MIDDELBURGSCHE COÜRAH 1\ N°. 45. Donderdag 1842. 14 April. jgVatifcrijls. Er BESTUREN en ADMINISTRATIËN. Publicatie. £lcbcrlatib0citc 4l)attbcl-iïi»ïat0c!ia|jpij.. NI EU WSTIJ DINGEN. SDuitsdUanb. ©roct-13 ri 4 ta ti| c. ileScrianöcn. /V' /'v BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG Brengen ter kennis van de Ingezetenendat de Heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie Bij Besluit van den 29 Maart jl. {Pro vinciaal Blad uo. 37) Heeft goedgevonden I. Te Bepalen: (j 1. Ten aanzien der Tatentpligtigen in de 15 eerste TaBellen der vet van den 21 Mei 1319, waaronder, krachtens art. 12 der .wet van den 16 Junij 1832nu ook zijn Begrepen de Paardcn-Postmeestcrs a. Dat de verklaringen ter verkrijging van Patent voor deze Patent- fd'gbgeu Binnen de Provincie zullen worden uitgegeven van den 3 Mei tot en met den 11 dier maand. b. Dat die verklaringen Behoorlijk ingevuld zullen moeten zijn in gezameld en ingediend op den 21 Mei. c. Dat de Registers van gemelde Patentpligtigen gesloten en daarna geene verklaringen meer zullen worden aangenomen op den 11 Ju- nij en 2. Ten aanzien der Patentpligtige Schippers Eigenaars en Di rectievoerenden van Binnenschepen, Schuiten en Vaartuigen, ver meld in de 16de Tabel der wet van den 6 April 1823 waaronder krachtens het reeds aangehaalde art. 12 der wet van den 16 Junij 1832 als nu ook zullen Begrepen worden diegenen welke Bestendig in hunne A'aartuigeu wonen en geene buitenrivieren of wateren be varen. a. Dat zij te rekenen van den 3 Mei tot den 14 derzelve maand 2ich voor liet Patent van het dienstjaar 1842 zullen Behooreu aan te geven Bij het Bestuur der plaats waar zij zich zullen Bevinden onder overlegging van een Biljethetwelk daartoe bij die Besturen verkrijg baar gesteld isterwijlingevolge de hiervoren aangehaalde wet door de als nu aan liet I'atentregt onderworpene Schippers naauw- keurige opgave zal moeten worden gedaan of zij in het vorioe jaar geene andere huisvesting hebben gehad dan aan boord hunner Sche pen en met die Schepen geene Buitenrivieren de Zuiderzee noch de Zeeuwsche stroomen Bevarenof in het voorgaande jaar Bevaren hebben. II. Ter kennisse te doen brengen 1. Van de Kramers, dat zij zullen gehouden zijn om Bij het doen hunner aanvrage om Patentop te geven de wijze op w elke zij hun Beroep uitoefenen naar aanleiding der onderscheidingen Bij 1 der 7de tabel, gevoegd Bij de wet van den 16 Junij 1832 Staats blad no. 30) alsmede de gezamenlijke inkoopswaarde der door hen te koop aangeboden wordende goederen zullende dien onverminderd door (de Patentpligtigen bij b en c van 1 der evengenoemde tabel vermeld, ter gelegenheid en ten gelijken einde als Boven opgave moeten geschieden van den tijd der during wat eerstgeriocmden Be trefthun's verblijft in de Gemeente, en wat laatstgenoemden aangaatvan dien ter te houdene verkooping terwijl zoo zij de wijze van verkoop veranderen de waarde hunner waren vermeerderen of den duur des verblijfs of der te houdene verkooping verlengendaar van op den voet van art, 19 der wet van den 21. Mei 1819 en op de boeten lij art. 37 Bepaald, aangifte zullen doen, inde Gemeente al waar zij zich Bevinden en zoodanig aanvullings-regt voldoen als van Be bij werkelijk toegenomen belastbaarheidzoude kunnen worden gevorderd. AV ijders zullen de bedoelde KramersBenevens de Bebitanten van loterijbriefjes, krachtens Zr. Ms. Besluit van den 17 October 1820 (Staatsblad nu. 22) op de Boete Bij jj 1 en 2 van art. 32 der wet van den 21 Mei 1819 bepaaldverpligt zijn steeds hun gezegeld Pa tent met zich te voeren. 2. I au de Schippers Eigenaars en Directievoerenden van Bin nenschepen Schuiten en Vaartuigen hiervoren Bedoeld a. Dat het I'atentregt door hen zal moeten worden voldaan ten Kan tore van den Ontvangerter plaatse van de aangifte en wel 'in eens voor zoo verre die plaats niet is of die van hun vast verblijf of de vaste legplaats van het Vaartuig, of wel eindelijk die alwaar het Be drijf wordt uitgeoefend doch anders Bij twaalfde gedeelten. b. Dat nogtans van de laatste wijze van Betalingbij twaalfde gedeelten, ook door de Eigenaars Schippers of Directievoerenden welke zich niet in hunne vaste woon-leg- of verblijfplaatsen Bevinden zal kunnen worden gebruik gemaaktmits zij zich gedragen naar het voorschrift van 15 der 16de tabel van de wet van den 6 April 1823 door zich in den loop der maand Mei voorzien van een Be wijs van aangifte, hetwelk echter niet langer dan die moand van kracht zal zijn naar hunne vaste woon-leg- of verblijfplaats te bege ven of wel dat Bewijs van aangifte derwaarts op te zenden om al daar te worden gepatenteerd in welk geval de betalingen bij den Ontvanger dier plaats zullen moeten geschieden. c\ Dat door al de Patentpligtigen van de 16de tabelvoor den 5 Juni] geheele of gedeeltelijke Betaling invoege voorschreven zal moe ten zijn geschied en ook de Patenten op vertoon der kwitantien van de Ontvangers vóór dien tijd Bij de Plaatselijke Besturen door hen zullen moeten worden afgehaald aangezien van dien dag af de re cherche op de niet Gepatenteerde Schippers een aanvang zal nemen. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg den 8 April 1842. Burgemeester en AVethouders voornoemd PASPOORT va* GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare A. M. B E 0 I U S. De DIRECTIE maakt bekend,,dat door haar zullen ge veild worden Te ROTTERDAMop Donderdag den 28 April 1842, 26,364 Kranj. en Kanass. Java SUIKER 7 too Kisten, DITO, J ',§Senc'e aldaar. Ii>9°3 Kranj. en Kanass. DITO, ligg. te Amsterdam. 6,14: 5,888 dito. dito. DITO DITO, Middelburg. Dordrecht. Waarvan de Notitien met de Veil-conditien in tijds wor den uitgegeven. Amsterdam, den 26 Maart 1842. VAN DER IIOUVEN, President. KOOY .Directeur, fungerend Secretaris. Door de benoeming van den Heer .7. IV. Cal/enfe/s tot Wethouder der Stad Vlissingen, de betrekking van STADS MEDICIN/E en CHIRURGI7E DOCTOR aldaar zijnde komen te vaceren zoo worden diegenen welke den graad van Medicina; en Chirurgite Doctor bezitten, en verlangen bij de vervulling dezer vacature in aanmerking te komen verzocht, zich, vóór den 15 Mei aanstaande, in Persoon of met gefrankeerde Brieven, bij den Heer Burgemeester aan te melden onder overlegging van de vereischte getuigschriften en bewijzen van goed en zedelijk gedrag, Aan gezegde betrekking van Stads Medicina; en Chirurgite Doctor is een jaarlijksch Tractement van Driehonderd Gulden verbonden. De ondergeteekende, COLLECTEUR van het Stedelijk Middel der Lantaarn- Brandspuit- en Nachtwacht-Gelden binnen deze Stad, bij resolutie van 18 Maart jl., ten fine van invordering van Hun Edel Achtb. ontvangen hebbende Ihet .door den Heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie «n dato den 11 dierzelfde maand, executoir verklaarde Ko hier over hetzelve Middel, Dienst 1842, brengt bij deze ster kennis van een iegelijk der Belastingschuldigen, dat de Extracten of Uittreksels uit voorschreven Kohier, allen naar (behooren opgemaakt., aan hunne woningen zijn bezorgd ter wijl hij dezelve opmerkzaam is makende, vooral te willen zorgen dat de verschuldigde Aanslagen op hunnen tijd worden aangezuiverd, en dat diegenen welke geene Extracten of .Uittreksels uit- meergenoemd Kohier (door verhuizing na nri- •tno Januarij dezes j.inrs) mogten hebben bekomen, dezelve :fl!snog gedurende deze loopende maand April ten zijnen Kan ttere, op de gewone uren van vacering gratis kunnen erlan gen-; wordende, wijders een ieder der nalatigen in de aanzui vering van hun verschuldigde over het reeds afgeloopen Dienstjaar 1841 ten ernstigste tot eene onverwijlde vol doening bij deze laatste aangemaand. Middelburg, den 6 April 1842. DE TROIJE Nz. I'RANKFORT den 8 april. Brieven uit Weenen weder- spreken ten stelligste het gerucht, dat de keizerlijke inter nuntius te Konstantinopelgezamenlijk met den Etigelschen gezant, pogingen aangewend zou hebben om de Porte tot erkenning van den Prötestantschen bisschop Van Jeruzalem over te halen hoedanige stapnaar hier wordt bijgevoegd nooit door een diplomatieken agent van Oostenrijk in het Oosten gedaan zal worden. Sawi-bey de Egyptische gezant bij de Porte heeft negen millioen piasters in mindering der verschuldigde schat ting naar Konstantinopel overgebragcen had in last eene minndlijllA Jl tfl,, Ukij.gr om.reni i, OC jJcluor«J.lljgr«, .ia* geveer 200 millioen piasters beloopt, voor te slaan, naar dien de groote verliezen en kosten, uit de ontruiming van Syrië en het bewaren -der Turksche vloot in de haven van Alexandria voortgesproten, de geheele voldoening daarvan onmogelijk maakten. Het is der politie te Rome gelukt den moordenaar van den ongelukkigen Zweedschen ridder Palin op te sporen. Men zegt dat hij een koopman in oudheden isvan wien zijn slagtoffer vroeger meermalen het een en ander gekocht had. Binnen weinige dagen zou hij de doodstraf ondergaan. LONDEN den 9 april. Gisteren heeft lord .7. Russell zijn amendement op de wet wegens de belasting op de in- komsten in het midden gebragtwaarbij hij het huis wil doen verklaren dat het de verschillende andere middelen in over weging nemende, om in het bestaand te kort te voorzien, zonder den prijs der levensbehoefcen te verhoogen of den handel te belemmeren, de nu voorgeslagen belasting, als uit haren aard tot velerlei ongeoorloofde navorschingen aanleiding gevende, niet op allen evenredig drukkendeen tot hiertoe alleen als eene finantiele toeviugt in tijd van oorlog aange merkt, voor het algemeen welzijn niet vereischt en derhalve niet raadzaam acht. Sir R. Peel en de kanselier vr.n den exchequer hebben zijne redenering ernstig bestreden. Maan dag worden de debatten over dit aangelegen onder werp voort gezet. PARIJS den 9 april. Na het bekend amendement der hee- ren de Malleville en Abatucciwegens de opschrijving voor de directe belastingen, te hebben verworpen, heeft de ka mer der gedeputeerden in hare zitting var. gisteren het ge heel der wet op de supplementaire credieten aangenomen, met 220 tegen 143, en dus met eene meerderheid van 77 stemmen. Een vrceselijke orkaan heeft den 25 maart groote schade op de Afrikaansche kust aangerigt. Men zegt dat te Oran 23 te Arzew 16 en te Algiers 2 vaartuigen verongelukt zijn. Men noemt prins Luitpoldderde zoon van den koning van Beijeren geboren 12 maart 1821 als den vorst, dooi de regeringen van Frankrijken Engeland tot gemaal der jeug dige koningin Isabella van Spanje bestemd. De Beijersche monarch zou met deze schikking genoegen nemen, onder voorwaarde dat zijn zoon den titel van mede-regent van Spanje zal dragen. j De jury te Barcelona heeft de uitgevers van het dagblad j el Constitucional aangeklaagd wegens het opnemen van een j voor den koning der Franschen hoogst beleedigend artijtel met eenparigheid van verdere vervolging vrijgesproken. I De berigten wegens den rampspoed der Engelschen in Afghanistan behelzen nog ten slotte het volgende: Nadat Burnes en Macnackten vermoord waren, ging'het bevel op den majoor Eldred Pottinger over, denzelfden die zich door het verdedigen van Iierat beroemd gemaakt heeft. Het schijnt dat de Engelschen nog acht dagen lang, half dood van honger en van koude, in hun kamp gebleven zijn Eindelijk sloot majoor Pottinger met Ackbar-khan eene over eenkomst. Men weet niet, wat den opstandelingen daarbij beloofd werd, maar zes, door het lot gekozene officiers moesten als gijzelaars in hunne handen blijven. Hiertegen verbonden de Afghans zich den aftogt der Engelschen niet te zullen ontrusten, en deze verlieten den 5 januarij dié noodlottige plaats. Om naar Jellalabad te geraken, moesten zij 90 mijlen door sneeuw en bergen afleggen en die ver schrikkelijke engten doortrekken, waarin generaal Sale bijna verzwolgen was geworden. Het schijnt dat men, 17 mijlen ver van Caboel gekomen, tot eene hoogte van 11 co voet moet opstijgen, alvorens het Khoerd Caboel binnen te treden Daar vindt men eene engte van 6 mijlen lengte en 200 schrei den breedte, en de weg leidt er 23 maal over de rivier, die haien naam aan den pas geeft. Al het overige van den weg tot aan Jellalabad is eene achtereenvolgende reeks van ber gen en rotsen waar weinige honderd man een leger verdel gen kunnen. I11 dien noodlottigen doortogt moest het rampspoedig Engelsche legertje zich wagen; naauwelijks was het tus- schen de bergen of het werd door bijna onzigtbare vijanden verplet. De soldaten hadden geene twintig patronen, en het schijnt dat er drie dagen lang een ijsselijk gevecht geleverd is waarin men met de baijonet rotsen bestormen moestin welke onkwestbare vijanden verborgen lagen. De vrouwen werden verlatenen een geleide van Afghans bragt ze weder naar Caboel. Onder deze vrouwen waren vijftien echtge- noocen van officieren met hare familie. Men zegt, dat de vrouw van kapitein Trevor zeven lieftallige Engetsche kin deren bij zich had. Generaal Elphinstone werd gevangen ge nomen het was nog een der officieren die den slag van Wa- terloo hadden bijgewoond. Na het gevangen nemen van hun nen bevelhebber, liepen de soldaten uiteen, verstrooiden zich in de rotsen en sneuvelden onder het mes. Het over schot der Engelsche armee, der armee die zegevierende den Indus» overweldigd had, stierf dus, gekeeld als slagtvee, en van de vijf duizend mandie uit Caboel opgerukt waren bereikten enkelen slechts Jellalabad. Gedurende dien tijd stonden de hun uit Indie te hulp gezondene troepen wel ken de echo s hun angstgeschrei toebragten, aan de andere zijde der bergen, trillende van woede, te wachten, dat de isme-Juin een wen door de sneeuw zou banen Thans ondervinden de Engelschen een bitter, maar te Iaat komend berouw over het ondankbare werk dat zij be gonnen hebben: hunne veroveringen aan gene z'ijden van den Indus zijn een ware kanonskogel, dien zij, aan hunnen voet geboeid, voortsiepen; maar ai de onaf hankelijke vorsten van Indie houden het oog op hunne bewegingen gevestigd, zij bespieden hen als eene prooi en wachter, met ongeduld'naar het oogenblik waarop zij hen zullen zien verslappen. In eigenlijk Indie is voor geen opstand te vreezen maar de on af hankelijke vorsten, die het van alle zijden omgeven zijn als zoo vele zwaarden van Damocles die Engeland 'boven het hoofd hangen. Nepaul, dat ten noord-oosten van Indie ligt en aan het land Pain-Jaub als ook aan China grenst, is op het punt om in opstand te geraken. Na den laatsten oorlog, welke zij in dat land gevoerd hebben, hebbende Engelschen den mis slag begaan al de forteressen overeind te laten blijven. Zij hebben bij een traktaat den souverein van Nepaul veroorloofd een leger van vijftienduizend man te onderhouden; maar deze onderhoudt er drie welke bij beurtwisseling dienst doen hetgeen hem eene steeds tot aanval bereid zijnde krijgsmagc van vijf en veertig duizend man verschaft. Van den kant van het groote rijk der Birmans ontstaan voor de Indische regering gedurig redenen van ongerustheid. Telkens komt er berigt dat keizer Tharawaddie met legers van fabelachtige sterkte, naar Indie afkomt en nog weinige maanden geleden was Engeland bezig eene expeditie tegen hem uit te rusten. Ai -leze vijanden wachten slechts naar een sein om los té brekende Engelschen leven in hun midden als die mannen die onder de wilde dieren léven en dezelve, zegt men, door de krachten der strakheid van hunnen blik weten te temmen. Nogtans is het niet hierindat Engelands grootste gevaar gelegen is; het ligt in die noodlottigheid, welke het schijnt te doemen om zich gedurig uit te breiden. Het verzwakt zich door eene uitzetting zonder doel er. zonder grenzen; even als het van binnen bezwijkt onder de teugellooze voort! brengingskracht zijner kunstvlijt, buigen van buiten zijne armen onder het gewigt dier doodeiijke veroveringen tot welke het onweerstaanbaar voortgesleept wordt." MIDDELBURG den 13 april. Men verneemt, dat nog in de tegenwoordige zitting aan de Staten-Generaal zul len worden aangeboden de ontwerpen van wetuitmakende het tweede en derde boek van het wetboek op het straffet. Ook wordt verzekerddat men zich bij het departement van 1 finantien bezig houdt met de vervaardiging van nieuwe wet ten op het stuk van het zeg'el en de successie. De heer directeur-generaal van oorlog heeft bij aan schrijving aan de verschillende heeren gouverneurs der pro vinciën te kennen gegevendat onder de opgeroepen reserve van 1841 die tegen den 25 mei, voor drie maanden, moet opkomen om in den wapenhandel te worden geoefendniet begrepen zijn de zoodanigen die bij de gemelde ligting in

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1842 | | pagina 1