MIDDELBURGSCHE C O uWIéÉV" t. N°. 42. Zalnrdag 8 April. BESTUREN cn ADMINISTRATIEN. NIEUWSTIJDINGEN. ZEETIJDINGEN. fJuMicaÜc. 2Duit0cïiI«uib. (öfoot-örittanjc. jfvAnfcrtjk. iïcbcrlattbcn. -'fe *K3r\ '/.y ?i-V -'Vjï\ BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG brengen mits deze ter kennis van een ieder, wien zulks zoude mogen aangaan i°. Dat de Raad, uit aanmerking der noodzakelijkheid tot bet herzien der bestaande verordeningen omtrent het verkoo- pen van Versch Vleesch binnen deze Stad heeft goedgevon den A. Met betrekking tot het Reglement op het verknopen van Vleesch in de Vleeschhalgearresteerd den 14 Mei 1823, de Artikelen >1 en 7 van hetzelve te wijzigen als volgt: Artikel 1. Geen versch geslagt Vleesch van Runderen, Kalveren of Schapen zal binnen deze Stad in het openbaar ver kocht gevent of uitgestald mogen wordendan in de .Stads Vleeschhalen in zoodanige Gebouwen of Woon huizen welke met toestemming van Heerén Burgemees ter en Wethouders daartoe zullen worden ingerigt, voor behoudens aan dezelve om aan de te verleenen goedkeu ring zoodanige bepalingen te hechten als in het belang der Policie zullen worden noodig geacht. Artikel 7. De overtreding van Art. 1 zal gestraft worden met .eene Boete van tien tot vijftig Gulden of drie dagen ge vangenis; zullende het daarbij betrokken Vleesch'kunnen worden aangehouden, tot de Boete zal zijn betaald of geconsigneerd. De overtredingen tegen de overige Artikelen zullen worden gestraft met eene Boete van drie Gulden of een dag gevangenis. En dB. Met betrekking tot het Reglement op de invordering van het additioneel op 's Rijks Accijns op het Geslagtgear resteerd den 18 December 1822, en goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van den 26 Maart daaraanvolgende, No. 40 4. Te wijzigen Art. 12 als volgt: Intrekking der kwitantie» en invoer in de Vleeschhal De kw'itantien van den betaalden Impost zullen bij ■verkoop in partikuliere Gebouwen of Woonhuizen te gelijk met het schatmerk aan de daartoe bevoegde Beambten moeten worden afgegeven, zoo dra zal ge bleken zijn dat het Vleesch van zoodanig Vee geheel zal zijn uitverkocht, of, ingevolge Art. 13 der Wet van den 2 Augustus 1822 Staatsblad no. 31), als -afgehakt kan worden beschouwd; terwijl, bij verkoop in de Vleeschhal dezelve dadelijk bij den invoer aan den aldaar geplaatsten Beambte zullen moeten worden ter hand gesteld zullende het inbrengen van Vleesch In de Ilal niet anders vermogen plaats te hebben dan «en half uur na poortklokluiden tot tien ure des mor gens. De overtreding van eene dezer bepalingen zal ge straft worden met eene Boete van tien tot vijftig Gulden. En -2. In te trekken en buiten werking te verklaren de be paling voorkomende in Art. 7opzigtelijk den ver koop van Versch Vleesch. 20. Dat de in het Reglement op de invordering van het additioneel boven omschrevene wijzigingen door Heeren Ge deputeerde Staten zijn goedgekeurdbij resolutie van den 31 "Maart jl. No. 21 En 30. Dat de bepalingen, in deze Publicatie vervat, in wer king zullen worden gebragt met den eersten Mei aanstaande. En opdat niemand hiervan onkundig blijve, zal deze wor den gedrukt, afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders in dezer :Stads Courant geplaatst. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 7 April 4843. Burgemeester en Wethouders voornoemd, PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare, A. M. BECIUS. De OPPER-STRANDVONDER van DOMBURG zal, op Dingsdag den 18 April 1843, des morgens ten 10 ure, ten overstaan van den Notaris IVoutersen, te Domburg, pu bliek om contant geldpresenteren te verkoopenalle op <de bergplaats leggende GESTRANDE GOEDEREN be staande in stukken MastenRondhouten Platen Deelen en Stijlen, voorts 80.0 nieuwe Eiken Duigen en eene partij Harst; terwijl inmiddels nog worden opgeroepen allen die vermeenen tnogten regt op eigendom dier Goederen te kunnen recla meren. Domburg, den 5 April 1843. De Opper-Strandvonder voornoemd, A. van der MEULE. plaats zal geschieden op Maandag den 10 bevorens, des na middags ten 4 ure. Bestek en conditiën leggen ter inzage bij den Dijkgraaf der Watering, en bij den Ontvanger der Domeinen van de Algemeene Nederlandsche Maatschappijte Kloosterzande. WATERING VAN WALZOORDEN. OPENBARE AANBESTEDING van ZINK-, AARDE- en RIJSWERK nevens liet RIJSJ3ESLAG op de Zandplaat tegen over den Molenpolderwelke zal plaats hebben ter Herberge van G. Adriaansenste WALZOORDEN, op Dingsdag den Ji April 1843, des voormiddags ten u ure; de aanwijs ter BATAVIA den 7 decemberI11 den morgen van den 16 novemberis er brand ontstaan aan-boord van het ter reede van Batavia liggend Fransch koopvaardijschip F Union ge zagvoerder Demandes, welke het echter gelukt is, door spoe dig aangebragte hulp van de zijde van Zr. Ms. wachtschip Triton, en andere aldaar ter reede liggende vaartuigen, des voormiddags ten half elf ure meester te worden. De brand wordt gezegd te zijn veroorzaakt door de minder voorzig- tige wijze waarop men het vaartuig ten einde hetzelve van ongedierte te zuiveren op den vorigen avonddoor middel van het branden van steenkolenberookt had. Men heeft berigt ontvangen van het volgende in het district Bakarsie (Ommelanden van Batavia) plaats gehad hebbende belangrijke voorval Op den 16 november 11., met het vallen van den avond, was de inlander Rameinvan de kampong Tjiratten, op het land Telockpoetjoeng, voor zijn huis bezig met padie trappen, wanneer eensklaps een tijger-roijaal van eene bijzon dere groottelangzaam voorttredende achter denzelven en zonder door hem bemerkt te wordennadert. Intusschen ziet de vader van Ramein die onder het afdak van het huis zathet plaatsvindendedoch wordt door den schrik zooda nig overmeesterd, dat hij geen besef heeft zijnen zoon op merkzaam te maken op het gevaar, waarin deze verkeert. Bijna op hetzelfde oogenblik ziet hij dan ook, dat zijn zoon door het vreesselijk dier bij het been wordt aangegrepen. Rameinhevig verschriktwerpt zich terstondmet de grootste tegenwoordigheid van geest, voor over op den tij ger spant al zijne krachten inen drukt hem met beide handenden kop tusschen zijne becnen tegen den grond dochbemerkende dat zijne krachten niet bestand zijn tegen het ondier en hetzelve hem naar het nabij gelegen bosch tracht te slepenbegint hij om hulp te roepen en pogingen aan te wenden om den tijger met zijne vingers de oogen ln te drukken welk doel hij echter door zijne moeijelijke worste ling niet kan bereiken. De vader van Ramein intusschen zijne tegenwoordigheid van geest herkregen hebbendetrekt een bij zich dragende kleine badie-badiedaar hij in zijne ontsteltenis zijn gollok niet zoo spoedig vinden kanvliegt op den tijger aan en steekt hem het wapen tot aan hecht in de zijde. Op het ont vangen van deze wond laat de tijger zijne prooi los, en keert zich om, terwijl hij langzaam wil weggaan doch de vader van Ramein herhaalt den aanval en brengt hem eene tweede gelijke wond toe, waarop de tijger zich tot hem keert. Mid delerwijl is echter ook de broeder van RameinMallang ge naamd genaderd die bet woedende dier dadelijk een kap met zijn gollok toebrengt. Nu draait de tijger zich op de achterpooten om en slaat met de klaauvven naar Mallang doch deze springt achteruit en wordt slechts even op het scheen been geraakt; hierna vallen beide, vader en zoon, op den tijger aan, waardoor liet hun gelukt denzelven spoedig af te maken. De inlander Ramein heeft bij deze gelegenheid ver scheidene belangrijke wonden bekomen. Onmiddellijk na het voorval is hij naar het stads-verband gezondenwaar men echter niet twijfelt aan zijne spoedige genezing. De tijger is bevonden reeds zeer oud te zijnen bij nameting gebleken eene lengte te hebben van zes voet tien duim over den rug buiten den staart. Men heeft ontdekt dat zich in dezelfde nabijheid nog eené tijgerinvermoedelijk het wijfje van den afgemaakten van gelijke grootte bevindtwordende niets onbeproefd gelaten om ook dit dier te bemagtigen. FRANKFORT den 2 april. Men meldt uit Konstantino- pelvan den 15, dat, betreffende het voorgevallene in Ker- belahbij de Engelsche en Russische gezanten thans nadere berigten ontvangen waren. Blijkens deze hadden de Turk- sche troepenonder aanvoering van Nedschidpacha van Bagdad de ongehoordste gruwelen gepleegden meer dan 20,000 menschen op de wreedste wijze omgebragt. Genoem de Engelsche en Russische gezanten hebben dien ten gevol ge van de Porte geëischt, dat deze Nedschid-pacha voor eenen krijgsraad ter verantwoording roepen zou. LONDEN den 2 april. Gisteren zijn alhier brieven uit Nieuw-York tot 4 maart ontvangen die het berigt behelzen dat in het congres eene boodschap van den president Tyler, betreffende het met Engeland gesloten, traktaatwas ingeko men, sommige zinsneden waarvan nieuwe moeijeiijkkeden tusschen de beide regeringen doen duchten. Den 28 maart is in het gezigt der haven van Exmouth een Fransche logger met man en muis vergaan, 11a twee uren lang om een loods te hebben geseind doch deze bevonden zicli niet op hunnen post. PARIJS den 3 april. De koning heeft heden de revue ge passeerd over verscheidene regementen infanterie en kavallerie, die binnen kort van de bezetting van Parijs tot andere bezet tingen in de departementen moeten overgaan. Z. M. werd door de hertogen van Nemours en Montpensier vergezeld, en door de troepen, wier houding voortreffelijk was met geest drift ontvangen. Het hervatten van het werk der fortificatiën voert dui- zende werklieden naar Parijsdoch de ondernemers hebben bevel ontvangen om er geen aan te nemen dan welker papie ren in orde zijn ten einde eenige zekerheid te hebben tegen het vernieuwen der afzonderlijke misdrijvenwaarvan de om trek der hoofdstad ten voorleden jare het tooneel is geweest. De regering is van plan reeds spoedig een ontwerp van wetbetreffende de regeling der inbezitneming van de Mar- quesas-eilanden en van Otalieite aan de kamers aan te bie den. De minister van marine heeft order gegeven tot het af zenden van een groot aantal kanonnen naar de Marqnesas- eilanden. Het huis Marïette alhier heeft last gekregen klok ken te gieten voor de houten kerkenwelke op die eilanden moeten worden opgerigt. Ook worden hier tot hetzelfde doel 80 houten huizen, van 2 en 3 verdiepingen, in gereedheid gebragt. Het bevestigt zich dat de Spaansche regering den generaal Saticho naar Madrid heeft doen ontbieden, om hem over de moeijelijkheden te raadplegenwaarin men zich wegens de vorming van een nieuw kabinet gewikkeld ziet. Als een bewijs voor den treurigen toestand der Spaansche schatkist kan dienen dat de betaling van het inkomen van den regentdie vroeger stiptelijk geschied wasnu ook reeds se dert twee maandenachterlijk is, terwijl de traktementen der meeste overige openbare ambtenaren reeds in twee volle jaren niet zijn voldaan. BRUSSEL den 4 april. De beraadslagingen over de,be grooting voor het departement van -oorlog zijn heden in de kamer van vertegenwoordigers afgeloopen en die begrooting of ten minste een der hoofdposten daarvan, is met eene vrij aanzienlijke meerderheid verworpen. De minister van oor log, de heer de Liem, heeft daarop verklaarddat hij zich, onder de voorwaarden hem door de meerderheid der kamer opgelegdniet met eene nieuwe organisatie van het leger kon belastendat hij zich dienvolgens geregtigd achtte om zijn ontslag te nemen te meer daar hij nooit eenig aanzoek gedaan had tot de gewigtige betrekking, waartoe hij door het vertrouwen des konings geroepen was. De minister heeft terstond daarna de vergadering verlaten, waarin dien ten ge volge eene grootc opschudding heerschte. Men houdt het daarvoor, dat dit besluit der kamer, hetwelk aan het ministe rie nieuwe moeijelijkheden berokkent, tot eene verandering in hetzelve aanleiding zal geven. MIDDELBURG den 7 april. In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van eergisteren is de wet tot wij ziging van de bestaande wetgeving op de belasting van het personeel, na langdurige beraadslagingenmet 29'tegen 20 stemmen aangenomen. Daarna zijn de zittingen der Kamer bij vooiraad tot den 25 of 26 dezer verdaagd. De leden van de Eerste Kamer zijn ter vergadering beschre ven tegen den 20 dezer. IIH. KK. HH. de Prins en Prinses van Oranje zijn den 30 maart te Koblenz aangekomen. Dezelve waren voorne mens over Wiesbaden de reis naar Stuttgart voort te zetten. Naar men verneemt, heeft Z. M. de vereischte magtiging verstrekt om de miliciens der ligting van 1842, die bij de verschillende korpsen van het leger in reserve zijn geplaatst voor den tijd van drie maanden en wel van den 1 junij tot den 30 augustus dezes jaars in werkelijke dienst op te roepen ten einde gekleed en in in den wapenhandel geoefend te worden. Van goederhand verneemt men, dat door Z. K. H. Prins Frederik der Nederlanden een nieuw bestuur der Maatschappij van Weldadigheid is daargesteldhetwelk door de Commissie van Toevoorzigt is bekrachtigd, bestaande uit de heeren jhr. F. IV. T. F. baron van Pallandt van Iieppelgraaf J. van den Boschmr. J. C. Faber van Riemsdyk, mr. J. Fabius J. Kol, mr. .7. G. van Nesds. G. RuitenschildI). Kin- ker en .7. Leesbeeg. De sub-.eommissien zijn uitgenoodigdzich met dit be stuur weder in betrekking te stellen, en om de belangstelling, tot aanvaarding van het lidmaatschap met den meestmoge- lijken aandrang op te wekken. Uit Apeldoorn schrijft men dat de valkeniers II. vrijdag weder op het Loo in het Posthuismet een 4otal valken zijn aangekomen. Nadat de gewone oefeningstijd zal zijn verloopen, worden vele vreemdelingen verwacht om aan de valkenjagt deel te nemen. VLISSINGEN den 7 april. Voor Antwerpen bestemd zijn alhier ter reede gekomenthe Fr aderR. Owenmet garst, en the IVilliatnD. Archer, met haver, beide van Londen; O/gaJ. Thaxter van Boston, en AlbertinaH. Sandmerk, van Nieuw-York, beide met katoen en rijst; E larie, J. Wesselsvan Cowesmet katoen Nogsomhed H. O. Heide van Signamet raapzaad VoyageurL. M. Allen van Inverhervey met steenkolen. Alsmede dc CeresS. de Boer, van de Ilavanha naar Rot terdam, met suiker.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1843 | | pagina 1