MIDDËLBVRGSCHE
C O U R A IV T.
W. 18.
Donderdag
11 February.
1847.
.tÉ
BESTUREN ea ADMINISTRATIEN.
ÏVIEUWSTIJDINGEN.
(iaó né
PROriMCIE ZEELAND.
TTELDABIGHEID.
WE RING RUPSENNESTEN.
AÏVAV
NEDERL. UANDEL..MAATSCHAPPIJ.
•jajatitiiM
itviJiili
AANBESTEDING.
Op Donderdag den 25 Februarij des jaars 1847, des voor-
middags ten elf ure zalonder nadere approbatie door
den Staatsraad Gouverneur der Provincie Zeeland of, 1
bij deszelfs absentie door een der Leden van de Gedepu
teerde Staten en in bijzijn van den Hoofd Ingenieur van
den Waterstaat in de Provincie Zeeland aan het Lokaal
van het Gouvernement te Middelburg worden aanbesteed
Eenige AARDEWERKEN tot herstel en verbetering
der Zeedijken van de Calnmiteuse Polders in de Pro
vincie Zeelanden zulks in zeventien Perceelen.
Deze Aanbesteding zal geschieden bij inschrijving en opbod.
Het Bestek der bovengemelde aanbesteding zal boven en
behalve aan het Lokaal van het {Ministerie van Binnenland-
sche Zaken en aan dat van hst Gouvernement der Provincie
Zeeland te Middelburgter lezing liggen op alle zoodanige
plaatsen alwaar gewoonlijk de Bestekken van Waterstaats-
Werken in gemelde Provincie ter lezing gelegd worden.
Zullende drie dagen vóór de Besteding de noodige aan
wijzing in loco worden gedaan en voorts nadere informa-
tien te bekomen zijn bij den Hoofd-Ingenieur te IMiddelburg
en bij de Ingenieurs te Goes, Zierikzee en Tholen alsmede
bij de Adspirant-Ingenieurs te Breskens en Neuzen.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
VAN RANDWIJCK.
DIAKENEN bij de Nederd. Herv. Gemeente berigten met
dankzegging, den ontvangst van 10, in goud, van A. Z.,
in de collecte van Dingsdag-avond gevonden zullende het
zelve ingevolge verlangen volgens het opschrift worden
besteed.
Middelburg, den 10 Februarij 1847.
J. vANDENBROEKEJz.,Pra.>ses.
T. P, ROEST, Scriba.
Middelburg, den 9 Februarij 1847.
DIAKENEN bij de Evangelisch-Luthersche Gemeente,
I maken bij deze dankbare melding van eene bij henten
'behoeve der armen dier. Gemeente, onder de letter D.
f ontvangene gift van twintig Gulden.
Diakenen voornoemd
L. H. CADET. J. EGGEL.
belangrijke naburige zee gade te slaan, l— De minister kwam
toen tot het laatste punt, onze betrekbin^eh met het vaste
land van Europa, waaromtrent hij zeide, k'oft te znllenzijn.
Zoo lang Frankrijk dezelfde staatkunde volgde-, dus was de
meening van den lieer Cuizothad men vin die betrekkin
gen niets te vreezen. Bij het vertrek van den post was de
minister nog aan het woord.
PARIJS den 5 februarij. De kamer heeft heden met
eene groote meerderheid de paragraaf van het adres ^^oed^e-
keurd waarover sedert drie dagen de beraadslagingen pla^ats
hadden. Men weet dat die paragraaf het vertrouwen van de
kamer uitdrukt in het behoud van den algemeenen vrede
Deze groüte en plegtige beraadslagingen zijn dus geëin
digd geëindigd tot eer van den minister, en tot eer van het land.
De redevoering door den heer C«/c;»/gisteren uitgesproken is
zonder antwoord gebleven en wij hopen dat er in Frankrijk
zich gee«e enkele ernstige stem meer zal verheffen tegen de
Spaansche huwelijken. Dit verschilpunt is zoo als wij dit
voor zeker houden uitgeput. j^
De redevoering van den hoer G/z/so/'heeft echter ter beiir-
ze een ongunstigen indruk te weeg gebragt. Men vreesde
dat, na de wijze waarop de minister zich over lord Pabner-
ston heeft uitgelaten eene toenadering tusschen de genó'em-
heden heeft i de staatslieden welligt geheel onmogelijk is geworden. De
zijn gedaald en 78 fr. 10 a 78 fr. gebleven,"
o verhandeld.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID-
herinneren bij deze de Ingezetenen aan de
lö Ventüse 4de jaar zijnde van den volgen-
DELBURG
wet van den
den inhoud
Art. 1, Biuiien tie
alle EiKeua;u's Pac
tien dayen na de afkondiging der wet zullen
hters en Gebruikeis of andere, hunne eigene
gronden of die \an anderen bebouwende elk Toor zoo Teel hem a:in-
gaal Terpligt zijn, om de Hoornen op de gronden staande Tan Rup
sennesten te zuiveren of te doen zuiTeren op poene Tan eene boele
Tan teu minsle drie eu ten hoogste tien dagen arbeids.
Art. 2. Zij zullen op dezelfde strall'en gehouden zijn, de Ilupsen-
neslen en Netlen Tan Booiuen Hagen of Struiken afgenomen, aan
stonds te Tcrbranden, en zulks op zoodanige plaatsen, alwaar zulks
zonder gev.iar Tan liraiuf aan Bossclien Boonien of Struiken -nocli
ook aan Huizen en Gebouwen zal kunnen gescliieden.
Art. 3. De Bestuurders der ileparlenieulen (GouTerneurs) zullen,
binnen hetz. li'de lijdstip de Bcoincn welke zicli op onTCrpachle Na
tionale Domeinen bcTinden Tan Rxipsen doen zuiveren.
Art. 4. De Agenten der Gemeenten en liunne Adjuncten (Burge
meester eu Wethouders of Assessoren) zullen ieder io de zijne ver-
pligt zijn op de uitvoering dezer wet toe te zien zij zijn verantwoor-
delijk voor het Terzuim helwtlk ten dezen inogt worden ontdekt.
Art. 5. De Commissaris Yau het uitvoerend Bewind bij de, I'laat-
selijke Regeriiigen zijn Terpligt om binnen het tweede tiental dagen
na de afkondiging der weteene schouw ing te doenop uUe met
Boojuen IloulgewassenHagen of Struiken beplmle gronden, ten
einde zich te overtuigen dat de wering van de Kupsennesten naar
beiiooren is vülbrogt en om daarvan iiau den Minisier wien het aan
gaat rapport te doen. k
Arl. 6. De wering der Rupsennesten zal in de Tolgende jaren Toor
den 1 Venlose (20 Februarij) moeten geschieden op slrafl'e als hier-
LoTen bepaald.
Art. 7. Indien eenige Eigenaar of l'acliler liierin op )ie( gezegde
tijdstip, nalatig mogt zijn, zullen de hoofden der Besturen en'bunne
Adjuncten zulks ten koste Tan den nalatigen door Arbeidslieden ter
hunner keuze doen Terriglen de kosten deswege zullen bij bcTel van
mbaai-verklaring van den Vrederegter op de quitanlien der Arbeids-
lieden Tan de gezegde Eigenaars of Gebruikers worden verhaald 'j
loiuler dat de belaling daai-van van de boete zal kunnen verschooneu.
De tegenwoordige wet zal op den 1 l'kiviose (22 Januari)) op bevel
van den Commissaris van bet uilvoerend bewind door de zor" van i
de hoofden Tan de Plaatselijke Besturen worden afgekondigd.
En willen mitsdien alle Eigenaars ofgebruikers van Gron-
den, met Hontgeu-as beplant, met den meesten ernst hebben
aangemaand om zoo in hun eigen als in het belang hun
ner naburen stiptelijk na te komen de bepalingen üi bo-
vengemelde wet omschreven en daar door voor te komen
de straffen welke op de nalatigen in dezen zullen worden
toegepast.
En opdat niemand hiervan onkundig zoude blijven, za
deze worden afgekondigd en aangeplakt
Stads-Courant geplaatst.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 5 Fe,
PARIJS den 4 februarij. In de zitting
de minister Cuizot het woord gevoerd. Even als de heer I 3 pet,
Thiers, heeft hij het eerst over het Spaansche vraagstuk {5 pet. zijn tegen 118 fr
gesproken. Oin te oordeelen over de beschuldiging van
niet rondborstig gehandeld te hebben moet men onderzoe
ken in welken toestand het bewind tegenover Engeland 1
vóór de sluiting van het huwelijk geplaatst was. Onder i
het tory-ministerie was men het eens geworden, dat de bei- j
de kabinetten al hunnen invloed in Spanje zouden bezigen j
eorstelijk opdat de keuze der koningin zich bij voorkeur I
op een' afstammeling van Pliilippin F zou vestigen, en ten j
andere elk anderen candidaat, voornamelijk een' Coburg- j
schen prins, te weren. Er werd overigens noch van het 1
verdrag van Utrecht, noch van het huwelijk des hertogs
van Montpensier gesproken. Bij de komst der torys aan 1
het bewind, was het niet te ontkennen, dat hunne voor
De
mitsgaders in 'de
bnia'rij 1847.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
PASPOORT VAN GRIJPSKERKE.
Ter ordonnantie van dezelve,
A. M. BECIUS.
gangers van te veel welwillendheid jegens Frankrijk be
schuldigd waren. liet was dus natuurlijk, dat door het
Fransen kabinet, niet eenig mistro,uwen dat woord zoute
sterk zijn, maar eenige omzigtighcid werd in acht geno
men welke later ook gebillijkt werd. Zoo is er de brief
van den 19 julij van den heer Bulwerwaarbij, met ge-
heele wesjlating van Frankrijk een Coburgsche prins op
den voorgrond wordt gesteld. Laterzegt men heeft
lord Palmerston daarop niet aangedrongen, doch in zijne
gesprekken met onzen gezant was zijne taal veel verschil
lende met die van lord Alyerdeen. In Spanje wilde men
slechts twee combinaticn een Fransch of een Engelseh
huwelijk en men verlangde eene spoedige beslissing.
Den 9 augustus deed de Spaansche regering ons het voor
stel tot het huwelijk der koningin met den hertog van Ca-
di.x, onder voorwaarde, dat dit vereenigd zou gaan met het
huwelijk der infante en den hertog van Montpensier. Wil
de men dus Spanje niet tot eene combinatie dwingen waar
Frankrijk tegen was, dan moest men wel toegeven. Wat
nu de rondborstigheid betreft, zeide de heer Cuizot, op
dnideliike, stellige en gevolgde mededeelingenheeft men
j te Londen door onvolledige en trage mededeelingen geant
woord. Hij, minister, heeft aan lord Nonnanby de oplo.s-
j sing van het vraagstnk door de beide huwelijken medege-
ideeid, zoodra zulks hem zelf bekend was. Op de vraag
van den lord, of de beide huwelijken te gelijker tijd zon-
1 den voltrokken worden heeft de minister ontkennend geant
woord, hetgeen hij te meer kon doen, omdat het Fransch
kabinet het daarheen trachtte te leiden. Het hof te Madrid
heeft het echter niet gewild, en 'op de gelijktijdige voltrek
king gestaan. Frankrijk kon niet anders handelen, en het
ware onvoorzigtig geweest, hiervan den Engelscnen gezant
te verwittigen ten einde onze tegenpartij gelegenheid te ge
venhare wapens in gereedheid te brengen. Bovendien
wanneer een gezant bij hem, minister, een bezoek allegt,
dan ondergaat hij geen verhoor, en hij antwoordt hetgeen
de staatkunde en de belangen des lands hem veroorloven te
doen kennen. Had de Engelsche gezaht zijne depêches van
den 25 september op gelijke wijs medegedeeld als vroegere,
de minister zou welligt anders gesproken hebben. Maar
hij bragt het protest zijner regering tegen het huwelijk van
den hertog van Montpensier. Tegenover die oppositie kon
de minister geene opening aan de tegenpartij doen.
Wat nu de gevolgen van het huwelijk betreftdaardoor
's GRAVENIIAGE den 8 februarij. De Tweede Kamer
der Staten-Generaal heeft heden hare werkzaamheden hervat.
Deze zitting werd voorgezeten door den heer van Akerlaken
daar de voorzitter, de heer Bniceten gevolge van eene
ernstige ziekte zijns vaders, verhinderd wordt de vergade
ring bij te wonen.
Wordt benoemd eene commissie bestaande uit de heeren
Star Bnsmau, Hofman, Boreel van HogelandcnUytverf
Sterling en Bijleveldbelast met het onderzoek der geloofs
brieven van de drie nieuw benoemde leden van de Kamer
j zi.inde de heeren mr. li. van Beeck Follenhoven voor de
j provincie Noord-Holland, in plaats van wijlen jhr. H. Bac-
j ker, mr. .7. L. iM. Leclercq en C. baron de IVeichs van
1 IFenne tor vervanging van den heer Strer.s en van wijlenden
baron Michieh van l'erduynen voor het hertogdom Limburg.
De heer Uytwerf Sterling heeft, 41a eenigen tijd namens
die commissie, verslag uitgebragt, dat tot toelating strekte
van den heer van Beeck Follenhoven, wiens geloofsbrieven
in behoorlijke orde zijn bevonden, en wiens verkiezing op
regelmatige wijze heeft plaats gehad. Nopens de verkie"zing
van den heer Leclercq zijn eenige moeijelijkheden ontstaan^
zoodat de commissie verzoekt, dienaangaande diligent te mo
gen worden gehouden. Eindelijk de baron de ^Feichs van
lFenue\v<ixA Aoox ongesteldheid verhinderd zich reeds heden
ter vergadering te bevinden. Overeenkomstig dat rapport
wordt de heerren Beeck Follenhoven, na het aflegden van
de gevorderde eeden op de wijze door zijne godsd^ienstioe
gezindheid voorgeschreven als lid der
Nopens de verkiezing van den
Kamer toegelaten.
waren wij in een gunstiger toestand tegenover Spanje ge- gep'^atst, om nader bij te doene keus in aanmerkino- te
heer Leclercq zal de com
missie in eene volgende vergadering haar verslag uitbrengen.
Zijn ingekomen drie koninklijke boodschappenstrekke^ndé
ten geleide van: i. twee ontwerpen van wet tot'regeling der
ontvangsten en uitgaven van het algemeen burgerlijk pensioen
fonds over de jaren 1846 en 1847; 2. een-en-dertig ont
wierpen houdende het nieuw wetboek van strafregt en -.
een ontwerp tot verhooging der uitgaven van een der'hoofd-
stukken van al.gemeen bestuur tot voorziening in de rente
betaling in de jaren 184Ó en 1847, voor de i^eldleening ten
behoeve der droogmaking van het Haarlemmer-meer.
Is ontvangen eene missive van Z. E.\c. den minister van
financiën, die daarbij op last des Koningsaanbiedt een
afschrift van de door de rekenkamer opgenomen en afgeslo
ten rekening en verantwoording over den jare 1843. Dat
stuk wordt gesteld in handen derzelfde commissie "tiie be
last is met het uitbrengen van haar rapportover het versla'--
van het gebruik der geldmiddelen, gedurende het jaar 184V"
vroeger benoemd.
Een aantal ingekomen adressen worden in handen der daar
toe bestemde commissie gesteld.
Er zijn zeven verzoekschriften ingekomen om bij oever-
vulling der betrekking van griffier der Kamer in aanmerking
te komen. Zij zijn van de heeren jhr. IFaubert de Puiseau,
D.Feegens, rar. van Tets, mr. van PFalravenjhr. Qnnrie]
van Ufordmr. H. Follenhoven en jhr, de Brauw. Deze
requestranten zullen op de daartoe op te maken lijst'worden
De DIRECTIE maakt bekend, dat door haar zullen ge
veild worden
Te AMSTERDAM, op Donderdag den 11 Maart 1847,
32,108 Kranj, en Kann,jAv.\ SUIKER, ligg. aldaar,
16,770 Dito DITO, iQ Rotterdam.
1,478 Dito DITO, tt Middelburg.
De Notitien met de Veil-conditieu zullen in tijds worden
uitgegeven.
Afljslerdam, den 8 Februarij 1847.
il*»*. '/AN DER OUDERMEULEN, President
T. SCHUURMAN Directeur fung, Secr.
plaatstzonder dat op de onafhankelijkheid van dat land
de minste inbreuk wordt gemaakt. En wat Engeland aan
gaat, de minister was overtuigd, dat er zoodanige overeen
stemming van meeningen en gevoelens tusschen beide landen
bestond, dat de eensgezindheid tusschen Frankrijk en En
geland spoedig zou hersteld worden. Engeland gelooft in
de Middellandsche zee bedreigd te zijn. Het zal van die
dwaling terugkomen. Onze bezittingen in Algerie, onze
toestand in Spanje zijn ter naauwernood een voldoend even-
wigt tegenover de bovenmatige uitbreiding der Engelsche
magt op andere punten. De Middellandsche zee is geen
meer van Frankrijk, Die overdreven uitdrukking zou arg
waan wekken, maar het belang van Frankrijk vordert naauw-
iettend de ontwikkeling der Engelsche magt op deze zoo
worden genomen.
Eindelijk wordt overgegaan tot de zamenstelling der af-
deelingen en worden tot voorzitters en tweede voorzitters
benoemd, als: eerste afdeeling óq heeven Ferwey Méjan
en van Rosenthal; tweede afdeeling, de heeren van Aker-
laken en Gevers; derde afdeeling, de heeren van Goltstein
en Uytwerf Sterling vierde afdeeling de heeren Luz^u- en
de Man, en vijfde afdeeling, de heeren Faber van Ricws-
dyk en Telting.
Daarna wordt de Vergadering gescheiden.
Uit Petersburg wordt geschreven, dat den 6 (18 ja-
nuarij) Driekoningendag, waarbij vereenigd is de viering
van den verjaardag van H. M. de Koningin der Nederlan
den de aartsbisschop in de groote kapel van het winter-