduidend vinden. De heer
Roundcll-Palmer sprak voor de liberalen, die verlangen dac
men geen maatregelvan welken aard die ook wezen moge
aaniieme. De heeren Page-wood en sir Robert Peel hebben
eindelijk zich aan de zijde van het gouvernement geschaard.
Zij hebben verklaard de onwrikbare voorstanders te zijn van
burgerlijke en godsdienstige vrijheid welke naar hunne mee
ning door de aangeboden wet in het minst niet geschonden
wordt. Geen' der'ministers heeft nog in deze eerste zitting
het woord gevoerd. Sir Robert Peel is met bijzóndere tfeN