MIDDËLBÜRGSCHE
O O I A
lW'
N°. 12.
Donderdag
1842.
27 Januarij.
BESTUREN en ADMINISTRATIEN.
PRIJZEN gevallen zijn op de volgende
Nummers
86
306
399
603
7"
794
883
3
89
307
406
505
605
7'4
886
417
506
7'5
887
314
419
508
613
716
888
93
5'o
614
889
513
8=5
895
23
437
5'4
27
439
13'
326
440
523
631
726
813
903
35
332
44'
526
637
727
814
904
3<>
334
442
52 9
642
728
8.7
907
38
147
33<5
443
650
729
908
157
339
452
533
655
733
824
45
159
237
342
454
542
658
735
826
913
239
347
457
545
671
742
830
9'5
5°
349
458
547
675
745
836
51
548
679
75o
842
53
353
469
55<S
684
753
846
925
56
169
259
354
47'
562
685
756
849
59
355
472
5<$3
687
758
933
64
173
35<>
476
565
690
759
85'
934
'74
266
357
480
57'
693
853
937
69
176
268
360
482
572
696
94'
7'
365
483
575
772
863
74
184
368
489
775
864
78
187
275
381
491
579
704
781
865
2 77
388
496
584
7°5
782
867
189
287
389
497
587
708
784
871
83
199
296
392
498
589
709
787
880
85
297
394
592
793
881
Middelburg den 26 Januarij 1842.
NIEUWSTIJDINGEN.
fóttdlattb.
«Suitscltlanb.
r# 01-£ vit tatt j e.
%i?ï - i I 1
4V'
1
De abonnements-prijs deier Courant is f a 75 voor drie maanden, en franco per Post f 3.
De abonnementen worden voor niet minder dan drie maanden genomen, en de betaling
geschiedt comptantof bij het einde van ieder vierendeel jaars.
De inzending der Advertentien behoort te geschieden des morgens vrfdr 10 ure, indien
men dezelve in het eerst uit te geven No. wil geplaatst hebben.
De Advertentien worden berekend tegen 22 Cents de regel, met uitzondering van Huwelijks-
Geboorte- en Doodbekendmakingen, waarvan de prijs van één tot zes regels is/i,50
en voor iederen regel daarboven 22 Cents.
Dezelve moeten niet op zegel geschreven zijn, alzoo het regt van zegel wordt betaald.
De COMMISSIE uit Armbesturen ontving op heden uit
het weldoende Middelburgnamens A. R., een coupon
Werk. Schuld, No. 7110, ƒ12,37*, vervallen 1 Janua
rij 11., eene door den Notaris IV. M. Snijder, ter goeder
uur, overgelegde gifcetot leniging van der armen en be-
hoefcigen bijzondere nooden alhier.
Tot innige dankbetuiging, aan hem of haarwelks edel
gevoel daartoe door God geneigd werd is deze strekkende.
Vere, den 25 Januarij 1842.
Namens dezelve
Wm. LANGEBEEKE, Praeses.
J. C. BUTHScriba.
Arnemuiden, den 24 Januarij 1841.
Het ARMBESTUUR maakt dankbare melding van de
ontvangst eener coupon Werk. Schuld, groot 12 37*, ge
geven onder de letters A. R. ter voorziening in den nood der
menigvuldige armen alhiergevonden in de collecte bij de
morgen-godsdienst in de Nieuwe Kerk, op Zondag den 23
dezer en bezorgd bij den Heer de Blaecke de Ligtiy.
Namens het Armbestuur,
R. HOOGEZAND, Predikant.
De Predikant Snouck Hurgronjete Middelburg, heeft
ontvangen voor de Armen te Colijnsplaatop den 21 dezer,
eene gift van 10 en eene van 5.
De ondergeteekendenals daartoe verzocht, brengen bij
deze ter keunis van de belanghebbenden, dat in de op II.
enz.
2
201
502
202
796
6
90
206
309
610
800
17
92
210
802
18
214
320
423
722
803
22
102
2 I 8
321
424
616
723
111
219
323
620
724
808
900
117
222
324
522
625
725
810
901
2 9
227
132
228
140
229
231
530
821
42
232
910
4 6
161
163
24O
917
166
244
352
462
922
168
256
929
171
2ÓO
850
2ÓI
67
767
76 8
860
T77
270
6 97
271
577
699
81
188
«2
200
500
710
DE GEBROEDERS ABRAHAMS.
PETERSBURG den u januarij. Men verneemt, dat de
keizer besloten heeft aan verscheidene Polenwelke verzocht
hebben in de amnestie begrepen te mogen worden, het ver
lof tot terugkeer toe te staan. Onder dezelve moet zich ook
;prins Oginski bevinden, die zich in Frankrijk ais boekbin
ders-baas had nedergezet en op deze wijs verscheidene jaren
-tang in zijn levensonderhoud voorzien had.
Naar men met veel stelligheid verzekert, zal de iand-
-:inagt eene aanmerkelijke vermindering ondergaan, en deze
'maatregel terstond na den aanvang van het nieuwe jaar (vol
gens de Russische tijdrekening) ten uitvoer komen. Reeds
rijn eenige daartoe betrekkelijke verordeningen in sommige
Sbestuurstakken van het oorlogs-ministerie gemaakt. Verschei
dene kommandants'piaatsen in de vestingen zijn afgeschaft,
©e tegenwoordige sterkte van het korps der binnenwachten
.zal verminderd worden., de reserve-bataillons bij de infante-
rie-regementen zullen ophouden enz.
FRANKFORT den 20 januarij. Ons regeringsblad deelc
tkans mede bet op den 20 december te Berlijn door de Dttit-
ache tolvereeniging genomen besluit omtrent de verhooging
der regtenwaarmede de invoer van geraffineerde en ruwe
suiker, te rekenen van den 16 maart aanstaande, bezwaard
is. De bedoelde regten zijn nu gesteld als volgtvoor brood-,
kandij- en zoogenaamde lompensuiker 1 o rijksdaalders per cen
tenaarvoor ruwe suiker 8 rijksdaalders, en voor ruwe sui
ker ter bewerking in de inlandsche raffinaderijen 5 rijks
daalders. Men blijft bier steeds van meening, dat, in weerwil
van deze verhooging, de Duitsche beetwortelsuiker-fabrijken
op den duur niet in stand zullen blijven.
Uit Rome schrijft men dat aldaar menigvuldige con
gregatiën gehouden worden, in welke zoowel de binnen-
als buitenlandsche kerkelijke aangelegenheden de onderwer
pen der overwegingen uitmaken.
Volgens berigten uit Konstantinopelscheen de Porte
hare bedreiging om tegen Griekenland geweld te gebruiken
vooreerst zonder gevolg te zullen laten, het zij dat de ver-
toogen der groote mogendheden haar daarvan terughielden
of dat zij de uitkomst der zending van den heer Mussurus
naar Athene wilde afwachten. Izzet-Mehemcd voerde vele
bezuinigingen in, die hem talrijke vrienden, maar ook niet
weinige vijanden vooral onder de hooge ambtenaren wier
inkomsten daardoor ledenverwierven.
BIBERACH den 14 januarij. In den afgeloopen nacht
circa half 2 ure, is hier eene hevige aardbeving gevoeld.
Zij was vergezeld van een naar donder gelijkend gedruisch. De
slingeringendie van het zuiden naar het oosten gingen
duurden verscheidene secondenen waren zoo hevig, dat
de vensters kletterden, de huizen trilden en sommige in de
kamers staande stukken huisraad waggelden. Kort daarop
viel er sneeuw, en heden duurt het sneeuwen nog voort. De
barometer teekent dezen morgen ten 7 ure 26° 5 '6''; de
thermometer staat 6°. De bewoners der hooger en naar het
zuiden gelegene huizen gevoelden de schommelingen veel ge
weldiger dan die in de diepte.
LONDEN den 22 januarij. In de verwachting, dat
Z. M. de koning van Pruissen reeds gisteren te Greenwich aan
wal zou stappenhad zich een vrij groot aantal personen
derwaarts begeven. Ten half één ure kwam ook prins Al-
bert aldaar van Windsor aan, en werd door sir R. Stopford
en de overige autoriteiten ontvangen. Zeer kort na zijne
aankomst werd Z, K. H. echter het berigt medegedeeld
hetwelk van Ostende door een courier was aangebragtdat
de koning genoodzaakt was geweest zijne inscheping tot gis
teren namiddag uit te stellenuit hoofde de Firebrand en
de overige stoombooten, door den zwaren mist en andere
oorzaken niet tijdig genoeg Ostende bereikt hadden om het
gevolg van Z. M. den behoorlijken tijd tot vroegere insche
ping te geven.
Prins Albert is daarop naar het kasteel vanJWindsor terug
gekeerd, van waar hij heden namiddag tegen twee ure terug
wordt verwacht.
Reeds wist men dat de stoomboot Firebrandgedurende
den zwaren misc van woensdag, bij het uitloopen van de ri
vier met eene andere groote stoomboot in aanraking geko
men en eenigzins beschadigd was, terwijl de stoomboot
Shearwaterdie bet eskader moest helpen uitmaken, aan den
grond is geraakt.De fregatten iVarspite en Vindictive zijn
door mist en tegenwind geheel van den voorgenomen togtnaar
Ostende teruggehouden, en blijven nu voor de haven van
Margate gestationeerd, om den koning bij zijne aankomst te
begroeten.
Dingsdag den dag voor de doopplegtigheid bestemd zal
op het stadhuis van Windsor een maaltijd van 100 couverts
door de leden der plaatselijke regering en andere voorname
inwoners worden gehouden. Bij de feestvreugde der hoo-
gere standen, die aan talrijke nijvere handen werk en voor
deel verschaft worden ook de behoeftigen niet vergeten.
Aan 1000 huisgezinnen moet, uit eene gift van 320 p. st
door H. M. verstrekt, eene uitdeeling van vleesch brood,
koffij en bier worden gedaan. Geheel Windsor zal des avonds
luisterrijk geïllumineerd worden.
De dagbladen behelzen eene uitvoerige beschrijving der
zalen en andere vertrekken in het kasteel van Windsor, zoo
als die thans voorde ontvangst van den koning van Pruissen
en tot het houden van het dejeuner en den grooten maaltijd
zijn ingerigt. Inzonderheid munten daarin uit de zoogenaam
de Waterloozaalde balzaal en de zaal vanSt. George. I11
de eerstgenoemde trekken de afbeeldingen van 37 vorsten
veldheeren en staatslieden, welke tot de gebeurtenissen van
1815 in naauw verband stonden, de aandacht tot zich. In de
balzaal die eene lengte van 90 bij eene breedte van 34 En-
gelsche voeten heeft, en met prachtig tapijtwerk, uit de
beroemde fabrijk der Gobeljns, is behangen, zullen zich de
ridders van den kousenband op den dag der aanneming van
den Pruissischen monarch in die orde verzamelen terwijl
de zaal van Sc. George wier lengte 200 bij eene breedcevan
34 voeten istot bet houden van den groocen maaltijd van
omtrent 120 personen dienen moet, tot welk einde aldaar
buffetten van 15 voeten hoogte'en 36 voeten breedte zijn aan-
gebragt®p wélke de grootste en kostbaarste verzameling
van gouden en zilveren vaatwerk prijken moet, die welligc
ooit, in dit ofeenig ander land, gelijktijdig heeft geschitterd.
De groothandel alhier teekenc thans adressen om van
het bewind de vermindering van de regten op de koffij en
de afschaffing van het regc op de kaneel in Ceylon te ver
zoeken. Voornamelijk gronden zij hun verzoek daarop, dat
bij den tegenwoordigen stand dier regten de Bricsche handel
bezwaarlijk de mededinging tegen de Nederlandsche produc
ten kan volhouden. Nadat de Nederlanders op Java den ka-
neelbouw begonnen zijn dreigc die hoofdtak van Ceylons
productie en handel geheel te vervallen, want niet alleen
dat de bouw op Java zoo goedkoop kan geschieden als op
Ceylon maar immer mogelijk is zoo erkent men hier ten
volle (bij voorbeeld in den Timesjdat de Javasche kaneel
zeker zoo goed is als die van Ceylon, en men van de eer
ste nog veel meer aftrek zal hebben, indien de uitmuntende
hoedanigheid van dat product eenmaal meer algemeen zal be
kend geworden zijn.
In het rapport van den secretaris van marine in de
Vereenigde Staten wordt op eene aanzienlijke vermeerdering
dier zeemagc aangedrongen, tot dac zij voor het minst de
helft der sterkte van de Britsche zeemagc bereikt zal hebben.
Men heefc hier te lande berigten van de kust van
Afrika tot in november, die eenige nadere bijzonderheden we.
gens de jongste Engelsche expeditie tot het opvaren van den
Niger behelzen. Het blijkc daaruit, dac de drie sterk be
mande Britsche stoomschepen die tot deze onderneming zijn
gebruikt, omstreeks 320 Eng. mijlen ver den Niger en de
Chadda zijn opgevarendat derzelver kapiteins gedurende
dien togt verdragen met twee Negerkoningen (die van Eboe
en Iddah) over het^ afschaffen van den slavenhandel en de
menschen-offers hebben geslocen dac men aan den oever der
rivier, op aanmerkelijken afstand van de zeeeene landhoeve
heefc gekocht, en Europeanen aldaar achtergelaten, om die
tot eene zoogenaamde model hoeve te maken, en dat ouder
de verrigcingen de manschap der stoomschepen zoo zeer door
de landziekte is aangetast, en er zoo veel sterfte daarbij
heeft gehad, dat die vaartuigen te naauwernood de terug-
reize hebben kunnen volvoeren. De landhoeve is ontruimd
moeten worden en men heefc de Negerkoningen, die wel niet
bijzonder naauwgezet in het nakomen der geslotene verdra
gen zullen zijn aan hun lot moeten overlaten. Op eene der
stoombooten, de Albert. was, toen dit schip bij den mond
van den Niger was gekomen, bijna geen enkel man meer in
staat om dienst te doen. De doctor die zich nog staande
had gehouden, moest, zoo goed hij konhet stoomwerk
tuig aan den gang houden. Indien niet een aan een bijzon
der koopman toebehoorend schip deze stoomboot te hulp
was gekomen, zou men daarvan, menschelijkerwijzenooit
meer iets gehoord hebben. De zieken, die den togt'hebben
oveileefdzijn meereiuieels naar het eiland Ascension ge
bragt en schijnen daar te herstellen. Het verlies van men
schel.levens bij deze onderneming wordt niet opgegeven maar
moet betrekkelijk zeer aanzienlijk zijn. Verscheidene zeer
bekwame zee-officieren zijn daarbij omgekomen. Opmerke
lijk is hetdat de Negers langs deu Nigerwei verre van
vijandelijkheden te plegen tegen schepen, die zich toch op
het einde niet goed meer zouden hebben kunnen verweren
overal de vreedzaamste gevoelens getoond en de stoombqo-
cen telkens van hout voorzien hebben.
Dit is, zegt de Timeshet einde van deze noodlottige
onderneming, die met zoo veel volksvergaderingen-geestdrift,
met redevoeringen van prins Albert, sir Robert Peel, lord
Howell en sir Fowel Buxtonn, was ontworpen en aangekon
digd waaromtrent doorluchtige en hoog-eerwaardige perso-
naadjes bij zoo vele fraai gestelde brieven hunne belangstel
ling hadden geopenbaarddie zoo veel voorspellingen van
toenemende beschaving in Afrika, zoo veel uiczigten op han
delsbetrekkingen en verbetering van den landbouw langs den
Niger, op vermeerderde werkzaamheid der zendelingen, op
bondgenootschappen met inlandsche vorsten had doen ge
boren worden, en ter zake waarvan zoo veel volkstrots,
zoo veel verontwaardiging was ten toon gespreid. Die uit
komst is noch bevreemdend, noch onverwacht: niets is ge
beurd, wat aan de oncwerpers niet was voorspeld, wat zij
niet hadden kunnen weten indien zij naar rede hadden wil
len luisteren. Slechts de opoffering van het leven van een
aantal onzer landgenooten is de ingeoogste vrucht
Wij zijn ver van aan de grootmoedige gevoelens der
aanzienlijken, die de ondersteuning van hunnen naam aan deze
onderneming gegeven hebben, iets te kort te willen doen
Zij hebben over andere zaken te denken, dan over'de uit
voerbaarheid van plannen, die men hun van goederhand als
zeer mogelijk voorspiegelt en waarvan het edel doel hun be.
koon. Maar het gebeurde wekt toch gevoelens op geens
zins gunstig voor die plotseling opkomende, op redekunstige
vercooning Berekende volksvergaderingen waar de menigte
als tot eene uitspanning zamenstroomtom schelklinkende
gezegden te hoorenin de handen te klappen en hunne gnin.
jes te geven voor ondernemingen, in de bijzonderheden hun
evenmin bekend als aan de welbespraakte edellieden, die heit
zoo aangenaam onderhouden. Voor hen moge de uitspau-