STOOMJAGTEN,
Middelburg en Ro lier dam
STOOIJAGT
Gorinchem en Middelburg
ADVERTENTIEN.
DE STOOMBOOT DE SCHELDE
6i-
Ǥ-
7
'beid en menschenkennis te hebben opgedaan, door de een
parige stem «des Volks aan de Regering des Vaderlands werd
geroepende dagen van druk en rampspoed deed vergeten
200 veel dat vervallen was herstelde, en niettegenstaande de
moeijelijkheden welke de vereeniging van twee door zeden
gewoonten en vroegere herinneringen zoo zeer verschillende
volken aan zijne Regering deden ondervindenzoo veel goeds
in Nederland stichtte; zouden wij vergeten, dat die «verlichte
Vorst, toen hem als aan den besten 'handhaver onzer nog
wankelende onafhankelijkheidin de eerste opwelling der
vreugde over het herkregen volksbestaande onbepaalde j
■oppermagc over deze landen werd opgedragen, dezelve wei- j
gerdezoo zijne magt en de regcen des Volks niet door eene
staatsregeiing werden omschreven en gewaarborgddat wij
aan hem alleen, aan zijnen vrijen wil, de grondwet, welke
wij als het plegtanker onzer vrijheid en van ons volksgeluk
mogen beschouwen, verschuldigd zijn, terwijl nog zoo vele
volken, aan welke zoodanige waarborg vroeger was beloofd,
vruchteloos naar «dezelve uitzien. Hadden wij aan dien Vorst
niets anders dan dit Staatsverdrag te danken hetzelve zoude
-voldoende zijn om hem bij ons en het nageslacht in zegening
te doen blijven; nmr behalve dit, zagen wij onder zijne
Regering onzen handel herleven, onze koloniën tot eenen
nooit gekenden trap van bloei klimmen, onzen scheepsbouw
tot de vroegere uitbreiding zich verheffen, fabrijken van al
lerlei aard ontluikende binnenlandsche communicatie verbe
teren, de groote koopsteden door nieuwe kanalen gemakke
lijker gemeenschap met de zee« verkrijgenorde in alle tak
ken van inwendig bestuur daargesteld, vroegere achterstan-
■den zoo wel van 's Rijks kas als van Plaatselijke en Armbe
sturen gekweten, alle takken van onderwijs uitgebreidvoor
al de beschaving der lagere klassen met vaderlijke zorg be-
worderd, binnenslands alom welvaart, voorspoed en tevre
denheid heerschenen de sporen van twintig jaren oorlog en
druk meest overal verdwijnen.
Het is waar, de laatste jaren bragten eenen zwaren slag
toe aan 's lands finantien, en bij het eindigen van den strijd
met Belgie .zagen wij met schrik en verbazing de diepe wond
welke een langdurige staat van spanning door ontzettende
vermeerdering van schuld in de uitgeputte schatkist achter
had gelaten. Maar was het niet een heilige strijdwelke
tegen oproer en geweld was gevoerd, waartoe duizenden vrij
willig opkwamen, schier.allen die tot dezelve werden opge
roepen blijmoedig zich aanbodenis ons nationaal karakcer
daardoor niet gehandhaafd onze zedelijke invloed en aanzien
in Europa niet verhoogd geworden, is de eer van Nederland
daarbij niet ongeschonden bewaardja ir. roem vermeerderd
is, hoe hagchelijk ook de omstandigheden schenen, het na
tionaal crediec niet boven verwachting gehandhaafdheeft
de Nederlandsche goede trouw geene geldelijke offers gevor
derd om aan aangegane verbindtenissen te voldoen waaraan
de Belgen zich hadden onttrokken, en die het trouw geble
ven Nederland geen oegenblik heeft geaarzeld alleen af te
dragenliever dan zelfs den schijn van mindere naauwgezet-
heid op zich te nemen? Het is zoo, de openbare geldmid
delen bij het eindigen der vorige Regering waren verre van
den toestand, waarin de onvermoeide zorgen des Konings ge
strekt hadden dezelve te brengen, en waarin zij waarschijn
lijk zouden geweest zijn, indien het ongelukkige jaar 1830
en deszelfs gevolgen de vroeger plaats gehad hebbende ver-
beteringen niet hadden doen verloren gaan zoodatbij het
eindigen van de geschillen met Belgiede zoo billijk ge
wachte vermindering der reeds hoog opgevoerde belastingen
niet is verwezenlijkt geworden. Maar zouden wij daarom al
het goede vergeten hetwelk wij onder eene langdurige Rege
ring hebben genoten zouden wij minder regtvaardig in ons
oordeel zijn dan onlangs twee vreemde staats-ministers van
een naburig Rijk die van bet openbare spreekgescoelde hun
ne hulde aan de vrijgevige beginselen, die dezelve steeds
hebben geleidhebben toegebragtzouden wij de hulde on
zer dankbaarheid niet gaarne toebrengen aan den Koning, die
met zoo veel regtvaardigheidzoo veel wijsheid, zoo veel
onvermoeide zorg en innige liefde ons Vaderland bestuurde
wien zelfs zijne bitterste vijanden zijne afvallige en trouw-
looze onderdanen gedurende eene 1 sjarige Regering geene
enkele onwettige of willekeurige daad hebben kunnen ver-
wijten. Zouden wij die niet doen ingezetenen van een ge
west hetwelkofschoon minder dan andere in den vermeer
derden volkswelstand en rijkdom deelendenogtans menig
vuldige blijken draagt van 's Konings vaderlijke zorg tot her
stel van het vervallene en bevordering onzer welvaart. Of
zijn niet twee onzer voornaamste steden door zijne zorg van
ruime havens in plaats van de vervallene en onbruikbaar ge-
wordene voorzien, is niet eene andere met een belangrijk
etablissement der marine begunstigd en daardoor voor geheel
verval bewaard. Is niet in een aanzienlijk district, door de
daarstelling van een kostbaar kanaal, het middel tot ontlasting
van het overtollig water geopend. Zijn niet alom onze onder
eene korte overheersching zoo zeer vervallene sluizen en
zeeweringenvan welker behoud het leven en de beziccingen
van zoo vele duizenden afhangen, in stand gehouden en meer
en meer verbeterd. Hebben wij niet scheepsbouw, handel
en zeevaart, welke geheel was te niet gegaan, zien herle
ven, en, ofschoon verre verwijderd gebleven van vroegeren
bloei en uitbreidingnogtans een middel van bestaan voor
velen zien opleveren. Zijn niet nog onlangs in verschillende
steden en plaatsen vroeger onbekende fabrijken opgerigc,
welke aan vele schamele ingezetenen werk en brood ver
schaffen
Zien wij dan met eerbiedige dankbaarheid op de geëin
digde Regering terug, en wenschen wij den grijzen Vorst,
bij een langdurig en ongestoord genot der hem gegunde rust,
de zelfs voldoening toe van het bewustzijn dat zijne onver
moeide pogingen om een geheel volk gelukkig te maken,
ofschoon niet die uitkomsten opleverendewelke hijzonder
de ondankbaarheid en het oproer van een gedeelte zijner on
derdanen had kunnen verwachten, nogtans niet geheel on-
«/ruchibaar zijn geweestdat hij Nederland met wijze en
nuttige instellingen begiftigde, deszelfs welvaart ruimschoots
bevorderde, beschaving, verlichting, zedelijkheid en gods-
dienstigen zin onder alle klassen des volks zoodanig ontwik
kelde, dat het in 1813 in allen opzigte diep gezonken Ne
derland, thans bij de vorderingen, welke alom in Europa zijn
gemaakt, niet alleen niet achterlijk is gebleven, maar aan ve
le volken als voorbeeld kan worden aangewezen.
Verheugen wij ons daarbij, dat de Voorzienigheid het
zoo beschiktedat hij met vertrouwen en gerustheid aan
den lang door hem gekoesterden wenschom zijne overige
levensdagen in rust en bevrijd van -de zorgen der Regering
door te brengengevolg kon gevendoor dezelve over te
dragen aan eenen Opvolger, wien hij wist, dat met geer,
minder vurig verlangen voor het welzijn van Nederland be
zield, met denzelfden ijver en warme liefde de bevordering
van het geluk en de welvaart van zijn volk zal behartigen.
Ten gevolge van deze gebeurtenisheeft onze tegen
woordige Koning de Regering den 7 october jl. aanvaard
en is op den 28 november daaraanvolgendevolgens de voor
schriften van art. 51 en volgende der grondwet, te Amster
dam in eene openbare en vereenigde zitting der beide Kamers
van de Staten-Generaal plegtiglijk beëedigd en gehuldigd,
van welke plegcigheid op 's Konings lastaan U. E. G. A. door
Zijne Exc. den minister van Binneiandsche zaken bij missive
van den 8 april jl. is kennis gegeven, ten gevolge waarvan
U. E. G. A. krachtens are. 54 der grondwet geroepen worden
aan hoogstdenzelven in deze vergadering hulde toe te brengen
waarvan de acte is opgemaakt en U. E. G. A. ter ondertee-
kening zal worden aangeboden. De daarin vervatte eed en
belofcen zult U. E. G. A. zeker bereidvaardig doenen aan
den Vorst, die reeds vóór het aanvaarden der Regering zoo
veel aanspraak op de liefde van Nederland had verworven
dien wij niettegenstaande de moeijelijkhedeowelke de toe
stand des Vaderlands aanbiedt, het roer van Staat meteenen
welberaden moed zagen in handen nemen en aan den gang
der Regering die rigting zagen gevenwelke de veranderde
grondwet noodig heeft doen worden en waardoor aan de
wenschen van velen aanvankelijk wordt te gemoet gekomen
behalve de gezworen trouw en gehoorzaamheid, even als
aan hoogstdeszelfs Doorluchtigeu Vaderdie liefde en toe
genegenheid toedragenwelke de Zeeuwen steeds aan het
Doorluchtig Huis van Oranje hebben betoond. Zijnde moei-
jelijkheden. welke de benarde toestand van 's lands kas aan
de Regering des lands opleveren, groot, laten wij, aan der
vaderen spreuk gedachtig, en doordrongen van het gevoel,
dat bij de eendragtige medewerking van allen deze moeijelijk-
heden niet onoverkomelijk zijn, zoo veel in ons is trachten
deeendragt, welke sedert ruim 27 jaren in Nederland be
staat, zonder welke al het goede, hetwelk sedert werd tot
stand gebragt en bewaardniet had kunnen verkregen wor
dente bevestigen en te handhaven-, tot de bevordering der
maatregelen van het Bestuur mede te werken met vrijmoe
digheid wanneer wij daartoe geroepen wordenden Koning
en deszelfs ministers omtrent de ware belangen van dit ge
west voorlichten, of dezelve, wanneer zulks noodig mogt
zijnbij den Koning of de Staten-Generaal voorstaan, en
alzoo zoo veel mogelijk ook het onze toebrengen om de Re
gering des Konings gelukkig te maken tot vermeerdering van
den roem van hoogstdeszelfs Huis en tot heil des Vaderlands
te doen strekken. En waarom zouden wij ons met deze
blijde verwachting niet bij den aanvang dezer Regering mo
gen bemoedigen. Immers, indien wij het oog vestigen op de
geschiedenis des Vaderlands ontbreekt het niec aan tijdper
ken waarin de toestand des lands hagchelijker was dan de
tegenwoordige, waarin zwaardere lasten tot handhaving van
ons volksbestaan en 's lands crediet noodig waren, en niet
tegenstaande de gebreken van de toenmalige Regering het
gemis van eenheid in dezelve en de botsing van tegenstrijdi
ge belangen of inzigten welke zoo vele doelmatige maatre-
gen deden schipbreuk lijden of verijdelden, zijn die bezwa
ren te boven gekomen en zouden wij dan nu de toekomst
niet vertrouwend te gemoet gaan bij den raaterielen welvaart,
die in de laatste jaren zoo zeer is toegenomen, bij de een
heid in het bestuur door de grondwet geregeldonder de
Regering van eenen Vorst, wiens vrijzinnige beginselen den
besten waarborg aanbiedendat die grondwet nader in des
zelfs weldadige werking ontwikkeld den gang zijner Rege
ring zal regelen, van eenen Koning, die reeds aanvankelijk
de door hoogstdenzelven bij de aanvaarding der Regering ge
dane toezegging, dat zijne bij die gelegenheid aan den dag-
gelegde voornemens door zijne daden zouden bevestigd wor
den heeft verwezenlijkt."
J\1iddelprijzes van de volgende Graxex enz
1 K°»eiiugs geleden zagen wij ons door den dood ontruk-
ken ons tweejarig Kindje, Vergenie IVilhelmina Heden
werd ons Ouderhart andermaal diep getroffen door het afster-
i ven van een onzer vijf Lievelingen, ELIZABETH ANTHO-
NETTA, in den jeugdigen leeftijd van bijna vijf jaren.
Middelburg 1 J. W. le MARCHAND.
dén 7 Julij 1841. W. A. le MARCHAND,
Algemeene kennisgeving. geb. Meurs.
A'Ie diegenenwelke genegen zijn derzelver MEEDE in
den eerstkomenden teelt, in de MEESTOOF DE HOOP,
staande te Geersdijkte laten reeden gelieven daarvan op
gave te doen bij den ondergeteekendeBoekhouder van voor
melde Meestoof; terwijl tevens ter kennis van de zoodanigen
wordt gebragt, dat op den 10 Augustus aanstaandedes voor
middags ten 11 ure, te GEERSDIJK, de loting voorde
Beurten van Reeding zal plaats hebben.
Kolijnsplaatden 6 Julij 1841. P. C. SWEMER.
VERKOOPING van TIENDEN.
Men zal op Vrijdag den 6 Augustus 1841 des namiddags
om vier ure, in de Herberg bij L.deFos, te KORTGENE
bij Publieke Veilingeen overstaan van den Notaris .7. IF.
Fader, residerende te Kortgene presenteren te verko'open
het TIENDEREGT over drie Blokken Veld, gelegen in he't
Eiland Noordbevelandals: over den Blok Emeüsse in den
Polder Oud-Noordbeveland Gemeente Colijnsplaatover
den 8sten'Blok in den Thoorn-Polder, en over den 4den Blok
in den Rip-PolderGemeente Wissenkerkehebbende in de
laatste 11 jaren (18301840) jaarlijks gemiddeld opgebragt
respectivelijk 212, 30 237 f 163. Nadere informatien zijn
te bekomen bij de Heeren F. M. SchmolckNotaris te 's Ilage
en IV. L. Faderte Wissenkerkeen ten Kantore van voor
noemden Notaris.
JJit de hand te koop een zoo goed als nieuwe Driebanks
GLAZEN-WAGEN, voor zes of meer Personen, zeer ligt,
voor twee Paarden; twee Tweebanks WAGENTJES, voor
één of twee Paarden; een Bruin MERRIE-PAARD van
10 jaar oud, en onderscheidene PAARDEN-TUIGEN. Te
bevragen bij K. Meertens, op den Beenhouwers-Singel.
Een bekwame BOEKDRUKKERS-KNECHT, tevens
het Letterzetten grondig verstaande en van goede getuigenis,
vasc werk begeerendebenoodigd. Iemand hierop reflecte
rende, adressere zich bij Moens Zoon, Boekdrukkers te
Middelburg. Brieven franco.
Een bekwame KNECHT, het Timmeren en Metseren
verstaandeterstond benoodigdbij 'een Baas op een der
Dorpen in die Eiland adres bij den Boekverkooper Uendrikse.
J)oor toeval terstond eene Burger DIENSTMEID benoo
digd; adres bij de Uitgevers dezer Courant.
Met Veersche Kermis MUZIJK voor den DANS in het
HUISJE TEN HALVEVeerschen Weg.
VARENDE TUSSCHEN
en op alle daar tusschen gelegen Plaatsen.
Julij 1841.
Van Middelburg
Middelburg, 8 Julij 1841.
Tarwe, de Ned. Mudde f 8 00
Rogge, - 6 10
Gerst, - 4 50
Haver, - 3 20
Zetting van het Brood.
Tarwenbrood 't Nederlandscb Pond 17^ Cts.
Roggenbrood, 14
Getrouwd
Middelburg
den 9 Julij 1841.
A. den BOER
en
J. van NEDERVEEN.
pjeden verloste voorspoedig van eene welgeschapene
DOCHTER, Ckristina Braam, geliefde Echtgenoot van
den 7 Julij 1841. DANKESTER.
Dienende deze tot kennisgeving aan Vrienden en Bekenden
buiten deze Stad.
Zaturdag 10, voorm. 3 ur.
Zondag 113
Dingsdag 135
Donderd. 15, 8
Vrijdag 16, 9
Zaturdag 17, 10
Zondag 18, 11
♦Dingsdag 20, 5
Van Rotterdam
Zaturdag 10, voorm. 8 ur.
Zondag 11, 9
Dingsdag 13, 10
Woensd. 14, 11
Vrijdag 16, middag 12
Zaturdag 17, voorm.
Zondag 18,
Dingsdag 20,
Woensd. 21,
3
3s
5
6
DE STAD G ORIN CHEM
varende tusschen
en op alle daar tusschen gelegen Plaatsen.
Dagen en uren van vertrek gedurende de maand Julij
van Gorinchem
Zondag 11, voorm. 8 ur.
Dingsdag 13, 10
Vrijdag 16, 3
Zondag 18, 3
Dingsdag 20, 4I
van Middelburg
Zaturdag 10, voorm. 3 ur.
Maandag 12,5
Woensdag 14, 7*
Zaturdag 17, 10
Maandag 19, middag 12
♦Woensd. 21, voorm. 7
Van VL1SS1NGEN en BRESKENS
vertrekt in de maand Julij op de volgende uren;
van Vlissingen
Zaturdag 10, namidd.
Zondag 11
3 w.
4
6
[-Jeden beviel zeer voorspoedig van eene welgeschapene
DOCHTER Johanna van Kampen geliefde Echtgenoot
van
Middelburg T. W. den DOOP
den 8 Julij 1841. Graveur.
Kennisgeving aan Vrienden en Bekenden.
Maandag 12, voorm
en namidd. 6
Dingsdag 13, voorm.
en namidd.
Woensd. 14, voorm.
en namidd.
Donderd. 15, voorm.
Vrijdag 16, p
Zaturdag 17, niet varen.
7
8
van Breskens
Zaturdag 10, namidd. 4 ur.
Zondag 11, 5
Maandag 12, voorm. 7
en namidd. 7
Dingsdag 13, voorm. 7!
en namidd.
Woensd. 14, voorm. 8
en namidd. 8
15, voorm. 9
i(S, 10
Donderd.
Vrijdag
Zaturdag
17 met varen.
Van VLISSINGEN naar NEUZEN en terug.
Zaturdag 17, voorm. 11 ure. Terug namidd. 2 ure.
TER DRUKKERIJ VAN DE GEBROEDERS ABRAHAMS.