T. NIDDELBUMSCHE COUR A i\ f 1849. W°. 36. Zaturdag 24 Maart. ïie^turcn en 3bmint0tiratiett. ishitte 111ab0cc Cijbtigcu. ff. fiuitcnlatibdrftc fl&ijfcittgcu. STEDELIJKE li EGllO OTIKG. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG; In aanmerking nemendedat de Begrooting der Stedelijke Ontvangsten en Uitgaven dezer Stad voor het jaar 1849, door Heeren Gedeputeerde Staten bij resolutie van den 2 dezer maand No. 39is gearresteerd Gelet op het besluit van Heeren Gedeputeerde Staten van den 30 April 1847, No. 1 {ProvinciaalBlad No. 48); Brengen bij deze ter kennis der Ingezetenen dat de ge melde Stedelijke Begrootingop de Woensdagen en Zatur- dagengedurende deze en de volgende maand te beginnen met Zaturdag den 24 dezervan des voormiddags tien tot des namiddags ten twee ureter Stedelijke Griffie ter visie zal liggen, terwijl gedrukte exemplaren van genoemde be grooting, bij de Stads-Drukkers J. C. IV. Altorfer tegen betaling van 20 cents het stuk zullen te verkrijgen zijn. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg den 23 Maart 1849. - Burgemeester en Wethouders voornoemd PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun-Ed. Achtbare M. F. LANTSHEER. MIDDELBURG, den 23 Maart. Z. M. Koning WILLEM DE III. is in het Vaderland aangekomen. Dienaangaande wordt uit Rotterdam mede gedeeld Heden morgen (21 maart) ten ruim half 12 ure, ar riveerden HH. MM. de Koning en Koningin, en verder ge. volg, met de stoomboot de Noordaan 's Rijks werf alhier, nog geheel en al onverwachts, alzoo het dampig en regen achtig weder voorzeker de oorzaak geweest is dat men de nadering der stoomboot van de torens van Vlaardingen Schiedam en deze stad niet heeft kunnen waarnemen. Alles was er echter op voorbereid om HH. MM. met alle eerbewij- zingen te ontvangen, en bij het eerste schot der batterij van de mariniers en het oprukken van dat korps op de werf gaf Z. M. zijnen wil te kennen geene eerbewijzingen hoegenaamd te verlangen. Aan boord der s'oomboot bood de heer di recteur der marine Fer-Huell de eerbiedige hulde en con- doleantie aan HH. MM.die, diepbewogen, allerminzaamst daarop antwoordden. HH. MM. en gevolg begaven zich vervolgens naar de woning van genoemden heer directeur der marine, en ontvingen aldaar Zijne Exc. den heer gou verneur der provincie en de ed. achtb. regering dezer stad doch waren te diep bedroefd om ook nog het korps officie ren der schutterij toe te latenen lieten door den heer gou verneur der provincie daarvoor verschooning vragen. Daar op begaven HH. MM. zich op reis naar de residentie. Z. M. de Koning verlangde van den heer directeur der marine een gedetailleerd verslag van de laatste komst van hoogstdeszelfs Koninklijken Vader op 's Rijks werf alhier, en zijn wel-ed. gestr. had de eer dit verhaalschriftelijk Z. M. te mogen overhandigen. Een aantal ingezetenen had zich in de nabijheid van 's Rijks werf verzamelden hunne blijken van deelneming en eerbied, toen HH. MM. de werf verlieten, werden op het minzaamst beantwoord." Uit 's Gravenhage van den 21 maart wordt gemeld: IIH. MM. de Koning en de Koningin zijn heden middag ten kwart voor twee ure in'deze residentie aangekomen. Nadat ten yL ure door den heer Behr, te Scheveningen, aan de autoriteiten alhier her eerst het berigt gegeven was, dat er in den vroegen morgen eene stoomboot gezien was die naar de monden van de Maas stoomde kwam ten tien ure per telegraaf het berigt aan dat Z. M. de Koning ten 8 ure met de stoomboot cycloop voor Hellevoetsluis was aangekomen. Spoedig verspreidde zich dit berigt door de stad. Eene aanzienlijke menigte stroomde naar den straatweg op Rotterdam en naar het station van den spoorweg. Bur gerlijke en militaire overheden vereenigden zich aan het station. De bezetting der stad rukte uit. Een en ander om den Koning en de Koningin bij hoogstderzelver komstte gemoet te gaan en te verwelkomen. HH. MM. zijn ten 11 ure 51 minuten te Rotterdam aan gekomen. Van daar werd per telegraaf het berigt gegeven dat het 's Konings uitdrukkelijk verlangen was dat hoogst deszelfs intrede zonder eenige plegtigheid hoe ook genaamd zou plaats hebben, en dat alle militaire of andere eerbewij zingen, die men op het oog mogt hebben, dienden te wor den afgezegd, Onmiddelijk zijn daarop de troepen ingerukt en naar hunne kazernen teruggekeerd en hebben de over heden het station verlaten. Ten 123 ure werd alhier het berigt ontvangen, dat HH. MM. de Koning7'en Koningin de stad Rotterdam hadden verlaten en zich langs den Rotterdamschen straatweg naar de residen tie hadden begeven. Eene talrijke menigte begaf zich daarop naar dien weg om de komst Hunner Majesteiten afte wachten. Ten ii ure keerde de minister van marine, de heer Rijk die den Koning te Hellevoetsluis had ontvangen, in de hof stad terug, waaruit men de naderende komst der Vorstelijke personen kon opmerken. Die komst volgde dan ook spoedig. Even vóór twee ure kwamen HH. MM. de Koning en Koningin in de residentie, gezeten in een reis-rijtuigmet vier paarden bespannen. Blijkbaar waren HII. MM. ontroerd over den dag, zoo indrukwekkend voor het Koninklijk Huis, en het geheele Vaderland in verband met den slag die beiden heefc getroffen. Van de overheden was alleen de militaire gouverneur der residentie, de generaal-majoor Spenglermet zijne adjudanten bij de komst tegenwoordig. Eene talrijke menigte bevond zjch aan de barrière der residentie, welke HH. MM. door reden, om IID. intrede in de hofstad te doen. HH. MM. hebben zich onmiddelijk naar het paleis op het plein begeven. Ook daar was eene groote menigte bijeen 0111 den Koning en de Koningin te begroeten. Algemeen merkte men op, dat HII. MM. diep bewogen waren bij de zoo verschillende gewaarwordingen die HD. in deze oogenblikken moesten on dervinden. Een aandoenlijk oogenblik was het vooral, toen zij hunne telgen, die hen afwachtten, omhelsden. Toen HII. MM. afstapten, deed zich een levendig gejuich hooren, één kreet ging uit den boezem van duizenden waarin gewis door gansch het Volk van Nederland wordt ingestemd „Leve de Koning! Leve de Koningin!" IIH. MM. begroet ten aangedaan de menigte. HH. KK. HH. Prins en Prinses Frederik en Prinses Alhert van Pruissen hebben onmiddelijk een bezoek bij IIH. MM. afgelegd. Het zal wel overbodig zijn te vermelden hoe ge troffen de Vorstelijke Personen bij de eerste ontmoeting waren. De minister van buitenlandsche zaken de heer Lightenvelt en de schout bij nacht Arriens buitengewoon adjudant van wijlen Koning IVillem II, hebben HH. MM. terstond gevolgd en zijn bereids weder in deze residentie teruggekeerd. Geen ophef, maar hartelijkheid en gulheid kenschetste deze ontvangst van IVillem III en zijne Gemalin in deze zetelstad van Nederland. Geen ijdel toevoegsel van woorden bij het berigt daarvan God bescherme steeds Vaderland en Oranje, door liefde en Grondwet innig aan elkander verbonden." Dat drukt het alles uit. Z. M. de Koning heef: heden middag de ministers, na hunne bijeenkomstontvangen en langdurig met hen geconfereerd. Bij herhaling is bij Z. M. ontvangen de staatsraad direc teur van het kabinet des Koningsde heer van Rappard. Men verzekert dat Z. M. zich spoedig naar Tilburg be geven zal. PROCLAMATIE. Geliefde Landgenooten en Onderdanen van alle rangen en standen Door het afsterven van mijnen onvergetelijken Vader ge roepen tot den Troon der Nederlanden gevoel ik diep het gewigt van de taak die op mij rust. Met het oog op God en vol vertrouwen op een Volk dat zoo innig met mijn huis is verbonden aanvaard ik de Regering. Mijne eerste behoefte was, hiervan, uit mijne residentie, "openlijk bekendmaking te doen ofschoon treurige en heili ge pligten mij onverwijld elders roepen. willem de eerste nam het souverein gezag op, om het naar eene constitutie uit te oefenen. willem de tweede wijzigde, in overleg met de verte genwoordiging, de grondwet naar de behoeften des tijds. Mijne roeping zal het zijn op denzelfden voet aan die grondwet volledige werking te geven. Ik reken bij de vervulling van die roeping op de ge trouwe medewerking van alle grondwettige magten. Ik bevestig alle ambtenaren, alle officieren van het leger, van de vloot en van de schutterijvan welken rang zij ook mogen zijn in hunne betrekkingen. Nederlanders blijft getrouw aan de spreuk uwer Vade ren Eendragt maakt magt", en zoekt met mij de ware vrijheid in onderwerping aan de wet. Lasten en bevelendat de tegenwoordige proclamatie zal worden afgekondigd in eene piegtige openbare teregtzitting van den Iloogen Raad der Nederlanden -van de provinciale geregtshoven en van de arrondissements-regtbanken mitsga ders van de puije der raadhuizen van de hoofdplaatsen der provinciën en der arrondissementen alwaar zij bovendien zal worden aangeplakt ter plaatse waar zulks aldaar gebrui kelijk is, en eindelijk, dat zij in het Staatsblad za! worden geplaatst. Gedaan te 's Gravenhage op heden den 21 maart 1849. WILLEM. j. c. rijk minister van marine. d. DONKER curtius minister van justitie. lightenvelt, minister van buitenlandsche zaken. m. DE kempenaer, minister van binnenlandsche zaken. voet minister van oorlog. s. van heemstra, minister voor de zaken der Hervorm de en andere eerediensten. van bosse minister van financien. G. l. baud, minister van koloniën. J. a. mutsaers minister voor de zaken der Roomsch- Katholijke eeredienst. Tweetic Kamer der Staten-Generaal. Zitting van JVoensdag 21 maart. I11 deze zitting heeft de voorzitter medegedeeld, dat de commissie tot het opstellen van een ontwerp van adres van rouwbeklag aan Z. M. Koning IVillem III, dat ontwerp in nadere overweging genomen en daarin eenige veranderingen gebragt heeft. Hij stelt alzoo voor de beraadslagingen over dat ontwerp te bepalen op morgen middag ten 3 ure. De heer de Monchy eerbiedigt dit gevoelen, hetwelk ook overeenkomstig is met het reglement van orde doch het komt hem voor dat de omstandigheden, waarin wij verk.ee- ren, het wenschelijk maken deze zaak spoediger te behan- /- delen. Hij stelt mitsdien voor, de beraadslagingen pnmid- delijk te doen plaats hebben. Dat voorstel wordt van alle zijden ondersteund en dien overeenkomstig wordt besloten. Geen der leden vraagt het woord, noch over de algemeene strekkingnoch over de paragrafen van het adres. I11 omvraag gebragt, wordt het ontwerp van adres met al gemeene stemmen aangenomen. Het zal den Koning worden aangeboden door eene commissie, bestaande uit de leden der commissie tot het opstellen van dat adres, te weten de hee ren de Man, van Ileloma, van Dam van IsseltBoreel van Hoge landen en Nedermeijer van Rosenthal, aan het hoofd hebbende den heer van Goltstein, voorzitter der vergadering. Daarna is de vergadering gescheiden. De Amst. courant behelst eene aankondiging van den beroemden schilder J. A. Kruseman Jr.inhoudende, dat het afbeeldsel van Koning IVillem II, bestemd voor de ver gaderzaal van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, thans voltooid is en het publiek binnen weinige dagen in de ge legenheid zal worden gesteld om het laatste portret van dien zeer betreurenden vorst te bezigtigen. De heer Kruseman stelt voorom de opbrengst daarvan te bestemmen tot eene eerste bijdrage voor de oprigting van een nationaal gedenk- teeken eene dankbare hulde der natie aan haren Koning IVillem IIin een hem waardig standbeeld en vleit zich dat dit denkbeeld algemeen bijval in den lande zal vinden. Laatstl. woensdag had alhier het eerste examen plaats van de leer lingen der ter voorleden jare alhier opgerigte Volkszangschoolin tegenwoordigheid van de commissie van loezigtbenevens eenige andere heeren daartoe door gemelde commissie uitgenoodigd. Dit examen heeft de voldoendste bewijzen opgeleverd dat de verloopen leertijd nuttig is besteed. Er waren 57 leerlingen tegen woordig, waarvan de meesten, een jaar geleden, nog geene enkele noot konden lezen of zingen terwijl thans na een onderwijs van ter naauwernood 12 maanden allen in meerdere of mindere mate toon den goede begrippen te hebben van het theoretisch gedeelte der toonkunst, en wat het practische betreftbewijzen gaven van zuivere intonatie duidelijkheid en zekerheid van voordragtvaardigheid in het lezen van noten juistheid in de uitvoering der maatbeweging én wat verder tot eeo goed grondig muzijkaal onderwijs behoort. Eet onderwijs wordt gegeven naar de bekende leerwijze van den heer Smitsdie bij alle volkszangscholen door of van wege de maatschappij tot Nut van 't Algemeen opgerigtis ingevoerd. De onderwijzerde heer J. Labrantontving na afloop van het examen bij monde van den heer voorzitter der commissie van toezigt, den verdienden lof voor zijne tot hiertoe zoo wel volbragte taak en de leerlingen eene aansporingom door verderen ijver en leerlust zich het voorregt waardig te maken van zulk voortreffelijk onderwijs in eene zoo schoone kunst te mogen genieten. Mogt de uitslag van dit examen iets toebrengen om de belang stelling in deze nuttige inrigting levendig te houden of meer en meer op te wekken. Zij verdient dit in allen deele, daar toch de zangscholen te regt als kweekplaatsen van zedelijkheid en schoon heidsgevoel eenen voornamen rang in het volksonderwijs beklee- den. Zij geeft aan de jeugd reeds eene rigting van hart en geest, die in lateren leeftijd gunstig op hun lot en leven terug werkt die hen onschuldige en onkostbare vermaken verschaft die hen nader brengt aan de beschaving en hen alzoo den weg baant om in de zegeningen en genietingen van het maatschappelijk leven ruimer te deelen dan ouders hunnen vaak nederigen stand gewoonlijk toelaat. LI. woensdag heeft hier weder een kind dat, zoo men zegtalleen in de nabijheid van vuur waszich zoo danig gebrand dat het 111 een deerlijken toestand verkeert. Naar men verneemt is door de meerderheid van den raad der Nederlandsche Ilandel-Maatschappij besloten dat voortaan de bevrachtingen der schepen zullen plaats hebben naar ééne algemeene ranglijst en niet naar vier gelijk men zich zulks in december laatstleden voorstelde. Het bestuur van het genootschap voor tuin- en land bouw te Dordrechtgenaamd Dordrechtsche Flora heeft besloten, ten gevolge van den z waren slag die ons Vader land getroffen heeft, de tegen 25 en 26dezer aangekondigde tentoonstelling onbepaald uit te stellen. Partikuliere brieven dezer dagen uit eene der havens van den Kerkelijketi Staat geschreven, melden, dat, ten ge volge van het toenemende gebrek aan munt, alle handelstrans actiën welke geen bijzonder beding ter contrarie bevatten woraen betaaiu met oiijetten ten taste van de schatkist en de Romeinsche banktegen eenen gedwongen koers. Onder anderen zijn twee Nederlandsche scheeps-kapiteinsmet suiker te Civita Vecchia aangekomen in het geval geweest van op die wijze wegens hunne vracht te worden betaald hetgeen hun een verlies van 3 pet. heeft veroorzaakt, bij de verwisseling van het ontvangen papier in klinkende munt. Bij demogelijk heid dat de handel zich bij vervolg aan nog grootere verliezen kan zien blootgesteld, wordt, bij wijze van maatregel van voorzorg, in overweging gegeven om bij volgende bevrachtingen naar de havens van den Kerkdijken Staat in de daartoe betrekkelijke con tracten en cognossementen het uitdrukkelijke beding te doen op nemen dat de vracht ter bestemmingsplaats zal moeten worden betaald in klinkende zilveren munthetzij in Spaansche matten, hetzij in stukken van 5 francsde eene muntspecie zoowel als de andere berekend volgens het Romeinsche tarief, met ver dere bepaling dat de betaling nimmer zal mogen worden ge daan in papieren geld, hoewel hetzelve een gedwongen koers moge hebben. {St. Ct Engeland. Londen 19 maart, lieden morgen is de heer LightenveltNederlandsch minister van buitenlandsche zakenalhier gearriveerd om den koning de treurige berig- ten wegens hoogstdeszelfs vader over te brengen en hem

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1849 | | pagina 1