MIDDELBURGS CIIE CDU fc^iA Dingsdag 18 April. N°. 46. 1843. BESTUREN en ADMINISTRATIEF NIEUWSTIJDINGEN. TFEft i tm a SDuUsclïJ.mï». Xöi*i0jot~2$rittanjc Relgic. i^chctrlüubca. ■II 'l.j De abonnements-prijs dezer Courant is 2,75 yoor drie maanden, en franco per Post 3. De abonnementen worden yoor niet minder dan drie maanden genomen en de betaling geschiedt comptantof bij het einde yan ieder yierendeel jaars. De inzending der Adyertentien behoort te geschieden des morgens yóór 10 ure indien men dezelye in het eerst uit te geyen nummer wil geplaatst hebben. De Adyertentien worden berekend tegen 22 cents de regelmet uitzondering yan Huwelijks- Geboorte- en Doodbekendmakingenwaarvan de prijs is yan één tot zes regels 1 50 en yoor iederen regel daarboven 22 cents. Dezelve behoeven niet op gezegeld papier geschreven te zijn, alzoo bij elke plaatsing eener Advertentie het hegt van Zegel (35 ets.) moet worden betaald. De PRESIDENT der Kamer van Koophandel en Fabrij- ken der Stad Middelburgdaartoe door de NederlandscTie Handel-Maatschappij uitgenoodigdroept bij deze op de Stem- geregtigde Deelhebbers in genoemde Maatschappijdie zich onder het Kies-Collegie van Middelburg hebben gerangschikt, om te compareren op Maandag den vier-en-twintigsten April aanstaande ttes voormiddags ten elf urein de groote Raad zaal op het Stadhuisten einde alsdan over te gaan tot de benoeming van eenen Commissaris, ter vervulling der vaca ture ontstaan door. het overlijden van Jonkheer Mr. P. J. Buddaert. Middelburg, den 15 April 1843. De President voornoemd SPRENGER. De COMMISSIE van Administratie over de GEVANGE NISSEN te Middelburgnoodigt de Genees- of Heelkun digen binnen die Stad die genegen niogten zijn de Genees- en Heelkundige verzorging der zieke Gevangenen en de leve ring der benoodigde Geneesmiddelenin het Burgerlijk en Militair Huis van Verzekering aldaarmet den 1 Mei aan staande, voor een onbepaalden tijden totwederopzeggen toe,' op zich te nemen, uit, om hunne soumisfcien tegen eenen vasten prijsvoor iedere aanwezige Gevangene 's weeks daartoe in te leveren vóór of uiterlijk op Woensdag den 19 April aanstaande des middagsaan het genoemd Gesticht terwijl inlichtingen deswege te bekomen zijn bij den Secre taris der CommissieWijk D. No. 4. Middelburg, den 13 April 1843. FRANKFORT den 11 april. Heden zijn de Oostenrijk- sche fondsen hier ter beurze aanmerkelijk teruggegaan ten gevolge van eene daling op de beurs van We enen. De reden dezer daling is niet met zekerheid bekend volgens sommigen zou dezelve het gevolg zijn van een plan eener aanzienlijke geldleening ten behoeve van de spoorwegenanderen bren gen dezelve met de Servische aangelegenheden in verband. - Ben 1 2 aprtl. Onze beurs heeft zich genoegzaam her steld van den schrik, die haar gisteren was overvallen. Niet slechts de omstandigheiddat uit Weenen geene verdere prijs verlaging was ontvangenmaar ook de inhoud der jongste handels-brieven van daar, werkte mede om de inderdaad wan kelend geworden stemming der speculanten te doen herleven. DUSSELDORP den 13 april. Men heeft opgemerkt, dat dezer dagen estafetten uit Frankfort naar Amsterdam en van daar terugalhier zijn doorgetrokken. Gisteren is dat ver keer buitengewoon druk geweest, en zijn in den tijd van een half uur onderscheidene estafettendoor de voornaamste ban kiers te Frankfort gezonden, alhier aangekomen en verder naar Amsterdam doorgereisd. LONDEN den 12 april. De zittingen van het lagèrhuis zijn gisteren tot den 24 en die van het hoogerhuis tot den 25 dezer geadjourneerd. Alvorens heeft lord Brougham in het hoogerhuis eene wet tot het beter te keer gaan van den slavenhandel voorge steld. De wet is tegen Engelsche' onderdanen gerigt; maar bij het voorstellen daarvan heeft de lord zich weder levendig over de handelwijze der Vereenigde-Staten omtrent deze zaak beklaagd. Het huis heeft tot de eerste lezing der wet besloten. Dienzelfden dag heeft dr. Bowring in het huis der gemeen ten de benoeming van den heer Alexandertot Protestantsch bisschop te Jeruzalem, ter' sprake gebragt. Hij keurde die be noeming af, vooral ook wegens dejoodschc afkomst van den geestelijke en wegens de omstandigheid dat hij eene gade en zes -kinderen heeft, iets hetgeen in het Oosten een Plechten indruk moest maken. Zijne benoeming was, zoo hij zeide te nutteloozeromdat er in Syrië meer Christenen waren die tot het Mohannnedanismus overhelden dan Muzelman nen die zich tot het Christendom wilden laten bekeeren. De «enigzins ligtvaardige toonwaarop dr. Bowring sprakwerd door volgende redenaars, waaronder ook lord Palmenton gegispt. De minister Peel en sir Robert Inglis spraken de geruchten tegen, die men over mishandelingen, welke de bisschop had ondergaanof over moeijelijkhedendie hij in zijne prediking zou ontmoet hebben, verspreid heeft. Uit eenen brief van den bisschop zeivendie gedurende de be raadslaging werd voorgelezen bleek dat zijne Protestant- sche kerk te Jeruzalem, bij het schrijven daarvan, 24 lede maten telde. De Times verklaart thans, dat de verzekeringen van het Fransche ministerie wegens het beschermen der Engelsche Protestantsche zendelingen op de door Frankrijk in bezit ge- nomene Australische eilanden van dien aard zijn, dat men te dezer zake geenerlei vrees behoeft te koesteren. Door eene ontploffing in eene kolenmijn te Stormont, bij Newcastle, zijn eenige dagen geleden 27 mannen en jon gens plotseling van het leven beroofd en 7 anderen zwaar bezeerd. Naarmate het gebruik maken van den tunnel onder den Theems tbeneemtwaar eergisteren nagenoeg 17000 personen zijn doorgegaan toonen de gaauwdieven ook meer en meer dat zij hun handwerk evenzeer onder als boven water weten te drijven, want reeds zijn verscheidene hunner in handen der politie gevallen. Volgens berigten van de Kaap de Goede Hoop tot den xo februarijwas er'toen alle hoop, dat er geene verdere vijandelijkheden met de uitgewekene boeren aan de overzijde der Oranje-rivier zouden plaats hebben. Kolonel Haredie met eenige troepen tegen hen was uitgetrokkenheeft te Phillipolis een mondgesprek met de hoofden der boeren ge houden waarbij dezen moeten hebben verklaardgeenerlei vijandige oogmerken te koesterenmaar daarentegenals men hunne bezittingen aanrandde, zich zoowel tegen de Engelschen als de Kaffers te zullen verdedige'n. De boeren schijnen voorts zich geneigd te hebben getoondom de opperheer schappij van Engeland te erkennen. Kolonel Hare is daar op naar Grahamstown teruggetrokken200 man te Phillipolis achterlatende. BRUSSEL den 14 april. Eergisteren heeft de zitting der wetgevende kamers een einde genomen. Dien dag heeft de senaat de wet tot het toestaan van een nieuw crediet van 19 millioen franken voor de kosten van het departement van oor log met 26 tegen éëne stem aangenomen. Bij de beraadslaging over dit onderwerp hebben de leden zich vooral ook beijverd om te doen ziendat geenerlei min gunstige stemming jegens het leger tot de jongste voorstellen van inkrimping, ook in de andere kamer, aanleiding gegeven had. Woendag heeft voor het hof van assises alhier de veel geruchtsmakende zaak van den heer Caumdrtin beschuldigd van den moord des heeren Sirey gediend. De weduwe van den vermoorde had zich tot civile partij gesteld en woonde de audiëntie hij. De beschuldigde beantwoordde met bedaard heid al de hem gedane vragen en verklaarde ten stelligste dat hij ten huize der actrice, mej. Heinefettergeen geschil met den heer Sirey had gezoclitmaar eerst driftig geworden was toen deze hem met scheldwoorden gebood het huis te verlaten en hem met een tafelmes eene wonde in de dij had toegebragt; dat hij gepoogd had dien steek of stoot met een degenstok af te weren dat Sirey ongelukkigerwijs de scheede van dien degenstok onder de worsseling had iiitgetrokken en woedend in den ontblooten degen 'geloopen was. Ook de verklaring van den eersten getuigede heer Milordeen vriend van Sirey en die bij de noodlottige gebeurtenis was tegenwoordig geweest, kwam daarin met de verzekering van Caumartin overeen dat Sirey de aanvaller was geweestdoch dat de doodelijke stoot zoo snel had plaats gehaddat hij daarvan niets gezien had en het ongeluk eerst bevroedde toen Sirey uitriep, Ziet, hij heeft mij met een' dolksteek vermoord De tweede getuige was de heldin van dit bloedig drama, de tooneel-zangeres Heinefettereene jon ge schoone vrouw van 22 jaren zij zocht hare betrek kingen zoo met Sirey als Caumartinzoo veel mogelijk te bemantelen doch zag zich door de gedane vragen en intcr- pellatien der advokaten haars ondanks tot verklaringen ge noodzaakt, die geen twijfel aangaande die betrekkingen lieten, overigens verklarende dat zoowel Sirey als Caumartin uiterst driftig waren dat de laatstgenoemde eens eene deur had in. getrapt om tot haar te komeneens den degen die Sirey geveld had tegen een anderen gewaanden medeminnaar ge trokken en hij haar zelve verklaard had dat hij vroeger ten gevolge van woordenwisselingiemand op het land uit drift van het leven beroofd had. Met het verder getuigen-verhoor zullen zeker nog eenige zit tingen besteed worden zijnde er niet minder dan 22 getui gen tot bezwaar en 36 tot ontlasting van den heer Caumartin. Na het onheil, hetwelk de stad Valcnciennes heeft ge troffen, begint men ernstig bedacht te zijn op het grondig on derzoek van de meerdere of mindére hechtheid der torens in Belgie, welke gelijke-ouderdom hebben als de klokkentoren van Valenciennesen wel te meer, omdat het dikwerf blijkt, dat de stichters dezer gedenkteekenen niet altijd er op be dacht zijn geweest, om dezelve van zulke hechte grondves ten te voorzienals dergelijke gebouwen noodwendig ver- eischten. Dit is onder anderen alzoo bevonden bij het on derzoek van den St. Romboud te Mechelentoen men den- zelventer eere van den aartsbisschoppelijken stoelnog van eene hooge spits wilde voorzien. Men is niet zonder vrees voor den klokkentoren van Gend die iets overhelt en bene den van geene genoegzame steunsëls is voorzienen men verneemt ookdat de St.! Pieter van Leuven noodwendige voorziening vereischt. I11 het groote godshuis van het Bagijnho,f bevindt zich zekere Jan Herman Jonckersgeboren te Lcyden den 13 april 1735, en welke derhalve gisteren zijn 109de jaar is in getreden. Hij geniet steeds eene zeer goede gezondheid en heeft ook nog het genot zijner verstandelijke vermogens. 's GRAVENHAGE den 13 april. De Hooge Raad heeft eergisteren uitspraak gedaan op de voorziening in cassatie in het belang der wet, door den procureur-generaal bij den Raad ingesteldtegen het arrest van het provinciaal hof van Noord-Brabandvan den 21 december 1842, waarbij de drie gezusters Jaspers vrijgesproken zijn van de tegen haar inge- bragte beschuldiging van wederspannigheid jegens openbare overheden in de uitoefening van derzelver functien gepleegd en zulks onder anderen op gronddat het besluit des Konings van den 25 october 1815, nopens de inkwartiering niet behoorlijk zou afgekondigd en in het Staatsblad ge plaatst zijn. De Hooge Raad heeft zich met deze voorziening in cassa tie vereenigd en het arrest van het hof van Noord-Braband in het belang der wet vernietigd, zonder dat daardoor eenig nadeel aan pJrtijen kan worden toegebragt. De Hooge Raad heeftbij deszelfs arrest, onder anderen, uitgemaakt, dat aan het besluit van den 25 october 1815, hetwelk niet behoorlijk is afgekondigdgeene verbindende kracht kan worden toegekend; dat dit echter geenszins het geval is met het besluit van den 4 januarij 1809, dat be hoorlijk daargesteld en nimmer ingetrokken isdat de inge zetenen daarbij verpligt worden aan de troepen onderhoud en huisvesting te verleenen; dat die verpligting door art. 210 der grondwet' geenszins is komen te vervallen vermits er tochingevolge dat artikeleene schadeloosstelling daarvoor wordt toegekenddat die verpligting door het tweede der additionele artikelen van de grondwet is blijven bestaan dat de burgemeesters verpligt zijn"voor de behoorlijke huis vesting der troepen zorg te dragen; dat de "burgemeester van Oosterhout alzoo in de uitoefening zijner bediening door woorden beledigd isstrekkende om hem in zijne eer en kieschheid te kwetsen en aan te randen, en datdoor het niet uitspreken op deze wanbedrijven der door de wet gevorderde straffen, geschonden zijn art. 1 der wet van den 6 maart 181 8 en de art. 209, 2x1 222 van het wetboek van strafregt. AMSTERDAM den 14 april. Heden zijn alhier, onder andere werken voor den Rijn-spoorweg aanbesteed het sta tions-gebouw te Utrechtvoor f 73,800 aan A. Buizer het stations-gebouw te Amsterdam, voor 65,500, aan Springer - het leggen der rails tusschen Heykop en den Vaartschen-Rijn voor 65,000 aan A. de Groot. HELDER den 12 april. De dag van heden was bestemd tot de voltrekking van de doodstraf, door middel van den kogel, aan den fuselier van de 3de divisie van het algemeen depot der landnxagt 110. 33, G. Oudshoorndewelke tot die straf wegens kwade bejegening, een zijner superieuren aan gedaan, was veroordeeld geworden. Eene gebeurteniswel ke de regtvaardigheid der wet tot in hare uiterste gestreng heid doet gevoelenïxxaakte op de bevolking dezer gemeente den diepsten indruken de deelneming in het lot van dezen ongelukkigen veroordeelden was voor degenen, welke hem hadden kunnen gade slaan of van zijnen gemoedstoestand onder- rigt warenten top gestegen door de godsdienstige onderwer ping, waarmede hij zijne laatste levensstonde verbeidde. Bui ten de manschappen van het garnizoen, welke de strafoefening moesten bijwonen, was de toeloop naar de strafplaats groot, en ontzettende toebereidselen hadden de gemoederen der aan wezigen in de uiterste spanning gebragt. Reeds was de voor lezing van het doodvonnis aan den verooi'deelde geëindigd reeds was hij den zandhoop genaderd en had de blinddoek hem belet de nadering dermanschappen te zien die den last hadden bekomen hem het doodende lood toe te brengen reeds had de getrouwe herder, de leeraar C. de Cockdie'tot op dit oogenbük door godsdienstige troostredenen en gebeden den ongelukkige moed had ingeboezemdhem verlaten toen op eens het woord van koninklijke lijfsgenade zich door de lucht verhief en de strafoefening geschorst werd. Onbeschrijfelijk was de sensatie, welke dit genadewoord op de aanwezigen te weeg bragt. Een luid aanhoudend en her haald gejuich was het antwoord der deelnemende bevolking. De teruggang van den van den dood bevrijden strafschuldige geleek een triomftogtdoor de onmiskenbare vreugdewelke op het gelaat van alle aanwezigen zoo duidelijk te lezen stond en zoo treffend afstak bij de algenxeene verslagenheid van de vervlogen oogenblikken. De veroordeelde zelf had den schok met moed doorgestaan doch toen eerst scheen hij zijne denk kracht te hebben hernomen toen eerst verscheen een glans van genoegen op zijn gelaat, toen, in de gevangenis terug gekomen zijnde, een der aanwezigen hem toevoegde; Ouds- hoortiwat zal uwe oude vivcc'er blijde zijn MIDDELBURG den iy aprtl. Uit 's Iiage schrijft men, dat de heer A. von Rothschild van daar weder vertrokken is'. Naar men weten wilde had zijn verblijf in verband gestaan met de eerlang te bewerkstelligen conversie der Nedcrl. cn Oost-Indische schuld. Als men vertrouwen kandus schrijft

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1843 | | pagina 1