MIDDEL3UHGSCHE C O U R A N T. U. W. 41. Donderdag 1844. 4 April. NIEUWSTIJDINGEN. JVarafivijfc, Öclgtc. iilcbcvlaubcti. De abonuenients-prijs dezer Courant is 2 ,75 voor drie maanden, en iraneo per Post 3. De abonnementen worden voor niet minder dan drie maanden genomen en de betaling geschiedt comptantof bij het einde van ieder vierendeel jaars. De inzending der Advertentien behoort te geschieden des morgens vóór 10 ure indien men dezelve in het eerst uit te geven nummer wil geplaatst hebben. De Advertentien worden berekend tegen 22 cents de regel, met uitzondering van Huwelijks- Geboorte- en Doodbekendmakingenwaarvan de prijs is van één tot zes regels 1 50 en voor iederen regel daarboven 22 cents. Dezelve behoeven niet op gezegeld papier geschreven te zijn, alzoo bij elke plaatsing eener Advertentie het Regt van Zegel (35 ets.) moet wórden betaald. LONDEN den 30 maart. Koningin Victoria en de ko ningin der Belgen vertrekken aanstaanden dingsdag naar het kasteel van Windsorwaar het hof vonkelijk tot het einde van april vertoeven zal. liet verwacht bezoek des konings der Franschen in Enge land zal, naar men wil, vroeg in jnnjj plaats hebben en Z. M. door de koningin en den prins en de prinses van Jcal ville vergezeld worden. Naar mate de 15 april op welken dag de regtbank te Dublin het vonnis in de zaak van D. CConnell en zijne medebeschuldigden moet uitspreken, meer nadert, groeit ook de algemeene nieuwsgierigheid naar den uitslag van dat von nis aan. Velen gelooven dat O'Connell voornamelijk naar Engeland gekomen is 0111 het gevaar te ontgaan van zijnen' moeijelijken toestand nog te verergeren door de verpligting" van in de bijeenkomsten der associatie nieuwe redevoeringen te houden. Men had eene poos tijds gedacht dat de inning der Iersche rente wier bedrag aan het verminderen was geheel zou ophouden; doch zulks schijnt het geval niet te ztlllen wezen. Zelfs beloopt die rente ook door de bij drage uit Noord-Amerikathans weder ongeveer driehonderd pond. st. wekelijks. De Times van gisteren geeft cenen brief uit Lissabon van den 21 dezer, volgens welken de opstandelingen te Al- meida steeds ingesloten waren, maar nog geen aanval tegen die stad ondernomen was, zoo het scheen bij gebrek aan zwaar geschut, hetwelk ten gevolge van den slechten staat der wegen nog niet voor dezelve had kunnen aankomen. Ook de blokkade scheen niet zoo streng te zijn of het zou, naar men meende, den opstandelingen wel gelukken, om, in den uitersten noodhet naburige Spaansche grondgebied te bereiken. PARIJS den 30 maart. In de kamer van afgevaardigden van heden is door den heer de Saint Pricst een voorste! ont wikkeld strekkende om het postwezen te brengen op soort gelijken voet als sedert eenigen tijd in Engeland ingevoerd is, en bepaaldelijk om'de briefporten eene aanzienlijke ver mindering te doen ondergaan. Niettegenstaande dit voorstel ■door den minister van fiiiai cien krachtig bestreden werd heeft de kamer besloten hetzelve in overweging te zullen nemen. Ter beurse was het gerucht in omloop, dat de Spaan sche regering met een Madridsch bankiershuis eene leening van 250 millioen franken gesloten had tegen 37J- pet. Onze bladen deelen berigten uit Napels van den 18 maart mede, volgens welke men aldaar de tijding had ontvan gen .van ernstige onlustenwelke in de zuidelijke gewesten waren uitgebarsten. Te Frani, een stadje in Puglia waar het eerst de oproervaan was uitgestokenschenen de opstan delingen zonder veel moeite overweldigd te zijn geworden maar van meer bedenkelijken aard schijnt het gebeurde in Calabrie te wezen. Te Cosenza, zegt een der berigten, zijn het paleis van den burgerlijken gezagvoerder en de kazernen van de bezetting door het gepeupel bestormd ge worden. Men is in de straten slaags geraaktonder de kreten van weg met de regeringleve de vrijheid! Van de opstandelingen hebben er drie het leven verloren en ve len van hen zijn gewond gewordenvan de soldaten zijn er dertig gesneuveld, daaronder begrepen, een onder-officier en de kapitein GaliiRpi. Terstond zijn er in alle rigtingen troepen afgezonden ten einde de beweging te onderdruk ken ook zijn verscheidene bataillons naar Sicilië ingescheept. Met smaldeel heeft bevel ontvangen om de kusten van het koningrijk te bewaken. Te Napels zelfs zijn in den nacht van den 17 verschei den personen die men verdacht van ook daar onlusten te willen verwekken in hechtenis genomen. Een en ander heeft in die hoofdstad vrij wat bezorgdheid gebaard. De pu blieke fondsen die zich met moeite van eenen hevigen schok herstelden, hebben eene nieuwe daling ondergaan. In het eerst geloofde men dat deze onlusten toegeschre ven moesten worden aan de ellende, waaraan de bevolking ten prooi is. Het schijnt inderdaad dat er een buitengewo ne nood in de provinciën heerschtmaar het schijnt thans zeker te zijn, dat er eenige welgekleede lieden te midden der opstandelingen gezien zijn, dat men den kreet van: leve de vrijheid! heeft doen hooren en dat de driekleurige vlag van het jonge Italië opgestoken is geworden; bovendien geeft de omstandigheid dat op verschillende plaatsen gelijktijdige bewegingen uitgebarsten zijn, aanleiding om te veronderstel len, dat zij in verband stonden met een uitgestrekt plan. De gebeurtenissen, die zeer onlangs in de Kerkelijke Staten plaats vonden, hadden reeds de aandacht doen vestigen op de geheime genootschappen en de woelingen der uitgeweke nen in verschillende landen. Er was zelfs een gerucht in omloop, dat eene algemeene beweging beraamd was, die in de maand april zou uitbarsten, en het is misschien dit plan, waaraan men te Cosenza eene te voorbarige uitvoering heeft willen geven. Deze nieuwe pogingen kunnen niet dan een allerpijn lijkst gevoel opwekken. Zij zijn te dwazer, omdat er klaar blijkelijk geene hoop voor het welslagen derzelven bestaat. Diegenewelke de Italiaanschc staten in opstand trachten te brengen rekenen daarbij voorzeker niet op hunne eigene -krachten. Maar het zou even wreed als onstaatkundig zijn om bij henal is het ook slechts door stilzwijgenbego- chelingen en ongegronde verwachtingen te onderhouden. Europa is thans rustig, en alles wat zou kunnen strekken tot verstoring van den algemeenen vrede zou tegenwoordig bij geene der regeringen eenige goedkeuring vinden." De berigten uit Madrid melden dat de ontmoeting van de koningin-weduwe met hare dochters te Aranjeuz zeer treffend is geweest. Omtrent drie kwartieruurs van dat koninklijk verblijf, waren twee tenten opgeslagen en hadden zich de koningin Isabella en hare zuster derwaarts begeven vol verlangen om, 11a ruim twee jaren afwezendheid hare moeder weder te zien. Toen het rijtuig der moederlijke vor stin naderdesnelden hare dochters toeen had de teederste ontmoeting plaats. Ten zes ure des namiddags reden de drie vorstinnen midden door den digten drom der juichende be volking en onder klokkenspel, Aranjeuz binnen. Bij de komst opliet paleis, naderde haarde tachtigjarige maarschalk van Ballen, om de koningin-moeder zijn gelukte betuigen, van haar nog weder te zien, en werd op de welwillendste wijs ontvangen. De generaal Narvaez begeleidde te paard het rijtuig der koningin. Des avonds werden de leden van het korps diplomatiek ontvangen den volgenden dag was er handkus op het paleis. Te Madrid waren de feesten niet minder luisterrijk. De koninklijke stoet was zeer fraai. Onder denzelven waren twee rijtuigen, waarin jonge meisjes, zeer rijk gekleed en met bloemenkorfjes in de hand, die bij het binnentreden der koningin 111 de poort, dansen uitvoerden. In een ander rij tuig zat op een troon eene vrouw omringd van de kleuren van den regenboogals zinnebeeld van den vrede en het geluk. Salvo's van het geschut en het aanheffen der fanfaren kondigden de nadering van HH. MM. aan. Op het paleis gekomen, defileerden de troepen, en verschenen HH. MM. op' het baicon. Des avonds was de stad allerfraaist verlicht. De dagbladen zijn op rozenkleurig papier en met gouden letters en fraaije vignetten verschenen. De eerste pagina's waren vol gedichten op de koningin-weduwe. Langs den weg welke de koninklijke stoet passeerde waren witte duiven los gelaten welke mede dichtstukjes in den bek hadden. BRUSSEL den 30 maart. Z. K. FI. prins Albertecht genoot van II. M. de koningin van Engeland, is eergiste ren avond te Ostende aangekomen. Gisteren morgen heeft Z. K. H. die stad verlaten en is met den spoorweg naar Keulen vertrokken. Z. M. de koning had den prins te Mechelen opgewacht, en heeft Z. K. H. tot aan de Pruis- sische grenzen vergezeld. De kamer der vertegenwoordigers houdt zich nog steeds bezig met de wet over de jury voor het examen van het on derwijs. De beraadslagingen verliezen nogtans meer en meer van haar belang; alleen eene vinnige discussie tegen dehee- ren Lebcau en Dumortier heeft daaraan eenige levendigheid gegeven. Men verwacht dat het ontwerp niet zal aangeno men worden, en de Katholijke partij dus de zege zal behalen. 's GRAVENHAGE den 31 maart. II. K. H. Mevrouw de Prinses Albert van Pruissen is heden morgen vroeg uit Berlijn in deze residentie aangekomen. Spoedig na hoogst- derzelver aankomst hebben Z. M. de Koning en de Prinsen j de Vorstin bezocht en gecomplimenteerd. I De minister van buitenlandsche zaken heeft ter kennis gebragt van de belanghebbenden datin verband met de wet op het regt van zegel, van 3 october 1843 Staatsblad no. 47), welke met den 1 april aanstaande in werking zal worden gebragtde buitenlandsche paspoortenvoor één persoon zullen worden afgegeven tegen betaling van 4, 95, terwijl op die voor twee of meerder personen de thans ge heven wordende som van f 8 40 zal toepasselijk blijven, j De Bataviereen blad dat te Nijmegen wordt uitge- geven bevat het volgende: De drukker en uitgever dezer courant is op donder dag jl.21 maart, tegen den daarop volgenden dag gedag vaard geworden om te verschijnen voor den regter-commis- saris der ari;ondi»sements-regtbank alhier. Een artikel, in den Batavier opgenomen, heeft aanlei ding gegeven tot een regterlijk onderzoek. Dereden, waar om in ons vorig nummer hiervan geen verslag werd gege ven isdat wij niet konden gissen waarin zich de cou rant was te buiten gegaan. Zonder te weten welk artikel werd bedoeld, is de uitgever op den bestemden dagversche- I nen en heeft toen vernomen, dat het nummer van 13 maart eene klagt van het openbaar ministerie had uitgelokt. Het artikel, onmiddellijk volgende op officiële uitnoo- diging om in de leening deel te nemen is datwaarop de aandacht van het openbaar ministerie is gevallen. Hetzelve begint met: „Ziedaar dan de monster-belasting tot wet ver heven!" en eindigt met de woorden blijven uittarten:'' De periode, waartoe <?c Iftatstgtmelde woorden behooren luidt als volgtOngelukkige natie die zucht onder de slagen van hen die voorgeven haar te vertegenwoordig gendie gezworen hebben hare belangen te zullen behar- tigenen straffeloos meineedig de wraak en de verachting der natieblijven uittarten." Door deze woorden zal lastering zijn gepleegd door de beide kamers der Staten-Generaal te betichten van mein eedmisdrijf voorzien en strafbaar gesteld bij art. 367 tot 371 Code Pénal. De uitgever van den Batavier gevraagd of hij zich voor den inhoud van het bewuste artikel verantwoordelijk stelde heeft zulks ontkennend beantwoord doch te gelijk zwarig heid gemaaktoogenblikkeiijk den steller of inzender op te"- geven en daartoe een uitstel verzocht, hetgeen hem door den regter-commissaris is toegestaan. Eerstkomenden za- turdag zal een tweede verhoor plaats hebben." MIDDELBURG den 3 april. Bij besluit van den 19 maart jl. is door Z. M. den Koning eervol emeritaat ver leend aan den wel-eerw. zeer gel. heer A. I. Snouck Hur- gronjeth. dr. en predikant bij de Hervormde gemeente al hier. Men verneemtdat op vrijdag den 12 dezerter openbare teregtzitting van het provinciaal geregtshof van'zee landzal behandeld worden de zaak van Iiendrika van Bey- nowwed. van Karei Kühne en Martina Nooteboomwed. van Martinu's Bezemerbeschuldigd van in den avond van den 13 november 1843 te hebben gepleegd de misdaad van moedwilligen doodslag op de persoon van Maria Pleunewed. van Joost Doensendestijds te Vüssingen woonachtigen dat de heeren mrs. .7. Tak en D. van Eekadvocaten' bij gezegden hovedie personen in hare verdediging zullen bij'- staan. Z. M. heeft den 22 jannarij II. een octrooi verleend voor den tijd van tien jaren aan .7. R. Baartmans te Vlis- singen, op de uitvinding van vier- en driekant eikenhout vaatwerk tot berging van den voorraad van water op oor log- en koopvaardijschepen. Zr. Ms. stoomschip Bromo heeft, na te Falmouth 300 ton steenkolen te hebben ingenomen den 28 maart de reis naar Batavia voortgezet. Van den Helder schrijft men De kapiteins ter zee N. L. Koops en .7. Ie Jeunekom- manderende respectivelijk Zr. Ms. wachtschepen dis' Maas en de Schelde, te Vüssingen en te HeHevoétsIuis, worden met 1 april aanstaande op non activiteit gebragten zullen vervangen worden door de kapiteins ter zee 7. Enslie en ,7. G. J. DiemerV Naar men verneemt, heeft de directie der Nederland- sche Handel-maatschappij negen schepen, voor de maand aprilvan Rotterdam bevracht of geaccepteerd. Te Meeuwen, in Nöord-Brabandis den'27 de bouw manswoning en schuur van C. Branderhorst een prooi der vlammen geworden het vee is gereden hét geheel hoo«- verzekerd. In de Javasc'ie Couranten van den 29 november en 2 december laatstleden vindt men een rapport van den luitenant ter zee iste klasse, ,7. IV. Sto/l, kommandant van Zr. Ms stoomschip Phoenix, geschreven ter reede van Soerabaija den 20 november 11., waarin die kommandant berigt dat hij den 12 der genoemde maand, in de nabijheid van Su'manap <5 praauwen van de zeerooversna een hardnekkig gevecht van bijkans 5 uren vermeesterd en vernield heeft. Twintig der zeeroovers, waaronder 2 kleine jongens en eenige zwaar gekwetsten, zijn, benevens 6 nog Kortelings door dezelve van Smnanapsche vaartuigen geroofde menschen bij die gelegen heid in handen der onzen gevallen, terwijl verder al de ove rige zich op die vaartuigen bevonden hebbende zeeroovers wier getal op ruim 70 begroot wordt, daarbij zijn omgeko men. Den 15 werd het zevende en laatste dier roovervaar- tuigen mede veroverd. Bij deze gelegenheid zijn 3 man der equipagie van het stoomschip zwaar gekwetstwaarvan een aan zijne wonden is overleden. De luitenant Stoll roemt zeer het gedrag zijner officieren en manschappen bij deze gevechten De berigten van Riouw houden bijzonderheden hi omtrent eene, op last van den resident van Riouw, ondernomene ex peditie tegen de zeerooverswelke na de in straat Malakka gelegene kusten en eilanden tot aan Poeloe-Pinang toe te hebben afgeloopen met een groot aantal geroofde menschen en buit gemaakte goederende Toengkal-rivier, onder Djam- bie waren binnen geloopen. Deze expeditie, bestaande uit Zr. Ms. brik Windhond en de schoener Janus de gouver- nements kruisbooten 110. 59, 60 en 62 en drie kruispraauwen van den onder-koning van Riouw, had den 26 augustus de jeede van Riouw, onder het bevel van den luitenant ter zee

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1844 | | pagina 1