MIDDELBURGSCHE CDURA N°. 35. Diugsdag 1841. 23 laart. BESTUREN ex ADMINISTRATIEN. flu&Hcatic. Qbucvtcutrc. (JDpcmbrtt'c giierkooptiig. iüebctrlanbscïtc 4»)rtitbcl~ill»tafschappij- NIEUWSTIJDINGEN. SDuitöchUub. (öv-oot-isrittauic. I3cl0tc- JJÏcbcviartbcn. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG roepenovereenkomstig de circulaire van den Heer Staatsraad Gouverneur van den 8 dezer maand Pro vinciaal Blad no. 25) bij deze op de Miliciens-Verlofgan gersvan de Ligtingen van 1838 en 1839 welke, krachtens speciale beschikkingen in het genot van bepaald Verlof en nog ongekleed en ongeoefend zijn, om op Donderdag den 25 Maart aanstaande, des morgens ten half-negen ure, te verschijnen op het Raadhuis dezer Stad ten einde aan den Heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie te worden over gegeven en vervolgens gedurende den tijd van drie maan den in werkelijke dienst te worden gesteld. En worden mitsdien gemelde Verlofgangers aangemaand om door eetie geregelde opkomst ten voorschreven dage ure en plaatse, zich niet schuldig te maken aan de straf bepalingen deswege vastgesteld zullende, opdat niemand hier van onkundig zijdeze wordeu afgekondigd mitsgaders in dezer Stads.Courant geplaatst. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg den 15 Maart 1841. Burgemeester en Wethouders voornoemd PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare, A. M. BECIUS. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG zullen krachtens eene resolutie van den Stede- lijken Raad, op Donderdag den 25 Maart aanstaande, des namiddags ten één urein eene der Zalen van het Raad huis in het openbaar verpachten De JAGT onder Stads-Ambachten Noordmonsterden Haayman Mortiere of Oud- Arnemuiden en Poppen- roeden-Ambacht en zulks voor den tijd van zeven achtereenvolgende Jagt-saizoenen. Zullende de voorwaardenwaarop deze Verpachting zal plaats hebben, van heden af op de Stedelijke Griffie ter in zage leggen. Middelburg, den 1 Maart 1841. Burgemeester en Wethouders voornoemd PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare A. M. BECIUS. De MILITAIRE ONDER-INTENDANT te Vlissingen zal, krachtens autorisatie van Zijne Exc. den Heer Direc-, teur-Generaal van Oorlog, op Vrijdag den 2 April 1841, des voormiddags ten 10 ure openbaar aan de meestbiedenden om contant geld ten verkoop aanbiedeneene partij oude en defecte ARTILLERIE-GOEDEREN, groot en klein Hout, Ijzer, Koper, Blik, Gereedschappen, Papieren en Perka menten PatroonzakkenDuigen van Vaatwerk enz.; alles daags vóór de Verkooping te zien en te bevragen bij den asten Luitenant-Magazijnmeester der Artillerie alhier. Vlissingen, den 18 Maart 1841. De Onder-Intendant voornoemd, R E E S E. De DIRECTIE maakt bekend, dat door haar zullen ge veild worden Te AMSTERDAM, op Vrijdag den 2 April 1841: 2512 Kisten Java INDIGO, 19 COCHENILLE,j ns>&elKle akaar« Te ROTTERDAM op Maandag den 5 April 1841: 1799 Kisten Java INDIGO liggende aldaar. De Notiticn met de Veil-Conditien zullen in tijds wor- ■den uitgegeven. Amsterdam, 16 Februarij 1841. VAN DER HOUVEN, President. KOOYDirecteur, fungerend Secretaris. FRANKFORT den 15 waart. De Augs. Allg. Zeitung deelt het volgende berigt, gedagteekend van den Rijn den 8 -dezermede Het Engelsche kabinet heeft besloten eene schrede van toenadering tot Frankrijk te doen. Terwijl het zelve namelijk voornemens is, om aan de Fransche regering ,'formeel kennis te geven, dat het Londensche traktaat van den 15 JU'iJ«treffende de Egyptische vraag gesloten, ge heel en al is uitgevoerdwil lord i>a[merston „ademaal ■daardoor de oorzaak der oneenigheden cusschen de verschil lende mogendheden is weggenomen, Frankrijk uitnoodigen ■om niet langer meer op zichzelve» alleen te blijven staan maar weder deel te nemen aan de beraadslagingen der mo gendheden; inzonderheid om eene nieuwe conferentie bij te wonen, tot afhandeling van eenige verdere punten, betref fende het Oosten, namelijk over het sluiten der Dardanellen voor oorlogschepenen over het openstellen daarvan voor koopvaardijschepen, van welke natie ook, alsook over den overtogc over de landengte van Suez. Deze schrede van En geland is sedert november II. weder de eerstewelke er ge daan wordt tot beëindiging der beklagenswaardige oneenig- heid tusschen de vier groote mogendheden eener- en Frank rijk anderzijds; ai hetgeen men heeft berigt, van herhaalde lijk door de vier verbonden mogendheden aan Frankrijk ge- rigte nota'sis van allen grond ontbloot." Z. M. de koning van Pruissen heeft de vergunning gegeven, dat de beraadslagingen der thans vergaderde provin ciale stenden reeds gedurende hun bijeen zijn door middel van officiële artikelen, in daartoe geschikte dagbladen zullen mogen worden openbaar gemaakt. Deze nieuwe maatregel gelijk de onlangs genomene, dat eenige stenden-leden voort durend zullen bijeen zijn, om door de regering te kunnen worden geraadpleegd, heeft groot genoegen gegeven. In brieven uit Berlijn wordt met opgetogenheid gesproken over de vorderingen die Pruisen sedert kort op den weg der grond wettige vrijheid heeft gemaakt. De groote raad van Zurich heeft zijne instructien aan de afgevaardigden van dat kanton tot den buitengewonen land dag in zeer verzoenenden geest gestelden vooral daarop aangedrongendat men de zaken onderling en zonder vreemde tusschenkomst in der minne regele. BONN den 7 maart. Onze professor Nasse heefc een zoogenaamde thanatometer uitgevonden door middel waar van iedere schijndood onfeilbaar zou ontdekt worden. De heer Nasse is, om zijne voortreffelijke behandeling der ziel- zielttenberoemd in de geneeskundige wereld. Zijn thana tometer is door de regering in handen gesteld van de genees- heeren des hospitaals te Berlijn, ten einde deszelfs doelma tigheid te beproeven. Voldoet het alsdan bij de veelvuldige proeven, zoo heeft professor Nasse zich zeer verdienstelijk bij het menschdom gemaaktterwijl menig angstig gemoed zijne vrees ora levendig begraven te worden afleggen kan. LONDEN den 17 maart. De jongste berigten nic de Vereenigde-Staten worden hier beschouwd als van gunstiger aard dan de vorige, en hebben heden den prijs der fondsen ter beurze vrij aanmerkelijk doen rijzen. BRUSSEL den 18 maart. De Katholijke partij, welke in de kamer van afgevaardigden bij de beraadslagingen over het budget van binnenlandsche zakenhet onderspit heeft moeten delven voor den aanhang van het ministerie, heeft nu den strijd in den senaat, ter zake van hetzelfde onder werp, met gelukkiger gevolg hervat, naardien het haar ge lukt is in die vergadering, gisteren, met 23 tegen 19 stem men, een adres aan den koning door te drijven, hetwelk strekt om het verlangen van den senaat te kennen te sreven om niet tot het uiterste gebragt te worden van het budget van binnenlandsche zaken te moeten verwerpen, omdac de meerderheid geen vertrouwen stelt in het ministerie. Het ka binet bevindt zich door de aanneming van dat adres geplaatst op een zonderling standpunt, daar de eene vergadering des- zelfs gedrag goed, en de andere hetzelve afkeurt. Men denkt, dat in deze omstandigheden de toevlugt zal genomen worden tot de ontbinding der kamers. Heden namiddag ten één ure beeft eene commissie uit den senaat het bovengemelde adres aan Z. M. aangeboden. Het antwoord des konings zal echter eerst dezen avond aan die vergadering medegedeeld wórden. BRUSSEL den 19 maart. De Moniteur geeft eene van de door alle bladen medegedeelde geheel verschillende lezing van hec antwoord des konings op het adres van den senaat. Volgens dien officielen tolk, heeft Z. M. enkel gezegd: „Mijne heeren 1 ik ontvang het adres van den senaat; ik heb nimmer getwijfeld aan zijne goede bedoelingen. Ik zal dit adres met aandacht onderzoeken." Vervolgens zou Z. M. zich met elk der leden der deputatie zeer minzaam onder houden hebben. Men verlaat zich in deze crisis algemeen op de wijsheid en billijkheid van den koning. De zoogenoemde ministeriele bladen zien geen heil, dan in eene ontbinding der kamers. Gisteren echter zeide men reeds, dat het kabinet zijn ontslag had gegeven en waren twee lijsten van een nieuw ministe rie in omloop. Anderen willen nogtans weten dat het bijna zeker is, dat, dadelijk na de stemming van den senaat over het budget van openbare werken, de beide kamers zullen worden ontbonden om een beroep op het land te doen; zoo dat het tegenwoordig ministerie niet Zijn ontslag zou geven. ANTWERPEN den 19 maart. Sedert eenige dagen merkc men op dat de genie vele reparatieu doet daarstellen aan de forten Liefkenshoek en Lillo, Men heefc in hec laatst genoemde forc een aancal huizen aangekocht, om er kazer nen op te rigten. 's GRAVENIIAGE den 18 maartZ. M. de Koning heeft den Raad van ministersdie op gisteren alhier ge- houden is en omstreeks drie uren geduurd heeftgepresideerd. Heden is door hoogscdenzclven hec volgend besluit geno men Wij WILLEM II, enz. In aanmerking nemendedat er zich gevallen kunnen voordoen, waarin het voor de beide Kamers der Staten.Ge- ueraalbij het coepasseu van art, 96 der grondwet van belang zou wezen de inlichtingen te erlangenwelke voor het onderzoek van de geloofsbrieven der nieuw inkomende leden mogcen geoordeeld worden noodzakelijk te zijn Dat echter het bepaalde bij 2 van het koninklijk besluie van den 8 junij 1820, no. 1 de hoofden der departementen van algemeen •bestuur verhindert, om aanvragen, welke van de zijde der Kamers tot dat einde mogteu geschieden, aan te nemen en te beantwoorden Dat voorts diezelfde bepaling gemelde hoofden der depar tementen belet, om aan te nemen de verzoekschriften, wel ke de Kamers der Sracen-Generaal zouden wenschen bij de Regering bekend te stellen en met dat oogmerk aan eenig departement van algemeen bestuur te renvoijerenzulks niettegenstaande zoodanig eenvoudig renvooi niet kan geacht worden eenige inbreuk te maken op de betrekking, welke tusschen de Kamers der Statcn-Generaal en de departemen ten van algemeen bestuur grondwettig bestaat; Hebben goedgevonden en verstaan, met wijziging in zoo verre van het bepaalde bij 2 van het koninklijk besluit van den 8 junij 1820, no. 1en onverminderd de bevoegd heid bij art. 93 der grondwet aan de hoofden der departe menten van algemeen bestuur toegekend, hen aan te schrij ven en te gelasten: 1. Om van de Kamers der Staten.Generaal respectivelijk aan te nemen en te beantwoorden de aanvrage om inlichtin gen welke bij hec toepassen van art. 96 der grondwec voor het onderzoek van de geloofsbrieven der nieuw inko mende leden door eene der Kamers mogten geoordeeld zijn noodzakelijk te wezen. 2. Om desgelijks aan te nemen de verzoekschriften, welke door eene der beide Kamers aan hen eenvoudig mogcen zijn gerenvoijeerd. Hec tegenwoordig besluit zal worden medegedeeld aan de beide Kamers der Sta ten-Generaal en aan de hoofden der de partementen van algemeen bestuur, alsmede aan den Raad van Stateenz. HH. KK. IIH. de Prins en Prinses van Oranje hebben heden morgen deze residentie verlaten om zich naar Stuttgai t te begeven, ten einde aldaar eenigen tijd te verblijven. Bij de koninklijke besluiten, waarbij eene nieuvvé or- ganisatie op voet van vrede is gearresteerd voor de onder scheidene wapens van het Nederiandsche leger (zie ons vorig nommer) worde verder bepaald Tot de formatie van het korps ingenieurs, mineurs en sap- peurs behoort de staf, bestaande uic 1 generaal-majoor, 3 kolonels, 4 luitenant-kolonels4 majoors11 kapiteins van de xste klasse, 11 van de 2de klasse en jo van de 3de klas se20 iste luitenants en 22 2de luitenants; 10 opzigters van de tste klasse, 10 van de 2de klasse en 12 van de 3de klasse, en 1 hataillon mineurs en sappeurs, zamengesteld uit 4 kompagnien. Voorts is bij dac besluit het Rijk voor zoo veel de dienst der genie betrefcverdeeld in de drie forcifi- cacie-direccien en in een afzonderlijk bestuur der fortifica tie in hec hertogdom Limburg zullende de standplaats der iste directie gevestigd zijn te 's Gravenhage, die van de twee de ce Nijmegen, die van de derde te Breda en die in Lim burg te Maastricht. Tot de formatie van hec personeel van de geneeskundige dienst der iandtnagc, bij de korpsen, hospitalen en garnizoe nen behoort 1 inspecteur-generaalmet rang van generaal- majoor; 1 inspecteur, met rang van kolonel; 2 eerste offi cieren van gezondheid van de istc klasse, met rang van luitenant-kolonel4 eerste officieren van gezondheid van de 2de klasse, met rang van majoor; 18 officieren van gezond heid van de iste klasse, met rang van kapitein; 60 officie ren van gezondheid van de 2de klasse, met rang van isteti luitenant60 officieren van gezondheid van de 3de klasse met rang van 2den luitenant; 1 apotheker van de isce klasse, met rang van kapitein; 13 apochekers van de 2de klasse, mee rang van iscen luitenant; 13 apothekers van de 3de klasse, met rang van 2den luitenant: 9 paarden-artsen met rang van isten luitenant; 9 adjunct paarden-artsen, met rang van 2den luitenant; 6 kweekelingen van de iste klasse en 16 kweekelingen van de 2de klasse. Bij deze nieuwe formatie van de militaire geneeskundige dienst is te vens bepaald, dat, mee intrekking van de tot lieden bestaan de vergunning, aan de militaire geneeskundigen, voor zoo lange zij in active dienst zijn het uitoefenen van de burger lijke practijk uitdrukkelijk wordt verboden; en voorts al mede, dat de plaatsen van inspecteur en eerste officieren van gezondheid niet naar ouderdom van dienst vervuld zullen wor den inaar naar keuzewelke alleen gegrond zal zijn op wetenschappelijke verdiensten en personele hoedanigheden. Ook heefc Z. M. een besluit genomen, met opzigt tot de regelenwelke voortaan bij de bevordering van officiereu zullen worden in acht genomen. MIDDELBURG den 22 maart. In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van den 19, welke bijge woond werd door Hunne Exc. de ministers van binnenlandsche zaken en van de Hervormde eeredienscis voorgelezen een koninklijk besluie van 17 dezer, houdende nadere regeling der betrekkingen van de hoofden der ministeriele departemen ten zie hierboven Op voorstel van den president werd dit besluit voor kennisgeving aangenomen. Z. Exc. de minister van binnenlandsche zaken, liet woord gevraagd hebbende, zcidedac hij ten gevolge van het zoo j even gelezen besluit, de Kamer thans kon mededeeling doen van eeii verbaal van hec verhandelde in de zitting der provin.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1841 | | pagina 1