lIDDELBllItGSCHË
C O U R A IV T.
^€.i
N°. 106.
Zaturdag
BESTUREN ea ADMINISTHATIEN.
1847.
4 September.
NIEUWSTIJDINGEN.
PROriNCIALE GELDLEEFINGElf.
.*A:
NOTIFICdTIE.
MjlJtT SCHAP PIJ
DttitdchlAub.
Jfvanïirijfe.
■BBBB
De STAATSRAAD GOUVERNEUR van de Provincie
ZEELANDbrengt bij deze ter kennis van de belangheb
benden dat op Maandag den 13 September aanstaande, des
middags ten twaalf urein de Vergaderzaal der Provinciale
Staten, in de Abdij te Middelburg, ten overstaan eener
Commissie uit de Edel-Groot-Achtbare Heeren Gedeputeerde
Staten van Zeeland, in het openbaar zal worden overgegaan
tot de Uitloting der Obligatien van de Provinciale Geldlee-
ningen van ƒ290,000 en van ƒ20,000, welke, ingevolge
de Plans dier Geldleeningengearresteerd bij Koninklijke
Besluiten van i December 1822, no. 70, en van 251 Julij
1842, no. 55, met den i Januarij 1848 moeteu worden af
gelost.
Middelburg, den 18 Augustus 1847.
De Staatsraad Gouverneur voornoemd
VAN VREDENBURCH.
De STAATSRAAD, GOUVERNEUR van de Provincie
ZEELAND brengt bij deze ter kennis van de belangheb
benden, dat door Zijne Exc. den Opperhoutvester met
overleg van Hun Edel Groot Achtbaren de Gedeputeerde
Staten, is bepaald, dat in deze Provincie, voor dit jaar,
de groote Jagt zal geopend zijn op Woensdag den 8 Sep
tember aanstaande, mitsgaders dacmet betrekking tot de
lange Jagtop het Publieke Jagtveld in het iste, 3de, 4de
«1 5de Districtis vastgesteld
a. Dat dezelve slechts tweemaal 's weeksalsin het
iste District des fVoensdags en Zaturdags, in het 3de
District des Maandags en Frijdags en in het 4de en
5de District des Dingsdags en Frijdags zal mogen uit
geoefend worden.
b. Dat niet meer dan vier hazen telken reize zullen mo
gen gevangen worden.
c. Dat geene vereenigde Jagt met lange Honden zal mo
gen gehouden worden en dac degenen welke die Jagt
uitoefenen steeds 1000 Ellen of ongeveer ééne Ne-
derlandsche mijl van elkander verwijderd zullen moe
ten zijn.
Dat voorts niet zal mogen worden gejaagd op Gronden
waarop nog Graangewassen QÏ Peulvruchten te velde staan,
en de Oogst nog niet zal zijn afgeloopen wordende de Ei
genaren van privatieve Jagien, grenzende aan de zee of
rivieren, aandachtig gemaakt, dat dezelve, mede aan de
aijde van die wateren, behooren afgepaald te worden, en
wijders de belanghebbenden onderrigtdat degenen die
Wild zullen wenschen te vervoeren naar Provinciën alwaar
de Jagt nog niet is geopend, zich, tot het bekomen van
Concent-biljetten toe dat einde hij de Houtvesters zullen
kunnen vervoegen.
Deze Notificatie zal in het Provinciaal Blad geplaatst,
en in den gebruikelijken vorm aan de Plaatselijke Besturen
ter affixie toegezonden worden.
Middelburg, den 31 Augustus 1847.
De Staatsraad, Gouverneur voornoemd,
VAN VPvEDENBURCH.
TOT BEVORDERING VAN LANDBOUW EN VEETEELT
IN DE PROVINCIE ZEELAND.
VEREENIGDE VERGADERING der Afdeelings-Bestu-
ren in Walcheren van voornoemde Maatschappij op Maan
dag den 6 September aanstaande in het lokaal op de
Groenmarktdes voormiddags ten tien ure. Eeiie verdere
behandeling van het voorstel tot eene verbeterde inrigting
der Pachtcontracten in Zeeland zal een voornaam deel
der werkzaamheden uitmaken.
IMiddelburg, 2 September 1847.
BERLIJN den 29 augustus. Ons regeringsblad behelst
beden een opmerkelijk betoogwaarin de door velen ver-
iangde instelling der bijeenroeping van den landdag op ge
zette tijden nadrukkelijk wordt afgekeurd als aanleiding ge
vende tot vele en steeds terugkeerende moeijelijkheden, voor
namelijk wat het vaststellen der begrooting betreft als niet
.strookende met den geest der verordeningen van 3 februarij
en als gevaarlijk voor de rust van den Staat. In di: stuk
wordt voorts beweerd dathoewel in andere landen de om
standigheden dv' verpligting tot eene periodieke bijeciiroeping
der stenden hebben doen ontstaan Pruissen dit voorbeeld
niet behoeft te volgen daar het zich in een geheel ver
schillenden toestand bevindt. Het zou (dus vervolgt de
schrijver) een zonderling teeken des tijds zijn, in welken
men zich zoo gaarne tegen alle gezag verzetwanneer wij
het gezag der omwenteling als het eenige onaantastbare moes
ten erkennen en eene instelling overnemenwelke elders
overeenkomstig den aard der Staats-inrigting bestaatdoch
by ons óf eene ijdele vorm zou worden óf een hoogst ge-
vaartijiien schok zou veroorzaken. Volgens de grop.dslagen
eener Duitsche Staats-regelingzoo als zij van ouds bestaan
hebben en nog heden ten dage diir bestaan waar zij niet
door omwentelingen zijn omvergeworpen of door verdicht
selen van nieuwe uitvindingen zijn verduisterd, heeft de lands
heer als zoodanig, bepaalde inkomsten, wier genot hem
even wettig is verzekerd als het bijzonder eigendom der
ingezetenen overal door de wet wordt beschermd.
Het slot van dit stuk luidt aldus:
Men behoort het aan de wijsheid van den wetgever
welke zich, in de boodschap van 21 junij jl. en in het
antwoord op de voorstellen van den lanadagde vrije be
schikking over dit punt heeft behouden met vertrouwen
over te laten om de ten aanzien van dit punt kenbaar ge
maakte billijke wenschen van den eersten Vereenigden-Land-
dag te bevredigen zonder de betrekkingen der kroon tot
de stenden wezenlijk van aard te doen veranderen en in
plaats van de nu bestaande bezwaren nieuwe te doen ont
staan. Wij twijfelen niet, of er zal wel een zoodanige uit
weg kunnen worden gevonden, welke, zonder de bijeen
roeping van den Vereenigden-Landdag op gezette tijden te
doen plaats hebben, dezelve zoo dikwijls zal doen geschie
den, als de ware belangen der kroon en der natie het zullen
vereischen."
FRANKFORT den 30 augustus. De dagbladen vermel
den het patent, waarbij de koning van Beijeren de in Spaan-
schen adel geborene Maria de Parris el j\Iontez (^Lola Mon-
tez)als gravin van Landsbergin den gravenstand heeft
verhevenmet al de daaraan verbondene eerregten en
voorregten. Z. M. heeft haar tevens een wapen verleend
bestaande in een gevierendeeld schild, met een zilveren
zwaard, op een rood veld; een gekromden, strijdvaardigen
gouden leeuw, op een blaauw veld; een zilveren dolfijn op
een blaauw veld en eene bleekroode roosop een zilve
ren veld. Het patent bevat het bevel, om haar in die waar
digheid te erkennen en te eerbiedigen, op straf van in reg
ten te worden vervolgd.
PARIJS den 30 augustus. De kamer der pairs in ge-
regtshof vereenigd heeft bij ordonnantie in de zaak van
wijlen den hertog de Choiseul-Praslin beslist. De ordon
nantie houdt in, dat, naar aanleidingvan het overlijden van
dezen aangeklaagde tegen welken een sterk vermoeden was
gerezen van schuldig te zijn aan den moord van zijne echt-
genoüte en naar luid van art. 2 van het wetboek van straf
vordering de verdere vervolging in regten tegen denzelven
is vervallen; dat het hof zich niet verpligt acht, om do
regterlijke vervolging, welke, ter zake van vermoedelijke
medepligtigheid tegen mejufvrouw de Luzy-Desportes is be
gonnen voort te zettenen haar met instandhouding der
ten haren aanzien uitgevaardigde bevelen verzendt naar den
bevoegden regter.
De koning heeft den heer d''Jt'ia/in g;e\nstin persoon den
maarschalk Sebastiani zijn leedwezen te gaan betuigen, we
gens de rampen, welken zijn huis dezer dagen hebben getroffen.
De policie heeft niet willen veroorloven dat men beeltenis
sen van den hertog de Praslin in het openbaar zoude rond-
venten of liederen (zoogenaamde complaintes) betreffende
het gebeurde, zingen.
Het .Journal des Débats van heden deelt uittreksels
mede uit een aantal in bes'ag genomen brieven van den her
tog en de hertogin de Praslin.
De lange reeks van onheilen welke in den laatsten
tijd hebben plaats gegrepen, is weder met eenige vermeer
derd. De graaf Alfred de Montesquiou53 jaren oud,
echtgenoot en vader van zes kinderen officier van het
legioen van eer en ridder van eer van Maria Ameliaheeft
zich in den nacht van den 27 op den 28 dezer met een dolk
doorstoken en is den volgenden morgen dood in zijne slaap
kamer gevonden. Men vermoedt dat wanorde in zijne zaken
den graaf tot deze wanhopige daad heeft geleid,
Te oordeelen naar den toon van het voornaamste or
gaan van de behoudende partijen ook ten deele van de be
windslieden is de heer G«/«ö/geenszins overtuigd, dat aan
Oostenrijk het regt kan worden betwist, om niet alleen be
zetting in het kasteel van Ferrara te leggen maar ook in de
stad zelve. Het schijnt der Fransche regering leed te zijn
dat het Pausselijk bestuur in dezen den gewonen diplomatie-
ken weg niet beeft ingeslagen en men verklaart op nieuw,
het te betreuren dat dit bestuur de menigte daarmede heeft
gemoeid, en daardoor eene opgewondenheid heeft verwekt,
die tot uitspattingen zoude kunnen leiden welke dit bestuur
naderhand te vergeefs zou willen beteugelen. Zoo veel schijnt
zeker, dat men, bij het bewind van Frankrijk, nog geens
zins heeft beslotenom tot ondersteuning van de min of
meer dreigende houding van de Pausselijke regering tegen
Oostenrijk eene Fransche vloot naar de Adriatische-zee te
zenden, of even als voor weinige jaren de eene of andere
Pausselijke sterkte door Fransche troepen te laten bezetten.
's GRAVIJNIIAGE den 31 augustus. Volgens berigt uit
Weimar van den 26 dezer, was Z. M. de Koning der Ne
derlanden dien avond in goeden welstand aldaar aangekomen.
HH. KK. IIH. de Prins en Prinses van Oranje, hebben
zich gisteren middag met den spoortrein begeven naar Am
sterdam om vervolgens van daar naar Soestdijk te vertrek
ken alwaar HH. KK. HH. een af^cheids-bezoek bij H.M.
de Koningin zijn gaan alleggcn. Hil. KK. HH. zullen van
daar heden avond ten 6i- ure in de residentie terug keeren.
H. INI. de Koningin zal op hoogstderzelver reis naar Zwit
serland door den officier van gezondheid den heer van der
Grijp, worden vergezeld.
Naar men verneemt zal Z, K. H. Prins Alexander bin
nen kort eene reis naar het eiland Madera ondernemen aan
boord van Zr. Ms. stoomschip cycloop, kapt.-luit. J, F.A.
Coertsen. Men wil dat Z. K. H. aldaar eenige maanden denkt
te verblijven, vergezeld door den heer med. doctor Everard,
H. K. H. Mevrouw de Prinses van Oranje zal, na de te
rugkomst van Z. M. den Koning, zich naar Stuttgart be
geven.
De Staats-courant behelst den inhoud der overeen
komst tot wederzijdsche uitlevering van beschuldigden en
misdadigers, op den 8 mei jl.in 's Gravenhagetusschen
de Nederlanden en Baden geslotenmet de bepalingdat die
mede in het staatsblad zal worden gedrukt.
I De 'i Gravenhaagsche Nieuwsbode spreekt het gerucht
tegen dat het overlijden van een ontvanger der directe be-
lastingen alhier niet zou hebben plaats gehad, en verklaart
gerust de menschen te kennen die het-lijk gezien, afgelegd
en gekist hebben en dat er geen schijn van waarheid aan-
j wezig is, dat de lijkkist door de justitie zou zijn opgegra
ven veel minder dat daarin steenen in plaats van een meii-
schelijk ligchaam zouden gevonden zijn.
In de maand september zal te Utrecht de tentoonstel
ling van planten en bloemen van het genootschap voor land
bouw en kruidkunde gehouden worden.
Te Amsterdam zijn valsche nieuwe guldens in omloop,
die te herkennen zijn aan hunne loodkleur ligtheid en ge
brekkig randschrift.
De Surinaamsche dagbladen en berigten loopen van 15
junij tot 10 julij. De eerste behelzen, onderanderen, pu-
blicatien betreffende het in werking brengen van Zr. Ms.
besluit van 14 mei 1845, omtrent wijzigingen voor de reg
terlijke magt in de kolonie, en voorschriften van overgang,
tot invoering dier wijzigingen. Het geregtshof zal voortaan
bestaan uit een presidentdrie leden en een griffierbij
eene volgende benoeming zal het ambt van prokureur-gene-
raal vervuld worden door een prokureur des Koningsen
het collegie van kleine zaken zal bestaan uit een president,
twee assessoren en een griffier. Bij eene publicatie van i
julij wordt Zr. Ms. besluit van 20 april 1847 medegedeeld,
waarbij de verleende tijdelijke vrijstelling van inkomende reg
ten op den invoer van werktuigen en werk vee voor den
landbouw nog voor een onbepaalden tijd verlengd wordt.
Verder deelen de dagbladen eene publicatie mede betref
fende de conversie van het in omloop zijnde Surinaamscke
bankpapier, in verband met de vroeger dienaangaande be
kend gemaakte bepalingen.
De bisschop Grooff" was door den gouverneur der kolonie
op de hartelijkste wijze, en door de leden der Roomsch
Katholijke gemeente met vele blijken van achtig en liefde
ontvangen. Omtrent de kolonisten op den post Groningen
aan de Saramacca luiden de berigten gunstig. In Suriname
is eene maatschappij opgerigt, tot bevordering van den land
bouw onder de vrije bevolking, van welke men zich veel
goeds beloofde. Blijkens een verslag van den heer D. Juda,
die sedert het jaar 1843 de kaneelteelt daar te lande heeft
beproefd, gaf de aanvankelijke uitslag dier proefneming hoop
dac dit gewas met voordeel op Suriname zal kunnen wor
den verbouwd.
GRONINGEN den 30 augustus. Gisteren tegen den
avond is een lang gevvenschte regen beginnen te vallen,
welke nog heden voortduurt. Met groot verlangen werd
hier naar regen uitgezien de aanhoudende droogte veroor
zaakte eene schaarschheid van warer, zoo als hier zelden
is geziende meeste putten en regenbakken waren ledig.
Sedert den 23 junij U., en dus sedert meer dan negen we
ken, was boven deze stad geen regen gevallen; de weinig
regendruppels, die in de vorige week vielen, zijn van geen
beteekenis. In sommige streken dezer provincie zijn nu en
dan nog al eens sterke regenbuijen gevallen, doch ook niet
voldoende om de algemeene klagte over droogte te doen
ophouden. De tuinen in en om deze stad, de wallen en d,e
omliggende landerijen zien er verschroeid uit en reeds spoe
dig zal alles een herfstachtig voorkomen aannemen. Deze
aanhoudende droogte heeft ongunstig gewerkt op den gezond
heidstoestand vooral ten platten lande en in de kleistreken
heerschen thans veleen daaronder erge koortsziekten en is
het getal der stervenden grooter dan gewoonlijk. Ook iu
deze stad zijn, even als in andere steden van ons vaderland^
zoo als Amsterdam, Utrecht enz. vele zieken, doch niet
zoo buitengewoon veel, als in sommige dagbladen vermeld
wordt. De Kamper courant zelfs spreekt van 1600 kinde
ren die hier aan de mazelen zouden laboreren dit zal ze
kerlijk wel eene grove drukfout zijn u'ant het aantal zieke
kinderen is hier niet grooter dan gewoonlijk in dit saizoeu.
GRAAJiMARKT. Middelburg 2 September.
Hoewel de aanvoer heden weder niet groot was, zoo was
dezelve echter meer dan toereikend vuor de behoefte. De
kooplust was uitermate klein en alzoo eenige houders op
de prijzen der vorige week aanhielden kon men bij het be
gin der beur» maar moeijelijk koopen later ging zulks ech-