MIDDELBURGSCHE C O a mt. W. 60. üinstsdaa 1840. 19 Mei. öefcctibwftfcitigcn. lr ilaHonaU JHilitie. NIEUWSTIJDINGEN. SDuitcchlaub. Jfïrattfc rijft. ülefccvl&n&cn. /TS¥ ll/i "4r. '$T BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG maken bekend, dat op Donderdag den 21 dezer maanddes middags te twaalf uurin eene der Zalen van het Raadhuisin het openbaar zal worden aanbesteed 1° Het herstellen en gedeeltelijk vernieuwen van 112 cubie- ke Ellen Mettelwerkop onderscheidene plaatsen der Kaaijen. 2° Het gedeeltelijk vernieuwen van 22 strekkende Ellen Beschoeijing op den Korendijkmet de leverantie der daartoe benoodigde Materialen Arbeidsloonen en Ge reedschappen en 32 Het Schilderen van eenige Stads-Gebouwen en Brug gen met de leverantie der daarbij benoodigde Mate rialen Dagloonen Gereedschappen enz. Alles op de voorwaarden, welke van heden ter lezing zullen leggen bij den Stads-Architectdie daaromtrent de noodige inlichtingen verschaffen en drie dagen te voren de noodige aanwijzing in loco doen zal. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg den 4 Mei 1840. Burgemeester en Wethouders voornoemd, PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare, A. M. BECIUS. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG Gezien een besluit van Heeren Gedeputeerde Staten dezer Provincie, van den 24 April jl. No. 7 Provinciaal Blad do. 44), houdende mededeeling van den uitslag der in de maand Februarij jl, plaats gehad hebbende Keuring van Springstieren Brengen bij dezenaar aanleiding van het Provinciaal Blad no. 87 van 1835, ter kennis der In- en Opgezetenen, de namen der navolgende in de Gemeente aanwezige Stieren houders mitsgaders de meerdere of mindere deugdzaamheid der goedgekeurde Springstieren als Josias de Buckeen driejarige zwartbonte, bij keuring tamelijk goed bevonden. Abraham Gideonseeen driejarige zwartbonte, goed. Corne/is Midavaine een driejarige zwartbonte, goed Cornelis Rijnier seeen driejarige roodbonte, goed. Izaak Midavaineeen vierjarige witbontegoed. Jan Louwerse een driejarige grijsbonte goed. En opdat de belanghebbende van deze mededeeling de noodige kennis dragenzal deze worden afgekondigd mits gaders in dezer Stads-Courant geplaatst. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 15 Mei 1840. Burgemeester en Wethouders voornoemd PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare, A. M. BECIUS. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MID DELBURG Gelet op art. 3 van het besluit van den Heer Staatsraad Gouverneur dezer Provincie, van den 4 December 1839 (Provinciaal Blad 110. 117). Gezien het Provinciaal Blad no. 51 van dit jaar. Verwittigen bij deze de Verlofgangers welke zich in de Gemeente bevinden dat allen zich zullen moeten vervoe gen op Maandag den 25 dezer, des middags ten twaalf ure, op de Heerenbeurs alhier, voorzien van de Kleeding- en kleine Equipementstukkenwelke zij van hun Korps heb ben behouden, mitsgaders van het Attest HH.ten einde door den Heer Militie-Commissaris te worden geïnspecteerd. Dat van deze Inspectie zijn verschoond de zoodauigen die met hunne Korpsen nu of in der tijd hebben afgerekendals mede diegenen die zonder Kleedingstukken en Wapening zich in de Gemeente bevindenen eindelijk de reeds ingelijfde Manschappen van de ligting van dit jaar, die ongekleed na hunne toewijzing aan een der Korpsen Militie, naar huis zijn gezondenzoo lang zij in de opgegevene postitie ver- keeren. Wordende alle belanghebbenden aangemaand zich ten voorschreven uur en plaats te doen vinden ten einde zich niet bloot te stellen aan de straf van Provoost-Arrest, bij art. 183 der wet vermeld, welke aan de zoodanigendie van de Inspectie afwezig zullen blijven, zonder wettige re denen daarvoor te doen blijkendoor den Heer Militie-Com missaris zal worden opgelegd. En ten einde een iegelijk hiervan kennis dragezal deze worden afgekondigd, mitsgaders in dezer Stads-Courant ge plaatst. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 18 Mei *840. Burgemeester en Wethouders voornoemd PASPOORT van GRIJPSKERKE. Ter ordonnantie van Hun Edel Achtbare A. M. BECIUS. Maart jl. no. 84gemagtigd vindt tot het aangaan eener geldleening groot 55,600ten einde daaruit in de behoefte voor de uitvoering van eenige buitengewone stedelijke wer ken te voorzien te fourneren in termijnen bij het plan aan gewezen, waarvan de laatste zijn zal voor of met 1 Mei 1841 tegen onderpand van inschrijving 2§ pet. Werkelijke Schuld berekend naar de waarde van 40 pet. of 140,000 kapitaal Brengen ter kennis van gegadigden, dat zij verlangen om den minsten cours van rente te -bedingenen dien ten ge volge besloten hebben naar de bevengemelde leening te doen inschrijven en bij voorkeur het minste aanbod van rente zullen aannemen, weshalve de inschrijvers naar deze leening, derzelver gesloten Biljetten vóór den 28 dezer maand gelie ven in te dienen ter Stedelijke Secretarie, op welke, zoo ook op die der Stad Middelburghet geautentiseerd leenings- plan ter lezing zal voorleggen. Zierikzee den 13 Mei 1840. Burgemeester en Wethouders voornoemd DE C R A N E Vt. Ter ordonnantie van dezelven De Stads-Secretaris W. J. P. K R O E F. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad ZIE RIKZEE, namens den Edel Achtbaren Raad dezer Stad, welke zich bij besluit van Z. M. den Koning, van den 31 De DIJKS'DIRECTIEN van de Oosterzwake c. a.Mid- denzwake c. a.B ree de-Wateringbewesten TersekeOud- Nisse en Buitenpolders van Nissein den Eilande Zuid-Be veland, Provincie Zeeland, zullen, elke voor zoo veel daarbij geconcerneerd is, op Vrijdag den vijfden Junij 1840, des morgens ten negen ure, te 's GRAVENPOLDER, in de Herberg bewoond bij Pieter de Broekertin het openbaar bij inschrijving en opbod, trachten te besteden: het maken en leveren van eene kapitalen STEENEN SLUIS in den Dijk van de Oosterzwake, eene STEENEN SLUIS of HEUL in den Dijk van de Middenzwake eene HOUTEN HEUL in voornoemde Zwakeeene STEENEN IIEUL aan het einde van dezelve bij den Kruiningenpoldervijf HOU TEN HEULEN in gemelden Polder, mitsgaders eene STEE NEN HEUL in den zoogenaamden Koedijk, alsmede in den Notendijk. De Bestekken zullen den 20 Mei 1840 en vervolgens, in de voornoemde Herberg te 's Gravenpolderen te Gocs in het Logement de Prins van Oranje bewoond bij G. de Joodekunnen worden ingezien, de verlangde informatien bij de Heeren Dijkgraven en Ontvangers-Griffiers van bovenge melde Wateringen en Polders worden bekomen en zullen daags vóór de Besteding des voormiddags ten tien urede aanwijzingen op de plaatsen zelve worden gedaan. Zegt het voort. Al die genen welke genegen zijn te dingen naar de be trekking van DIJKBAAS bij de Polders van Waarden en Elle- woutsdijk, op Zuidbevelanden van den Koudenpolderop Axelkunnen zich vervoegen in de Directiekeet van Bors- selcnden 24 dezer maand, alwaar des voormiddags ten 10 ure een vergelijkend examen zal worden afgenomen. Middelburg, den 16 Mei 1840. De Hoofd-Ingenieur van den Waterstaat, A. CALAND. De COMMISSIE tot uitdeeling van SPIJS aan minver mogenden te Middelburgzal op Donderdag den 25 dezer, des middags ten twaalf ure, in het Schuttershof van Sint JorisRekening doen harer Administratie over het afgeloo- pen jaar; wordende de Heeren Inteekenaren verzocht 0111 dezelve met hunne tegenwoordigheid te vereeren. Middelburg, den 18 Mei 1840. Namens de Commissie voornoemd, H. DU BUISSON BECIUS, Secretaris. PESTII den 4 mei. Alhier is de bedroevende tijding ont vangen, dat geheel het volkrijke en welvarende Baja "in het comitaat van Bacseraan den Donau hetwelk 16,000 in woners telt, op den 1 dezer bijna geheel is afgebrand: meer dan 2000 huizen zijn in de asch gelegd, waaronder het groote paleis, eenige kerken, en bijna alle de groote graan zolders. De schade aan verbrand graan alleen wordt op een half millioen fl. berekend. Met angst ziet men nadere tijdingen te gemoet. PARIJS den 12 mei. Heden is in de zitting van de ka mer der afgevaardigden eene mededeeling van regeringswege gedaandie in de vergadering de levendigste geestdrift heeft opgewekt. De minister van binnenlandsche zaken heeft, na melijk een crediet van een millioen fr. aangevraagdten einde aan Napoleon in het hotel der invalides eene graftombe op te rigten. De koning heeft aan zijnen zoon den prins de Joinville den last opgedragen, zich naarSt. Helena te be geven om van daar het stoffelijk overblijfsel des keizers her waarts over te voeren. Het Fransche gouvernement is tot dezen belangrijken stap overgegaan in overeenstemming met Engeland. De voordragt des ministers werd met uitbundige toejuiching van alle de zitplaatsen der kameren van de tri bunes begroet. De heer Hutnann die vroeger de betrek, king van minister van financien vervuld heeft, vroeg, dat het voorstel bij acclamatie zou worden toegestemd doch de voorzitter deed opmerken, dat het reglement ook in dit op- zigt moes: worden gehandhaafd, en het wetsontwerp werd aldus naar eene commissie tot onderzoek verzonden. Daar na hervatte de kamer hare beraadslaging over de suiker ques- tie maar niemand leende daaraan meer eenige aandacht. Berigten uit Napelsdoor buitengewone gelegenheid te Marseille ontvangen, melden dat de Napelsche schepen die door de Britsche zeemagt in de laatste dagen waren ver- meesterd, tot dus verre nog niet waren teruggeven, en dat de koning van Napels daarover zelfs in zeer krachtige be woordingen zijne ontevredenheid heeft te kennen gegeven. Verschillende Fransche oorlogschepen bevinden zich op de reede van Napelsalwaar ook een gelijk getal Engelsche schepen werd opgemerkt. PARIJS den 13 mei. De kamer der afgevaardigden heeft heden het ontwerp van wet betrekkelijk de suiker, met 230 tegen 67 stemmen aangenomen. De gisteren gedane voordragtbetrekkelijk de overbren ging van St. Helena naar Parijs van het stoffelijk overschot vin Napoleon houdt de algemeene aandacht in de ruimste mate bezig. In de aanspraak bij die gelegenheid door den heer de Remttsatminister van binnenlandsche zaken, gehou den komt, onder anderen, de volgende zinsnede voor Napoleon was keizer en koning en wettig souverein van ons land. Als zoodanig kou hij te St. Denis begraven wor den, maar de gewone begraafplaats der koningen voegt niet voor hem. Hij moet nog daar regeren en bevelen waar de soldaten des vaderlands rusten zullen, e waar zij die geroe pen worden 0111 het te verdedigen altijd hunne geestdrift zul len doen ontvlammen. Zijn degen zal op zijn graf worden nedergelegd en de kunst zal een schoon maar eenvoudig ge- denkteeken boven het graf oprigten." De prins de Jonville zal naar men verzekertop zijnen togt naar St. Helena, door de generaals Bertrand, Gourgaud en de graaf de Las Cases vergezeld worden, die, zoo als men weetvrijwillig in de ballingschap van den keizer heb ben gedeeld, Intusschen zijn er, die het overbrengen van het stoffeiijk overblijfsel van Napoleon als gevaarlijk voor de bestaande dynastie beschouwen. Tot bewijs, welke verwachtingen daar door opgewekt zijn kan het volgende uit den republikein- schen National strekken Zoo wij gelooven moeten wat men ons verzekertzou Lo- dewijk Philips in zijne gewone voorzigtigheid ernstige beden kingen tegen de uitvoering van een dergelijk voornemen heb ben gevondenmaar de daartoe betrekkelijke onderhandelin- gen waren reeds door den heer Thiersin overeenstemming met den heer Guizotbegonnen, en zouden aldus de toestemming des konings na zich hebben gesleept. Lodewijk Philips is niet zonder bezorgdheid over de ge volgen van deze onvoorzigtigheid des heeren Thiers. Men herhaalt aan het hof de woorden van ligtvaardigheid onbe zonnenheid en gevaarlijke ijdelheid. Men berekent te voren de ontzaggelijke menigte zoo vreemdelingen als inboorlingen welke de plegtigheid naar de hoofdstad zal lokkenden ge vaarlijken en onberekenbaren indruk van den kreet leve de keizer!; de moeijelijkheiddier er zal bestaan, ora het stof felijk overblijfsel naar de invalides over te brengentegen den wensch van een millioen menschen, die de lucht zullen doen weergalmen van den roep: naar de kolonne! Hoe zal men vervolgens aan de familie van Napoleon weigeren aan die hulde deel te nemen? Stemt men daarin toe welk ge vaar heeft men dan niet vau hare tegenwoordigheid te duchten Weigert men, welk veel grooter gevaar, ingeval een prins, jonger en stoutmoediger dan de andere, mogt begrijpen, dat zijn pligt hem gebiedt aldaar te zijn en indien hij dat' tot eiken prijs wil wagen Men zal in de hoofdstad 60,000 man troepen bijeen bren gen onder voorwendsel om den militairen luister te verhoo- gen maar voor deze troepen zelve zal het een electrieke schok der gloeijenste herinneringen zijn en hunne menigte word: dan zelfs een gevaar te meer, Alle deze redenen en nog vele andere hebben den ko ning doen aarzelen. Waarom in een zoo ligt ontvlambaar land die oude herinneringen van krijgsroem op te wekken Engeland kan daarin toestemmen want het heeft niets te vreezen maar wat zal het overige Europa daarvan zeggen? Waarom na tot eiken prijs den vrede te hebben verkregen en zich zelfs de Marseillaise te hebben ontzegd alsnti dat ligt te ontsteken vuur andermaal op te rakelen In Frank rijk vergeet men niets en al wat in de gemoederen des volks woeltbehoeft slchts eene gelegenheid om naar buiten 'te slaan. Europa weet overigens weldat zoo de Napoleons in dat land sterven, er eene zaak is, die nimmer te niet gaat namelijk de soldaten vau het groote leger." s GRAVENHAGE den 16 mei. In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van heden is ingekomen het volgende ontwerp vau wet nopens de ministeriele ver antwoordelijkheid Wij WILLEM enz. Alzoo wij in overweging hebben genomen, dat de ervaring net noodig heelt doen oordeelen eenige veranderingen in som- mige artikelen der grondwet te maken.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1840 | | pagina 1