MIDDELBURGSCHE C O R A BUITENGEWONE Vrijdag öf v g IT November. ,'d(- STATUTEN MAATSCHAPPIJ 15EVORDEHING en AANMOEDIGING LANDBOUW en de VEETEELT MIDDELBURG den 16 november. Wij zijn ver docht de volgende Stukken hij eene buitengewone cou lant mede te deelen DER T O T VAN DIEN IN DE PKOTINCIE ZEELAN» ondtr het piotecloraat van ZIJNE MAJESTEIT de» KONING der NEDERLANDEN. De maatschappij, die hier bedoeld wordt, heeft geene andere strekking dan om de landelijke welvaart te bevorde ren waarvan de weldadige invloed zich aan alle standen der maatschappij mededeelt. Zoo er immer een tijd geweest iswaarin elk ingezeten der provincie de overtuiging heeft verkregen datbij de steeds toenemende bevolking en de vermindering van zoo vele takken van nijverheid elke gelegenheid moet worden aangegrependie de welvaart kan bevorderen en de midde len van bestaan uitbreidendan is het ongetwijfeld in den tijd, dien wij thans beleven. Wij mogen ons intusschen verblijdendat bij het achteruitgaan van den handel die te voren in onze steden bloeide, en aan zoo vele handen werk verschafte, bij het verminderen van fabrieken, scheepsbouw en andere nuttige instellingenwelker bestaan geheel van al- gemeene omstandigheden afhankelijk is, er ons eene eigen- dommelijke nijverheid is overgeblevenwelke voor ver dere uitbreiding en verbetering vatbaar is, namelijk de land bouw op onze, door de natuur zoo zeer gezegende, gron den. En wie is er in deze provinciedie bet belang van den- zelven niet moet erkennen zoowei voor den stedelijken landeigenaar als den landman zeiven zoowel voor den ne ringdoende in de steden als voor den ambachtsman ten platten lande, en zoo velen, die hun geheel bestaan aan den'da- gelijkscheu veldarbeid verschuldigd zijn In onderscheidene landen zijn zoodanige maatschappijen opgerigt, en sedert derzelver bestaan heeft men van baren invloed het grootste nut ondervonden. Zij hebben dbor eene meerdere toenadering van afzonderlijke belangen en door eene vereeniging van allen, die in den landbouw belang heb ben en hetzelfde doel trachten te bereikenmeerdere wel vaart doen geboren worden. Bovendien heeft de meer en meer zich daardoor verspreidende wetenschappelijke kennis op de bebouwing der landerijen toegepast, eenen grooten invloed uitgeoefend de opbrengsten vergrooten den meer der aangewenden arbeid in dubbele mate vergoed. liet is 'in navolging daarvan dar men, op gelijksoortig voet spoor in Zeeland eene maatschappij wenscht daar te stellen ten einde door hare medewerking ook dezelfde voorregten te verkrijgen waarvan men elders de gunstigste uitkomsten heeft ondervonden. Men wiï intusschen hieruit niet hebben afgeleiddat zich de Zeeuwsche landbouw op een laag standpunt geplaatst vindthet tegendeel daarvan wordt door de ondervinding bewezenen deskundigen zullen het geree- delijk erkennendat Zeelaftds landbouw in hare uitoefe ning, dien van vele landen zeer verre overtreft; maar des •niet te min "blijft dezelve voor verbetering en uitbreiding vat baar, en kan, met alle andere bedrijven van nijverheid, dee- len in den grooten vooruitgangwelken men aan den in vloed der wetenschappen verschuldigd is. Onze gronden, door ,de noeste vlijt onzer voorvaderen., voor het grootste gedeelte aan de zee ontwoekerdwar en eenmaal door de natuur met rijke groeikracht begiftigd, doch gedurige oogsten hebben op vele plaatsen daarvan eene groo- te vermindering doen ontstaanzoodat de opbrengsten niet meer zijn, wat zij te voren waren. Het blijft echter steeds afhankelijk van den landbouwerom door doelmatige po gingen deze verlorene vruchtbaarheid in eene groote mat e te herstellen: want toestemmende, dat de bebouwing van den grond op zich zelve beschouwd eeu hooger standpun t dan in vele andere oorden heeft bereikt, is ihet daarentegen, niet te ontkennen dat de veestapel veel te gering en onvoldoen de voor de behöefte van onzen landbouw is. Het is vooral de aanmoediging van denzelvendie het groote doel uit maakt waarnaar men streven moet,; de veeteelt, is ten naamvste verbonden met landelijke welvaart, en doior hare ■uitkomsten wordt op den duur het welslagen van den land bouw geregeld. Bij deze in Zeeland opgerigte maatschappij w aarvan de fiiervolgende statuten door Z. M. den Koning zijij bekrach tigd, heeft men dus niet slechts op het oog om door raad gevingen voor te lichten maar ook om door jaarlijksche vee schouwingen liet edelste vee te- bekroonendaardoor de be langstelling te doen toenemenen den zoo wenschelijken naijver op te wekkenwaarvan wezenlijke vooruitgang kan verwacht worde». Het hoofdbestuur zal in Middelburg gevestigd worden terwijl in elk der twaalf sectien van landbouwwaarin de provincie verdeeld iseene a' leeling zal geplaatst worden waarvan het bestuur door landbouwers, en wel uit hun mid den gekozen wordt. De commissie van landbouwals daartoe uitgenoodigd zal zich met het beleid der zaken be lasten en elk der afdeelingen door een harer leden doen voorzitten. Tot het lidmaatschap dezer maatschappij wordt ieder inge zeten der provincie en grondeigenaar uitgenoodigd, en opdat de deelneming voor niemand eenig bezwSar zoude opleve ren,. is de jaarlijksche bijdrage slechts op t<-vee gulden be paald. De commissie van landbouw, ten gevolge van den wenscli der oprigterszich met deze taak belastende beeft daarmede geene andere bedoelingdan om naar haar vermogen mede te werken om de welvaart van Zeelands landbouw bevor derlijk te zijn. Zij gevoelt zich daartoe aanvankelijk aange moedigd door het aannemen van het protectoraat dezer maat schappij, door onzen geëerbiedigden Koning, hetwelk even zeer ten bewijze verstrekt van de groote waarde, welke door het Doorluchtig Hoofd van den Staat aan den landbouw wordt toegekend, als van de hooge beschermende zorgwaarop de zelve voortdurend mag vertrouwen. De Commissie durft zich ook met de hoop vleijen, dat hare mede-ingezetenen van welken rang of stand zij zijndoor leden dezer maat schappij te wordenzullen medewerken om hare bedoelingen te ondersteunen. De Commissie van Landbouw in Zeeland C. V 1 S Voorzitter. Ter ordonnantie van dezelve, W. Pu. VIS, Secretaris. IVij JVILLEM II, bij de grafie Gods, Koning der Nederlanden Prins van Oranje-NassauGruot- Iler'tog van Luxemburgenz., enz., enz. Op liet-rapport-van on-zen minister van binnenlandsclie za ken, van- den 30-Augustus 1843, 110. 107, 9de afdeeling geleidende eene -missive -der Gedeputeerde Staten van Zeeland, van l-j J u lij 11., -110. 10, met tien gelijk luidende, aan ons gerigte adressen- uit- elk der sectien van landbouw in ge- noeinde provincie, tot het mogen oprigten eener maatschap pij tot bevordering en aanmoediging van den landbouw en de veeteelt in de provincie Zeeland, met-den wcnsch dat de leden der commissie -van- landbouw zich aan het hoofd der onderneming stellen-, en het bestuur der maatschappij aan vaarden mogen,- terwijl bij de gemelde missive tevens wordt overgelegd ,- de schriftelijke en onderteekende verklaring van den president en de verdere leden der provinciale commissie van landbouw, waarbij zij respectivelijk betuigen, bereid te zijn, het in werking1 brengen der maatschappij te bevorde ren en het bestuur -der maatschappij als voorzitters bij het hoofdbestuur en bij- d-at- der afdeelingen op .zich te nemen. Gelet, zoowel op de toelichtingen der Gedeputeerde Sta ten voornoemd te- dezen zake gegeven als op den tienden titel, derde boek van bet burgerlijk wetboek. 1 Hebben goedgevonden en verstaanbehoudens de bepalin-» gen in evengemelden titel vervat, onze autorisatie te verlee- nentot de oprigting der in deze beoogde maatschappij tot bevordering van den landbouw en de veeteelt in Zeeland, en zulks overeenkomstig- de -door de adressanten voorgedragen en aan dit besluit geannexeerde statuten, welke ie dien ein de bij deze worden goedgekeurdonder bepaling echter dat, wanneer later in die statuten eenige wijzigingen of ver anderingen mogten worden doelmatig geacht, ook deze, al vorens te worden in werking gebragt aan onze goedkeuring- zullen behooren te worden onderworpen. Onzen minister van binnenlandsclie zaken is belast met de uitvoering van ons tegenwoordig besluit, waarvan, en van welks bijlage tot informatieafschriften aan de algemeene re kenkamer zullen worden gezonden. 's Gravenhageden 31 Augustus 1843. (get.) WILLE M. De Minister van Binnenlandsche Zaken (get.) SCHIMMELPENNINCK van der OIJE. Accordeert met het origineel De Secretaris-Generaal bij bet Ministerie van Binnen landsche Zaken (get.) C. VOLLENHOVEN. Voor eensluidend afschrift, De Secretaris-Generaal (get.) C. VOLLENHOVEN. Voor copie conform De Griffier der Staten van Zeeland SI.EG T. STATUTEN Her Maatschappij tot bevorde ring en aanmoediging van den Landbouw en de Veeteelt in de Provincie Zeeland onder het protectoraat van Zijne Majes teit den Koning der Nederlanden. eerste hoofddeel. Doel en samenstelling. 1. De werkzaamheden dezer maatschappij zullen eene voortdurende strekking hebbenom den landbouw en de veeteelt in Zeeland aan te moedigen en te bevorderen. Dit doel zal men trachten te bereiken zoowel door het ver spreiden van landhuishoudelijke kennismededeeling van door ondervinding beproefde en nuttig bevondene voorstel len als door het toekennen van premien en belooningen aan landbouwkundige nijverheid en verdiensten. Terwijl men tevens door eene vereeniging van landbou wers zal trachten eene meer toenemende verbroedering te doen ontstaan, en daardoor de gelegenheid te geven, 0111 door wisseling van gevoelens nuttige denkbeelden te doen verspreidenwelke aanleiding kunnen geven tot verbetering' van landelijke welvaarten tot bevordering der zedelijke verpligtingen onder de arbeidende en dienstbare bevolking. tweede hoofddeel. Algemeene bepalingen. 2. Alle landbouwende ingezetenen van Zeeland bene vens de zoodanigen die uit hoofde hunner landelijke bezit tingen of uit belangstelling in het wel slagen dezer maat schappij verlangen daaraan bevorderlijk te zijn kunnen als leden van dezelve worden aangenomen. Nadat de vestiging dezer maatschappij, bij 15 vermeld, zal plaats hebben gehadkan het lidmaatschap vervolgens alleen verkregen worden op voordragt van een der leden in eene der gewone vergaderingen. 3. De aanneming van nieuwe leden geschiedt bij mon delinge stemmingten zij door een derde der tegenwoordig zijnde leden eener vergadering, de ballotage wordt verlangd. 4. Ieder lid zaltot goedmaking der uitgaven dezer maatschappij eene jaarlijksche contributie betalen van twee gulden-, wordende het jaar, onverminderd eene latere aan neming tot het lidmaatschap .altijd gerekend ingegaan te zijn geweest den isten Januarij van datzelfde jaar. De betaling der contributie zal gedurende de eerste maand van elk jaar of tijdens de aanneming tot het lidmaatschap moeten plaats hebben; terwijl de zoodanigen, die zonder voldoende redenen hierin achterlijk blijven, van derzelver lidmaatschap vervallen kunnen worden verklaard. 5. Het bewijs der voldane contributie zal tevens tot dat van bet lidmaatschap verstrekkenterwijl het vertoon van hetzelve den toegang zal verleenen tot de algemeene bijeen komsten der maatschappij. Bijzondere giften of donatien zuilen met welgevallen worden aangenomen en daarvan eervolle melding worden gemaakt. 7. Tot honoraire leden kunnen worden benoemd zoo danige verdienstelijke - mannen buiten de provincie, welke door derzelver erkende kunde aan den landbouw bevorderlijk zijn. 8. De leden zullen alleen bevoegd zijn om mede te din gen naar de door de maatschappijuit te lovene premien en zijn hiervan alleen uitgezonderd de zoodanigen, aan wie dezelve worden toegekend voor ingezondene werktuigenals mede de arbeidende en dienstbare personenwanneer voor derzelver verdiensten belooningen worden verleend. DERDE HOOFDDEEL. Het bestuur der maatschappij. 9. De maatschappij zal bestaan uit een hoofdbestuur te .- Middelburg en uit twaalf afdeelingen welke in de onder scheidene sectien van landbouw in de provincie zullen ge vestigd worden, als: twee in b,Valcherentwee in Zuid- Bevelandeen in Noord-Bevelandeen in Schouwen een in Duivelar.deen in Tholen twee in het 4de en twee in het 5de district van Zeeland. Het hoofdbestuur zal zijn zamengesteld uit een' president en uit de voorzittersen een der leden van eik der twaalf afdeelingen daartoe gecommitteerd eenen algemeenen se cretaris en eenen penningmeester. 10. De president der maatschappij zal voor den tijd van 3 jaren door gecommitteerden der 12 afdeelingen, de algemeene vergadering uitmakendebij 9 verhieldbij meerderheid van stemmen worden benoemd; de algemeene secretaris en penningmeester zullen op dezelfde wijzedoch voor eenen onbepaalden tijd worden aangesteld. 11. De deelgenooten der maatschappij, in elke sectie van landbouwzullen uit derzelver midden verkiezen de leden, benevens den president, welke het bestuur der af deeling zullen uitmaken. Het getal der leden zal dat van

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1843 | | pagina 1