iSuitcnlAttbiscftc &t}biifgcu.
Bceti)biti0cn,
3ïsocrtciitic«.
DE KOEPOK-IJNENTIJVG.
MSARMOIVME COWCERT
de zaak der Volks-Encyclopedie doclr niettemin dit onderwerp in
ernstige overweging blijft houden.
9. Dat de kansen ten aanzien van het Volks-Zang-Onderwijs en de
invoering der Gymnastie voor de maatschappij eenigzins verbeterd
zijn; en zij allengs haren wensch op deze punten vervuld zal zien.
10:' Dat eene commissie uit het hoofdbestuur omtrent de zaak van
Lager-Onderwijs bij de flooge Regering gepaste stappen had ge
daan betreffende de te verwachten wet op dat zoo hoogst belangrijk
onderwerp.
11. Dat ook dit jaar, even als vroeger, aan onderscheidene de
partementale schooi-inrigtingen aan bewaar-zang- en herhaling-
scholen wederom geldelijke ondersteuning uit de kas der maat
schappij zijn verleend geworden.
12. Dat de maatschappij in het afgeloopen jaar een legaat ontvan
gen had ter waarde van 1000van wijlen mejufvrouw C. M.
Loopuijt te Schiedam.
13. Dat de maatschappij door tusschenkomst van de heeren J. Groe-
nendaal en H. van Genderen hare geschriften verspreid had bij de
Overzeesche Volkplantingen aan de Saramakka en de Kaap de Goede
Hoop.
14. Dat op de vraag, omtrent de verbetering van den Dienstboden
stand door verschillende departementen antwoorden waren ingezon
den waarvan eenige negatiefandere bevredigend mogten geacht
worden.
15. Dat aan 71 personen eereblijken of onderscheidingen voor edel
moedige bedrijven waren toegewezen waarvan de uitreiking aan de
zorg der departementen wordt toevertrouwd, die in der tijd de opgave
gedaan hebben.
10. Dat uit het fonds (aan het beheer van hoofdbestuurderen toer-
vertrouwd) bekend onder den naam van Fonds voor Huisduinen
laatstelijk eenige uitkeeringen gedaan wareu bestemd tot tegemoet
koming in den nood van behoeftige huisgezinnen waarvan de hoof
den bij eene zeer edelmoedige poging tot redding van schipbreu
kelingen op de kust van Huisduinen in de golven hunnen dood had
den gevonden.
17. Eindelijk, dat de financien der maatschappij in eenen allezins
gunstigen toestand verkeeren.
Vervolgens gaf het hoofdbestuur berigt omtrent de uitgeschrevene
prijsvragen en advijseerde tot intrekking der 3de vraag Handleiding
voor Plaatselijk Toczigt op de lagere Scholen.
Uit het eerste vernam de vergadering dat niet eender ingezondene
prijs-antwoorden een voldoend aantal steramen ter bekrooning op
zich had mogen vereenigen, zoodat er ditmaal geene bekrooning
heeft plaats gehad.
Engeland. Londen 16 augustus. Door de onlangs
geweldige regens zijn in Schotland en Ierland verscheidene
rivieren buiten hare oevers getreden en hebben hier en daar
overstroomingen plaats gehad. In Ierland is de aardap
pelziekte niet zoo ongunstig als men wel gevreesd had de
sporen daarvan blijken niet erger te zijn dan men reeds se
dert 50 jaren gewoon is. Te Londen in Btitler's arms
hotel is eene vergadering gehouden van de voorstanders der
Hongaren, waarin besloten is tot het opstellen van een
verzoekschrift aan II. M. tot erkenning der Hongaarsche on
afhankelijkheid. Maandag zijn in de dokken van Londen
7 schepen aangekomen allen met suiker beladen inhou
dende de aanzienlijke hoeveelheid van 7080 vaten of kisten.
De cholera blijft nog hevig voortduren.
Dultscliland. Volgens een berigt uit Warschau van
den 14 dezer, medegedeeld in een extra-blad van den Kurijer
IVarzawski was de overwinning op de Hongaren bij
Debreczin behaald zoo gewigtigdat Paskewitsh 6000
gevangenen maakte den vijand met het 3de armee korps
vervolgde en Grosswardin innam.
Te gelijker tijd greep Haynau op den linker-oever van den
Theiss den' vijand aan, nam hem 20 stuks geschut af en rukte
tegen Arad op.
Volgens datzelfde blad zou de Hongaarsche landdag zich
in twee deelen hebben gesplitstwaarvan het eene Kossuth
het andere Görgey tot dictator wilde uitroepen.
De prins van Pruissen heeft slechts één dag te Frank
fort'vertoefd en is daarna naar Carlsruhe teruggekeerd.
De stad Hamburg was den 13 en 14 dezer het too-
neel van ergerlijke ongeregeldhedenwaartoe het binnen
trekken der uit Sleeswijk-Holstein terugkeerende Pruissiiche
troepen aanleiding gaf. Het gepeupelnaar sommiger mee
ning door Beijersche soldaten opgehitst, ontevreden dat de
Pruissen bij de burgers ingekwartierd moesten worden en in
den waan gebragt dat de vreemde troepen ingeroepen waren
om het oude regeringsstelsel der Vrijstad te helpen bescher
men begroette hen metsteenen en de ruwste scheldwoorden
hetwelk ten gevolge had dat sommige soldaten gebruik van
hunne wapenen maakten en eenige menschen verwondden.
Nu kwam bevel dat de Pruissen niet in de voor hen bestelde
kwartieren maar in de Ilrautersche rijbaan den nacht zou
den doorbrengen. Niet dan met moeite konden zij zich hier
verzamelen. Eerst des avonds ten elf ure werd de btirger-
militie onder de wapenen geroepen, doch kwam'traag op.
Het werpen met steenen duurde den ganschen nacht voort
en in verscheide straten werden geweerwinkels uitgeplunderd.
De infanterie en kavallerie der bezetting hebben de mees
te dienst tot herstel der rust en bescherming der Pruisschen
bewezen. Des morgens van den 14 was het oproer gestild,
hetwelk verscheidene militairen en rustverstoorders het leven
gekost heeft. De senaat vaardigde dien dag eene waarschu
wing uit, waarbij bevolen wordt alle herbergen en tappe-,
rijen vóór acht ure des avonds te sluiten en ieder burger
aangemaand zijne huisgenooten van vroeg in den avond af
1:1 huis te houden. Aan de bezadigdheid en krijgstucht der
zoo zwaar belcedigde vreemde troepen wordt groote lof toe
gezwaaid.
De Hamburger bladen melden dat de rust in den loop
van den 14 in die stad niet verder gestoord is, en dat in
den avond van dien dag een tweede Pruissisch bataillon al
daar aangekomen en bij de burgers ingekwartierd is.
[n de ministeriele Berlijnsche correspondentie van den 16
dezer leest men
Negen Pruissische bataillons en de noodige artillerie zul
len Hamburg zoo lang bezet houden tot voor de aldaar
:>an de Pruissische troepen aangedane beleediging behoorlijke
voldoening zal gegeven zijn. Frederik de Groote liet na
den vrede van Ilubertsburg een regement huzaren 22 jaren
iang in Mecklenburg staan omdat men daar de betaling ee-
ner verschuldigde oorlogs-contributie weigerde. Men zal aan
Duitschland weder eens moeten herinneren dat het leger
hetwelk Frederik de Groote in het aanzijn riep niet onge-
sirafc onder het oog van magtelooze regeringen beleedigd kan
worden. Op de ontbinding der burgerwacht en op het ge-
geregtelijk vervolgen der schuldigen zal in de eerste plaats
moeten worden aangedrongen.
Italië. De tijdingen, welke men uit Rome heeft, gaan
tot den 7. Generaal Oudinot was er uit Gaëta terug waar
hij door den paus met de grootste blijken van toegenegen
heid ontvangen was, zoo zelfs dat de eenige post van groot-
waardigheids-bekleeder in de Pius-orde voor hem bewaard
gebleven is. Het vereerend onthaal door den Franschen
generaal bij den Heiligen Vader genoten belet echter niet
dat tusschen de door dezen te Rome aangestelde regerings
commissie en dien generaal de hevigste oneenigheid blijft
heerschen.
Omtrent het lot van Garibaldi zijn de berigten nog zeer
tegenstrijdig volgens sommigen is hij naar Venetie ontko
men volgens anderen te Rolano door de Oostenrijkers in
gesloten.
Te Tarin is door den koning een rouw van 180 dagen
ter zake van het overlijden zijns vaders uitgeschreven.
Twee der gewezen Romeinsche driemannen de heeren Saffi
en Armellinizijn in de Sardinische hoofdstad aangekomen.
Te Genua is eenige botsing tusschen de burgers en de troe
pen voorgevallen. Te Napels worden nog steeds arresta-
tié'n gedaan.
Een verspreid gerucht als of Z. H, Plus IX aan eene
hersenontsteking te Gaëta zou zijn overleden heeft geen
grond hoegenaamd. De dagbladen van Turin zeggen dat
het alleen eene ellendige speculatie van nieuws-uitschreeuwers
en geheel uit de lucht gegrepen is.
Te Venetie zouden de zaken voor de belegerden eenig
zins gunstiger gaan staan men moet uit die stad met voor
deel eenige uitvallen hebben gedaan die de Oostenrijkers nood
zaken hunne blokkade-linie terug te trekken. Manin is op
nieuw als dictator bevestigd. De patriarch die eene be
weging ten voordeele der Oostenrijkers had willen doen
wordt in zijn paleis bewaakt.
Frankrijk. Parijs 17 augustus. De heer Pierre
Bonaparte is heden door de zesde kamer van policie veroor
deeld tot eene boete van 200 frs. en in de kosten wegens
den slag dien hij in de zitting der wetgevende vergadering
van den 10 dezer aan den vertegenwoordiger Gastier gege
ven had.
De president der republiek heeft den divisie-generaal
R. J. I. Exelmans benoemd tot groot-kanselier van het le
gioen van eer in de plaats van wijlen den maarschalk Molitor.
De aartsbisschop van Parijs is zeer ontevreden over de
openbaarmaking van zijnen brief aan den minister van bui-
tenlandsche zaken waarin hij Franlcrijks tusschenkomst ten
gunste van Venetie verzoekt; te meer daar deze brief een ge
volg was van zeer onvolledige kennis der diplomatische on
derhandelingen die thans over dat punt gevoerd worden.
Men zegtdat de heer Ledru-Rollin zich weder hier
bevindt, maar zich verborgen houdt.
De vice-admïraal Parseval Deschênes heeft het bevel
over het eskader van de Middellandsche zee aanvaard.
Er is berigt ontvangen van de aankomst van den graaf
van Chambord in de badplaats Ems.
Men verzekertdat generaal Charron als gouverneur-
generaal van Algerie op zijn eigen verzoek ontslagen en in
die waardigheid door generaal Mac Mahon opgevolgd is.
De Fransche regering heeft bij de Romeinsche eene
nota laten indienen waarin geprotesteerd wordt tegen som
mige maatregelen van de commissie van kardinalen. Een
der hoofdpunten moet zijn een vertoog tegen de vermindering
der waarde van het papieren geld.
Eerlang zal hier het zoogenaamde vredes-congres verga
deren. Uit vele landen worden leden dier vereeniging ver
wacht. Reeds vroeger is eene vergadering van dien aard
te Brussel gehouden waarbij echter betrekkelijk weinige
Franschen aanwezig waren. Ditmaal zal Frankrijk op eene
waardige wijze worden vertegenwoordigd. De regering heeft
eene zaal op het stadhuis voor de leden van het congres be
schikbaar gesteld. Men is thans bezig met te beraadslagen
over eenen voorzitter. De aartsbisschop van Parijs en de
heer de Larochefaucauld-Liancourtwelke men deze waar
digheid heeft aangeboden, hebben dezelve van de hand ge
wezen gelijk mede de heer Coquerel, die zich echter be
reid verklaard heeft, om als onder-voorzitter werkzaam te
zijn. Men meent dat, zonderling genoeg, de heer Lucien
Marrat het voorzitterschap zal bekleeden van de vereeni
ging tot bevordering van den vrede.
Het bewind heeft in een half officieel artikel van den
Moniteur du Soir het gerucht doen tegensprekenals of er
grond bestond om eerstdaags een coup d'état te wachten.
Dit artikel dient ook tegelijk om vooraf de pogingen te
verzwakken die de vertegenwoordigers der regterzijde willen
aanwenden, 0111, door de algemeene raadsvergaderingen ma-
nifestatien tegen de constitutie uit te lokken. Het gouver
nement doet daarbij verklaren dat alle wijzigingen in de
staatsregeling vóór den tijd, en in anderen vorm als de con
stitutie zelf aanwijstvan welke partij ze ook uitging, als
eene revolutionnaire daad zou moeten beschouwd worden.
De bekende regtscbapene denkwijze der leden van ons ka
binet, laat aan de opregtheid dezer verklaring geen twijfel
over.
De vroeger besprokene ministeriele wijzigingen schijnen
vooreerst te zijn uitgesteld.
Men wil datten gevolge van onderscheidene conferentien
van den generaal Vaillant met den president der republiek
en den minister van buitenlandsche zaken order gezonden
is aan den generaal Oudinot om zijne terugkomst naar Frank
rijk uit te stellen.
Bij eene ministeriele aanschrijving zullen de schouwbur
gen weder hunne vorige'benamingen aannemen, en hunne
republikeinsche titels laten varen.
De gravin von Sandow dochter van den prins von Met-
ternichis te Parijs aangekomen, met het doel 0111 eender
voornaamste artsen uit te noodigen tot het houden van con
sult te Londen, over de gezondheid van prins Metternich,
die zich in een bedenkelijken toestand bevindt.
Het treurig berigt loopt door de stad De heer Lamartine
is krankzinnig geworden." Sedert geruimen tijd hadden de
artsen hem eene volstrekte rust voorgeschrevenomdat
zij voor eene hersenschudding vreesden. Lamartine scheen
den raad der geneesheeren niet te willen volgen maar bleef
als naar gewoonte zijne letterkundige bezigheden voortzet
ten. Ten huize van een zijner vrienden verzocht zijnde en
aldaar het middagmaal gebruikendemeende men onder den
maaltijd reeds eene zekere opgewondenheid bij hem op te
merken, doch niets deed voor als nog denken aan eene ver
standsverbijstering. Doch een weinig latertoen hij zich
van een room-kaasje bediende en er zijn aangezigt in duw
de voorts opstond en allerlei onzamenhangeude woorden en
klanken uittebleek het helaas al te waar te zijn. Men
greep hem aan en poogde hem tot bedaren te brengen maar
de rede keerde niet weder.
Daarna werd hij ten zijnent gebragt, waar men terstond
geneeskundigen raad inriep en alle hulpmiddelen in het werk
stelde. Hij werd adergelatenmaar tot nog toe waren alle
aangewende pogingen te vergeefsom den beroemden zieke
tot zijn verstand terug te brengen.
VEERE den 18 augustus. Heden zijn binnengekomen de
kof de Stad Enschedekapitein H. R. Veldhuisvan Huil,
met twist, en de schooner Izabelle lleron kapitein G. H.
Dixonvan Seaham, met kolen; beide bestemd naar Mid
delburg.
Qisteren vierden hun Vijf-en-twintigjarig Huwelijks-Feest
Christoffel WOLF en Pieternella VENDEVOGEL.
J-Jeden verloste van een' ZOON, E. van de POEL,
Echtgenoote van
Middelburg J. M. B. FRANSELLA.
den 20 Augustus 1849.
Algemeene kennisgeving.
PPeden overleedin den ouderdom van 53 jarentot
diepe droefheid van mij en mijne Kinderen, na een langdurig
lijdenmijn waarde Echtgenootde Edel Groot Achtbare
Heer ABRAHAM VRÉKE, in leven Griffier bij het Provin
ciaal Geregtshof in Zeeland.
Middelburg D. J. van DULLEMEN,
den 17 Augustus 1849. Wed. A. VitiKE.
Ppeden overleed, tot onze groote droefheid, ons hartelijk
geliefd Zoontje, EDUARD ADOLF in den ouderdom van
twee jaren en vier maanden.
Aardenburo Jb. BLINDENBACH Jz.
den 17 Augustus 1849. C. J. BLINDENBACH,
geb. Janssen.
Eenige kennisgeving.
PPeden overleed, aan een langzaam verval van krachten,
onze veel geliefde Vader en Behuwd-Vader, de Heer JEAN
BAPTIST ALEXANDRE in den ouderdom van 79 jaren
en 4 maanden.
Vlissingen J. F. ALEXANDRE.
den'18 Augustus 1849. Uit aller naam.
Diegenen welke genegen zijn hunne GROENE MEEDE
ter Bereiding te zenden in de Meestoof Middelburg gelie
ven daarvan opgaaf te doen voor den 15 September eerstk.
bij den ondergeteekende.
Middelburg, 20 Augustus 1849. W. F. HAMAN.
Directeur.
De ondergeteekende heeft de eer hare geachte Stad en
Landgenooten bekend te maken dat zij op heden haren
WINKEL op de Vlasmarkt, Wijk K. No. 154, heeft ge
opend; is voorzien van KANTEN, TULES NETEL
DOEKEN LINTEN en meer andere Artikelen tot het vak van
Modes behoorende;maakt en vermaakt Mutsen volgens de nieuw
ste Modellen en is door bijzondere gelegenheid in staat gesteld
voor de Buitenlieden Vrouwen-Kaphoeden in de gevraagde
modellen te kunnen presenteren, waartoe de ondergeteekende
de vrijheid neemt tot bovenstaande zich aan te bevelenbe
lovende allezins eene solide bediening.
Middelburg, 20 Augustus 1849. C. A. CATS.
pfenige weken geleden is binnen de Stad Middelburg of
op den Vlissingschen Weg vermist een ADMINISTRATIE-
BOEK met rooden Klasvoor den Vinder van geene waar
dedie het terugbrengt bij de Boekhandelaars van Benthem
Jutting, zal eene belooning genieten.
pfr is gevonden den 19 dezer te Veere een WINDHOND
(lange Hond)bruin Haar met een witten halsborst en het
uiteinde van den staartte verkrijgen tegen betaling van kos
ten dezer Advertentie, bij ,7. Corbijnonbezoldigd Opziener
der Jagt te Vrouwenpolder, aan de Oostwatering.
Circa 4000 Essen en Eisen MUTSAARDS uit de hand
te koopadres bij de Uitgevers dezer Courant,
Nieuwe CHALOTTE en KNUFLOOKbij PuttePottem.
Door ziekte terstond een BAKKERSKNECHT benoo-
digd bij A. A. Schreurs.
Derstond een JONGEN benoodigd bij S. Dodenhuizen
op het Zand,
P)ene DIENSTMEID benoodigd; adres bij E. Hendrikse.
ppij DE GEBROEDERS ABRAHAMS is uitgegeven en
alsnog te bekomen 1
Een woord van aanbeveling
door de
vereeniging van genees- en heelkundigen in zeeland
aan de Inwoners der Stad Middelburg.
Prijs 15 cent.
door het KORPS MUZIJKANTEN der Dienstdoende Schut
terij te Middelburg, op Donderdag den 23 Augustus 1849,
des Avonds ten 6 ure in den Tuin van het Klein Schut
tershof waarvan bij de Tweede Afdeeling het Plein zal
geïllumineerd zijn.
TER DRUKKERIJ VAN DE GEBROEDERS ABRAHAMST"
