MIDDELMSGSCHE
COURANT
wp* m
W. 82.
Dingsdas
1850.
9 Julij.
13 est men cw 3bmiuidtiratic«.
£5hutci?laub0dtc ®ijbi»gew.
ISuitcnlanbdche
-
De STAATSRAAD, GOUVERNEUR van de Provincie
ZEELAND
Bijengc ter kennis van de belanghebbenden datmet wij
ziging van vroegere bepalingen door Zijne Excellentie den
Minister van Binnenlandsche zaken bij beschikking van den
27 Jtinij 1850, litt. C. 3de Afdeeling A. nader is vastge
steld, dat de aftapping van het Kanaal van Gent mat Neu
zen alleen zal plaats hebben van af den 29 Julij aanstaande
tot aan den to Augustus daaraanvolgende.
Middelburg, den 3 Julij 1850.
De Staatsraad Gouverneur voornoemd
VAN VREDENBURCH.
SCHUTTERIJ.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG
Hoofdplaats yan de Provincie Zeeland
Brengen ter kennis van de Ingeschrevenen voor de Schutterij van
dit jaar3, dat de Commissie welke ingevolge art. 15 der wet van
11 April 1827 op de Schutterijen, voor dit jaar binnen deze Gemeente
is zamengesteld tot het onderzoeken van en beslissen omtrent de
redenen van vrijstelling en uitsluiting, hare zitting zal beginnen op
het Raadhuis dézer Stad, op den 17 Julij aanstaande des voormid-
dags tea tien are.
Wordende overigens dezulkenwelke vermeenen redenen van vrij-
stelling of uitsluiting aan de Commissie te kunnen voordragen in
dachtig gemaakt op de navolgende bepalingen van Zr. Ms. besluit van
28 Junij 1828, dus luidende:
Art. 9. Geene vrijstelling of uitsluiting van de dienst zal mogen
worden verleend aan personen welke in de artikelen 3 en 4 derwet
niet worden opgenoemd of die zieh in de daarbij omschrevene ge
vallen niet bevinden.
Art. 10. Aan personen, die voorgeven metziekten ot gebreken be-
hebt te zijn zal geene vrijstelling worden verleend op vertoon van
attesten, maar zullen de zoodanigen worden onderzocht door den Ge
nees- en Heelkundige bij de Commissie. Hij die buiten staat is voor
de Commissie te verschijnen zal in zijne woning moeten onderzocht
worden.
Art. 11. De onvoorwaardelijke vrijstellingop grond van ziekten of
gebreken, zal alleenlijk mogen worden verleend op grond van de zoo
danige welke in het reglement op het onderzoek der Manschappen,
bij onze beschikking van den 15 Januari] 1821 no. 59 vastgesteld
worden opgenoemd als voor de dienst volstrekt buiten staatof een
volstrekt of een betrekkelijk onvermogen tot de dienst daarstellende
naar welke laatste de Commissie vooral met bijzondere oplettendheid
onderzoek zal doen; Zij die bij nummerverwisseling m dienst tre
den moeten in alle opzigten gezond zijn en vrij van alle gebreken.
Art. 12. Als geestelijken bij de onderscheidene gezindheden en
als Studenten in de Godgeleerdheid, zullen alleen worden vrijgesteld
diegenen, welke als zoodanig, volgens de verordeningen op het stuk
der Nationale Militie, regt op vrijstelling van deze dienst hebben.
Ter bekoming van deze vrijstelling zullen dezelfde bewijzen moe
ten worden overgelegd welke voor de vrijstelling van de dienst der
Nationale Militie worden gevorderd.
Art. 13. De voorwaardelijke vrijstellingen vermeld in art. 3 der
wetsub. litt. e <7, h k l enm, zullen alleenlijk mogen worden
verleendingeval de belanghebbenden de volgende bewijsstukken
overleggen als
e. De Hoogleeraren en Lectoren aan de Hoogescbolen Athenoce
en Seminaria het besluit of de acte van aanstelling of be
noeming als zoodanig.
g. De uit de dienst van den Staat te Land of ter Zee eervol ont
slagene of gepensioneerde Officieren liet eervol ontslag of de
akte van pensioen.
h. De Officieren eervol uit de Schutterij ontslagen wegens veran
dering van avoonplaats het besluit van ontslag.
k. De Broeder van hem die reeds in persoonen voor zichzel-
ven bij de Schutterij dientbehalve een schriftelijk bewijs van
deze dienst, door den Kommandant der Schutterij af te geven,
een schriftelijk bewijs van het Plaatselijk Bestuurdat de die
nende Broeder met hem bij zijne Ouders inwoont.
I. Die aangesteld zijn voor de dienst der Nacht- of Brandwachten
en der Brandspuiten een schriftelijk bewijs deswege van het
Plaatselijk Bestuur.
m. De Lijf- en Huisbedienden een certificaat van den Persoon bij
welken zij als zoodanig dienstbaar zijn gecertificeerd door het
Plaatselijk Bestuur.
Zijdie voortdurend uit Armenkassen bedeeld of in de Ar
me n-Gestichten opgevoed en onderhouden worden eene schrif
telijke en door het Plaatselijk Bestuur gecertificeerde verklaring
van Bestuurders der Gestichten houdende waarin de bedee
ling bestaaten sedert wanneer en op welke tijdstippen dezelve
genoten is.
Art. 16. Diegenèn welke voor de Commissie van Onderzoek niet
opkomen, zullen gehouden worden geene redenen tot vrijstelling te
hebbenen voor zoo verre zij dienstpligtige nommers getrokken
hebbende niet vallen in de termen van art. 3 der Wet sub a, b
c, lentn, en van art. 4, zullen zij bij de Schutterij worden inge
lijfd blijvende het hun evenwel vrij om hunne redenen tot vrijstel
ling in een volgend jaar te doen gelden.
En eindelijk dat zij welke vermeenen mogten op grond van
art. 8G der wet, aanspraak te kunnen maken om bij de Reserve te
worden geplaatst of op finaal ontslag, hunne reclames bij de Com
missie moeten doen gelden met overlegging van een extract uit het
Stamboek der Schutterij waarbij zij hebben gediend.
En opdat niemand hiervan onkundig zij, zal deze worden gedrukt
afgekondigd en aangeplaktmitsgaders in dezer Stads-Courant geplaatst.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburgden 5 Julij 1850.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
PASPOORT vAit GRIJPSKERKE.
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtb.
M. F. LANTSHEER.
den Heer Burgemeester hunner woonplaatsals wanneer hun
nopens hunne verdere verpligtingen de noodige teregtwijzin-
gen zullen worden gegeven.
Ten tweedeDat de aanvang der lessen van den eerstvol-
genden Cursus zal plaats hebben op Woensdag den 7 Augus
tus 1850, nadat op Dingsdag den 6 Augustus, des mid
dags ten één uur, in het gewofle Lokaal der School, zal
zijn geregeld de rangschikking der Leerlingenbij welke
een ieder hunner zal behooren tegenwoordig te zijn.
En, Ten derde: Dat, onder goedkeuring der Commissie,
bij onderling overleg van Heeren Professor en Lectoren en
van den Heer Docent in de Latijnsche Taal, is vastgesteld
dat de Lessen zullen worden gegeven op zoodanige dagen
en uren als omschreven zijn in de Aankondigingwelkejaan
de Voorpoort van het Lokaal der School zal zijn aangeplakt.
Middelburg, den 2 Julij 1850.
Namens de Commissie voornoemd
VAN BAKELGEMSecretaris.
AAWli O N BIGING.
De COMMISSIE van Bestuur over de Provinciale School
tot aankweeking van Heelmeesters en Vroedvrouwen in de
Provincie Zeeland te Middelburg gevestigd brengt bij deze
ter kennis der belanghebbenden
Vooreerst: Dat de zoodanigen, die verlangen, met den
eerstvolgenden Cursus, in de maand Augustus 1850, als
Leerlingen bij gezegde School te worden ingeschrevenzich
in Persoon of met vrachtvrije Brieven van henzelven of van
hunne Ouders of Voogden zullen behooren aan te melden bij
den Heer Mr. H. du Buisson Becius, Voorzitter der Com
missie en aan denzelven zullen behooren over te leggen of
te doen toekomen een Extract uit het Register van ge
boorte en een Certificaat van goed gedragafgegeven door
Van wege de BAD-COMMISSIE van Domburg wordt ge
adverteerd dat van heden de BUITEN- en BINNEN-BA-
DEN geopend zijn nadere inlichtingen zijn te bekomen bij
den ondergeteekende.
Domburg, 8 Julij 1850. GILLIS v. d. MEULE.
MIDDELBURG, den 8 Julij.
Z. M. heeft bepaald dat de nieuwe wet op de briéven-
posterij met 1 september e. k. in werking komt.
Z. M. zal woensdag den 17 dezer, voorm. 10 ure,
aan het paleis in het noordeind te 's Hagealgemeene audiën
tie verleenen.
Het provinciaal Utrechtsch genootschap heeft, in des
zeis laatstgehoudene algemeene vergadering onder anderen
ook tot leden benoemd de heeren jhr. C. A. Rethaan Ma-
caréontvanger der registratie &c. te Utrecht, en J. P.
van Visvliet, archivarius bij het provinciaal gouvernement
van Zeeland.
Den x dezer nam de heer Q. M. R. Ver-Huellge-
pensionneerd schout-bij-nachtvroeger directeur der marine
bij het maritime etablissement te Rotterdam een plegtig
afscheid van de ambtenaren in zijne voormalige directie, en
gaf zijne dienstbetrekkingen over aan den titulairen kapitein
luitenant-ter-zee ,7. Lehman de Lehnsfeldequipagiemeester
der marine.
Onderscheidene personen worden reeds opgenoemd als in
aanmerking te komen voor de betrekking van gouverneur-
generaal van Neêrlandsch-Indiede Drentsche courant noemt
als bij gerucht daartoe den graaf van Randwijck thans lid dei-
Tweede Kamer vau de Staten Generaal.
Z. M. heefc den heer D. Arata, te Amsterdam erkend
als consul-generaal van Parma in Nederland.
Z. M. heeft den heer Zeelandergraveur te 'sHage,
benoemd tot ridder van de orde der eikenkroon.
-Bij besluit van den 4 dezerheeft Z. M. goedgevonden bij
's rijks museum te Amsterdam te benoemen: tot isten op-
zigterter vervanging van wijlen den heer G. Lamberts
den heer H. A. Klinkhamerthans 2de opzigtertot 2den
opzigter den heer IV. J. M. Engelbertsthans surnumerair
opzigter.
Naar men verneemt is aan den heer van Oordtdirec
teur der Nederlandsche stoomboot-maatschappij te Feijenoord
door Z. M. den koning van Pruissen de orde van den roo-
den adelaar 3de klasse geschonken.
Te Delft zijn den 3 dezer, voor de daartoe benoemde
commissie, afgeloopen de examina, afgelegd tot het beko
men van het diploma voor civiel ingenieurvan de akade-
mie te dier stede. De uitslag daarvan is geweestdat de
twintig heeren studenten die zich daartoe dit jaar hebben
aangemeld, alle zijn toegelaten.
In junij is voor dertig millioen gulden aan muntbiljet
ten uitgegeven en eene gelijke som aan tienguldenstukken
bij de Nederlandsche bank overgebragt.
De wedstrijd der Koninklijke Nederlandsche Yachtclub
op de Maas is bepaald op woensdag 24 julij e. k. ook
verneemt men dat dit jaar de Rotterdamsche kermis weder
zal gehouden worden.
Men meldt uit Zierikzee Naar men verneemtzal de
schroef-stoomboot Stad Dordrechtthans varende tusschen
Dordrecht en Londenvooreerst geregeld de haven van
Brouwershaven blijven aandoen, tot op- en afiading van
passagiers, goederen enz., uit deze eilandenbestemd voor
Engeland en wederkeerig van daar terug. De afvaart is
bepaald des zaturdags, 's morgens vroegtijdig, van Dord
recht, en woensdags van Londen."
Den 2 dezer had te s Hertogenbosch de teregt stelling
plaats van Philip Nathan Hartogdoor het provinciale hof
van Noordbrabaut wegens moord ter dood veroordeeld
doch bij koninklijke beschikking begenadigd met eene ver
andering van straf, bestaande in het zwaaijen met het zwaard
over het hoofd en twintigjarige tuchthuisstraf. Bij die executie
had een zonderling voorval plaats. De scherpregter had de
executie aan zijnen zoon toevertrouwddoch toen hij hem
het zwaard in handen had gegevenzorgde hij zelf niet op
een behoorlijken afstand zich te houden zoodat bij de eer
ste zwaaijinghet zwaard hem in het aangezicht bij het hoofd
raakte, zoodanig dat er bloedstorting plaats had. De wond
zal echter geen nadeelig' gevolg hebben.
Staten Generaal.
EERSTE KAMER.
Zitting van 4 julij.
In de zitting van heden hebben de beraadslagingen plaats
gehad over het ontwerp van wet tot regeling van de zamen-
stelling en de magt der provinciale Staten. Nadat door de
heeren de Jonge van EllemeetCost Jordensvan Sassevan
TsseltBeerenbroek Hofman Tonckensvan Nispen van
PantserdenMartens van Sevenhoven en van Verschuer des
wege het woord gevoerd en de door die leden geopperde
bedenkingen door den minister van binnenlandsche zaken
waren wederlegden ook de.minister van justitie aan de
beraadslaging had deelgenomen is de vergadering overge
gaan tot eene stemming, waarbij de wets-voordragt met 33
tegen 2 stemmen is aangenomen.
Tegen hebben gestemd de heeren van Nispen van Pan-
nerden en Hofman.
In dezelfde zitting heeft de heer Lightenvelt verlof ge
vraagd tot het rigten vau vragen aan het ministerieen be
paaldelijk aan den minister van binnenlandsche zaken om
trent de uitvoering die het gouvernement denkt te geven aan
art. 2 der additionnele artikelen der grondwet, met betrek
king tot de schadeloosstelling toe te kennen aan de leden der
toenmalige Eerste Kamer der Staten-Generaal ten gevolge
van de grondwets-herziening van 1848 ontbonden. De ver
gadering heefc de gevraagde vergunning verleend en is be
sloten den dag voor het houden der bedoelde interpellatie
in eene nadere bijeenkomst vast te stellen.
Nog is door den voorzitter berigtdar voor de afdeelingep
van de maand julij benoemd zijn tot hare voorzitters de
heeren van Weideren RengersGevers van EndegeestLigh
tenvelt en van Beeck Vollenhoven tot hare ondervoorzitters
de heeren van Sasse van TsseltMartens van Sevenhoven
Cost Jordens en van Aylva van Pallandt. De Vergaderin
is tot nadere bijeenroeping gescheiden.
TWEEDE KAMER.
Zitting van 4 julij.
In de zitting van heden is de beraadslaging over de wets
ontwerpen tot regeling van de belangen der Nederlandsche
scheepvaart voortgezet. Op voorstel van den heer de Mon-
chy is eerst besloten bij de behandeling der afzonderlijke
wets-ontwerpen eene andere orde te volgen dan. waarin zij
zijn voorgestelden wel om eerst te beraadslagen over het
wets-ontwerp C, vervolgens over het ontwerp B en einde
lijk over het ontwerp A. Daarna heefc de beraadslaging
plaats gehad over het eerstbedoelde wets-ontwerp (wijziging
der wet van 14 maart 1819, Staatsblad no. 12^, strek
kende tot toelating van buiten 'slands gebouwde schepen
tor. het erlangen van Nederlandsche zeebrieven. In art. 2
van dat wets-ontwerp is, onder andere wijzigingen, het daar
vermelde regt van registratie van een ten honderd van de
waarde in vier ten honderd veranderd. Het wets-ontwerp
is met 52 tegen 13 stemmen aangenomen.
Tegen hebben gestemd de heeren van DoornVerwey
Mejan van Hallvan HasseltZijlkerGroen van Prin-
sterer Westerhof, van Nispen van SevenaerHengstvan
Dam van IsseltBots, van Randwijck en van der Heyde.
Zitting van 5 julij.
Is ingekomen een wets-ontwerp tot bekrachtiging van twee
provinciale opcenten in Groningen. In deze zitting zijn de
beraadslagingen over de scheepvaart-wetten voortgezet. Het
wets-ontwerp B:, strekkende tot afschaffing van de doorvoer
en scheepvaart-regtenis onveranderd aangenomen met 56
tegen 9 stemmen.
Tegen hebben gestemd te heeren: Bots, HengstReinders
van Nispen van Sevenaer, van llall, CosterusWesterhof
Groen van Prinsterer en Zijlker.
Daarna is de vergadering overgegaan tot de beraadslaging
over het wets-ontwerp A.houdende wijzigingen in de wetten
van 19 junij 1845 Staatsblad no. 23) en van 26 augustus
1822 Staatsblad no. 38.) De drie eerste artikelen van die
wets-ontwerp zijn door de kamer aangenomen.
Zitting van 6 julij.
Heden zijn de beraadslagingen over het wets-ontwerp A
der scheepvaart-wetten strekkende tot wijziging der wetten
van 19 junij 1845 {Staatsblad no. 28) en 26 augustus 1822
{Staatsblad no. 38) voortgezet. Artikel 4 van dat ont
werp is aangenomen, nadat daarin twee wijzigingen gebragt
waren.
Kerknieuws. Den 3 dezer is de algemeene synode
door Z. Exc. den minister van de Hervormde eeredienst
geopend, waarna door de leden der synode, ingevolge het
nieuwe reglementis overgegaan tot het benoemen uit hun
midden van een' president, vice-president en secretaris,
waarvan de keuze is gevallen als president, op ds. Verwey,
predikan tte Leyden als vice-presidentop ds. Boe les
predikant teNoordwijk, in Groningen, en als secretaris op
ds. H. P. Timmers Verhoeven.
Uit het vroeger gemeld drietal is'als predikant bij de
Ned. Herv. gemeence te Rotterdam beroepen, ds.T. Modder
man th. dr. en predikant te Leeuwarden.
Engeland. Londen 3 julij. Sir Robert Peel is gis
teren avond ten elf ure, na een vreeselijk lijden, vooral
gedurende de iaatsce vier-en-twintig uren aan de gevolgen
vati den val met zijn paard overleden. Hij bleef tot het
einde toe bij het volle genot zijner geestvermogens zag zijn
einde naderen en gaf reeds in den morgenstond de be»