MIDDELBUIIGSCHE
C O U R A IV
N". 104.
Diugsdag
1841.
31 Augustus.
NIEUWSTIJDINGEN.
De abonncmcnts-j>rijs dezer Courant is f 3 yb voor drie maanden, en franco per Post ƒ3.
De abonnementen worden voor niet minder dan drie maanden genomen, en de betaling
geschiedt comptant, of bij het einde van ieder vierendeel jaars.
De inzending der Advertentien behoort te geschieden des morgens vrfdr 10 ure, indien
men dezelve in het eerst uit te geven No. wil geplaatst hebben.
De Advertentien worden berekend tegen 22 Cents de regelmet uitzonJering van Ilawelijks-
Geboorte- en Doodbekendmakingen, waarvan de prgs van één tot zes regels is/i,5o
en voor lederen regel daarboven 22 Cents.
Dezelve moeten niet op zegel geschreven zijn, alzoo het regt van zegel wordt betaald.
VLISSINGEN den 26 augustus. Gisteren was het de dag,
bestemd tot de plegtige ontblooting van het standbeeld, bin
nen onze muren opgerigt ter eere van den onsterfelijken
Michikl Adriaanszoon de Ruyter, welke vaderlandsche
feestviering met de hooge tegenwoordigheid van Z. Rn. onzen
geliefden en geëerbiedigden Koning en van hoogstdeszeifs
doorluchtige Zonen is vereerd geworden.
Reeds in den morgen bekwam onze stad een feestelijk
aanzien door de menigte van vlaggen die van alle openbare
en de meeste bijzondere gebouwen waren uitgestokenter
wijl dat gedeelte der stad hetwelk door Z. M. zou worden
gepasseerd grootendeelsgelijk ook nog andere straten en
kaaijen met groen en bloemen versierd waren, terwijl de lang
zamerhand vermeerderende toevloed van vreemdelingen uit
onderscheidene oorden des Vaderlands, hetzij als genoodigden
tot de plegtigheden hetzij uit eigene beweging, belangstel
lend herwaarts gekomende geboorteplaats van den grooten
zeeheld eene hartverheffende levendigheid bijzette.
Nadat het klokkenspel te 7 ure in den morgen den aan
vang der plegtigheden had aangekondigd, begaven zich zoo-
velen, als men van toegangkaartjes had kunnen voorzien, ten
9 ure en daaromstreeks naar de Groote St. Jacobskerk ten
einde daar eene op het feest toepasselijke redevoering te hoo
rei! uic den mond des beroemden vaderlandschen redenaars
dien de commissiemet de oprigting van het standbeeld be
last hiertoe had uitgenoodigd.
Intusschen kwam Z. M. (wiens aankomst door 51, ge
lijk hoogstdeszeifs vertrek door 50 kanonschoten werd aange
kondigd) vergezeld door HH. KK. Uil. den Prins van Oranje
Prins Alexander en Prins Hendrikvan Middelburg aan en
werd op het grondgebied der stad door den edel achtb. heer
burgemeester dezer stad en de militaire autoriteit ontvan
gen terwijl tevens aan Z. M. werd voorgesteld en met wel
gevallen aangenomen eene eerewach.t uit ingezetenen dezer
staddie door eene goede houding en smaakvolle kleeding
zich gunstig onderscheidde. Nadat Z. M. op het glacis der
vesting de aldaar geschaarde schutterij en troepen had geïn
specteerd werd hoogstdezelve naar stadhuis geleld al
waar aan alle burgerlijke en milita autoriteiten audiëntie
werd verleend en vanwaar hoogstdezelve zich naar de kerk
begaf. Hier werd de Koning, benevens de Prinsen en ver
der gevolgontvangen door de commissiedie zich met an
dere autoriteiten en personen van den Prinsentuin in plegti-
gen optogt naar de kerk had begeven. Na eene fraaije mu-
zijk sprak de hoogleeraar A. des 'Amorie van der Hoeven
eene overschoone feestrede uit, waarin de hoogleeraar den
éénigen de Ruyter als moedigen held, vaderlandslievenden
vlootvoogd, deugdzamen mensch en edelen christen in groot-
sche en breede trekken maalde, daarna in het bijzonder het
woord rigtende tot Z. M. den held van Quatre-bras, die
hulde kwam toebrengen aan den held van Chattam, en tot
Z. K. II. Prins Hendrikdie in den stand is getreden, wel
ken de Ruyter voor altijd verheerlijkt heeft.
Deze indrukwekkende en roerende feestrede, welke even
zeer den redenaar als het voorwerp vereerdewerd gevolgd
door het zingen eener cantate voor deze gelegenheid ver
vaardigd door onzen stadgenoot, den heer A. Ruysch, en
waarvan de muzijk was gesteld door den wel-edel gestr. heer
D. .7. Recsemilitaire onder-intendant der provincie.
De feeststoet begaf zich vervolgens met Z. M. en de
Prinsen naar de plaats van het standbeeld, van hetwelk de
vlaggen die het nog bedekten op een gegeven teelten wer
den weggenomen en ieder der aanschouwers het heerlijk kunst
gewrocht bewonderde, dat door eene meesterhand, die des
kunstenaars L. Royergebeiteld, en in de fabrijk der heeren
Paul van Vlissingen en Dudok van Heel uit ijzer gegoten
deze heeren en de vaderlandsche kunst, aan een zoo Vader-
landsch onderwerp besteed alle eer aandoet.
Onmiddellijk na de ontblooting verschenen de overste Fer-
guson aan het hoofd zijner officieren en een 401a! matrozen
voor het standbeeld en bragt alzoo de marine de eerste hulde
aan den grooten vlootvoogd door het zingen der matrozen van
een hartelijk liednaar woorden van mr. A. F. Sifflèden
•lof vermeldende van hem, die matroos geweest was, gelijk
zij en wiens nagedachtenis heilig blijft aan Vors: en Vader
land waarna een lid der commissie en tevens voorzitter van
•ons departement der maatschappij tot Nut van V Algemeen,
de wel-eerw. heer P. Zijneneene korte en hartelijke aan
spraak hielden vervolgens in eene daartoe bestemde tent
Z.. M. en andere hooge personaadjen eenige ververschingen
werden aangeboden. Het behaagde aan Z. M.zoo aan de
•redenaarsals aan de commissie en de zangers en zangeressen
hoogstdeszeifs bijzonder welgevallen over alles in de minzaam
ste bewoordingen te kennen te gegeven terwijl Z. M. vervol,
gens door de commissie begeleid de ter dezer gelegenheid geo
pende tentoonstelling bezigtigde van schilderijen hoofdzakelijk
van Zeeuwsche meesters en liefhebbers, en van oudheden,
betrekking hebbende op zeehelden en mannen die in het ge
bied van kunsten en wetenschappen hebben uitgemunt. Daar
na heeft Z.M. 's Rijks werf bezigtigd en is onder de leven
dige vreugdbetuiging der volksmenigte naar Middelburg terug
gereden.
Des namiddags ten 3 ure had op en bij een schip in het
midden der Pottekaai liggende, onder directie van den heer
P.7. Smithhet volksspel van boegsprietloopen en paling-
bijten plaatsen des avonds eene algemeene illuminatie der
stad welke door het ongunstige weder niet overal een zoo fraai
schouwspel opleverdeals de welwillendheid der ingezete
nenof de ijver der marine en van het stedelijk bestuur en
andere vereenigingen inzonderheid van de commissiedie de de
coratie bij het standbeeld bad doen oprigten en dezelve verlicht
te bedoeld nad, maar die nogtans vele aanschouwers in
eene feestelijke stemming hieldmet de plegtigheid van den
dag overeenkomendeen ondubbelzinnige blijken droeg van lief
de voor Koning en Vaderland en van vereering der nagedach
tenis van den grooten Nederlander, die de schrik was des
onmetelijken oceaans. Eene eerepoort, met toepasselijke ver
sierselen achter het standbeeld zelve, en eene piramide ter
wederzijde van hetzelve, met vermelding der voornaamste
heldendaden van den grooten de Ruyterwaren geïllumineerd
en bleven het, zoover het weder dit vergunde, gelijk ook
alle de overige binnen deze stad opgerigte eerepoorten wel
ke alle smaakvol daargesteld en fraai versierd te noemen wa
ren zooals bij het binnenkomen der stad van de werklieden der
uitrusting voor het hotel der marinein de Walstraatop
den Steenenbeer en op den Nieuwendijk, welke laatste door
het loodswezen over het loodskantoor was opgerigt.
Ons bestek (zegt onze stads-courant) gedoogt niet meer dan
eene oppervlakkige beschrijving te geven van deze. het va
derlandsche hart hoog verheffende feestviering; wij hopen
dat eene betere pen de gedachtenis van den onvergetelijken 25
augustus 1R41 te Vlissingen aan de nakomelingschap zal over
brengen, maar kunnen deze weinige regelen niet eindigen dan
met lof over de goede orde die bij allen heeft geheerscht
met dank aan alle besturen die daartoe het hunne toebragten,
en inzonderheid aan de commissie, die met onvermoeiden ijver
alles heeft bezorgd en zich daardoor op de blijvende erkente
nis van eiken Nederlander eene billijke aanspraak heeft ver
worven en voor wie de herinnering aan hetgeen zij met den
beroemden redenaar tot dit vaderlandsche feest mogt toebren
gen, eene belooning zal zijn, even zoet, als de gedachte van
het zijne te hebben gedaan tot vereering van eenen der groot
ste Nederlanders wezen zal voor den edelen Koning, die weet
wat heldenmoed is, en daarom zijne Koninklijke Zonen her
waarts bragtom hier te toonen wat het zeggen wil bij zijne
latidgenooten onsterfelijk te zijn I
GOES den 26 augustus. De heugelijke komst van Z. M.
den Koning en de Koninklijke Prinsen heeft deze stad met
vreugde vervuld.
Hoogstdezelven zijn langs 's Heer-Arendskerke Wisseker-
ke en 's Heer Hendrikskinderen omstreeks 9 ure in de nabij
heid dezer stad aangekomen, en werden aan de eerepoort
buiten de 's Heer-Hendrikskinderen.poort, door den stedelij
ken raad bij welken zich de majoor .kommandant der dienst
doende schutterij dezer stad de heer de Haze Bommehad ge
voegd opgewacht, en bij monde van den heer eersten wet
houder Kakebeeke (vervangende den heer burgemeester die
zich als districts-commissaris bij Z. M. bevond), gecompli
menteerd en de sleutels der stad aangeboden hetwelk door
Z. M. op het minzaamst werd beantwoord.
Z. M. werd begeleid door de stedelijke eerewacht te paard,
in eenvoudig doch sierlijk costuumonder aanvoering van
den heer G. T. Callenfels. Aan dit korps was den vorigen
dag door den heer burgemeester een fraai, door eenige dames
uit deze stad bewerkt en met den gans uit het stedelijk wa
pen voorzienvaandel uitgereikt.
Een gedeelte der stedelijke schutterij was in de nabijheid
der 's Heer-Hendrikskinderen-poort geplaatst, terwijl eenige
muzijkliefhebbers, bij de aankomst van Z. M.het Wilhel
mus van Nassauwen deden hooren.
Hierbij hadden zichna bekomene toelating, een aantal
stedelijke werklieden, alle op dezelfde wijs gekleed, met na
tionale vlaggen gevoegd en openden den trein, die onder
geleide van de stedelijke eerewacht en schutterij, in statigen
tred, de stad binnentrok, door de 's Ileer-Hendrikskinderen
straat langs de kaai en groote markt naar het stadhuistot
ontvangst van Z. M. en gevolg in gereedheid gebragt, en
alwaar een ander gedeelte der schutterij geschaard stond.
Inmiddels had de stedelijke raad zich naar het raadhuis be
geven en werd Z. M. en de Koninklijke Prinsen, aan de
pui, door de heeren mr. van der Bilt en van Kerkwijkle
den van den raad, daartoe gecommitteerd, ontvangen en
door den geheelen raad binnengeleid.
Dadelijk na de aankomst van Z. M., heeft het aan hoogst-1
denzei ven behaagd audiëntie te verieenen, zoo aan de be
staande autoriteiten, schutterij en eerewacht, kerkeraden,
collegien als bijzondere personen.
Na den afloop der audiëntie heeft Z. M.door de Konink
lijke Prinsen en gevolg vergezeld de stedelijke schutterij ge
ïnspecteerd, en heeft daarna de kerk der Hervormde gemeente
bezocht.
Op het raadhuis teruggekeerdheeft het Z. M. behaagd
van het door het stedelijk bestuur aangeboden dejeuné ge
bruik te makenop hetzelve is door den heer burgemeester
Verschoor van Nisse een feestdronk aan den Koning toege-
bragten door hoogstdenzelven met een toast op het welzijn
dezer stad beantwoord.
De tijd voor het verblijf van Z. M. in deze stad zeer be
perkt zijnde, nam hoogstdezelve en de Koninklijke Prinsen
een hartelijk en minzaam afscheid van het stedelijk bestuur en
de op het dejeuné genoodigden hebbende inmiddels hoogst
deszeifs tevredenheid betuigd over de gedane receptie en het
voornemen doen blijken om dit eiland nader te bezoeken,
en vertrok, ongeveer 11 ure in den voormiddag, op dezelf
de wijze begeleid ais bij den intogtlangs de groote kaai
naar buiten de havenpoort, in welks nabijheid insgelijks eene
eerepoort was geplaatsten vervolgens door het Wilhelmina
dorp naar bet Goesscbe Sasalwaar Z. M. nogmaals van het
stedelijk bestuur, hetwelk hoogstdenzelven derwaarts gevolgd
was, op de minzaamste wijze afscheid heeft genomenen
zich met ue Prinsen en gevolg, in sloepen, begeven aan boord
van het koninklijk stoonijagt de Leeuwom naar de stad
Zierikzee te stevenen.
ZIERIKZEE den 26 augustus. Z. M. de Koning heeft
heden deze stad met een bezoek vereerd.
Bestuur en ingezetenen hadden zich beijverd om alles tot
eene plegtige ontvangst van Z. M. voor te bereiden en de
stad leverde een feestelijk aanzien opdoor het oprigten
van eerepoorten het vlaggengroenen en versieren der ge
bouwen waardoor de algemeene belangstelling werd aan den
dag gelegd.
Reeds een n ure in den morgen zagen wij het koninklijke
stoonijagtvan Goes komende deze stad naderen bij het
binnenkomen der haven stapte Z. M. bij de in aanbouw zijn
de nieuwe sluis aan wal en bezigtigde de werken, vergezeld
van den heer hoofd-ingenieur van den wacerstaat; spoedig ech
te! begaf Z. M. zich weder aan boord en landde ongeveer ten
half één ure aan dezer stads haven, vergezeld van HH. KK.
HH. de drie Prinsen hoogstdeszeifs Zonen, Z. Exc. den
heer staatsraad gouverneur, den heer griffier der Staten van
Zeeland en verder gevolg; aldaar stond eene eerewacht te
paard aan welker kommandant door den heer burgemeester
met gepaste toespraak een door eenige aanzienlijke dames
vervaardigd vaandel was uitgereikt, benevens de stedelijke
schutterij in orde geschaard en werd Z. M. door den edel
achtb. heer burgemeester, aan het hoofd der stedelijke re
gering, eerbiediglijk verwelkomd.
In koetsen gezetendoor de eerewacht en schutterijmet
de muzijk aan het hoofd, begeleid, reden Z. M., de Prinsen
en gevolg, benevens eene commissie uit het stedelijk bestuur
langs de nieuwe en oude havens naar het huis des burgemees
tersalwaar Z. M. dadelijk gehoor verleende en aller belan
gen op de minzaamste wijze aanhoorde; na den afloop waar
van Z« M.steeds van denzelfden stoet vergezeld, wederom
uitreed en eerst de commercie-werven onzer stad bezocht,
vervolgens de schutterij in oogenschouw nam en daarna de
nieuwe fabrijk van callicots van de heeren Salomonson bin
nentrad alwaar Z. M.door een dier heeren zelf opgewacht
en rondgeleidzich omringd zag door eene talrijke schaar
behoeftigenaan welke de nijverheid werk en brood ver
schaft en die hunne vreugde over 's Konings bezoek dankbaar
uitdrukten; welke nuttige inrigting met blijkbaar welgevallen
door Z. M. bezigtigd dan ook bij vernieuwing in hoogst-
deszeifs belangstellende bescherming werd aanbevolen.
De Koning vervolgens nog het weeshuis en de burger-be
waarschool bezoekendewerd daar en overal met geestdrift
ontvangen en begroetbetoonde zich over alle inrigtingen
wel voldaan en begaf zich ten 5 ure naar het raadhuisal
waar Z. M. deel nam aan een prachtvol diner hoogstden
zelven door de stedelijke regering aangebodenna welks
afloop Z. M. en gevolg andermaal de stad rondreed, die nu,
door het schoonste weder begunstigd, een luisterrijk gezigt
opleverde, door de algemeene verlichting der stads- en parti-
kuliere gebouwen, der eerepoorten en de met groen versier
de straten, waaronder ook de met smaak geïllumineerde fa
brijk van callicotsde ondubbelzinnige volksvreugde uit
drukte.
Alzoo liep deze blijde dagwaarop de feestvreugde geen
oogenblik werd gestoord, tot algemeen genoegen ten einde,
en zal door een iederdie 's Vorsten minzame toespraken ver
nemen mogtnog lang in dankbare herinnering bewaard
blijven.
Z. M. met gevolg, door denzelfden stoet uitgeleid, om
streeks nalf 9 ure des avonds zich weder aan boord van het
stoonijagt begeven hebbende, vertrok, onder luide heilwen-
schen, onmiddellijk van deze stad naar Bergen op-Zoom.
MIDDELBURG den 30 augustus. Door Z. M. zijn nog
benoemd tot ridders der orde van den Nederlandschen Leeuw:
de heeren J. de Katerlid der provinciale Staten, te Zierik
zee mr. F. N. van der Biltpresidenten mr. j!de Bncker
officier bij de arrondissements-regtbank te Goes; mr. 11. van
Adriehempresident, en mr. A. J. F. Eg terofficier bij de