MIDDELIIÜI1GSCHE Ï840. jftrAtifcrijfc. Dingsdag BESTUREN en ADMINISTRATIE-V. PROVINCIE ZEELAND. CUvabcötcbiug, ©pctiïmrs £ïcvfeo0|mtg 4Icbcrïfitti>0chc ^anbci-iRaat0cft."i|nsij. NIEUWSTIJDINGEN. <3nit0cïtïatsb. ®wot-ücitauic. Op Maandag den 6 April 1840, des voormiddags om elf «re, zal, onder nadere goedkeuring, door Pastoor en Kerk meesters der Roomsch-Kacholijke Gemeente te Sas-van-Gent in bijzijn van eenen Ingenieur van den Waterstaat in de Pro vincie Zeeland, ten Huize en Herberge van J. de Bri - .e te SAS-VAN-GENT, worden aanbesteed: Het doen van eenige belangrijke reparatien en ver nieuwingen aan de PASTORIJ en KOSTERSWO NING van genoemde Gemeente met het doen der leverantie van de daartoe benoodigde Materialen. Deze Aanbesteding zal geschieden bij inschrijving en opbod. Het bestekop hetwelk de bovengemelde Aanbesteding zal plaats hebben zalbehalve op de gewone publieke plaatsen, ter lezing liggen bij den Secretaris der Kerk-fabrijlc van voormelde Gemeente en in de Herberg bij J. de Bruyne bovengemeld. Zullende Vrijdags en Zaturdags vóór de Besteding de noo- dige aanwijzing in loco worden gedaan, en voorts nadere inlichtingen te bekomen zijn bij de Kerkfabriek der Roomsch- Katholijke Gemeente te Sas-van-Gent. De Raad der Kerkfabrijk voornoemd J. B. de MEIJER Vt. Ter ordonnantie van dezelve F. de MËY, Secretaris. bij het Loodswezen der Monden van de Schelde te Vlissingen. De ONDER-INSPECTEUR over het Loodswezen der Monden van de Schelde te Vlissingen zal, op Vrijdag den 3 April aanstaande, des voormiddags ten 10 ure, in de Pakhuizen van het Loodswezen, in de Nieuwstraat te VLIS SINGEN publiek aan de meestbiedenden verkoopen eenige afgekeurde Goederen, bestaande in: KABELS, ZEILEN, staand en loopend TOUWWERK, eenig RONDHOUT, rond IJZER, KOPER, LOOD, en andere Rommelarij benevens zes JOLLEN; welke Goederen alle op Woensdag den 1 en Donderdag den 2 April voor een ieder zullen te zien zijn, van des morgens 10 tot 12 en van des namid dags 3 tot 5 ure. De Onder-Inspecteur voornoemd, M. WEL S. De DIRECTIE maakt bekend, dat door haar zullen ge veild worden, te ROTTERDAMop Woensdag den 29 April '1840 24.535 Kranjangs en Kanassers 1 Java SUIKER, liggende 245 Zakken J aldaar> 15,592 Kranjangs en Kanassers» Java SUIKER, liggende 48 Zakken J te /lmsterdam. Waarvan de Notitien met de Veil-conditien in tijds zul len worden uitgegeven. Amsterdam, den 28 Maart 1840. VAN DER HOUVEN, President. KOOY Directeurfungerend Secretaris. HANOVER den 24 maart. Gisterenis het ontwerp eener nieuwe constitutie aan de beide vertegenwoordigende kamers voorgelegd. Het is verdeeld in 8 hoofdstukken. Ten op- zigte der vertegenwoordiging zijn geene gewigtige veranderin gen voorgeslagen, dan dat de leden van bet coliegie van fi- nantien deels in de eerste, deels in de tweede kamer zitting kunnen hebben. De landdag duurt 6 jaren en de stenden worden om de 3 jaren zamengeroepen. Het regt der stenden strekt zich alleen tot den wezenlijken inhoud der wetten uit daar den koning het regt is voorbehouden om die, naar de constitutionele bepalingen te doen redigeren en afkondigen. Het beheer der domeinen en regalien hangt alleen van den koning af; echter zal, bij de opening van eiken landdag, een overzigt der inkomsten en uitgaven van 'skonings kas medegedeeld worden. Ook zal aan die vergadering om de 3 jaren een budget worden voorgelegd van de uitgaven welke ■uit slands kas moeten worden bestreden, en van de middelen om te uitgaven te dekken. De belastingen vereischen de goedkeuring der stenden-vergadering. LONDEN den 25 maart r„ 1 .V j 5 maa't. In het huis der gemeenten is au door het bewind een bepaald voorstel gedaan ter vereeni- ging van de beide Canada's onder één bestuur. Gisteren zijn 111 de genoemde vergadering de aangelegenheden van Chi na weder ter spraak gebragtmaar deze woordenwisseling heeft geene nadere bijzonderheden omtrent de militaire expe ditie aan bet licht doen komen. Op het voorstel van een der leden, waartegen de bewindslieden zich niet verzet heb ben, is besloten, om eene commissie te benoementenein de de bezwaren van de kooplieden welke hunne opium aan den super-iniendent FJliotop de vordering van het Chine- sche bewind hebben overgeleverdte onderzoeken. Laatstleden maandag is de korvet Pearl van Chatham naar Portsmouth gezeildvan waar zij onmiddellijk naar China zal vertrekken. Dit schip is met 20 lange 32pon- ders gewapend en moet bovendien nog twee 42ponders in nemen. De equipage bestaat uit 160 man. Op de koninklijke werven te Chatham en Sheerness heerscht groote drukte, en de bouw van verscheidene nieuwe liniesche pen wordt met ongemeenen spoed voortgezet. De London van 90 stukken, zal denkelijk in juni} óp- eerstgenoemde werf van stapel loopen. Het 16de regement Engelsche lansiers in Oost-Indie heeft, bij den aftogt uit Afghanistan, bij het overtrekken van de Jhelum een treffend verlies geleden. Bij het doorwaden van die rivierin welke de waadbare plaatsen niet duidelijk genoeg afgebakend waren werd eene menigte manschappen door den hevigen stroom medegesleepten heeft kapitein Hil- ton met 10 lansiers en 9 paardenhet leven verloren, ter wijl kolonel Cureton en een 5otal andere krijgslieden ter naauwernood het dreigend gevaar ontsnapt zijn. PARIJS den 26 maart. Eergisteren is in de kamer der gedeputeerden de gewigtige beraadslaging over de geheime fondsen begonnen. De president van den raad de heer Thiers heeft dadelijk het woord opgevaten aan de kamer eenige in lichtingen medegedeeld over de verschillende pogingen, die hij in het werk gesteld heeft om een kabinet te vormen en hoe na vergeefs beproefd te hebben om eerst den maar schalk Soult en vervolgens den hertog de Broglie over te halen, ten einde daaraan deel te nemen en het hem onmoge lijk geweest was zich met den graaf Molé en diens vrienden deswege te verstaan, hij het tegenwoordig ministerie aan den koning had voorgesteld gekozen uit mannen welke tusschen de bestaande partijen in de "kamer het midden houden en sedert twee jaren zich vereenigd hadden om oppossitie te maken tegen de vorige kabinetten. Hij verklaarde met groo te rondborstigheid datindien elke partij mogt volhouden om zich af te zonderen van elk kabinet dat niet uit haren boe zem gekozen was, het niet doenlijk zijn zou een bestuur daar te stellen, en dat dus volstrekt eene schikking moest plaats hebben; en zijne meening wasdat dit zeer gevoegeli'k kon geschieden, omdat eigenlijk niémand in deze vergadering, van welke partij dan ookde behoudende beginselen niet aankleeften er dus geen reden te vinden is waarom niet alle weldenkende afgevaardigden zich tot die schikking zouden leenen zonder welke er geen uitzigt was op een gouver nement. Het verlangen van de tegenwoordige ministers is de bestaande wetten te behouden en tehandhaven. Overdeques- tie van de hervorming van het verkiezingsstelsel, waarom trent de gevoelens verdeeld zijn rneenen zijdat het een punt voor de toekomst is, zijnde de tijd nog niet daar om hierover te beslissen. de binnenlandsche aangelegen heden betrof, betuigde de heer Thiers geene aanmerkingen tegen het vroeger bewind te hebben doch geenszins eender over de questien van Egypte Ancona en Spanje te hebben gedacht. Hij, een kind der julij-revolutiedie bekende zonder haar niets geworden te zijn vereerde die omwente ling geloofde aan de wettigheid van haar doelom aan de verstandigste mannen van elk land het staatsbewind op te dragen, en wilde dat die revolutie zich aan Europa liet zien steunende op haar regt, sterk door hare kracht en sterk door de goedkeurende stem der wereld. Hij was echter geen vriend van de propaganda en hield het voor eene misdaad van natie-schennis om oproermakers naar de naburen te zenden maar begreep dat zoo in de nabijheid van Frank rijk omwentelingen ontstonden en zegevierden die als zusters van de Fransche konden beschouwd worden, de Franschen daaraan deelneming en bescherming verschuldigd waren. Deze waren de gevoelens waarmede hij de teugels van het bewind aanvaardde. Hij verklaarde nogmaals dat hij op eene toenaderende schikking der partijen rekende en waar schuwde dat, zoo de kamer de ministers afwees, hij zeker zoude kunnen vallen, maar door dien val niet verzwakt wordenen dat men wel in het oog te houden had welke de gevolgen zijn zouden van de weigering om in eene schikking te tredenwanneer men des anderen daags een gouvernement zou moeten vormen. Verscheidene redenaars hebben zich voor en tegen doen hooren; doch veelal onder een zoodanig gedruisch dat men hunne woorden kwalijk heeft kunnen verstaan. Met meer dere aandacht heeft men den heer de Lamartine aangehoord, die voor de behoudende partij heeft gesproken en heeft be weerddat de heer Thierswelke zich verpligt vond 0111 de bewegingspartij te hulp te roepen, ten einde aan het be wind te geraken, geen vertrouwen genoeg inboezemde, om hem en zijne staatkundige vrienden over te halen om zich eenige opoffering te laten welgevallen ten einde hem in dit bewind te bevestigen. De heer Odillon-Barratwelke thans aan het hoofd staat van het gematigde gedeelte der bewegings-partijheeft zich in algemeene bewoordingen bevredigd verklaard met de door den minister Thiers gegevene inlichtingen maar heeft zich naar het schijnt, in geene bijzonderheden willen inlaten, ten einde de behoudende partij geene redenen te geven tot de herhaling van de reeds gemaakte aanmerking, dat het minis terie Thiers geenszins zoude zijn een ministerie gegrond op eene bevrediging der verschillende partijen, maar een be wind, eenig en alleen dienstig om het hoogbestunr in han den van de revolutionaire-partij te doen overgaan. De minister van binnenlandsche zaken, de heer de Rému- satheeft het nieuwe bestuur voorgesteld, als op het denk beeld eener onderlinge verzoening der partijen gegrond. De verwezenlijking van dit denkbeeld was te meer mogelijk omda: geen wezenlijk verschil van gevoelen over groote staatkundige belangen de meerderheid der kamer verdeelde. Wat de buitenlandsche staatkunde betreft, was thans geen vraagstuk van groui aanbelang aanhangig, dan dat over het Oosten, en daaromtrent was men het in Frankrijk nagenoeg geheel eens. De minister beklaagde zich overigens over den toon van verbitteringdie de voorstanders der behoudende beginselen hadden aangeslagen. I11 de zitting van gisteren heeft de heer Berryerde voor name spreker der legitimisten het woord gevoerd. Volgens hem was uit al het tot nu toe gehoorde gebleken, dat de geschillen in de kamer veeleer personen dan zaken betrof fen. Hij toonde zich over het algemeen niet ongunstig voor het ministerie Thiersmaar beweerde toch, dat dit bestuur verkeerd handelde met in het naauwe verbond met Engeland heil te zoeken. Overal toonde, volgens den heer Berryer, Engeland zich aan Frankrijk vijandig. Het had eene voor Frankrijk nadeelige beslissing van het Belgische vraagstuk bewerkt; te Madiid den Franschen invloed te niet gedaan in het Oosten de nederlaag van den sultan en den ondergang van diens vloot veroorzaakt, en in Algeria vijanden aan Frankrijk berokkend, zoo zelfs, dat al de geregelde troepen van Abd eTKader met Engelsche geweren gewapend waren. De lieer Thiers scheen, even als de geheele kamer, door deze redevoering zoo bijzonder getroffendat hij in zijn weder-antwoord zich op de ondubbelzinnigste wijze, ten eenemale in den geest der. linkerzijdeheeft uitgelaten. Na de redevoeringen der heeren MauguinDuchdtel Janvier en Piscatoryheeft de heer Thiers andermaal het spreekgestoelte beklommen, kortelijk verklarende dathoe wel hij in net afgetrokkene niet tegen eene kies.hervorming gestemd washij dezelve echter zoo zij alsnu werd voorgedragen zou moeten verwerpen. De zitting is geëindigd met eene tweede redevoering van den heer de Lamartinein antwoord .op eenen aanval van den heer Janvier, dar hij vroeger den oudsten tak de Boter bons zoodanig genegen wasdat hij slechts met moeite de julij-omwenteling had kunnen erkennen. De zitting van heden is vooral gekenmerkt door de rede voering van den heer Garnier Pagezden aanvoerder der uiterste linkerzijde, die verklaarde geen genoegzaam ver trouwen in den heer Thiers te stellen om aan het ministerie zijne ondersteuning te verleenen vooral op gronddat het zelve nog niets verrigt had om dat vertrouwen te wettigen. In den loop zijner redevoering bragt de spreker hulde toe aan het schitterend redenaars-talent van den heer Berryer en riep spottende uitdat men dezen afgevaardigdedie zich alsnu zoo ten voordeele van het ministerie had uitgelaten toe voorzitter van den raad moest benoemen. Na de redevoeringen van de heeren Jauhert minister van openbare werken de Lamartine en Teste werden de alge meene beraadslagingen voor gesloten verklaard en deed de voorzitter, de heer Sauzet een voorstel kennen van den heer d'Angeville, om bij wijze van amendement de aange vraagde gelden met 100,000 francs te verminderen en dus op 900,000 francs te brengen. Dit voorsteluit den boe zem der 221 voortgekomen, heeft de strekking om, zonder de geheele som te weigeren eene afkeuring tegen den heer Thiers te doen blijken. Van het al of niet aannemen van hetzelve zal dus het lot van het ministerie afhangen. Bij het vertrek van den post was de stemming daarover met zwarte en witte ballen nog niet afgeloopen. Er worden toebereidselen voor het vertrek van de hertogen van Orleans en van Aumale cn van den prins van Joinville naar Afrika gemaaktzij zullen zich den 2 april te Toulon bevinden. Den 22 maart, des namiddags ten 4 ure 17 minuten heeft men te Toulon twee iigte schokken van aardbeving gevoeld. Het bevestigt zich dat de keizer van Marocco den oorlog aan Frankrijk verklaard heeft. ilU&CL'lasi&sii. 's GRAVENI1AGE den 26 maart. De afdeelingen van de Tweede Kamer hebben hare overwegingen over de ont werpen der begrootings-wetten en over het ontwerp betrek kelijk het syndicaat'ten einde gebragt. Naar men verneemt, is inen het in de sectien, over het algemeen, eens geweest, dat de begrooting, zoo ais dezelve was liggende, zoo wel wat de inrigting als wat de cijfers aangaat niet aanne melijk was. Aanstaanden zaturdag zullen de afdeelingen een aanvang maken met het onderzoek van de antwoorden der Regering op de bedenkingen welke vroeger in de sectien gemaakt ziin ten aanzien van 5 voorstellen van wet, tot wijziging der grondwet. IjZENDITivE den 25 maart. Heden heeft te dezer stede voor de iloomsch-Katholijken eene belangrijke plegtigheid plaats gehad zijnde de eerste steen gelegd van het nieuwe kerkgebouw voor de gemeente IJzendijkeBiervliet, de helft van Schoondijke en Watcrlandkerkje. Reeds zeer vroeg in deu morgen was men in beweging niet het plaatsen van eeie-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1840 | | pagina 1