MIDDELBURGSCHE
C O U R A N
N°. 101.
Vingsdag
1842.
23 Augustus.
BESTUREN en ADMIN1STRATIEN.
Rcmuögewtug,
KORPS KONINKLIJKE MA RE CHAUSSÉE.
Qlatibcotcbutg
NIEUWSTIJDINGEN.
23uit0cfilanl>.
(Broot-iSrtttatije.
Jfranferijlr.
Belg
12« i
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID
DELBURG brengen bij deze ter kennis van de In- en Op-
gezecenen dezer Stad, dat de Patentenover het dienstjaar
i8f§ingevuld gereed liggen, en dat tot de afgifte van de
zelve ten Stadhuize zal worden gevaceerd, des Woensdags
en Zaturdags van iedere weekdes morgens van tien tot
twaalf ure, en zulks gedurende het tijdvak van den 24 de
zer maand tot en met den 17 September daaraanvolgende.
En worden de belanghebbende mitsdien aangemaand, om
binnen den boven bepaalden tijd de voorschrevene Patenten
in Persoon te komen ai halen, bij gebreke waarvan dezelve,
namens het Stedelijk Bestuur, volgens Art. 2 van Zr. Ms.
Besluit van den 17 October 1820 Staatsblad 110. 22),
door de Deurwaarders der Directe Belastingen, tegen vol
doening van tien Cents, aan hun zullen worden uitgereikt;
terwijl zij zich bovendien blootstellen in eene boete te ver
vallen van vijftien Gulden, indien zij, des aangevraagd, hun
Patent of afschrift van hetzelve niet kunnen vertoonen.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den ip Au
gustus 1842.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
DE STOPPELAAR L. P.
Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare,
A. M. B E C I U S.
Lui/enantschap Zeeland
VOOR DE LEVERING VAN FOURAGES.
De iste Luitenant, Kommandant van bovengemeld Luite
nantschap, zal, op Woensdag den vier-en-twintigsten Augus
tus aanstaande, op deszelfs Bureau te SAS-VAN-GENT
des vooriniddags ten twaalf ure in het publiek aanbesteden
de levering der benoo igde FOURAGES voor de Brigades
gestationeerd te Sas van-Gent en te Aardenburggeduren
de den tijd van twaalf maandeningaande met den eersten
October 1842 en eindigende met den iaatsten September 1843.
De voorwaarden waarop de levering zal moeten plaats
hebben, benevens de wijze waarop de inschrijving moet ge
schieden liggen van heden af aan ter lezing op het Bureau
van bovengemelden Luitenant, benevens bij de Brigade-Kom
mandanten in hunne Standplaatsen, alsook in de Sociëteit
op de groote Markt te Middelburg.
Sas-van-Gentden 8 Augustus 1842.
De iste Luitenant, Kommandant voornoemd,
O L I VIER S.
Dirigerende LEDEN der TEEKEN AKADEMIE binnen
deze Stad adverteren, dat de uitdeeling der Prijzen zal plaats
hebben op Woensdag den 24 Augustus 1842, des middags
ten twaalf ure, in het Gebouw der Akademie.
FRANKFORT den 17 augustus. De Prufssische troepen
zijn gisteren de legerplaats bij Grimlinghausen binnengerukt.
Uit hoofde der drukkende hitte, had de bevelvoerende gene
raal last gegeven dat de bataillons een voor een de voor hen
bestemde ruimte zouden innemen. In weerwil dier steeds
toenemende hitte en van het lastig stof, waren duizenden op
de been, om dit militair schouwspel te zien. Te Berlijn
meenen sommigen, dat de herfstmanoeuvres veel korter zullen
duren dan eerst was voorgenomen om de troepen aan geene
noodelooze vermoeijenissen bloot te stellen.
Twee Russische steden, namelijk Jelma in het gouver
nement Smolensko en Jesrenow in het gouvernement Tula
zijn door zwaren brand bezocht. In de eerste zijn 50 woon
huizen en 32 kramen, in de laatste iio woonhuizen en 24
kramen door de vlammen vernield.
Thans nu de velden en akkers in het westen en zuiden
verschroeijen en naar verkwikkenden regen dorsten, wordt
in het noorden over aanhoudende regen geklaagd. Zie hier
wat des aangaandcn uit Petersburg wordt gemeld De re
gen is aanhoudend en zelden gaat er een dag zonder regen
voorbij. Dergelijke klagten worden uit de noordelijke helft
des rijks algemeen gehoord. Men spreekt van aanmerkelijke
schade do^r den hooibouw geleden, en vreest dat, als dere
gen aanhoudt, ook de graanoogst aanmerklijk nadeel zal
ondervinden."
Terwijl hier en elders steeds allerhande geruchten ver-
ibreid worden, omtrent onaangename voorvallen en zelfs op
roerige aanslagen, die te Petersburg zouden hebben plaats
gehad, tijdens het brullofts feest des keizers, wordt in bij
zondere brieven uit de genoemde hoofdstad geschreven dat
men daar niets weet van oproerige gebeurtenissen bij gele
genheid van dat feest, maar dat de vreugde gestoord is ge
worden door de jongste berigten uit den Kaukasus, omtrent
eene belangrijke nederlaag der Russische troepen in een ge
vecht tegen de Circassiers. Onder de aanzienlijke familien
wordt er (dus schrijft men) naauwelijks eene gevonden,
welke niet den dood van eenen op het slagcveld gesneuvel
den zoon of anderen bloedverwant betreurt.
Uit Monzingen aan de Nahe meldt men, van den 13,
dat aldaar bereids den vorigendag, en met smaak, wijn van
dit jaar gedronken is. Men vleit zich daar en in den om
trek met een voortreffelijken wijnoogstvooral uit hoofde van
de, in de laatste weken, ter regter tijd, gevallen regen,
welke veel tot de vroege rijpheid der druiven aldaar had me
degewerkt. Men voegt er de opmerking bij, dat in het ge
zegende wijnjaar 1811 te Kreuznach, eerst acht dagen la
ter de eerste wijn als iets buitengewoons gedronken werd.
Voor eenige dagen was te Hamburg het nieuwe bouw
plan bekend gemaakt. Vier bouwkundigen hadden aan het
zelve gearbeid. Gelijk te verwSchten was hebben de ver
vaardigers van dit plan in de eerste plaats erop gelet wat
eene herhaling der ramp kan voorkomen en dien ten gevol
ge tot in de minste kleinigheid bepaald wat daartoe dien
de gedaan of gelaten te worden. Zoo zullen onder anderen
de muren der nieuwe huizen 20 duim dik moeten zijn ter
wijl de dakgoten, dakvensters enz., zoo ook deop zich zel
ve staande kranen en windassen van metaal of metselwerk
moeten worden vervaardigd. Luifels en diergelijke zijn niet
meer geoorloofd. Aan het water raag men balkons hebben
mits echter van ijzer en onoverdekt.
Van goederhand meldt men uit Griekenland, van den
25 julij, dat het geschil tusschen Griekenland en Turkije plot
seling een gunstigen keer heeft genomen.
Den 10 dezer is het te Munchen vervaardigde, en in
Salzburg op te rigten metalen standbeeld van Mozartin
laatstgenoemde plaats aangekomen.
LONDEN den 17 augustus. Laatstleden maandag is in
het paleis van Windsor, nabij den trap die naar de vertrek
ken der koningin leidt, een man gevonden die verdacht voor
kwam en als zoodanig in verzekerde bewaring genomen en naar
Londen opgezonden is. Het blijkt echter niet dat hij mis
dadige oogmerken gehad heeft.
H. M. heeft het voornemen aan den dag gelegd om eerst
daags Schotland met een bezoek te vereeren en aan boord
van het jagt Royal George derwaarts te gaan. Sommigen
meenen echter, dat de uitvoering van dit plan door de on
lusten in de fabrijk-districten vertraagd zal worden.
Die onlusten blijven de algemeene aandacht nog altijd op
eene verontrustende wijze bezig honden. Ook de hooge re
gering laat zich daaraan ernstig gelegen liggen. Na het hou
den van een geheimen raad is zaturdag avond eene procla
matie uitgevaardigd waarbij niet alleen alle vrederegters
sheriffs en burgerlijke ambtenaren vermaand worden tot het
aanwenden van alle hunne pogingen ter ontdekking en ar
restatie der schuldigen maar ook eene som van 50 ponden
sterling voor het aanbrengen en overleveren van ieder hunner
wordt toegezegd met bijvoeging der belofte van vergiffenis
voor de aanbrengersin geval zij zeiven met de oproermakers
in verband mogten gestaan hebben. Dienzelfden avond is het
derde bataillon der garde grenadiers langs den spoorweg naar
Birmingham afgezonden, en zijn bevelen naar Woolwich ge-
rigtom een gedeelte der koninklijke artillerie aldaar marsch-
vaardig te houden.
Te Warrington, op 18 mijlen afstands van Manchester,
hebben de muitelingen bijzondere eigendommen aangetasten
te Wigan zijn al de fabrijken door hen tot stilstand gedwongen.
Nog veel erger zag het er dingsdag te Burslem uitwant
daar heeft het graauw het huis van een der regters den heer
a' ,rt'at der Predikanten Aitkin en Baily in de asch
gelegd niettegenstaande deze laatste vooral zich bij de ar
mere klasse zeer bemind heeft gemaakt. .Men verlangde naar
bijstand van dragonders, want met de pogingen der linietroe
pen stak het volk den draak en een deel dier troepen was
ook naar Leek uitgerukt, waarde arbeid in de aardewerks-
brijken door ongeveer 6000 muitemakers gestuit was.
Wel was het maandag te Manchester vrij rustig gebleven
maar dingsdag zijn de oproerigen andermaal in beweging ge
raakt. De gestrenge maatregelen, door het stedelijk bestuur
tegen alle zamenrottingen genomen en de beduidende mili
taire magt die zich daar met de politie en rustbewaarders ver-
eenigd heeftgaven echter hoop dat het tot geen nieuwen
ernstigen aanval komen zou. Het getal der genoemde troe
pen wordt op 2300 man begroot, en stond nog te worden
vermeerderd.
Het oproer breidt zich naar alle kanten uit. Als een loo
pend vuur is het van Lancashire en Cheshire tot andere graaf
schappen, aan den eenen kant tot Yorkshire, aan den ande
ren tot Staffordshire en Warwickshire overgeslagen. Over
al zijn het de ruwste en minst onderwezen menschen de
mijnwerkers inzonderheid, welke zich aan het hoofd dezer
feitelijkheden plaatsen en anderen tot deelneming daaraan
dwingen. Mannen die in het welzijn der bevolking belang
stellen laten ook niet onopgemerktin hoe vreesselijke mate
het getal der kroegen, bordeelen en andere plaatsen waar
net kwaad voedsel vindt, alsmede dat der ledig loopende
gaanwdieven gedurende de laatste jaren, te Manchesteren in
andere fabrijkplaatsen aangegroeid is.
Brieven uit Berlijn behelzen hoogen lof van een kost
baar kunststukhetwelk aldaar op last van den koning van
Pruissen vervaardigd wordt, om tot pillegift aan zijnen doop-
zoonden prins van Wallis te strekken. Het is een rond
gouden schildmet juweelen omzet, en in het midden waar
van zich een kruisbenevens de afbeelding van den Zalig
maker, bevindt, terwijl die der vier Evangelisten, in me
daillons, aan de vier hoeken van het kruis zijn aangebragt
en het Geloof, 'de Hoop, de Liefde en Geregtigheid in de
tusschenruimten voorgesteld worden. Verder ziet men op
dit schild de bondzegelen van Doop en Avondmaal en de
nederdaling van den H. Geest op de discipelen afgebeeld.
Het overig beeldwerk herinnert aan de doopplegtigheid van
den jongen prins en daarmede in verband staande omstandig
heden. Al de teekeningen voor dit meesterstuk zijn door
den beroemden Cornelius geleverd.
PARIJS den 17 augustus. Gisteren heeft de heer Dupin
het rapport der commissie tot onderzoek der wet op het
regentschap in de kamer der gedeputeerden gelezen, en de
aanneming daarvanbehoudens de reeds vermelde wijzigin
genaangeraden. Heden houden de leden zich daarmede in
de afdeelingen bezrg, morgen vangen de openbare beraad
slagingen daarover aan, en denkelijk zal men reeds vrijdag
tot de stemming kunnen komen. Men verwacht geen kracht
eigen tegenstand; de verschillende afdeelingen der liberale
oppositie schijnen althans eenparig tot de aanneming gezind te
wezen, en wat de iegitimisten betreft, ofschoon de heeren
de Laroche-Jacquelin en anderen zich hebben doen inschrij
ven om het woord tegen het ontwerp te voeren, hun ge
voelen kan, vooral in de tegenwoordige omstandigheden, dat
der meerderheid niet worden.
PARIJS den 18 augustus. In de zitting vati de kamer
der gedeputeerden van heden zijn de beraadslagingen aange-
vangen over het ontwerp van wet betrekkelijk het regent
schap. De gedeputeerden Ledru-Rollin en Laroche-Jacouelin
neb.ren in de eerste plaats het woord gevoerd, nadat zij den
voorgaanden nacht in de vergaderzaal hadden doorgewaakt,
om zich onder de eersten te doen inschrijven op de lijst der
gedeputeerden welke in deze belangrijke aangelegenheid het
woord zouden wenschen te vaeren. De heer Ledru-Rollin
heeft gemeend, dat de kamer hare magt zoude te buiten
gaan, indien zijde tegenwoordige wet, op het regentschap
aannam, aangezien eene dergelijke wet, naar zijn oordeel,
aan de goedkeuring van het geheele volk behoorde te wor
den onderworpen. De spreker heeft onderscheidene voor
beelden uit de geschiedenis aangehaald, tot staving van zijn
gevoelen en tot bewijs, dat de aanneming der onderhavige
wet, onder de tegenwoordige omstandigheden, verderfelijke
gevolgen zoude hebben. Na hem heeft de heer Laroche-
Jacquelin het spreekgestoelte beklommen, en in eene uitge
werkte redevoering de grondstellingen van de julij.revolutie
en de souvereiniteic van het volk aangevallen. Hij heeft ver
klaard, dat, toen de kamer in het jaar 1830 een nieuwen
koning over Frankrijk aanstelde, zij, naar zijne meening,
hare magt te buiten ging; dat hijtoen heeft begrepen, geen
lid dier vergadering te kunnen blijven, en zijn ontslag als
zoodanig heeft genomen dat diezelfde gevoelens hem nog be
zielden. Deze uitdrukkingen hebben eene groote opschudding
te weeg gebragt, en men heeft dien gedeputeerde niet laten
uitspreken. Onder een hevig gedruisch en misbaar heeft de
voorzitter den heer Laroche-Jacquelin onderscheidene malen
tot de orde geroepen, en eindelijk, nadat genoemde heer had
te kennen gegeven, dat het tegenwoordig regerende geslacht
hare verheffing aan het beginsel van opstand tegen eene be
staande monarchie te danken had, denzelven gedwongen de
tribune te verlaten. De heer de Lamartine heeft zich tegen
de wet verklaard en in eene uitgebreide redevoering trachten
te betoogen, dat het regentschap aan de koningin-weduwe
behoorde te worden toevertrouwd; hij heeft onder anderen
de meening, dat zulks wegens verschil van godsdienstige
gevoelens niet gèoorloofd was, bestreden. Bi] het sluiten
der berigten duurde de zitting voort,
Ook hier ter stede klaagt men over eene buitengewone
heete weersgesteldheid en daardoor veroorzaakte droogte.
De scheepvaart op de Seine is ten gevolge van den la-en'
waterstand bijna geheel gestremd en de openbare fonteinen
zijn bijna overal geheel uitgedroogd.
tC-
BRUSSEL den 18 augustus. De kamer van afgevaardig
den heeft de zitting van gisteren en van den vorigen dag ge
heel doorgebragt 111 hevige woordenwisselingen over het 7de
artikel van de wet betreffende het lager onderwijs, zonder
daaromtrent tot eene beslissing te kunnen komen. Dit arti
kei handelde over het toezigt, door de geestelijkheid en dé
burgerlijke besturen over het lager onderwijs te houd-m met
opzigt vooral tot de leerboeken, welke aan de schoolkinde
ren mogten worden in handen gegeven.
Bij den aanvang der zitting van gisteren heeft de minister
van nnantien een wets-ontwerp aangeboden, strekkende om
de ^regering te magtigen tot het aangaan van eene leening van
33| millioen franken, waarvan 30 millioen moeten strekken
tot het volcooijen der ijzeren spoorwegen, 2 millioen tot het
aanleggen van wegen in Luxemburg en 1* millioen tot voi-
tooijing van het entrepót te Antwerpen,
BRUSSEL den 19 augustus. De kamer der gedeputeer
den heeft gisteren de beraadslagingen over het gedeelte der
wet op het lager onderwijs betrekkelijk de goedkeuring der
te gebruiken schoolboeken, ten einde gebragt, en met eere
groote meerderheid de voordragt van den minister van biti
nenlandsche zaken aangenomen, waarbij is vastgesteld
alle dergelijke boeken door de burgerlijke autoriteiten zullen
worden onderzocht, met uitzondering van dc godsdienstige