c o if'wiiv t. MIDDELS UftGSCME M°. 4/. Donderdag W'"-. 19 Aprïl 1838. £)cvijfc bcv blaten en Ocwtgtcti. !3Unfre0tebing, flcbcrlrtubschc 4*>attb£l~2¥laat0cltappij. NIEUWSTIJDINGEN, iömtöcïilatib. 01~15 riUatt je. ücbcrianbcn. »re 1 -v\ - - v: n 1 Vervolg der Publicatie van II. Ed. Gr. Achtb. Heeren Gedeputeerde Staten van Zeeland. Zie ons vorig iVo.~) 8. De Arroniiissemcnts-ijkers zullen, ten minste tweemaal in het jaar, op onbe paalde tijden, en voorts zoo dikwijls zij zulks noodig achten, vergezeld van den Commissaris van Politie, of bij ontstentenis van zoodanig Ambtenaar, van een lid van hel Plaatselijk Bestuur, in al de. Gemeenten van derzelver District visitatien doeu in de opene Werkplaatsen, Magazijnen en Winkels, op de Markten, Vleescb- hallen publieke Wagen en op de Molens en zich daarbij verzekeren dat in de zelve gecne dan de nieuwe Maten -en Gewigten aanwezig zijn, en dat dezelve be hoorlijk zijn herijkt. Zij zullen de oude afgeschafte Maten en Gewigten, alsmede die welke niet zijn herijkt, in beslag nemen, en met het deswege op te maken Pro ces-Verbaal aan den Ollicier bij de Kegtbank van Eersten Aanleg van het Ressort ■inzenden van hun verrigte te dezen en van het resultaat hunner bevinding, in elke Gemeente zullen zij bij derzelvee aan ons in te dienen rapporten omstandige Op gaven doen. 9. Dien onverminderd zullen de Burgemeesters der Gemeenten ten platten Lande naar aanleiding van art. 62 en 87 van het Reglement op het Bestuur ten platten Lande, ten minste vier malen in het jaar, gelijke visitatie doen en zorgen, dat af schriften van de daarvan opgemaakte Processen-Verbaalovereenkomstig laatstge meld artikel aan den Staatsraad Gouverneur worden ingezonden. En worden Bur gemeesters en Wethouders der Steden uitgenoodigdoin de vcreischte orders te stellen, dat gelijke opneming door den Commissaris van Policie of het lid van het Bes.luur, hetwelk met de Policie is belast, worden gedaan. 10. Het wordt aan alle op publiek gezag aangestelde of beëedigde Landmeters, Wegers en Meters verboden, eenige certificaten, weeg- of meetbrieven af te ge ven waarin de Maat of het Gewigt anders dan in de nieuwe alleen wettige bena mingen is uitgedrukt; en zullen door dezelve geene andere dan de wettig erkende Maten en Gewigten mogen worden gebezigd. 11. Insgelijks wordt aan de Plaatselijke Besturen, Godshuizen of Armbesturen en aan alle Ambtenaren en publieke Adminislratien verboden, eenige acten, plans, bestekken of beramingen te doen opmaken, aan te nemen of daarop regard te slaan in welke de hoeveelheden en afmetingen niet in de nieuwe Maten of Gewig ten zijn opgegeven. 12. Aan alle Ambtenaren, publieke Administratien en Ingezetenen binnen deze Provincie, wordt bij deze derzelver verpligting herinnerd, om de door hen gebe zigd wordende Maten en Gewigten binnen den in art. 1. bepaalden termijn te doen herijken, bij gemis van welke formaliteit de door hen gebezigd wordende of in derzelver opene Werkplaatsen, Magazijnen of Winkels bevonden wordende Maten en Gewigten in beslag kunnen worden genomen, en degenen die bevonden worden dezelve te hebben gebruikt, of in hunne opene Werkplaatsen, Magazijnen of Win kels voorhanden te hebben, volgens de bepalingen van Zr. Ms. besluit van den 3o Maart 1827 Staatsblad no. 13zullen worden verwezen in eene boete van f 10 stot 100. 1 Aan dezelve worden tevens herinnerd de hepahngen van art. i4 van Zr. Ms. be sluit van den 18 December 1819 Staatsblad, no. 57), volgens welke alles, wat met de Maten voor drnoge waren in dat besluit opgegeven wordt gemeten, met den str ijk el behoorlijk moet worden afgestreken en dus allen die van zoodanige Maten gebruik maken, ook van strijkcls voor dezelve behooren te zijn voorzien, van welke die voor de halve en voor de kwart Mudde ook moeten worden geijkt en geverifi eerd- wordende de Plaatselijke Besturen, alsmede de Arrondissements-ijkers aange maand, om voor de nakoming dezer verordeningen te waken, en daarop bij hunne visitatien, voor zoo veel een ieder aangaat, te letten; terwijl van de bevinding te der.cn in de bij ort. 7 «n 9 bedoelde Processen-Verbaal of relazen, speciale melding zal moeten worden gemaakt. 13. Alle Ambtenaren en publieke Administratien worden uitgenoodigd, aan de nakoming van het tegenwoordig besluit de hand te houden; en worden de Plaatse lijke Besturen aangeschreven om de Arrondissemenls-ijkers in de uitoefening hun ner functien zoo vee! mogelijk behulpzaam te zijn, en speciaal op derzelver aan vrage dadelijk den Commissaris van Politie, of daar waar zoodanig Ambtenaar niet aanwezig is, of verhinderd wordt de vereischte assistentie te verleenen, een lid van het Plaatselijk Bestuur te delegeren, om dezelve bij de door heil voorgenomene visitatien van Winkels en Werkplaatsen te vergezellen. 14. Dit Besluit zal door insertie in het Provinciaal Blad gebragt worden ter kennis van de Districts-Commissarissen Burgemeesters en Wethouders der Steden en Burgemeesters en Wethouders of Assessoren der Steden en Gemeente ten plat ten Lande, mitsgaders van de Arrondissemenls-ijkers tot informatie en narigt; en wijders in de binnen de Provincie uitgegevene nieuwspapieren worden geïnsereerd en door de zorg der Plaatselijke Besturen worden afgekondigd en aangeplakt in al de Steden en Gemeenten dezer Provincie, ten welken einde een genoegzaam aantal in plano gedrukte exemplaren van hetzelve aan voornoemde Besturen zal worden toegezonden; zullende wijders exemplaren van dit besluit worden gezonden aan den Heer Prokureur-Criminee!de Regtbanken van Eersten Aanleg en Oflicieren bij dezelve en aan de Vrederegters in de Provincie Zeeland. Middelburg, den 6 April i838. Gedeputeerde Staten voornoemd VAN VREDENBURCIl. Ter ordonnantie van dezelve, VAN DER HEIM. De AGENT van den ALGEMEENEN RIJKS-KASSIER te Mid delburg adverteert, dat met 21 dezer, en gedurende zijne afwezigheid, ingevolge verleende autorisatie van Zijne Excellentie den Minister van Finantien, zijne functien zullen worden waargenomen door zijn' Boek houder den Heer N. G. Bos. Middelburg, den 19 April 1838. MIRANDOLLE. Op Zaturdag den 21 April 1838 zullen BURGEMEESTER en AS SESSOREN der Gemeente YERSEKE in bijzijn van den Gemeente- Raad des avonds om vijf uren, inde Herberg te Tersekepubliek aan besteden Het gedeeltelijk Afbreken en weder op nieuw opbouwen van een IVOONIiUlS voor den Geneesheer te Tersekemet al de daar toe behoorende Leverantien. Zullende het bestekbevattende de conditiën waarop het werk zal worden aanbesteed ter lezing liggenzoo in het Koifijhuis bij Kors Buitendijkte Goes, als in de Dorps-Herberg te Yerseketerwijl twee dagen vóór de Besteding, locale aanwijzing zal gedaan worden. Burgemeester en Assessoren van Yerseke, J. WILLEMSEN. De -DIRECTIE maakt bekend, dat door haar zal geveild worden, te ROTTERDAM op Donderdag den 26 April 1838 1924S Kranjangs en Kanassers Java SUIKER, liggende aldaar. 4253 Dordrecht. Waarvan de Monsters benevens de Notitien met de Veil-Conditienin tijds zullen worden uitgegeven. Amsterdam, den 26 Maart 1838. VAN DER HOUVEN President. KOÖY Directeur, fungerend Secretaris. FRANKFORT den 13 april. Het schijnt zich te bevestigen dat de Pruissische regering ernstige -maatregelen tegen den wederspannigèn aartsbisschop van Posen genomen heeften dat in die streken sterke gisting onder de bevolking heerscht. Naar men verhaalt, zullen Rus land en Pruissen gemeenschappelijk maatregelen nemen om de moge lijke gevolgen hiervan, in hunne Pooische Staten, te voorkomen. LONDEN den 15 april. Woensdag hebben de beide parlements- huizen hunne laatste zitting voor paschen gehoudende lords zullen den 27 en de gemeenten den 25 dezer op nieuw vergaderen. H'.i depeche van den gouverneur, sir John Colbomeheeft men hier berigt van een gevecht, in het begin van maart ttisschen de En- gelsche troepen, onder den luitenant-kolonel John Maitlanden om trent vijfhonderd Noord-Atnerikaansche patriotten gehouden, welke laatsten zich van het eilandje Point-Pelé hadden meester gemaakt, met oogmerk om van daar een inval op het vasteland van Opper-Canada te wagen, en de stad Amherstburg aan te tasten. Met achterlating van vele dooden, gekwetsten en krijgsgevangenen zijn zij uit hunne stel ling verdrevenmaar de Engelschen hebben insgelijks verscheidene doo den en gekwetsten gehad. s GRAVENHAGE den 15 april. Zoowel de mededeelingop den 13 maart 11. aan de Staten-Generaal gedaan, als de daarmede in verband staande nota onzer regering aan de Londensche conferentiezien thans het licht. In de mededeelingna iets ter opheldering van de Grünewalder ques- tie gezegden de deswege met de Engelsche en Fransche gezanten al hier gewisselde nota's vermeld te hebbenwordt gesproken van de ver trouwelijke openingendezer zijds aan de hoven van BerlijnWeenen én Petersburg gedaan, betrekkelijk het denkbeeld eener voorloopige uit voering van de 24 artikelenonder voorbehoud eener slot-negociatie met de mogendheden tot het bekomen eener eind-schikking. Alvorens echter aan dat ontwerp gevolg te geven door eene bepaalde opening in dien zin aan de vijf hoven, wenschte ons gouvernement om deswege in vertrouwelijk overleg te treden met de hoven van Oostenrijk, Pruis sen en Rusland. Het gevolg daarvan was, dat, wel is waar, Rusland zich bereid toonde om zoodanig voorstel te Londen te doen ondersteu nen maar zoowel te Petersburg als te Weenen en te Berlijn werd het ongunstig beoordeeld even als ware er slechts een nieuwe provisionele toestand van zaken van te wachtenOostenrijk en Pruissen verklaarden zich dan ook ongenegen om er toe mede te werkendaarenboven ver langende dat het vraagstuk van het grondgebied in het Limburgsche vooraf ten voordeele van het Duitsche bondgenootschap zoude worden beslecht. De regering," dus vervolgt de mededeeling, haar aldus ook dit hulpmiddel ziende ontvallen, heeft, na voor de laatste maal alle denk bare kansen en pogingen in de schaal van 's Rijks bestuur gelegd te hebbenmet de volie bewustheid van te midden der onverdiende raoei- jelijkheden door ondankbaarheid en gewelddoor verkrachting en ver scheuring der heiligste traktaten, en door opoffering van Europa's dier baarste belangenaan het vaderland berokkendde haar opgelegde plig- ten zonder te wankelen, doch tevens beraden vervuld te hebben, tot den stap besloten, vervat in de volgende nota, welke aan den Neder- landschen gezant te Londen, ter inlevering aan de Londensche confe rentie is afgezonden. [Deze nota zal in ons volgend no. voorkomen.] Te gelijker tijd deed zij te Weenen en te Berlijn verklaren, dat, wat betreft de zeven eerste artikelen[waarin gehandeld wordt van de za- mensceliing van het Belgische grondgebied, en van de toevoeging vati een gedeelte van het Limburgsche tot het aan den groothertog blijvend gedeelte van Luxemburg, om tot het Duitsche bond te blijven behoo ren,] de koning toestemt om die aan te nemen op den voet eener scha devergoeding in grondgebied voor het Duitsche bondgenootschap in het Limburgsche, welke het onderwerp zal worden eener bijzondere onder handeling van Z. M. met hetzelve, van het beginsel uitgaande dat die schadevergoeding zich niet zal uitstrekken tot de oude bezittingen van het gemeenebest der Vereenigde Nederlanden in het Limburgsche, noch tot het equivalent, hetwelk het afgestane gedeelte dier bezittingen zal vervangen." MIDDELBURG den 18 april. Naar men verneemt is, bij rescript van Z. M., eene algemeene inspectie en monstering over de korpsen van alle wapenen van het leger bevolenuitgezonderd die der schut terijen en van die vrijwillige korpsen welke voor het tegenwoordige niét bij het leger te velde aanwezig zijn. De inspectie over de troe pen van het leger te velde zal een aanvang nemen op den 23 en uiter lijk op den 31 mei daaraan volgende geheel en al geëindigd moeten zijn. Met de wapenschouwing der troepen in Zeeland en der overige niet bij het leger te velde ingedeelde troepen van alle wapenen zal op den 1 junij een begin worden gemaakt. Het gouvernement heeft, gerekend van den 20 maart jl., buiten dienst gesteld de brik de Pellikaan, liggende te Willemsoord, on der bevel geweest van den luitenant-ter-zee der iste klasse IV. Stort, zijnde de étac-major en de equipagie van dien bodem overgegaan óp liet transportschip de Merwede, liggende te Hellevoetsluis welke bo dem gerekend van den 21 maart, onder bevel van opgemelden zee officier is in dienst gesteld. Z. M. heeft goedgekeurd het opgedragen kommando over de zich in de Oost-Indien bevindende korvet Castor aan den kapitein-Initenanc- ter-zee IV. de Raetafkomstig als eerste oificier van hoogstdeszelfs fregat de Zaan. In den nacht van den 12 op den 13 is er te IJsselstein brand ontstaan in de touwslagerij van den heer Strick van Linschoten [f eo. aldaar welke zoo spoedig toenam, dat het gebouw een roof der vlam men is geworden. Het regtstgeding hetwelk sedert bijna veertien dagen voor bet

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1838 | | pagina 1