MIDDELRURGSCHE G O U R A Vii N°. 91. Zaturda 1848. 29 Julij. fft BESTUREN en ADMINISTRATIEF inttttcnlatibgrfie ^ijbiiigcn. - OJPJt OEPIdSG. Ter uitvoering van het door den Raad der Stad GOES bij deliberatie van den 28 November 1840, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van den 1 Julij 1841, No. 296, gearres teerd plan van vereveningen vernietiging der OBLIGATIEN uitgegeven ter voldoening van de onbetaald geblevene Inte ressen toe den laatsten December 1810 ingesloten, der ge- door Burgemeester en Wethouders van gemelde Stad de hou ders der voorzeide Obligatienwelke nog geene aangifte hebben gedaan uitgenoodigdom in de maanden Augustus en September dezes jaars, ten Kantore van den Stedelijken Ontvanger, schriftelijke aangifte te doen van de Obligatien met opgave van dagteekeningnommer en bedrag van het Kapitaalwelke zij genegen zullen zijnin den loop dezes jaarstegen kontante betaling van dertig percent der hoofd som en aanbetaling van een Interest tot het einde van dit jaaruit Stads-kas te doen aflossen en welke alsdan in de aflossing of uitloting ter aflossing zullen worden begrepen. Zullende deze advertentie worden geplaatst in de Staats- Middelburgsche- en Goessche-Couranten. Gedaan ten Stadhuize van Goesden 22 Julij 1848. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. C. VAN DER MEER MOH'R. Ter ordonnantie van dezelven, De Stads-Secretaris L. de FOUW Jz. iJLNBESTEDIN G ■van een te leggen ZEEDIJK, lang circa 800 Ellen, ten Zuidoosten van Philïppinetusschen de St. Albert- en St. Pieters-Poldersop Woensdag den 2 Augustus 1848, van 10 tot 11 ure, des voormiddags fixeten Huize van Sieur ■V'.rhelstte WESTDORPE, onder de Directie van den Heer J. F. Pussemier Dijkgraaf van voornoemde Polders. De aanwijs zal geschieden op 31 Julij en 1 Augustus 1848, door Kavel Gijs, Dijkbaas, daar digt aan wonende, wijk Boerenholleke. Het Bestek en Kohier van voorwaarden als ook het Plan liggen ter inzage van een ieder, bij den Ontvanger van Moffaertte Assenede, No. 279; men kan ook inlichtingen bekomen bij Sieur Verhelstvoornoemd. MIDDELBURG den 28 Julij. Door Z. M. den Koning isten einde te voorzien in eene algeheele grondige herziening der wetten en verorde ningen betrekkelijk de geneeskundige Staatsregeling, eene spe ciale commissie benoemd, bestaande uit de volgende heeren: mr. H. van Sonsbeecklid van den Raad van State, tevens voorzitter der commissie; C. B. Tilanushoogleeraar in de heel- en verloskunde te Amsterdam; G. C. B. Suringar hoogleeraar in de geneeskundige faculteit te Leyden; G. J. Mulderhoogleeraar in de faculteit der wis- en natuurkun dige wetenschappen te UtrechtJ. Baart de la Faille hoogleeraar in de geneeskundige faculteit te Groningen J. van Geuns, hoogleeraar in de geregtelijke geneeskunde te Amsterdam; jhr. mr. J. de Bosch Kemperadvokaat-gene- raal bij het provinciaal-geregtshof in Noord-Holland, en J. C. van den Broeckemedicinae doctor te Middelburg. Aan deze commissie wordt als amanuensis toegevoegd de heer Blom Costermedicinae doctor te 's Gravenhage. Gemelde commissie zal hare bijeenkomsten houden te 's Gravenhage zij zal van de uitkomsten harer werkzaamheden voor 1 de cember aanstaande verslag doen aan den minister van bin- nenlandsche zaken. -Bij koninklijke besluiten zijn herbenoemd en bij con tinuatie aangesteldeen aantal titularissen bij de kanlonge- Tegten onder anderen in Zeeland, de heer mr. J. Boeije te Zierikzeeen de heer A. de Hulder van Noordente Tholenals kantonregters. Z. Exc. de tijdelijke minister voor de zaken der R. K. Eeredienstde heer LA. Ligktenveltbenoemd tot tijde lijke commissaris in Limburg, heeft 11. maandag 's Gra venhage verlaten zich begevende naar Maastricht. Men zegt dat deze reis in dadelijk verband staat met het bekend besluit van de vergadering te Frankfort, Naar men wil is de heer Ligktenvelt met de magt bekleed om in vereeniging met de burgerlijke en militaire autoriteiten alle zoodanige maatregelen te nemen, als de omstandigheden van het oogen- blik in dat gewest zullen vorderen. Z. M. heeft aan den heer K. Fuhri te 's Ilage door wien de uitgave is bezorgd van het leven van Willem Prins van Oranjede gouden medaille geschonken, onder dank betuiging voor het door Z. Ed. den Koning aangeboden pracht-exemplaar van evengenoemd werk en zulks ten biijke van sKonings welgevallen voor dien arbeid. Ds. D. Pijzeivan Dordrechtis beroepen naar *s Gravenhage. De berigten omtrent de aardappelziekte, zoo vanbin nen als buitenlands, komen over het algemeen hierop neder: dat her bederf zich iu de eene streek meer dan in de an dere vertoonten dat het niet zoo algemeen is als overdrevene geruchten dat verspreiden. Wijders zijn de berigten wegens de overige veldvruchten allerwege zeer verblijdenden men verwacht een overvloedigen oogst. Bij den Agent van Lloyds voor Zeeland is ontvangen eene mededeeling van de heeren Matheson co. te Londen, berigtende aan belanghebbenden, dat eene patent-sleephel- ling, ter lengte van5oo voet, vervaardigd door de heeren Morton van Leith onder toezigt van de heeren Gordon en HUI, ingenieurs van Glasgow, thans voltooid en in werking iFuttuc;"Mrjp ton en minder 22 voet en daarbeneden kunnen gebragt en door eene stoom machine zullen opgesleept worden. De heer mr. F. A. van Hallvoormalig minister van finan cien heeft uitgegeven: een woord over de voorgestelde belas ting op de bezittingen. Eene beoordeeling van dit ont werp van zijne hand moet belangrijk zijn. De heer van Hall verzekert niet dan noode voor het pu bliek op te treden, en het rustige leven dat hij thans geniet door zorgen daaraan vreemd te storen." Hij doet het echter op verzoek van vele vrienden, en hij doet het te liever, omdat hij daarin de gelegenheid vindt om openlijk tegen te sprekendat hij nog zijdelingschen invloed op ons financieel beheer zou hebben. De heer van Hall draagt den tegenwoordigen minister van financien achting en genegenheid toe; hij kent zijne goede bedoelingen en waardeert zijne kunde en beradenheid. De schrijver erkent de moeijelijke stelling waarin de minis ter zich bevindt; aan de eene zijde gebonden door eene vroe- ger gegeven onvoorzigtige belofte, aan de andere zijde ge drongen door de buitengewone uitgaven van andere departe menten van algemeen bestuur. De minister moest wei dade lijk kernachtige financiële maatregelen voordragenal is het ook dat de tegenwoordige Staten-Generaal er moeijelijk over zullen kunnen beslissen. De heer van Hall vindt het goed dat de ministerge trouw aan de beloftede toekomst niet aan den nood van het oogenblik wil opofferendoch hij keurt het af, dat de minis ter eene bestaande belasting voor altijd afschaft en slechts eene tijdelijke vergoeding daarvoor voordraagt, en dus afbreekt zon der weder op te bouwen. Wat nu de voorgestelde belasting op de bezittingen enz. betreft, gelooft de heer an Hall, dat er niet genoeg gelet is op de hat dheid dezer belasting, en dat men gevoegelijk die hardheid had kunnen voorkomen door, even als in 1844, met het ontwerp van belasting een ontwerp van vrijwillige leening aan te bieden. Hoe dit in de tegenwoordige omstandigheden zou kunnen geschiedenwordt hierna door den lieer van Hall in het breede ontwikkeld. Ons bestek Iaat ons thans niet toe, den schrijver in zijne berekeningen te volgen. Trouwens, wij achten het genoeg, met een enkel woord de aandacht onzer lezers op dit merk waardig geschrift te hebben gevestigd. Ten slotte betoogt de heer van Hall, dat het op het oogen blik niet noodig is in de geheele buitengewone behoefte van 11 millioen te voorzien. Volgens de eigen verklaring der Regering behoeven er voor 15 september slechts f 3,700,000 gedekt te zijn. Deze zijn wel op eene of andere wijze te vinden zonder dat men dadelijk tot zoo veel omvattende en het geheele stelsel van belastingen aangrijpende maatregelen de toevlugt neme. Het te Maastricht uitkomende Journal du Limbourgdat altijd met kracht de afscheiding van het hertogdom van Ne derland heeft bestreden als noodlottig voor zijne belangen van handel en nijverheid wijdt thans eene beschouwing aan het te Frankfort gevallen besluit. Op welke wijze het Duitsch-Verbond deze beslissing zal doen ten uitvoer leggenzegt heten of de Nederlandsche Rege ring zich aan die beslissing al dan niet zal onderwerpen, dat alles ligt nog in het duister. Intusschen levert deze gebeur tenis genoeg stof tot ernstige overweging op. De steden Maastricht en Venlo bevinden zich in een en exceptionelen toestand; want indien de Nederlandsche Regering het besluit van het Duitsch Parlement goedkeurtzullen die steden toch niet in den afstand begrepen zijn omdat zij niet behooren tot het hertogdom dat het Duitsch-Verbond opeischt. Wat zal er dus van die steden worden Zij kunnenmeent het blad daar niet op zich zelf blijven staan onder Nederlandsch gezag. Omgeven door Duitsche en Belgische tollinien zouden zij spoedig verarmen en hare zedelijke waarde aan een bui- tensporigen sluikhandel opofferen. Die plaatsen tot vrijste den te verklaren, kan geene beter uitkomst opleveren want altijd zouden zij door de tollinien omringd blijven. Zij moe- ten dus noodwendig bij den een of anderen grensstaat be hooren, en dan is de vraag, bij welken Staat moeten zij zich in haar belang aansluiten Venlo kan een deel van Holland of van het afzonderlijk hertogdom in den Duitschen Staat uitmaken want wij gelooven dat, in geval van afscheiding het grond gebied van Limburg aan den linkeroever der Maas, uit kracht van het 2de lid van art. 4 van het verdrag van 19 april 1839, door Nederland zal opgeè'ischt worden. Maastricht kan tot Bel gië of tot het hertogdom Limburg behooren. Maastricht zou er niet veel bij winnen zich onder België testellenindien niet de gansche regteroever der Maas aan dat land overging. Die stad toch zou dan gelegen zijn op de uiterste grensscheiding van Belgisch Limburg, en dus zeer ongunstig om er de hoofdstad van te zijn. Daarbij komt dat Hasselt, ten koste van groote opofferingen, sedert 18 jaren de zetel der provincie geweest is en het eene groote onregtvaardigheid zou zijn die stad te benadeelenten koste van eene stad die in 1830 niet de geringste poging heeft gedaan om tot België over te gaan. Het eenige dat Belgie voor Maastricht zou kunnen doen is er een nieuw regteriijk arrondissement op te rigten, dat een gedeelte van dat van Tongeren en een deel van dat van Hasselt zou kunnen uitmaken. Want Tongeren het ge- bare onregtvaardigheid zijn, daar die stad te veel kosten gemaakt heeft deels door de regterlijke magt toen deze de vesting moest verlaten, een toevlugtoord aan te bie den deels door het bouwen van een paleis van justi tie, dan dat men haar nu van alle voordeelen zou berooven. Overigens zou Maastricht ook, met betrekking tot den han del, den regteroever verliezen, zoodat zij in geen enkel op- zigt hare aansluiting aan Belgie kan verlangenen zij niets anders kan eischen dan de hoofdstad van het hertogdom Lim burg te blijven. Maar het Duitsch-Verbond kan die vesting niet bezitten. Deze aanwinst zou Duitschland aan verwikkelingen met Frank rijk blootstellen die zij volstrekt niet wenscht. De ves ting Maastricht kan Duitschland ook niet van nut zijn want ingeval van oorlogzouden de Duitsche legersindien zij op den regteroever der Maas slag leverden gevaar loopen van door de overwinnaars in den Rijn gedrongen te worden, dien zij achter den rug zouden hebben. De stad Maastricht wordt dus door Duitschland- afgewe zen uit politieke voorzigtigheiden zij heeft geen belang bij eene vereeniging met Belgie. Haar blijft dus eene enkele toevlugt over. Zij moet, om tot het Duitsch-Verbond te kunnen behooren, hare vestingwerken afbreken. Haar toe stand zal dan wel niet voorspoedig zijn zij zal niet op haar tegenwoordig standpunt blijven, maar de toestand is deeenig verkieslijkedie haar overschiet. Nederland kan die op zich zelve staande vesting ook niet willen behouden. De uitgaven zouden de inkomsten verreweg overschrijden. De Staten-Generaal zonden die uitgaven ook niet toestaan. Het blad spoort ten Slotte aan dat zich in dit plegtig oogen blik eene commissie naar 's Gravenhage begeve, om de Re gering van den treurigen toestand der stad te onderrigten en te mogen weten welke hare inzigten te dien opzigte zijn het blad hoopt overigens dat de stedelijke raad met kracht moge handelen; zoo niet, acht de redactie zich genoodzaakt eene oproeping aan hare medeburgers te doen om over de stedelijke belangen te raadplegen. •Wij moeten dit maal de Buitenlandscke tijdingen, die ook van geen grootbelang zijn, achter wege laten. Teekcn-Akattemie. GRAAAMARKT. Middelburg 27 Julij. rr c CrtUnM f-Ot-L. «Cflpd - JxrgUZ—t*l9 D_ J11 .f\P .ST.3-d.S..- crcij eene blijk- Eergisteren werd alhier gehouden de 70ste algemeene vergadering van dirigerende en honoraire leden der teeken-akademie binnen de- Ze stad, en vereerd met de tegenwoordigheid eener commissie uit het stedelijk bestuur. De heer voorzitter opende de vergadering op de gewone wijzeen deed verslag van den staat dezer inrigting welke naar mate der omstandigheden en der hulpmiddelen die ter beschikkin" van het bestuur stondenvoortging aan het doel te beantwoorden "gelijk dit ook bleek uit de voorgedragene rekening van den heer thesaurier. Vervolgeus werd tot het ontvangen der zilveren medaille van 'sKo nings wege opgeroepen de primus in de bouwkunde Cornclis Le- vinus van Sorge. j Voorts zijn boekgeschenkenstudiën instrumentdoozen en getuig schriften uitgereiktin de 2de klasse naar pleister aan Jan Simon Lenselink en in de 3de klasse aan Johan Engelbert van Andel. In de 1ste klasse naar prentaan Marinus Quintus Mz. en in de 2de klasse, 1ste afd.aan: Michiel David Galatz2de' afd. aan: Andvies Jacobus Reijers en in de 3de afd., aan Jean Cretien Hólscher. In de klasse naar ornamentaanPieter Jacobus de Munck. In 2de klasse der bouwkunde aan Pieter Johannes van Puffe- lenin de 3de klasse, aan: Johannes Mulder; in de 4de klasse, aanPetrus van Mierten in de 5de klasse aan JBernardus Jo hannes Groenendijk. En in de doorzigtkunde aan Cornelis Levinus van Save. Waarna uit het legaat van wijlen den heer Daniël Steven Sc'horer met eeu assessit-prijs werd begiftigd, in de 1ste klasse der bouw' kunde Letjn Jan Vréke. Voorts is nog van onderscheidene leerlingen loffelijke melding gemaakt. De leerlingen zijn in het algemeen en de bekroonden in het bij zonder door den heer voorzitter naar tijds-gelegenheid toegespro ken; deze instelling aan al de tegenwoordig zijnde heeren leden ter voortdurende begunstiging aanbevolen en onder dankbetuiging voor de blijken der welwillendheid van het stedelijk bestuur de bestendi ging daarvan aan hun edel-achtbare verzocht; waarna de vergadering is geschieden en de gelegenheid opengesield tot de bezigtigin» der prijsteekeningen en hetgeen verder door tegenwoordige en vroegere oefenaren ter tentoonstelling was aangeboden. Tarwe werd heden slechts matig aangevoerd; de houders vorderen rnim 25 a 30 ets. hoven den prijs der vorige week en alzoo hiertoe bij de koopers weinig lust bestond ging er weinig om. HeWeen verkocht is gold als volgt0 Puike Waichersche tarwe 8ƒ0,10 4 ƒ8,25, naar kwaliteit. Puike Zeeuwsche tarwe 7,7ogewone soorten ƒ7,50: mindere en met lucht bezette en blaauwe tarwe G,50 per mud. Jarige rogge f 5,50 nieuwe d.to mooi en blank 5,50. Jarige wintergerst 3,GO, di 0 puike zomergerst 3,60 a 3,65,- nieuwe wintergerst dooreen zeer goed 3,80. In haver, hoonen en erwten, milsga- ders m boekweit, is geen handel gedreven.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1848 | | pagina 1