IIDDELBURGSCHE COURANT. W IrfiÖSic N°. 153. Zaturdag 1849. 22 December. j Bcstuceiï cïs 3bmimsstv«ïtics*-- stedelijke fabricage. föhtucnlfttt&scfce JTijbittgcu. t rr, ',1 OPROEPING FOOR RE NATIONALE MILITIE. BURGEMEESTER cn WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG brengen bij deze ter kennissc van een iegelijk dien zulks zoude mogen aangaan, dat, ter voldoening aan de bepalingen, voorgeschreven bij de Wetten van 8 Januarij 1817 en van 27 April 1820, betreffende de Nationale Militie, op den 2 Januarij aanstaande zal worden ge opend het Register van Inschrijving tot de loting voor dezelve Militie. Dat dit Register dagelijks (uitgenomen des Zondags), des namiddags van 12 tot 5 uren, op de Secretarie zal gereed liggen tot cn met den 20 dcrzclfde maand; dat hetzelve alsdan opgemaakt en door het Hoofd van het Bestuur ondcrlcekend zal worden, en dat de zoodani- gen welke daarna worden bevonden in hunne vcrpligling nalatig te zijn gebleven tot en met den 28 Januarij nog op het Register zullen worden gebragt, doch met ecne boete van 5 tot 100 Gulden gestraft moeten worden cn dat de nalatigcndie eerst na den 28 Januarij zullen worden ontdekt, dadelijk gearresteerd moeten worden, om tot de dienst te worden ingelijfd, zonder tot het aanvoeren van eenige reden van vrijstelling te kunnen worden toegelaten. En worden mitsdien alle Jongelingen, hun domicilium of vaste woonplaats binnen deze Stad of derzelver Ambachten hebbende welke op den 1 Januarij 1850 hun negentiende jaar zullen zijn ingetreden en hetzelve niet hebben volbragtcn dus alle die in het jaar looi ge boren zijn, bij deze opgeroepen en aangemaand om zien op voor schreven plaats cn uren vrtrtr den 20 der maand Januarij aanstaan de, ter inschrijving in het Register aan te dienen, met overlegging van een extract tot opgave van den datum hunner geboorte; gelijk de Ouders, Voogden, Curators ofGemagtigden van afwezigen worden opgeroepen', om hunne Kinderen of Pupillen binnen den bepaalden tijd ter inschrijving aan te geven en alsdan aan het Plaatselijk Bestuur zoodanige onderrigtingen te verschaffen of te doen verschaffenals van de Lotelingcn zclven zouden kunnen worden verlangd; wordende voorts aan al de Jongelingen die hun negentiende jaar zijn ingetre den bij deze te kennen gegeven, dat zij zich na den 1 Januarij 1850 noch voor den 1 Junij daaraanvolgende tot gcene vrijwillige Militaire Dienst bij de Armee te Land of ter Zee kunnen of mogen verbinden, naar aanleiding der bepalingen dienaangaande, vervat in Art. g4Litt. gg der Wet van den 8 Januarij 1817; terwijl al verder, tot voorko ming van alle misvatting, welke zoude kunnen ontstaan met betrek king tot de verpligtingen die bij de bestaande Wetten worden voor geschreven aan de belanghebbende Ingezetenen dezer Stad en Am- Lacht, bij deze, wordt onder het oog gebragt: 1.) Dat alle Jongelingen, in den jarc 1831 alhier geboren, cn alhier hunne woonplaats hebbende moeten worden ingeschreven zon der onderscheid of voor hen al dan niet eenige reden van vrijstelling kan worden bijgebragt. 2,0 Dat gehuwden cn afwezenden ook in de inschrijving moeten worden begrepen, cn dat de gehuwden hunne bewijsstukken bij den Militie-Raad moeten overleggenop hetzelfde tijdstip hetwelk tot overlegging van andere bewijzen van vrijstelling bepaald wordt. 3.) Dat de Ouders Voogden en Regenten verpligt zijn hunne Kin deren of Pupillen in persoon, of door iemand daartoe gemagligd, te doen inschrijvenen daarin nalatig blijvendeverbeuren zullen de boeten bij de bestaande wetten bepaald. 4.) Dat de straffen, op het niet voldoen aan de verpligtingen be trekkelijk de inschrijving, zijn vermeld in de Artikelen 53, 63, 04, 05, 66 67, 68 cn 166 der Wet van den 8 Januarij 1817 en in Art. 10 en ri der Wet van den 27 April 1820. 5.) Dat nopens de woonplaats ot het domicilium van inschrijving bij Art. 56 der Wet van dm 8 Januarij 1817 het volgende is bepaald 9 De wettige woonplaats ot domicilie, voor de inschrijving hier- boven'vermeld wordt gehoudenvoor hen die ongehuwd zijn, de 9 woonplaats der Ouderen, en bij overlijden van beide, die van den 3 ccrstbenoemden Voogd voor de gehuwden de plaats alwaar zij hun 9 bestaan hebben;in twijfelachtige gevallen omtrent gehuwden, zal 9 voor de wettige woonplaats gehouden worden die plaats, alwaar zij 9 op den 1 Januarij van elk jaar, tot de uitoefening van eenig beroep, Patent hebben bekomen, of wel voor het middel van het Personeel oen Mobilair, of dat hetwelk in de plaats daarvan zonde mogen worden geïntroduceerd, beschreven zijn, cn voor zoo verre zij daar 9 in niet beschreven zijn, noch Patent hebben bekomen, de plaats, 9 waar zij zich bevinden; met deze verdere bepalingen, dat zij, die n in een vreemd Land, uit Ouders, ter oorzake van 'sLands dienst 9 afwezend of anderzins op reis zijnde, buiten het Rijk zijn geboren, 9 zullen worden ingeschreven binnen de plaats alwaar zij hunne wettige 9 woonplaats hebben; dat Jonge Lieden, door hun Vader of Moeder 9 Voogd of Curator achtergelaten, en geen bestaan hebbende, op de 9 lijsten van die Gemeente zullen worden gebragt, alwaar hunne Ou- ders, eerst in rang benoemde Voogd of Curator het laatst hunne 9 woonplaats hebben gehaden wanneer deze woonplaats niet bekend 0 mogt zijn, of dat dezelve buiten het Rijk is gelegenop die van de n plaats alwaar zij zich bevinden. e Zij, die gcene Ouders, Voogden ot eigen bestaan hebbenzullen a worden ingeschreven op de plaats alwaar zij zich bevinden. 9 De Gealimenteerden en Kinderen in Godshuizen en liefdadige Ge- 9 stichten zullen worden ingeschreven in de plaatsenalwaar de Oods- 9 huizen zijn gelegen of de alimentatie geschiedt. n Ten opzigte van de Gevangenen welke in de jaren der loting val— alen, zullen de Regenten der Gevangenissen verpligt zijn, voor den 9 10 Januarij aanstaande, aan het Bestuur van de Gemeente, alwaar a die Gevangenen hunne vaste woonplaats hebben, eene naauwkeurige 9 opgave te doen van alles wat hetzelve voor de opschrijving noodig 9 heeft te weten, met bijvoeging der misdaad, waarvan zij beschul- 9 digd of om welke zij veroordeeld zijn geworflenen van den tgd voor a denwelken zij tij" geconfineerd." 6.) Dat bij het laatste lid van Art. 5g van evengemelde Wet nog •wordt bepaald: 1 9 Tot de Gemeente, in welke iemand, bij het intreden van des- p zelfs 19de jaar, voor de eerste klasse zal zijn ingschre\en, hij, 9 met betrekking lot de Nationale Militie, ^mI blijven, werwaards 9 hij zijn domicilie, gedurende den tijd dat hij in de jaren der Mili- 9 tic valtmoge overbrengen." En eindelijk, 7.) Dat Buitenlanderswelke zich, als Ingezetenen van het Kijk, binnen deze Gemeente met der woon hebben gevestigd, overeenkomstig Art. 6 der Wet van den 27 April 1820, zich, voor zooverre zij nog in de jaren der Militie vallen insgelijks binnen den bepaalden tijdmoeten aangeven tot inschrijving in dat Register, waartoe zij volgens hunnen ouderdom behooren. Kn opdat een iegelijk hiervan keunis dragc, zal deze worden ge drukt, afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders in dezer Stads-Cóurant 86 r cdaa'n ten Raadhuize der Stad Middelburg den 14 December 1849. Burgemeester en Wethouders voornoemd PASPOORT VAN GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbare SI. F. LANTSIIESR. Die genegen raogten zijn gedurende liet jaar 1850 liet Stads-Wagenaars werk te verrigten kunnen zich daartoe in de volgende week aanmelden ter Stedelijke Griffiealwaar devoorwaarden ter lezing liggen. MIDDELBURGSCDE SPAARBANK. Uit hoofde van het aanstaande Kersfeestzal de laatste zitting van het Bestuur der Spaarbank, in dit jaar, in plaats van op Woensdag den 26 Decembergehouden worden op Maandag den 24 dezer maand, des middags van 1 tot 2 ure, op de gewone plaats. Middelburg den 19 December 1849. Namens het Bestuur der Middelburgsche Spaarbank 1IUBERTUS REKKER, Secretaris. LIEFDADIGHEID. Met voorkennis en bewilliging der Stedelijke en Kerkelij ke Autoriteiten zuilen op Woensdag den 26 dezerdes Avonds ten zes urein de Koorkerk alhier, eenige beoe fenaren der Zangkunst zich vereenigen, tot het uitvoeren van Zangstukken, genomeu uit PsalmenEvangelische Ge zangen en andere Godsdienstige Liederen, op het Kersfeest toepasselijk; zijnde de opbrengst#der toegangkaartjes, 11a aftrek der onvermijdelijke kosten bestemd rot buitengewone bedeeling der Diakonie-Armen van voorn. Gemeente. De ondergeteekenden daartoe aangezochthebben niet geaarzeld zulks door deze ter algemeene kennis te brengen, liet verheugde hendoor zoovele Leden der Gemeenteeen bewijs van deernis met het lot hunner verarmde Medeleden te zien geven en zij koesteren de hoop dat velen gaarne zullen bijdragen aan de bereiking van het voorgestelde doel, want Christelijke liefdadigheid voegt toch inzonderheid op het aanstaande Christenfeest. Toegangkaartjes zijn h 30 centsverkrijgbaar bij ieder der Diakenen alsmede ten huize van den Koster Schutters. Eene aanwijzing der Zangstukken zal daarbij gratis kunnen worden bekomen. Op geene Kaartjes zal de toegang kunnen worden verleend, welke niet door één der Diakenen onderteekend zijn. Het zal onnoodig zijn te doen opmerken, dat op de plaat sen geene Eigenaars-regten zullen kunnen worden uitgeoefend. Middelburg ,'den 21 December 1849. Diakenen der Nederduitscbe Hervormde Gemeente te Middelburg, J. A. van NEDERVÈEN, Preses. W. A. DORMAAR Hz.L. S. MIDDELBURG, den 21 December. Bij Z. M. besluit van den 14 december, is de luitenanr- ter-zee der iste klasse FW. van Gendtop zijn daartoe gedaan verzoekmet den laatsten dezer eervol uit het korps zee-officieren der Nederlandsche marine ontslagen met toe kenning van pensioen. De heer D. van der Keilengraveur aan 's rijks munt is door Z. M. den Koning benoemd tot ridder der orde van de Eikenkroon. Bij Zr. Ms. besluit van den 13 december is aan den heer B. la Roche Stehelin op zijn verzoek eervol ontslag verleend als consul der Nederlanden te Bazel. Naar men verneemt is de heer procureur-generaal bij het provinciaal geregtsbof in Zuidhollnnd in cassatie geko men tegen de uitspraak van gemeld hofin zake A. J. E. van Bevervoorde. Naar men uit eene goede bron verneemt zou bij de regering het plan bestaan om de infanterie-bataillons bij het leger op vijf kompagnieu te brengen en dus met eene kom- pagnie te vermeerderen. Ook zou, volgens de Aviso de la Meusede uniform onzer dragonders veranderd worden. Men heeft voor de omslagen enz. de roode kleur in plaats van de geele aangenomen. De vorm zal veel hebben van de uniform der lansiers In den nacht van den n op 12 dezer is op den Ban- jaard gerstrand het Hanoversche kofschip Anna en Maria kapitein 11. H. Strakholder van Riga naar Antwerpen be stemd geladen met lijnzaad. De equipage, welke zich ia de sloep had begeven, is door de visscberspink Jonge Mau- rits, schipper M. Plakker, opgenomen en gedeeltelijk te Brouwershaven en te Scheveningen aangebragt. Van schip en lading zal weinig of niets te bergen zijn. Te Brouwers haven zijn van den inventaris eenige zeilen alsmede ankers en kettingaangebragt. Men schrijft ons uit de gemeente Hoek (5de district) den 19 dezer: Heden morgen omstreeks,7 ure ontstond alhier brand in eene arbeiders woning welke echterdoor het omverhalen van het gebouwtje en het gebruik der brandspuit gelukkig vrij spoedig werd gebluschtwaardoor de belendende wo ningen meestal met riet gedektbewaard bleven. Ware het niet wenschelijkdat voortaan de huizen niec meer met rieten daken werden voorzienhetwelk alhierwat de arbei ders woningen betrefc, meest overal plaats grijpt, en bij ge legenheid van brand het gevaar zeer vermeerdert Uit Zutphen 18 december, wordt gemeld dat aldaar in den afgeloopen nacht eeu zware brand heeft gewoed waardoor zes huizen zijn in de asch gelegd. De werking van acht brandspuiten en de gunstige wending van den wind hebben de broederenkerk, het gymnasium, de concertzaal en andere woningen beveiligd. Van de hulp door het korps pontonniers verleend wordt met veel lof melding gemaakt. Men schrijft uit Zwolle, van den 17 dezer: De raad van administratie der Overijsselsche-spoorweg- maatschappijheeft, in eene op den 15 dezer te Amsterdam gehoudene vergadering, berust in de wijziging w£lke*door j de staten van Overijssel in het ontwerp van kanalisatie Aten een gedeelté van die provincie gemaakt is en de voorwaar den waarop namens dat gewest voor die kanalisatie tot een bedrag van 300,000 is deel genomen. Gemelde raad heefc een aanbod van f 450,000 in de kanalisatie-maatschappij op gemelden voet gestand gedaan, mits de som van ƒ1,100,000 voor 10 februarij 1850 volteekend zij." Uit Rotterdam wordt gemeld, dat het hoekerschip Oceaan, kapitein G. van Duffelen, het eerste Nederland sche vaartuig is geweesthetweld op de kusten van Califor- nie de Nederlandsche vlag heeft doen wapperen, na de ont dekking der in die streek verborgene schatten. De genoemde bodem behoort te Vlaardingen te huis en is van Valparaiso naar Californie gestevend, welk gewest het op den 6 sept. jl. weder heefc verlaten. Het is bekend, dat de goud- delving op de bemanning van vele vaartuigen, wat de zoo noodzakelijke ondergeschiktheid en tucht aangaateen 11a- deeligen invloed uitoefent. De equipage van het schip Oce aan heeft echter eene gunstige uitzondering gemaakt en zich voortdurend onderscheiden door gehoorzaamheid en onder werping aan de bevelen van haren gezagvoerder. Van Scheveningen wordt gemeld dd, 18 december: Een half uur noordwaarts van Scheveningen is gestrand de kof Margrieta van Groningen terugkeerende van Ko ningsbergen en bestemd naar Gent, kapt. K. J. Scholten. Het vaartuig was met raapkoeken geladen. De reddingsboot van de Noord en Zuidhollandsche reddingmaatschappij is ter stond na het ongeval in zee gegaan doch door het breken van eene lijn kon men het schip niet dadelijk naderen en de manschap kwam zelfs in dringend levensgevaar. Ande re reddingsmiddelen werden even vruchteloos beproefd het geen niet weinig leedgevoel verwekte daar men her angst geschreeuw der equipage duidelijk vernam. Ten derdenmale waagde men hierop eene kansofschoon het reeds donker was gewordende wakkere Jan Plug begaf zich met zes visscberste weten P. Kolk, A. Tuit, P. de Jong, A. de ToetK. Grootveld en de uitmuntende zwemmer G. van der Hak, in de reddingsboot. Men kan zich de verslagen heid verbeelden toen 'na kort tijdsverloop bij de op last der strandvonders ontstoken vuren bespeurd werd dat de lijn op nieuw gebroken was en de boot ledig gezien werd dobberende op de onstuimige zee.# In allerijl waagden zich eenige kloeke zwemmers om, zoo mogelijk aan hunne ge zellen en de equipage van het schip hulp toe te brengen hoewel velen alles reeds verloren waanden men kan zich de vreugde van die zwemmers verbeelden toen zij van het schip hoorden roepenen hierop werd met levensgevaar een wagen met paarden tot op eenigen afstand van het gestrande vaartuig gebragt en mogt men de vreugde smaken de wak kere visschers met vier schipbreukelingen aan strand te bren gen. De equigagie had uit zeven koppen bestaan. Twee hunnerzoons van den kapitein waren over boord gesla gen juist toen de reddingsboot het schip was genaderd. De geredde schipbreukelingen zijn de kapitein de matroos HL HazenootP. KeyzerII. ten Brink en de scheepsjon gen II. ten Brink. Men moet allen lof geven aan de on vermoeide pogingen van de wakkere visschersdie met groot gevaar althans het grootste deel der equipage hebben mogen behouden." Ütaten-Cicncraal. TWEEDE KAMER. Avond Zitting van den 17 december. De beraadslaging over het Vide hoofdstuk der staatsbe- grooting (hervormde en andere eerediensten) voor het jaar 1850 zijn ten einde gebragt. Nadat de afzonderlijke artike len van dit hoofdstuk onveranderd waren goedgekeurd is dit in zijn geheel met algemeene stemmen aangenomen. Daarna heeft de beraadslaging plaats gehad over het Vilde hoofdstuk der staatsbegrooting (roomsch-katholijke eeredienst), dat eveneens, na de goedkeuring der afzonderlijke artjkelen zoo als die zijn voorgesteld, met algemeene stemmen is aan genomen. Zitting van 18 december. In deze zitting hebben achtervolgens de beraadslagingen plaats gehad over het hoofdstuk IX (nationale schuld) en hoofdstuk IX B (financien). Nadat de bijzondere artikelen onveranderd waren goedgekeurd zijn die hoofdstukken elk met algemeene stemmen aangenomen. De commissie van rapporteurs voor de zeven wets-ont- werpen tot bekrachtiging van provinciale belastingen heeft haar verslag daarover uitgebragt. De beraadslaging over die wets-ontwerpen zal plaats hebben na afloop der dis- cussien over de begrootingswetten en de andere wets-ont werpen waaromtrent laatstelijk algemeen verslag is uitgebragt. Na het nemen van dit besluit is de vergadering overge gaan tot de beraadslaging over hoofdstuk X der Staatsbe grooting voor 1850-(oorlog). Inde zitting van den volgenden ochtend heeft de Kamer die beraadslaging voortgezet en ten einde gebragt. Het Xde hoofd stuk der Staatsbegrooting isnadat de afzonderlijke artikels van hetzelve onveranderd waren goedgekeurd met 52 tegen 8 stemmen aangenomen. Vervolgens is de beraadslaging aangevangen over het Xlde hoofdstuk der Staatsbegrooting (koloniën) welke beraadsla ging des avonds ten half acht ure zou worden voortgezet. EERSTE KAMER. Zitting van 19 december. Zijn ingekomen vier door de Tweede Kamer aangenomen wets-ontwerpen, bevattende de hoofdstukken VIVII, IX A en IX B der Staatsbegrooting voor 1850.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1849 | | pagina 1