MIDDELBURGSCHE C O U R A N T JfVrtnfetrijfe. I\° 117. ZATURDAG 1838. 29 SEPTEMBER. D* STAATSRAAD GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND, als daartoe door Zijne Majesteit den Koning gemagtigd, kondigt bij deze aan, dat het Provinciaal Ge- regtshof in Zeeland de Arrondissement s-Regt banken te Mid delburgGors en Zterikzee, beilevens de daarbij behoorende Ambtenaren van het openbaar Ministerie en van de Griffie mitsgaders de Leden en Griffiers der Kantonsgeregten indit Gewest, op gisteren en heden zijn beëedigd en geïnstalleerd om respectivelijk met den 1 October aanstaande in functie te treden. Middelburg, den 28 September 1838. VAN VREDENBURCH. ilotiticatic. De STAATSRAAD GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND brengt bij deze ter kennis van de belangheb benden dat door Zijne Excellentie den Opperhoutvester voor de Noordelijke Provinciën met overleg van Hun Ed. Gr. Achtbare de Gedeputeerde Staten, is bepaald, dat in deze Provincie, voor dit jaar, de Groote Jagt op Maandag den 1 October aanstaande zal geopend zijn mitsgaders dat met betrekking tot de Lange Jagt, op het publieke Jagt- veld in het 3de4de en 5de District is vastgesteld a. Dat dezelve slechts tweemaal 's weeksals: in het 3de District, des Maandags en Vrijdags, en in het 4de en 5de Districtdes Dingsdags en Vrijdags zal mogen uitgeoefend worden. b. dat niet meer dan vier hazen telken reize zullen mo gen worden gevangen. c. Dat geen vereenigde Jagt met lange honden zal mo gen gehouden worden, en dat degenen, welke die Jagt uitoefenen, steeds 1000 Ellen of ongeveer eene Neder- landsche mijl van elkander verwijderd zullen moeten zijn. Er zal niet mogen worden gejaagd op gronden, waarop de oogst nog niet zal zijn «fgeioopenen geen Wild zal mo gen worden vervoerd naar Provinciënalwaar de jagt mog niet geopend iswordende de eigenaren van privatieve Jag- tengrenzende aan de Zee of Rivieren, aandachtig gemaakt, dat dezelve mede aan dc zijde van deze wateren behooren afgepaald te worden. Opzigtelijk de Gemeenten in het 4de en 5de Districtbui ten de linie der voorposten gelegen wordt de Jagt slechts voorwaardelijk en tot nadere opzegging geopendzullende op het Jagtveldin die Gemeentende Jagers steeds voor zien moeten zijn, behalve van hunne Jagt-acte, van de Veiligheids-kaartvoorgeschreven bij des Gouverneurs be sluit van den 28 Junïj 1831. Middelburg, den 19 September 1838. De Staatsraad Gouverneur voornoemd VAN VREDENBURCH. fhiblicatic. DE GEDEPUTEERDE STATEN DER PROVINCIE ZEELAND brengen bij deze ter kennis van allen die zulks zoude mogen aangaandat de Provinciale Statenbij Hun Edel Groot-Achtb. resolutie van den 6 Julij 1838, hebben •gearresteerd het navolgende, door Zijne Majesteit, bij be sluit van den 4 Augustus 1838, no. 106, goedgekeurd, REGLEMENT op het beheer en onderhoud cn de policie der BUURTWEGEN en VOETPADEN in de Provincie, Zeeland. {Vervolg. Zie het vorig Noi) Art. 53. Op de wegen, en binnen den afstand van 3 el len 8 palmen van dezelve, mogen geene mijten of schelven van hout, hooi, koren of stroo, veel min plaggen of mest- .lioopen of mestfaalten gezet of asch uitgestort worden. Art. 54. Alle overtollige aarde gevelde of omgewaaide boom entakken, uitgeroeide worteis of stammen, zullen op aanzeggen van het Plaatselijk Bestuur van de wegen moeten vervoerd worden, en in allen gevalle Onverwijld zoodanig worden opgeruimd, dat de passage nimmer belemmerd blijve en zullen, bij nalatigheid, op last van het Plaatselijk Be stuur ten koste der eigenaren of wegpligtigen worden geweerd. Art. 55. Bij het delven van slooten langs de wegen, zal de uit dezelve geworpene specie zoo spoedig mogelijk op den kant der wegen moeten worden opgezet, en geene del ving gelijktijdig aan de beide zijden van den weg mogen plaats hebbendan met toestemming van het Plaatselijk Bestuur. Art, 56. Geene molens mogen langs de wegen worden ge sticht of weder opgebouwd Sinnen den afstand van 45 ellen. Art. 57. Geene waren mogen anders dan bij kermissen of markten op de wegen buiten den kom der gemeente wor den uitgestaldmet dien verstande, dat in geen geval de passage voor rijtuigen zal mogen worden gestremd. Art. 58. Geene bijenkorven mogen aan de wegen gesteld worden binnen den afstand van 45 ellende opening der korven zal dan nog van dezelve moeten wezen afgekeerd. Art. 59. Geene krengen mogen op eenige wegen worden nedergelegd of achtergelaten noch verblijven; de passanten die paarden of vee verliezen, zijn verpligt dezelve dadelijk te doen wegvoeren of begravenwanneer deze niet bekend zijn. zal de begraving op last van het Gemeente-Bestuur, een koste der plaatselijke kas geschieden. Art. 60. Geene goten qf.rioleij mogen over de wegen af wateren maar moeten onderdoor dezelve geleid wordenten koste der belanghebbenden; waar dit binnen zes weken na afkondiging van dit Reglement piet gedaan is, wordt daarin door het Plaatselijk Bestuur, ten koste der tialatigenvoor zien niemand mag goten of gruppen door de wegen graven bij noodzakelijkheid kan daartoe echter door de Plaatselijke Besturen vergunning wQrden verleend onder de vereischte voorzorg en voor eenen- zeer kort bepaalden tijd. Art. di. Geene hekken mogen op de wegen worden ge zet, de onnoodigen zullen alom worden weggenomen. De Plaatselijke Besturen zullen de noodzakelijkheid of overbodigheid der thans aatiwezenden constateren, en deswege binnen drie maanden rapport doen aan Gedeputeerde Staten, om naar bevind deswege te beschikken. Art. 62. Geene nieuwe woningenschuren of andere ge bouwen mogen aan de wegen worden gezet, dan met voor kennis van het Plaatselijk Bestuur, hetwelk zorgt dat als dan zoowel als bij daartoe gelegenheid gevende herstellin gen de welstand en de regelmatigheid worden bevorderd en dat de wegen daardoor nimmer versmald of de rigting der straten bedorven worden. Art. 63. Alle bouwvallen langs wegen moeten op last van het Plaatselijk Bestuur worden geamoveerd, of met de vereischte schuttingen en staketten tot beveiliging der voor bijgangers worden voorzien, bij gebreke waarvan de amotie door het Plaatselijk Bestuur, ten koste van den eigenaarzal geschieden. Art. 64. Vlas of hennip mag in de slooten langs de we gen nimmer te rotten worden gelegd, en mag binnen den afstand van 45 ellen van de wegen niet worden gebraakt of verwarmd. Art. 65. Niemand mag op heggen of lijnen aan de wegen, netten, linnen, veelmin vellen of geverwde stoffen te droo- gen hangen, hetgeen mede uit geene vensters mag geschie den, waardoor deze objecten tot op 6 ellen 3 palmen van den grond komen te hangen. Art. 66. Geene ezels, ossen, stieren of varkens mogen langs de wegen lós loopen of geweid worden, zonder toe stemming van het Plaatselijk Bestuur. Geene schapen, geiten of andere dieren mogen langs de wegen vastgezet worden, dan alleen in dier voege, dat de zelve op eenen afstand van 2 ellen uit het midden des wegs verwijderd gehouden worden. Art. 67. Geepe voertuigen, landbouwers-gereedschappen of andere voorwerpen j mogen op de wegen worden gelaten. Art. 68. Geene wegen mogen worden afgeslotenonbruik baar gemaakt of doorgegraven, noch het gebruik derzelve door betimmeringen tuinen staketten of dergelijken wor den belemmerd; zullende degenen, welke mogtcn vermee- nen dat dezelve hun eigendom zijn, of tot de afsluiting of opdelving derzelve geregtigd te zijn, zich deswege voorden gewonen Burgerlijken Regeer moeten voorzien en hangende de beslissing over het eigendoms-regtde weg in denzelfden staat, waarin dezelve zich bevind, moeten worden gehouden. Van de Vletpaden. Art. 69- De Voetpaden moeten eene breedte hebben van ten minste 6 palmenen zoo veel mogelijk 3 palmen boven den naast gelegen weg of land verheven zijnof zoo veel hooger als noodig is 0111 dezelve te allen tijde boven het ge wone winter-water te houden, Art. 70. Het onderhoud der Voetpaden en der daartoe be- hoorende bruggendammen of vondelsblijft ten laste der genen, welke daarmede van ouds zijn belast geweest. Art. 71. De vondels of loopplanken moeten ten minste 32 duim breed en 45 strepen dik zijn, en voor zoo ver dezel ve langer zijn dan eene el van eene behoorlijke leuning voorzien daar waar zulks noodig wordt geachtmoeten dezelve op palen gezet worden. Art. 72. De bepalingen in de Art. 23, 27, 28, 30, 35, 39, 40, 43 54, 63, 67 en 68, omtrent de Buurtwegen gemaakt, zijn ook op de Voetpaden van toepassing. Art. 73. Geene paarden, ezels, koeijen stieren, ossen, varkensschapen of geiten mogen op of over de Voetpa den, met uitzondering van die welke door weiden liggen, worden gedreven of over dezelve loopennoch op of aan dezelve worden vastgezeten mag op die Voetpaden niet worden gereden met wagens of andere voertuigen welke meer dan een wiel hebben. te dien opzigte naar de bepalingen in dit Reglement vast gesteld. Art. 75. Zij zorgen dat de verordeningen en bepalingen bij dit Reglement- vastgesteld op het naauwkeurigste wor den naargekomen, en zijn te dien einde verpligt, om. de Buurtwegen en Voetpaden in hunne gemeente zoo dikwijls te visiterenals een goed toezigr vereischt. Het vervolg hierna f) REGENTEN over de Godshuizen zullen op Dingsdag den a October 1838, des middags ten twaalf uren precies in het Gesticht No. 1 Gasthuisin het openbaar aanbeste den de levering van de in de Gestichten, gedurende het jaar 1839, benoodigde LEVENSMIDDELEN, BRAND- en LICHTSTOFFEN enz., omschreven in de voorwaar den van aanbesteding, welke voor een ieder in gemeld Ge sticht ter lezing liggen. NIEUWSTIJDINGEN. 33uif0c!tlaub. FRANKFORT den 22 september. Uit Arenenberg wordt thans stellig tegengesproken dat prins Lodewijk Napoleon gevraagd heeft om in Russische dienst te treden. Een Parijsch blad beweertdat een zeker prins wel eene confe rentie aan Z. M. den keizer van Rusland heeft doen vra gen en dat deze zulks geweigerd heeft, doch dat dit niet is prins Lodewijk Bonapartemaar dat het de hertog van Nemoérs zou geweest zijn. Uit Griekenland luiden de jongste berigten wederom meer gunstig. Wel klaagde men van enkele rooverijen in de noordwestelijke provinciënen in Messinie heerschte voortdurend eenige spanning in de gemoederen doch was na de onderdrukking van den laatsten opstandde rust we derom hersteld. Te Bern had, in den nacht van den 11 op den 12 de zer ten half 2 urehet ongelukjplaatsdat tusschen twee huizen welke aan den zelfden eigenaar toebehoorden en waarvan het eene oud doch het andere nieuw wasde ge- meene scheidsmuur, die oud en slecht was, instortte, en in haren val het oude huis geheelen het nieuwe gedeelte lijk meesleepte. Onder de puinhoopen van het oude huis hebben eene dienstmaagd en een 17jarig jongeling den dood gevonden, terwijl verscheidene andere personen met zware verwondingen naar het gasthuis gebragt zijn. Als door een wonder zijn op de eerste verdieping 6 kinderen benevens de vader en moederdoor eene toevallige beklemming van balken voor eenen schrikkelijken dood bewaard gebleven. Zoo ook werd de dochter van den eigenaar, door het kraken gewekt en daarop naar de dienstboden-kamer snellendeen daarvan de. deur openende door eene stofwolk teruggeschrikt en kon nog op het staande gebleven gedeelte van het eene huis vlugcen. PARIJS den 24 september. Men begint sedert eenige da gen te spreken van eene aanstaande bijeenroeping der kamers en van eene wijziging in het kabinet. De oude naijver tus schen de heeren Molé en Montalivet zoude wederom voor den dag zijn gekomenen beiden thans beproeven een nieuw kabinet zamen te stellen. De laatste moet pogingen aanwen den om met den maarschalk Soult eene schikking te maken terwijl de eerste gezind is om den generaal Bernard aan hec bestuur van oorlog te behouden. De hertog van Orleansden 21 des avonds ten 9 ure alhier uit het kamp van St. Omer aangekomen zijndeheefc gisteren morgen vroeg wederom de Tuilerien verlaten om zich naar Metz te begeven. Men verzekert dat de prins achter volgens alle de oostelijke en zuid-oostelijke vestingen en sterk ten zal bezoeken. Sedert eenigen tijd is er bij de nationale gardes dezer hoofdstad eene petitie in omloop waarbij de de uitbreiding van het kiesregt wordt verzochten vooral aangedrongen wordt dat aan elk dit regt worde toegekend, die lid is van de na tionale garde. Thans begint het ministerie in deze handelin gen gevaar te zienen heeft in het Journal des Dèbats een artikel doen plaatsen tegen de aanmatigingen der nationale garde. De gewone briefwisseling dezer hoofdstad houdt heden het volgende Een courier is dezen morgen met depeches voor den koning der Belgen van de Tuilerien vertrokken. Men kent thans nagenoeg den uitslag der deliberatien van de conferentie te Londen met opzigt tot de Hollandsch- Belgische aangelegenheden. Lord Palmerston heeft aan den koning der Nederlanden het bedrag opgegevenwaarop men de nieuwe verdeeling van de schuld kon bepalen, maar Z Nederl. M. weigert tot heden om in eenige verandering van den letterlijken inhoud der 24 artikelen te bewilligen. YW schijnlijk zullen de zaken nog sleper,de blijven" tor. ,n 'e maand mei of junij aanstaande." Dc abonncments-prijs dcier Courant is f 2 75 voor drie maanden, cn franco per Post f 5. De abonnementen worden voor niet minder dan drie maanden genomen, en dc beta ling geschiedt comptant, of bij het einde van ieder vierendeel jaars. De inxending der Advertentien behoort te geschieden des morgens vddr 10 urenindien men dezelve in het eerst uit te geven Nu. wil geplaatst hebben. Dc Advertentien worden berekend tegen 22 Cents de regel, met uitzondering van Huwelijks-, Geboorte- en Doodbekendmakingen waarvan de prijs van een tot zes regels is f 15o en voor iederen regel daarboven 22 Cents. Dezelve moeten niet op zegel geschreven zijn, alzoo het regt van zegel wordt betaald. VJJFDE AFDEEI.ING. ZÈSDE AFDEELING. Betreffende het toezigt over de Buurtwegen cn Voetpaden uit te oefenen. Art. 74. De hoofden der Plaatselijke Besturen dragen zorg dat de Wegen en Voetpaden, onder hun beheer staande, be nevens de daartoe behoorende bruggensluizenduikers enz.naar behooren worden onderhouden en gedragen zich

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1838 | | pagina 1