MIDDELBURGSCHE
COUR
W. 75.
Zaturdag
23 Junij 1838.
iWiutötcric t»ati ïfcoïotiictt.
NlEliWSTIjl)Ji\GEi\.
ZDutlodtlanb.
jAMWfevijk.
i
De MINISTER van KOLONIËN, als door Zijne Majesteit ge-
magtigd tot het doen bevrachten van drie of vier Schepen (bij voor
keur Kofschepen)tot afhaling van Hout uit de Kolonie Suriname
en bestemd naar Rotterdamom van hierbij tusschenruimte van
drie of vier weken naar die Kolonie te vertrekken en welke Sche
pen de Rivier Coppename zullen moeten opvaren, alwaar zich het
voorhanden zijnde Hout bevindt: noodigt bij deze de belanghebbenden
om tot afhaling van dat Hout hunne Schepen aan het Ministerie
voornoemd aan te biedenmet opgave van derzelver grootte en van
de verlangde Vrachtper kubiek voet berekendde uit en te huis
rcize daaronder begrepen ééns zonder meer.
ne Bilierren van Inschrijvingwaarin tevens vermeld moet worden
het tijdstip waarop de Schepen tot vertrek gereed kunnen zijn, zul
len'aan het Lokaal van het Ministerie voormeld, te 's Gravenhage
moeten worden ingezonden, vóór of op den io Julij 1838; terwijl de
zoodanige, welke in aanmerking zullen kunnen komen, aan eene in
spectie van de zijde van het Ministerie zullen kunnen worden on
derworpen.
- 's Gravenhageden 18 Junij 1838.
De Luitenant-Generaal, Minister voornoemd,
J. van den BOSCH.
De KERMIS te WESTKAPELLE zal dit jaar aanvangen den 1 en
eindigen den 8 Julij 1838; hiervan zal op den 6 het Gaaischieten en
op den 7 het Ringrijden worden uitgeoefendterwijl alle Neringdoenden
behoorlijk zullen moeten voorzien zijn van Patent, hetwelk vooraf aan j
den Burgemeester zal moeten worden vertoond.
De Burgemeester der Gemeente
N. W. V E R H U L S T.
Bij gelegenheid van de KERMIS te SLUIS zullen, op Maandag den
25 Junij 1838, des namiddags ten 3 en des avonds ten 10 uren, op
de Beestenmarkt aldaardoor een Fijftigtal Muzijkanten uitmakende
de beide Muzijkgezelschappen van Aardenburg en Sluiseenige Muzijk-
stukken worden uitgevoerdonder directie van den Muzijkmeester
A. Steinz.
HANOVER den 16 junij. De koning heeft het verzoek van den bur
gemeester dezer stad, om Z. jVl, aan het hoofd eener deputatie uit de
stedelijke regering, bij gelegenheid van hoogstdeszelfs verjaardae. te
mogen begroeten, van de hand gewezen ten gevolge zijner ontevreden
heid over het gedrag dier regering, door te protesteren tegen de acte
waarbij Z. M. de constitutie heeft ingetrokken doch tevens heeft de
hof-courant bekend gemaakt, dat de ontevredenheid des konings alleen
de magistraat betrof en zich geenszins uitstrekte tot de burgerijdie
Z. M. als trouw en welgezind beschouwde, en uit wier midden hij
gaarne eene bezending zou hebben ontvangen.
De tweede kamer der stenden heeft, 11a eenige voorloopige debatten,
eindelijk het groote werk der nieuwe voorgedragen constitutie begon
nen doch behalve de koninklijke commissaris, die het ontwerp, als
zijnen arbeid, tegen de veranderingen der commissie wilde verdedigen,
en de afgevaardigde voor Nienburg, die hem nu en dan hierin behulp
zaam was, heeft geen der leden het woord gevoerd, en aldus is het
eerste hoofdstukhandelende overliet koningrijk, den koning, de troon
opvolging en het regentschap, spoedig afgedaan en met 28 tegen 21
stemmen voor de eerstemaal aangenomen.
FRANKFORT den 17 junij. Z. M. de keizer van Oostenrijk is
na eenige dagen over verkoudheid en ligte ongesteldheid geklaagd te
hebben, den 9 dezer ziek geworden, hebbende zich de mazelen geo
penbaard. Gelukkig echter bevindt zich Z. M. buiten alle gevaar; de
mazelen komen goed uit en met eene zeer ligte koortsen er laten zich
geene buitengewone toevallen zien.
Van de Italiaansche grenzen den 4 dezer wordt gemeldUit
zekere bron verneemt men van Florence, van den 30 mei,- dat de graaf
van St. Leu zijn voorgenomen tweede huwelijk geheel heeft opgegeven
ook wordt het door sommige dagbladen medegedeelde berigtals of de
gewezen koning van Holland in onmin met deszelfs zoon prins Lode-
vtijk Buonapartezou zijntegengesprokenlaatstgemelde zal zich
integendeel uit Zwitserland naar Florence begeven."
KEULEN den 16 junij. De redactie van een onzer dagbladen, spre
kende van het onlangs door den heer van Bommelbisschop van Luik
openlijk bekend gemaakte geschriftwaarbij hij verklaartdat hij zich
nooit in de aangelegenheden der Rijnprovinciën heeft gemengd betuigt
deszelfs verwondering, dat die geestelijke niet vroeger met de gezegde
verklaring te voorschijn trad. Zij vraagtzouden ook welligt de taal
des bisschops en de plotseling meer gematigde toon van het Journal
Historique in verband staan met de laatste beslissing van den Paus, de
officiële afkeuring van Spinellien de ontevredenheid van den Heiligen
Vader, over het verbittering wekkend gedrag van sommige Katholijke
partijhoofdenwelke niets hebben uitgeregtdan dat zij de ware zaak
der godsdienst in gevaar bragten? Naar het schijnt, heeft hier nog een
andere invloed plaats, namelijk die der wereldlijke overigheid, en be
staat er thans meer dan ooit redenom de stemming van Duitschland
jegens Belgie te verzoenen welks regering zich thans in den hagehelijk-
sten toestand bevindtdaar zijtegenover den beslissenden wil der
groote mogendheden staandein den eigen boezem met de driften van
verschillendevoornamelijk de orangistische en republikeinsche partij
te worstelen heeft. Hetgeen omtrent de Belgische zaken ook in zeker
Duitsch dagblad voorkomtweet mendat van eenen kant uit Brussel
spruit, welke geen bijzonder vertrouwen verdient. De Rijnlanders mo
gen in vele zaken verandering wenschenmaar om tot Belgie terug te
keerendat verlangen zij gewis niet.
PARIJS den 18 junij. De maarschalk Soult is gisteren naar Londen
vertrokken. Zijne reis is zoodanig aangelegddat hij eerst den 20 te
Londen zal aankomenen alzoo de plegtige viering van den slag te
Waterloo op den 18 junij niet zal bijwonen.
Reeds sedert eenige dagen waren alhier ongunstige berigtenom
trent den stand van zaken in het Oostenin omloop. Gisteren echter
schenen dezelve eenige meerdere vastheid te verkrijgenen verzekerde
men vrij algemeendat gewigtigc tijdingenbetreffende de Oostersche
aangelegenhedenbij het ministerie van buitenlandsche zaken binnen
deze hoofdstad waren ontvangen. Men sprak van eene botsing tusschcn
den onder-koning van Egypte en de verhevene Porte. Naar men wil
zou Mehemed-Ali zijnen onwil te kennen gegeven hebben, om langer
de verschuldigde schattingkrachtens het traktaat van Unkiar-Skelessi
aan den sultan te voldoen, en wordt dit als de oorzaak opgegeven der
buitengewone wapeningen, die onlangs in de havens der bewuste rijken
zijn opgemerkt. Sommigen bewerendat dien ten gevolge aanzienlijke
versterkingen naar de Fransche vloot, in de Levant, zouden worden
afgezondenten einde alzoo op alle mogelijke omstandigheden voorbe
reid te zijn, en de belangen van Frankrijk in die streken des noods
kachtdadig te kunnen bevorderen.
Men heeft tijdingen uit de stad Constantine tot den 25 mei. De
generaal Negrierdie den 14 aan het hoofd zijner mobiele kolonne weder
uit die vesting was uitgetrokken, vooral ook om debewegingeu van Ach-
med-bey in het oog te houden die zijne gewezene hoofdstad weder
meer scheen te naderen en de aan de Franschen onderworpene stammen
drukte, werd binnen een paar dagen te Constantine terug verwacht. De
geneiaal had nergens vijandelijkheden behoeven te plegen, en ook geene
krijgsmagt van Achmed ontmoethij wasvolgens het laatste berigt
dat nen van hem had, op 10 uren afstands van Constantine, in een
bekoorlijk en vruchtbaar dal gelegerd. Het beleid en de moed die de
ze generaal Negrier gedurende zijne onderscheidene togten door de pro
vincie Constantine aan den dag heeft gelegd, worden zeer geroemd. Ten
gevolge dier togten erkennen thans vele Arabische stammen in den om
trek van Constantine het gezag der Franschenenheerscht op de groote
wegen eene tamelijke mate van veiligheid. De markten van Constanti
ne worden dan ook druk bezocht. De aldaar door het bombardement
besciadigde gebouwen zijn fraaijer dan te voren hersteld en de Fran
sche ingenieurs houden zich druk met het aanleggen van wegen in den
omtrek der stad bezig. Intusschen is het gezegde wegens de vredelie
vende stemming der bewoners van de provincie Constantine geenszins op
den woesten stam der Kabylen toepasselijk die zich hunne aloude on
afhankelijkheid niet willen laten benemen van uit hunne gebergten toen
generaal Negrier laatstelijk die doortrok hem hebben bestookt, en tot
nu toe het bezetten van Storaaan de zeekust, door de Franschen on
mogelijk maken. Het in bezit nemen dier plaats blijft voor hen van
groot belangomdat Stora veel nader dan Bona bij Constantine ligt.
De afstand tusschen de laatstgenoemde stad en Stora bedraagt slechts
22 uren.
In de bijzondere briefwisseling dezer hoofdstad vindt men het vol
gende van de boorden van den Mein geschreven:
Wij vernemen uit eene geloofwaardige bron, dat de Londensche
conferentie op het punt is om de onderhandelingen betrekkelijk de Hol-
landsch-Belgische zaak te hervatten. De mogendhedendie de conferen
tie te Londen uitmakenhebben intusschen aan den koning der Belgen
verklaarddat de letterlijke ten uitvoer legging van het traktaat der 24
artikelen het eenig middel was om de geschillen tot een einde te bren
gen. Welk besluit zal koning Leopold nu nemen? Hij heeft aan het
Fransch gouvernement verklaard dat hij afstand doen zou wanneer de
conferentie op de uitvoering van de 24 artikelen bleef staan. Ten ge
volge dezer verklaring zou het kabinet der Tuilerien, naar men zegt,
gezind zijn om onderhandelingen bjj de conferentie aan te knoopen, ten
einde eene voordeelige schikking in het belang van Leopold te verwerven.
Zulks verklaart de dezer dagen opgemerkte levendigheid in den courier-
wissel tusschen Brussel en Parijskoning Leopold heeft voorde tweede
maal zijn secretaris van Praet met bijzondere instructien (dewijl de ge
neraal Sebastiani zich gereed maakt om naar Londen te vertrekken) aan
koning Lodewijk Filips gezonden. De Belgische gezant te Londen heefc
van zijnen kant instructien in dien geest ontvangen. Men voegt daar
bij dat de Hollandsche gezant, de heer Dedelte Londen reeds, na
mens zijn hof, aan lord Palmerston bepaalde openingen heeft gedaan,
die van den kant van koning IVillem de strekking aanduiden van in gee
ne concessie te bewilligen, en voornamelijk betrekking hebben op het
Luxemburgsche vraagstuk, waarover de Duitschc bondsvergadering op
dit oogenblik beraadslagen moet.
De Constitutionnel bevatmet betrekking tot het overlijden van de
hertogin van Abranteshet volgende artikel
Junotde getrouwe vriend van den keizer, zijn adjudant in Egypte
en bij Marengo; Junot, een man zoo dapper als zijn degenwas een van
diegenen welke Napoleon met zijne weldaden bij uitstek gaarne overlaadde
en die zich dezelve het waardigst betoonde door zijne weelderige ver
kwistingen. Als vice-koning van Portugal had de hertog van Abrantes
zoo men weet om de dienst der posterijen te organiserenpaarden van
het edelste ras tusschen Parijs en Lissabon onderhouden, zijne pracht-
betoonitig had iets fantastisch even als zijne krijgsbedrijven en toch
heeft men de hertogin van Abranteswier laatste levensjaren door let
terkunde en vriendschap slechts weinig konden worden opgevrolijkt
dezer dagen genoegzaam in ellende den geest zien geven. Genoodzaakt
hare gemakkelijke woning te verlatenja zelfs de dagelijksche gerief
lijkheden zich te ontzeggen, stierf zij binnen drie dagen, meer uit ver
driet dan door ziekte. Eenige generaals van het keizerrijk doch slechts
zeer weinigevergezelden de hertogin naar hare laatste rustplaatsen
j in deze laatste woning schijnt een klein houten kruis, hetwelk ter naau-
wernood groot genoeg is om het opschrift van al de familie.titels van
i eenen telg der Comnenen te bevatten de eenige aanwijzing te zijn van
dit graf, op hetwelk tenminste menig groot letterkundige met opregt en
vroom gevoel eene krpon heeft nedergelegd.