Iï0. 59. Donderdag BESTUREN en ADMINISTRATIEF NIEUWSTIJDINGEN. 1843. P. P O u s. iUittsm.ilc iïülitic. ScpAvicmeut wan JfittAttcieto. tUalic. <Birwwt-33irittanjc. JVaufcrijk. igtcbcvlanbctt. ©e ADMINISTRATEUR van 's Rijks Schatkist in ZEE LAND adverteert dat, van heden af, zoo ten zijnen Kantore :als bij de Ontvangers hunner Woonplaatsenzullen worden uitbetaald de Ridder-Soldijeno\ er het eerste kwartaal 1843. Middelburg, den 18 Mei 1843. De Administrateur voornoemd BEKENDMAKING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG; Gelet op art. 1 van het besluit van den Heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie, van den 26 September 1842, l'rovhtti'aal Bind 110. 93) Verwittigen bij deze de Verlofgangers, welke zich in. de Gemeente bevinden, dat allen zich zullen moeten -vervoegen op Vrijdag den 26 Mei aanstaande, "des middags ten 12 ure, of> de Meerenbeurs alhiervoorzien van de Kleeding en kleine Equipementstukken welke zij van hun Korps hebben-behou den mitsgaders van het Attest IIH. ten einde door den Heer Militie-Commissaris te worden geïnspecteerd zullende van deze Inspectie slechts zijn verschoond de zoodanigen die zich met een tijdelijk verlof in hunne Haardsteden bevin den, alsmede diegenen, welke met hunne Korpsen nu of in der tijd .hebben .afgerekend en eindelijk dezulken die nog niet van Militaire Kleeding zijn voorzien. E11 worden mitsdien de belanghebbenden aangemaand, zich ten voorschreven uur en plaats te doen vindenten einde zich niet bloot te stellen aan de straf van Provoost-arrest bij art. 183 der wet vermeld, welke aan de zoodanigendie van de Inspectie afwezig zullen blijven zonder wettige rede nen daarvoor te doen blijken door den Heer Militie-Commis saris zal worden opgelegd. Eu ten einde een iegelijk hiervan kennis drage, zal deze worden afgekondigd mitsgaders in dezer Stads-Courant ge plaatst. Gedaan ten Raad huize der Stad Middelburg, den 15 Mei 1843- Burgemeester en Wethouders voornoemd, PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare A. M. BECIUS. Administratie der Domeinen. Agentschap Sas-van-Gent. OPENBARE VERPACHTING van de GRONDEN WATEREN, DIJKEN en SCHORREN, gelegen in-, 'om- en vóór den Polder van SAFTINGEN ■onder de Gemeente Clinge, Provincie Zeeland. Op Woensdag den 14 Junij 1843, des voormiddags om 10 ure, zal, door den Agent van het Domein te Sas-van-Gent, als daartoe behoorlijk gemagtigd, in het Logement genaamd het IVapen van Zee/and, te HULST, ten overstaan van den Notaris E. F. Noël, .residerende te Hontenisse, worden over gegaan tot de Openbarè Verpachting, voor den tijd van zeven jareningaandevoor zoo veel de Zaailanden betreftmet bet rooven van den Oogst van het loopende jaar, en voor zoo veel aangaat de overige Goederenmet den 25 Decem ber 1843, in 33 Perceelen van: De GRONDEN, VISCII WATERENDIJKEN en SCHORREN gelegen in om- en vóór- den Saf- tingen-Polder bovengemeld. De voorwaarden dezer Verpachtingbevattende tevens de omschrijving der te verpachtene Goederenzullen te lezen liggen te Clinge, ten Raadhuize aldaarop den Cauter (Ge meente Clinge) in de Herberg genaamd de Mosselbankte Iiulst, in de Logementen genaamd het Wapen van Zeeland en de Arend; te Hontenissebij bovengenoemden Notaris Noëlen te Sas-van-Gent, bij den Agent van het Domein aldaar-, bij wien intusschen nadere inlichtingen te bekomen zijn. De Agent van het Domein voornoemd T. W. van ZUYLEN van N IE VELT. ROME den 1 mei. Heden in den vroegen morgen heeft Z. II. de Paus, vergezeld door verscheidene hooge staats ambtenaren en ingenieursRome verlaten, om de sedert vele jaren door geenen Paus bezochte provincie Marittima te gaan bezoeken. 7,. H. zal zich eerst naar Anagni, Alatri en Fro- sinone begeven aldaar eenige dagen blijven en dan de reis naar Terraciue vervolgen. Op den terugweg wil Z. II. met de deskundigen, die zijn gevolg uitmakende Pontijnsche moe rassen in oogenschouw nemen zijnde de regering voorne mens eene nieuwe poging te doen om dezelveton minste voor een gedeelte droog te maken. De reis zal niet langer dan twee weken duren. W 'o LONDEN den 13 mei. Gisteren avond is in het lagerhuis op nieuw de zaak van de graanregten te-r sprake gebragt door den beer B/ackstone. Nieuwe drangredenen over en weder werden echter niet aangevoerd. De minister Peel zeide zelf dat hij er niet in staat toe was. Hij meende echter te moe ten ontwikkelendat men met geen tooverslag alle bescher mende regten kon verwerpen, zonder het tarief- ei1 koloniaal stelsel te gelijk gansch en al te veranderen. De minister sloeg de sluiting van de beraadslaging voor. Er hadden ve lerlei stemmingen hierover plaatswaarbij de oppositie ech ter de overwinnende partij bleef, daar de voortzetting van de beraadslaging op maandag bepaald werd. De heer Arkwrightonlangs in den ouderdom van 86 jaren overleden, laat de grootste fortuin 11a die ooit door eenigen door beursspeculatien verrijkten kapitalist is bezeten. Ieder zijner 5 zonen erft anderhalf milioen p. st.zooinopen- bare fondsen als andere bezittingenterwijl zijnen oudsten zoon bovendien nog zoovele landerijen aankomen dat hij de renten daarvan op 400,000 p. st. schatten kan. Verder heeft hij onder zijne 51 klein-kinderen en achter-klein-kinderen 700,000 p. st. verdeeld, en daarenboven zijne dochters, eene van welke met sir .7. FVagram den voormaligen vice-kan- selier van den exchequergehuwd is geweestgeenszins ver geten. PARIJS den 13 mei. In de kamer der pairs heeft den 11 dezer eene ernstige beraadslaging plaats gehad over het vraag stuk van de geheel vrije uitoefening van eeredienst door de Protestanten dat sedert eenigen tijd de openbare aajidacht in Frankrijk bezig houdt. De aanleiding -tot deze beraad slaging werd gegeven "door verzoekschriften van het Prote- stantsche consistorie te Niort en van andere Protestantsche leera ren en leeken waarin gezegd werddat indien gelijk het hof van cassatie nu weder onlangs heeft beslist, het art. 291 van het strafwetboek ook toepasselijk is op vereenigingen van meer dan 20 personen die enkel tot het houden van gods dienstoefeningen bijeenkomen de geheele vrijheid van gods dienst bij art. 5 van het charter als beginsel vastgesteld niet bestaaten waarbij alzoo het verzoek werd gedaan om de wetgeving in dien zin te veranderen, dat voorliet houden van godsdienstoefening eene bloote kennisgeving aan den maire der gemeente genoegzaam mogt zijn zoodat niet meer gelijk thanseene magtiging- van de zijde der regering zou worden gevorderd. Een Katholijke pair, de hertog de Broglie en twee Protestantschede heeren de Gasperin en Pelet de la Lozèrehebben de strekking dezer verzoekschriften verdedigd. Zij zeiden dat de verpligting tot het vragen van magtiging voor het houden van godsdienstoefening, het regt van de zijde der regering medegebragt om die magtiging te weigeren dat dan ook in den laatsten tijd het voorbeeld van zulk eene wei gering of ten minste van het achterblijven der magtiging voor 'eene nieuw opgerigte Protestantsche gemeente bestond en dat dit niet geheele vrijheid,van godsdienst heeten mogt. De pairs, die ten gunste der petitien spraken, verklaarden, dat zij het arrest van het hof van cassatie eerbiedigden doch dat, vermits datzelfde hof, sedert 1828 en vroeger, meermalen een ander stelsel omhelsd had, en er dus onzekerheid nopens 'den geest der wet bestond naar hun gevoelendoor de re gering eene wet behoorde te worden voorgedragen waarbij de vereenigingen. tot vrije godsdienstoefeningzonder voor afgaande autorisatie der regering of der plaatselijke besturen als beginsel werd vastgesteld. 'lot verder .betoogdat art. 291 des strafwetboeks niet van toepassing isargumenteerde de hertog de Broglie uit de omstandigheid, dat gezegd artikel spreekt van associations waarondernaar het gevoelen des sprekersniet konden ge rekend worden tebehooren, vereenigingen 'réunionsj van per sonen, die slechts te zamen komen 0111 de predikatie te hoo- ren, God te bidden en psalmen te zingen. Deze vereenigin gen waren, volgens den spreker, niet aan eene voorafgaande autorisatie onderworpen en hij meende dat zulks ook reeds bij eene vroegere gelegenheid door de regering zelf verklaard was geworden. Deze bewering werd echter door den minis ter van justitie betwist en ontkend. Het blijkt verder uit de redevoering van dien minister, dat het getai Protestanten in Frankrijk een millioen bedraagt, en dat het overigens niet waar is dat in het gevalhetwelk tot het arrest van het hof van cassatie aanleiding gegeven heeftde autorisatie tot op- rigting eener Protestantsche gemeente zou zijn geweigerd ge worden. Die autorisatie was volstrekt niet gevraagd. Eeni ge bewoners van het gehucht Senneville hadden zichmet den pastoor aan het hoofd, van de Roomsch-Katholijke kerk afge scheiden zij hadden verklaard tot de Protestantsche kerk over te gaan en zich als eene Protestantsche gemeente gevestigd doch zij hadden de bij de wet gevorderde magtiging der re gering niet gevraagdzoo dat deze oók niet is kunnen ge weigerd worden. De minister heeft verklaarddat geduren de zijne administratie geene enkele weigering tot het oprigten eener nieuwe gemeente heeft plaats gehad. De minister van justitie en eeredienst, alsmede de heeren Barthe en de Bar ante hebben verder 111 het algemeen de ongegrondheid der klagten van sommige Protestanten beweerd. Zij zeiden, dat de gods dienstige verdraagzaamheid in Frankrijk regel was geworden dat de Protestantsche leeraarsdie nog onlangs in Frankrijk eene verhooging van jaarwedde uit 's rijks kas hebben ontvan gen naar evenredigheid meer werden begunstigddan de al v Roomsch-Katholijke pastoorsdat art. 291 en de daarmede in verband staande wet op de vereenigingen ook op de uit oefening van de godsdienst der meerderheid werd toegepast, en dat het belang der maatschappij de handhaving dezer bepa lingen vorderde. Eender Protestantsche pairsde heer Odier stemde toédat zijne geloofsgenooten zich volstrekt niet te beklagen hadden. 1 en slotte werd met eene aanzienlijke meer derheid tot het ter zijde leggen der verzoekschriften besloten. In Algerie hebben de voorjaars-expediïien een aanvang genomen. Tenez is bezetin een gevecht met de Kabylen hebben 50 hunner het leven verloren en de stam die zich tegen de Franschen verzet had is geheel onderworpen. De hertog van Auniale was den 1 dezer te Medeah wedergekeerd. De verjaagde president van Haytide generaal Boijer wordt binnen kort in deze hoofdstad verwachtwaar bereids vertrekken voor hem gehuurd zijn. Het grootste gedeelte van zijn vermogen is in Fransche fondsen geplaatst. Per telegraaf is alhier bêrigtdat het den heer Lopez eindelijk gelukt is een nieuw Spaansch ministerie te vormen. Hij zelf zal voorzitter daarvan en tevens minister van justitie wezenterwijl de heer Aquilas de portefeuille van buiten- landsche zaken, de generaal Serrano die van oorlog, de heer Fr las die van marine, de heer Ayllon die van finantien en de heer Gaballero die van binnenlandsche zaken aanvaardt. De besluiten dienaangaande dagteekenen van 9 dezer. sGRAVENHAGE den 15 mei. In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van heden heeft de cen- tiale afdeeling verslag gedaan nopens het ontwerp van wet, betrekkelijk den regtstoestand van Limburg. De beraadsla ging hierover is op woensdag bepaald. De voorzitter geeft kennis van de benoeming der rapporteurs voor het ontwerp van wet wegens den doorvoer. Hierna is door*de com missie tot de verzoekschriften verslag gedaan wegens onder scheiden in hare handen gestelde stukkenwelke alle ter griffie zijn nedergelegd. Het heeft Z. M. den Graaf van Nassau behaagd aan de Nederlandsche Israëlitische gemeente alhier eene bijdrage toe te kennen van f 1000, tot den opbouw van de nieuwe kerk dier gemeente, welke edelmoedige ondersteuning te aan zienlijker mag genoemd wordendaar Z. M. reeds vroeger tot voormeld einde de toelage van f 1500 had verleend. Vermits er thans weder behoefte aan manschappen voor Zr. Ms. zeedienst begint te ontstaan is de vrijwillige over gang van miliciens bij de marine, welke tot nader orde was gesloten, bij dispositie van het departement van oorlog, van den 19 april II., wederom geopend geworden. Tot kommandant van Zr. Ms, stoomschip Marapjé, is benoemd de kapitein-luitenant ter zee Baars; tot kommandant van Zr. Ms. stoomschip Etna, de luitenant ter zee iste klasse van Manen; tot kommandant van Zr. Ms. transportschip de Merwede, de luitenant ter zee iste klasse van Marum; tot kommandant van Zr. Ms. wachtschip IIippomenes leggende te Amsterdam, de luitenant ter zee iste klasse Stefens. DEN IIELDER den 13 mei. Ingevolge koninklijk besluit van 25 januarij 11. zal eene proeve van kolonisatie in Surina me worden genomen; aan het hoofd staan de heeren A. van den BrandhofJ. Jl. Betting en D. Copijnpredikanten te EistBeest en Wilnis. Heden is de heer J. H. Betting met twee landbouwers op het schip TVilhelminakapitein Klint naar Suriname uitgezeild ten einde eene geschikte landstreek ui( te kiezen vooreerst voor 50 huisgezinnen. Na de ves tiging van deze, zullen nog 150 huisgezinnen met de beide andere predikanten vertrekken. Wij achtervolgen den waardigen man met onze beste wen- schenvoor het welslagen eener ondernemingdie van be langrijke gevolgen zijn kan. Immers is deze volkplanting, dat meesterstuk van Nederlandsche kunstvlijteen parel onzer West-Indische bezittingen. Suriname is bijkans zoo groot als het voormalige koningrijk der Nederlandendoch telt nog geen 70,000 inwonershoeveel valt er dus nog te ontwik kelen MIDDELBURG den 17 mei. Het jaarlijksch openbaar examen der leerlingen, die alhier op het godsdienstig Israëli tisch instituut Chesed Negnurim onderwezen wordenen het- gene door de commissie, zoo over hetzelve instituut, als uit de plaatselijke school-commissie gehouden werdis weder tot bijzonder genoegen der aanwezigen afgeloopên 28 jon gelingen en 12 meisjes, zamen 40 leerlingen, onder welken 34 schrijvers en meest allen tevens cijferaars, gaven blijken, onder de goede leiding van den onderwijzer M. H. Boasson in de onderscheidene vakken van het lager-onderwijsalsook in godsdienst, deugd en goede zeden, bij voortduring en toe neming een gepast onderwijs te ontvangen en daarin de ge- wenschte vorderingen te maken. Bij al de scholieren was zindelijkheid, welgemanierdheid en opgeruimdheid zigtbaar waartoe het uitnemend góede en heldere school-iokaal met overvloedige school-meubclen heilzaam medewerkte. Men mogt zich alzoo bij vernieuwing overtuigen hoe de bijdra gen welke jaarlijks door menschenvrieuden gelijk door de regering tot instandhouding van het instituutgoedgunstig worden verleend, overeenkomstig het edele doel/op de nut tigste en beste wijze worden aangewend. De heer doctor Memert oeulist Man Z. M. den Ko ning en practiserend oog-arts te Amsterdam zich thans in Zeeland bevindende envolgens zijne gemaakte bepali» :en

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1843 | | pagina 1