ADVERTENTIE». Koninklijke Nederiniidschc Loterij. Frankrijk en Afrika. Vijfde - Tiende - Twintigste - De Notaris D. Uytten,'waven zal ter Gemeente WEST- KAPELLE aan den mec-sthiedeiide presenteren te vcr- koopen De Notaris Pieter van de Graft zalop Woensdag den 10 Julij 1844, des morgens negen ure precies, op de Ge meente van BEKERKE in het Gemeentehuis aldaarbe woond geweest door A. IV. Slimmen in het openbaar aan den meestbiedende presenteren te verkoopen het navolgende, te weten D« Notaris Pieter van de Graft zalin tegenwoordigheid van getuigen, op Vrijdag den 12 Julij 1844, des morgens ten 10 lire, in de Herberg bewoond door L. Verhage, aan liet Zand onder Koudekerkein het openbaar verkoopen een HUIS en ERVE met TUIN staande en gelegen aan den Seissingel, onder Middelburgs Ambachten, Wijk 11. No. 9, Kadastraal Sectie E. Ntim. 147 en 148 in de Grondlasten aangeslagen op 10,83 en voor Water- en Dijkpenningen 60 cents zarnen f 11, 43. De Notaris Pieter van de Graft zalop Dingsdag den 16 Julij 1844, des avonds 6 ure, binnen het te veilen Per ceel, door vertrek van den Eigenaar naar elders, in het openbaar bij opbod en afslagpresenteren te verkoopen de UITSPANNING genaamd DE BREMERTONmet de daaraan behoorende overdekte KOLFBAANeen ten jare 1842 geheel vernieuwd WOONHUIS, aangelegden TUIN en verdere gevolgenen welke steeds door derzelver aangename ligging bij voortduring eene goede winstgevende zaak ople vert staande en gelegen op het Zand onder de Gemeente van Koudekerke, Kadastraal bekend Sectie D. Numeros 96, 96a 96b en 96cde Grondlasten bedragen 30. TER DRUKKERIJ VAN DE GEBROEDERS ABRAHAMS. Vervolg en slot.*) Al beamen wij ten eerste het gevoelen hetwelk de be volking van Marocco tot deszelfs minimum 6 millioen menschen terugbrengt, dan kan dit rijk zeer gemakkelijk (vooral daar het in de oogen der inboorlingen hier een godsdienst-oor- log geldt) steeds 200,000 menschen in de wapenen brengen en houdenzoodanig eenen toestand toch moge op den voet waarop onze Europesche maatschappijen geschoeid zijn, voor eenig land in hetzelve, dat slechts eene bevolking van 6 mil lioen menschen heeft, eenen overspannen kort volte houden Toestand zijnin een land dat van geharde Nomaden over vloeit en waarin de wapenhandel aan geheel de manne lijke bevolking als het ware van der jeugd eigen isis het blijven volharden in zoodanig eenen staat van zaken geens zins eene hersenschim. Ten tweede zijn hunne ruiterdrommendie zeer talrijk zijnvan uitmuntende paarden (zeer denkelijk van het Ara bische ras) voorzien, en deze leveren eene ligte ruiterij op, zoo bedreven in vaardigheid van rijden en in het voeren van sabel en lans, als alleen bij de Oosterlingen wordt aange troffen men denke hier slechts om de voorvaderen der Ma- roccanen zelve, de Numidiesche ruiters van Hannibal0111 Scyten, Parthen, Persen, Arabieren, Mamelukken, Tarta ren, Turkomannen, Curden, Tjerkessen, Kalmukken en Bas- kiren ja zelfs als om de als maraudeurs zoo zeer gevrees de Kozakken. Ten derde zullen zij zeer denkelijkdoor al wat nog slechts in staat is om in Algerie de wapenen te dragen, da delijk met alle kracht worden geruggesteund. En ten slotte eindelijk, vechten zij op hun eigen grond gebied hetwelk zij door en door kennenen kunnen dus zeer vlug in hunne bewegingen zijn terwijl hunne vijanden daarentegen om zich voor hinderlagen te kunnen vrijwa ren, op dit hun onbekend terrein, gecue schrede voorwaarts dan met de uiterste omzigtigheid kunnen doen. De uitkomst van dezen oorlog is dus hoogst onzeker, doch voor de Franschen immer hagchelijk te achten moge lijk dat zij in denzelven hunnen welverdienden krijgsroem zullen vermeerderen, zeker is het dat, willen zij den aan gevangen krijg tot een goed einde brengen, zij daartoe niet dan door de opoffering van oneindig veel bloed en schatten zullen kunnen geraken. Het Fransche kabinet schijnt dan ook dezen oorlog met leede oogen aan te zien, en groote vrees voor de gevolgen welke dezelve na zich kan slepen te koesterente meer daar het waarschijnlijk is dat de leden der Fransche kamersmeer en meer bevroedende dat de aan houdende en zware opofferingen, welke het land zich tot behoud van Algerie moet getroostenin plaats van tot eene gevvenschte uitkomst te leiden telken jare veeleer aangroei- jen dan afnementen slotte bij de bewindslieden ernstig zul len aandringen om het onzeker bezit van eene luttel voor deel aanbrengende kolonie op te gevenenter voor koming van verdere bloed- en geldverspillingAlgerie (zoo al niet de stad Algiers in het afgetrokkene) voor goed te ont ruimen. Staat het zoodoende met de zaken aldus geschapenwan neer de nu begonnen oorlog zich uitsluitend tusschen Ma rocco en Frankrijk blijft bepalen wat zal het dan niet zijn wanneer nog andere Muhamedaansche volkeren in Afrika zich daarin mengen, iets hetgeen, indien het dezen ernst is, de Franschen met geene mogelijkheid kunnen belettenMarocco toch hetwelk nog ter zijner hulp de immer door de groote woestijn van Zaharah zwervende volksstammen kan oproepen die hetzij Muhamedanen hetzij afgodendienaarsaan deze roepstem, welke roof en buit belooft, geen gehoor zullen wei geren Marocco grenst aan Algerie (waarvan de inboorlin gen grootendeels reeds nu van zelve met de Maroccanen ge- meene zaak maken), Algerie paalt aan Tunis, Tunis aan Tripoli en Tripoli aan Egypte, hetwelk in Afrika zelve, Nubie en de daarin wonende Muhamedaansche volksstam men achter zich heeft, en door de landengte van Suez, aan de inboorlingen van Arabie, Syrië, Palestina en Azia de hand reikt; de bewoners van alle deze landen zijn, zoo afzonderlijk als gezamenlijkals Muhamedanen de bit tere onverzoenlijke vijanden van alle Christenen, tegen wel ke zij als tegen-kafirs (ongeloovigen) met den meest moge lijken haat bezield zijnen dus ook in het onderhavige ge val tegen de Franschen. Gesteld nu dat deze alle, door dolle dweepzucht aangevuurd, als den Islam in gevaar wa nende, de heilige banier ontrolleu, en als één man tegen de Franschen optrekken, hoe zoude Frankrijk dit kunnen voorkomen! het kan Tunis, Tripoli en andere zeesteden tot puin schieten, maar de menigte zwervende herdersstammen de massa van Arabieren, Berbers, KabaylenMoren en Ne gerswelke van Damascus tot Tafilet, als ongetemde hor den in eene tallooze menigte landen en woestijnen bevolken en onophoudelijk doortrekken deze te willen beletten zich daar en waar het hen behaagt, aan de zijde hunner geloofs- genooten in Afrika, ten heiligen strijd te scharen, of dezen toevoer in paarden wapenenkrijgs- en mondbehoeften te verschaffen, daartoe zijn de despoten welke de landen die deze volken doorkruisen in bezit hebben daartoe is noch de bcy van Tunis, noch die van Tripoli, noch de zoo zeer gevreesde onderkoning van Egypte QMekemed-Alf) in staat, en hoe zouden de Franschen zulks dan kunnen bewerk stelligen Zoodanig een loop van zaken moge niet waarschijnlijk zijnonmogelijk is hij nietvooral niet wanneer men de godsdienstige dweepzuchtmet welke nog ten huidigen da ge alle Muhamedanen tegen de kafirs bezield zijn, op den voorgrond zet. Vooruitgang in kennis en beschaving tochaan ruimere inzigten en meer algemeene menschenliefde gepaardvan de eene, laauwheid en onverschilligheid omtrent de zaak van het kruis van eene andere zijdemogendoor den loop der eeuwenbij den thans levenden Europeer dien ingewortelden haat hebben bekoeld, welke zijne voorvaderen ten tijde der kruistogten tegen Islam en Coran koesterdenbij de Muzel mannen is daarentegenop weinige uitzonderingen na de haat welke zij thans nog den Christenen toedragen, nog even gloeijend, even ingekankerd, even onuitdelgbaarals ten tijde dat Saraceen en Frank elkander met de meeste verbit tering eiken voetstap in het land betwistedenwaar eens on ze gezegende Verlosser leefdeleerde leed en stierf, en gelijk toen de Saraceen niet rustte voor hij den gehaten Chris ten geheel en al van zijnen grond had verdrevenzoo is dit laatste doelwit, thans ook nog, de vurigste wensch en po ging van eiken Afrikaanschen Muzelmanmet betrekking tot de Fransche bezittingen in Algerie, eene poging ter volvoe ring van welke hij have en goedja het leven veil heeft. De godsdiensthaat die de Muzelman den Christen, van deu stond dat Muhameth op het wereldtooneel trad, toe droeg, is van dien tijd af tot heden noch door kennis en beschaving, welke hij nu evenmin als toen bezat, noch door gevoelens van mensclielijkheidwelke aan zijn hart (met betrekking tot de Christenen ten minste) voor het meeren- deei vreemd zijnin het minste getemperd geworden. In de oogen van eiken Muzelman toch welke in den grondregel van zijn geloofEr is maar één God en Muha meth is zijn Profeet, het zuiverste Gode weibehagelijkste godsdienststelsel van geheel den aardbol meent te bezitten, in diens oogen is, was en zal de Christen, die in de drie- eenheid den God den Vader, denZoon en den Heiligen Geest aanbidt, en zijne gelukzaligheid in een volgend leven alleen op de verdiensten van den voor hem gekruisten Heiland heeft gevestigdsteeds een volslagen verfoeilijkGodtergend afgodendienaar zijn en blijven, en moge hij hem al eens den palmtak des vredes hebben gereiktof de broederhand heb ben gedrukt, zeer zeker was vrees of eenige andere, uitslui tend uit eigenbelang voortspruitende beweegreden, zelden wel willendheid, nimmer ware verzoening, daarvan de oorzaak. D. S. Men zie om hier slechts twee staaltjes van den gruwzamen haat, met welke, ook nog ten huidigen dage in andere streken des aardhols de Muzelmannen tegen de Christenen bezield zijn aan te ha len en de afgrijsselijkheden bij de vernieling van het fingelsche le ger in Cabul en Afghanistan in 1841 en die welke de Moslemis in verschillende deelen van het Turksche rijkzoowel in Europa als Azia den Christenen hebben aangedaan. Qetrouwd Z. de BUISONJÉ Vlissingen en deu 26 Juni; 1844. A. van LEEUWEN. Eenige algemeene kennisgeving aan Familie Vrienden en geachte Begunstigers. \7oor de bewijzen van deelneming bij het overlijden van onze waarde Moeder en Behuwd-Moeder Mevrouw de We duwe E. EPKEMA geb. BRUINING ontvangen betui gen wij onzen welmeenendeu dank. FREDERIK JAN TAK. Middelburg SOPHIA MARIA TAK, den 26 Juuij 1844. geb- Epkema. ^\an het Kantoor van den Gekwalificeerden Collecteur, te Middelburgzijn te bekomen IIEELE en GEDEELTEN van LOTEN in de 193ste Loterij in koop voor alle Klassen, a 69't Lot, alsmede in koop en huur voor de Eerste Klasse, waarvan de trekking begint op Maandag den 1 Julij 1844, te weten In Koop. Heel Lot14 00 Half- 7 00 Vijfde - 2 80 Tiende - 1 4° Twintigste - ,70 In huur. Heel Lot4 Half- 2 00 00 80 40 20 Ook de Franschen hebben van de zoogenaamde met hen be vriende stammen, korpsen ruiterij als hulptroepen bij zich, doch of op deze wel veel staat te maken is, valt zeer te betwijfelen. Directe voordeelen heeft Frankrijk van Algerie tot nog toe bijna niet getrokken als indirecte van dat bezit echter zoude men momdijk kunnen aanvoeren: F®. dat Frankrijk daardoor gedurende 14 'jaren in de mogelijkheid geweest is om zich van eene menigte lieden welke in het moederland niet veel goeds uitrigtten te ont doen en 11". dat hetzelve eene leerschool voor de krijgslieden ge weest'is zoodat Frankrijk Algerie ontruimende, en bij toeval met de eene 'of andere Europesche mogendheid in onmin rakende, al da- deiijk instaat zijn zoude om 40 a 50 duizend oude, in het-vuur grijs "ewordene soldaten op het teiiein te brengen. Bij denzeiveu wordt Generaal CONTRABOEK gehouden. S Op Dingsdag den 2 Julij 1844, des voormiddags ten 9 ure in de Herberg de Oranjeboom, bewoond bij Gerrit van Sic hem. jj Een HUIS en ERF met SCHUUR en TUIN, gemerkt [No. 40; een HUIS en ERF met SCHUUR en TUIN, ge merkt No. 43; een HUIS en ERFgemerkt No. 26, en 22 Perceelen WEI- en BOUWLAND, BOSCH en TUIN, te zatnen uitmakende 12 B. 04 R. 46 Ellen. En op Woensdag den 3 julij 1844, des voormiddags ten 9 ure, eerst bij en voor het Huis gemerkt No. 43, 2 brui ne PAARDEN 4 baatgevende Melkkoeijen 2 Kweekkal- verseene partij Hoenders, 2 BOERENWAGENS, eene Kar, ccn Ploeg, 4 Eggen in soort, en verder Bouw-, Stal en Zoldergereedschap Melkersgereedschap, circa 1100 groe ne MUTSAARDS, eene partij Tronken, een Mestput en eenig HUISRAAD en daarna in voormelde Herberg de Oran jeboom de VRUCHTEN te VELDE. Alles behoorende tot den gemeencn Boedel van wijlen I'ic- ter Jatiis Roelseen diens nagelatene Weduwe. Bij uitgezet te Kaarten in het breede omschreven. J)e Notaris Mr. A. F. Sifflé zalDingsdag den 2 Julij 1844, des avonds ten acht ure, in de Bovenzaal van het Koffijhuis van T. Hellens Bruis, in den Langendelft alhier, Lett. H. No. 14, bij opbod en afslag, aanbieden te ver- koopen een HUIS en ERVE op het Vlissingsche Wagen- plein te Middelburg, Wijk Q. No. 116; in de Grondlasten over 1844 aangeslagen op f 17,96. Gezegd Huis en Erve is daags vóór en op den dag der Verkoopingvan des morgens 10 tot des namiddags 1 en van des namiddags 3 tot 6 ure, voor een ieder te zien, op vertoon van een Per missie-biljet, te bekomen bij genoemden Notaris, ten wiens Kantore de Koop-conditieu ter lezing zullen liggen. 1. De Nornbre van 82 Roeden 40 Ellen WEILAND, gelegen onder BekerkeKadastraal bekend Sectie E. No. 188, in pacht bij Jan Kraajetot Sinte-Katha- rina 1845; de Grondlasten, Water- en Dijkpenningen bedragen te zarnen f 14,54. 2. De Nornbre van een Bunder 16 Roeden 20 Ellen WEI LAND gelegen als voren Kadastraal bekend Sectie D. No. 124 in pacht bij Martinus Slimmen tot Sinte Katharina 1846; de Grondlasten, Water- en Dijkpen- ningen bedragen te zarnen f 2049. 3. De Nornbre van 42 Roeden 12 Ellen BOUWLAND, gelegen als voren onder meerder Kadastraal bekend Sectie A. No. 20in pacht bij JVillem Hendrikse Jobsetot na het rooven van den Oogst 1846; de GrondlastenWater- en Dijkpenningen bedragen te za- men 7 47. 4. De Nornbre van 41 Roeden 07 Ellen BOUWLAND, gelegen als voren onder meerder Kadastraal bekend Sectie A. No. 20 mede in pacht bij Willem Hendrikse Jobse, tot na het rooven van den Oogst 1846; de Grondlasten Water- en Dijkpenningen bedragen te za nten f 7 35. Beide laatste Perceelen zullen eerst ieder afzonder lijk en daarna in eene massa worden gepresenteerd. 5. De Nombre van 85 Roeden 90 Ellen BOUWLAND gelegen als voren Kadastraal bekend Sectie B. No. 41 in pacht bij Jan Harpe tot na het rooven van den Oogst 1848; de Grondlasten, Water- en Dijkpennin gen bedragen te zarnen f 14, 67. En voorts op denzelfden dagdes namiddags één uur voor opgemeld Gemeentehuis, eene partij MEUBELAIRE GOEDEREN bestaande in een extra mooi ingelegd bruin Kabinet drie Bedden met toebehooren eene Bureau Ta felsStoelen, Porcelein Koper, Tin, Ijzer en Blikwerk en wat verder zal worden gepresenteerd. Iemand omtrent bovenstaande Vaste Goederen eenige in- formatien begeerendevervoege zich ten Kantore van opge- melden Notaris. Voorts zal men, 11a afloop van bovenstaande Verkooping des middags ten één uur, voor het gemelde Huis, presente ren te verkoopeneene partij MEUBELAIRE GOEDEREN, bestaande in een extra bruin BoogkabinetKlok twee Bedden met toebehooren, Tafels, Stoelen, een Lessenaar, eene Ladetafel, Porcelein, Koper, Tin en Ijzerwerk, mits gaders eenig Goud en Zilver Mans en Vrouwe Kleederen en hetgeen verder zal worden gepresenteerd. Zijnde alles daags vóór de Verkooping's morgens van 9 tot 12 en 's namiddags van 2 tot 5 urevoor een ieder te zien. Gemelde Uitspanning is daags vóór en op den dag der Verkooping te zien mits op vertoon van een Toegang-bil jet ten Kantore van genoemden Notaris te verkrijgen bij wien alle verdere inlichtingen te bekomen zijn. Zijnde dezelve Uitspanning inmiddels uit de hand te koop. JJit de hand te koop een WOONHUIS, met eene ruime LOODS annex en TUIN, vroeger een Timmermans-Winkel buiten de Dampoort, Lctt. T. No. 40, te bevragen bij J. Minderhout, Gravestraat. ^Jit de hand te koop op voordeelige Conditiën eene SCHOUW genaamd Catrinamet derzelver Inventaris groot 27 Ton liggende te Goes te bevragen bij den Ei- gennaar Lett. B. No. 186, te Goes, en bij den Schipper A. Visser. ]U gelegenheid der VEERSCIIE KERMIS zal op den 6 Julij naar den RING gereden en naar de GAAI gescho ten wordenbij G. Hendrikse aldaar.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1844 | | pagina 2