N\ g5. MIDDELBURG SCHE COURANT, Zaturdag ïscfccnbmaïuug. fhiHicatte. publicatie woov* beu herijk fcet- ftlatcu eu (Beuri:0teu. 9 Augustus 1831» NIEUW STIJDINGEN. Ehiitödtlaub. fiUbcuïattbcit. ÏTet HOOG-GEREGTSHOF te s Gravenhagegezien het requisitoir van den lieer Prokureur-Generaal, betrekkelijk het daarstellen der Kamer van vakan tie van den 29 Julij tot en met den 3o September dezes jaars i834 Gezien de artikelen 4o 4i 42 43 en 44 van het Dekreet van den 5o Maart jSoS en de artikelen 29, 3o en 52 van het Dekreet van den 6 Julij 1810, Heeft, na voorgaande deliberatie, goedgevonden te bepalen, zoo als bepaald wordt Lij deze, dat de kamer van vakantie in dit jaar beurtelings zal worden gepresideerd door de Hecren Mrs. Hendrik van der Burgh en Cornelis CarbasiusPresi denten in dit Hof, en voorts beslaan uit de Heeren Mrs. Jhr. Marinus Willem de JongeGailielmus T/ieodoor Baumhauersldriaan Gilles Spoor Maarten Iman Bauw Jacobus Andries Weiland Jhr. Jacob Betrus Yvo Diert van Melissant en Leonardus slntonius BightenveltBaden. Dat deze Kamer hare teregtzittingen tal houden tweemaal ter week, en wel: Maandag den 4, Dingsdag den 5, Vrijdag den i5, Zaturdag den 16Maandag den 18Dingsdag den iq, Vrijdag den 29 en Zaturdag den 3o Augustus. Maandag den 1 Dingsdag den 2, Vrijdag den 12, Zaturdag den i3, Maandag den i5 Dingsdag den 16, Vrijdag den 26 en Zaturdag den 27 September. Zullende de eerste Civiele Kamer hare zitting weder beginnen op Woensdag den eersten October en de derde Civiele Kamer op Donderdag den tweeden derzelve maand. En zal een afschrift dezer aan den Heer Prokureur-Generaal worden ter hand gesteld, ten einde hieraan de noodige publiciteit te geven. Gedaan in algeraeene vergadering van het Hoog Geregtshof voornoemd den 18 Julij i834. Bij aLsentie van den Heer Eersten President: De President Gezien door mij Brokureur-Gene- VAN HUGENPOTII. raai bff bovengemelden Hove In kennisse van mij Eersten Grillier: A. W. PHIBIPSE. j. H. SPE1EKMAN. PROVINCIE ZEELAND. 3fiwib«0tcbitï0Cït. Op Donderdag den 14 Augustus 1834, des voormiddags 10 uren, zal, onder nadere goedkeuring, door den Staatsraad, 'Gouverneur der Provincie Zeelandof bij deszelfs afwezigheid door een der Leden van de Gedeputeerde Staten, en in het bijzijn van den Inspecteur, Hoofd-Ingenieur van den Waterstaat in deze Provincie, aan bet lokaal; van het Gouvernement te Middelburgworden aanbesteed 1. De meest noodzakelijke herstellingen aan de Kaai- of Havenwer ken en verdere boorden der Haven van Vere. 2. De noodzakelijke reparatien der Veerdammen aan het Sloe. 3. De noodzakelijke reparatien aan het Palenhoofd en den Aarden- dambuiten den Zeedijk beoosten het Fort Dath. 4. De uitvoering van eenige noodzakelijke werken, aan de Contr'es- carpen der Stad Tholen. 5. Het bewerken der noodige reparatien aan de werken bchoorende tot het Post-haventje te Gorishoek. 6. De noodzakelijke reparatien aan de Havenwerken te Brouwers haven. 7. De reparatien aan de Havenwerken te Philippine en het daartoe bchoorende Spuisluisje. 8. Het bewerken der noodige reparatien en verdere voorzieningen aan de Havenwerken van Breskens Daaronder begrepen het onderhoud van al ie vorenstaande werken tot 1 Julij 1835. Deze Aanbestedingen zuilen geschieden bij inschrijving en opbod. Het bestek, op hetwelk de bovengemelde Aanbestedingen zullen plaats liebbenligt ter lezing in de Bureaux van het Gouvernement der Pro vincie Zeelandbij den Inspecteur, Hoofd-Ingenieur van Diggelen, te Middelburgbij de Ingenieurs van den Waterstaat, residerende te Mid delburg GoesZierikzee en Breskens. Zullende het voorzeide bestek ook nog ter lezing liggen op de plaat sen in deze Provinciewaar zulks gewoonlijk geschiedt. Gedurende twee dagen vóór de Aanbesteding zullen de noodige aan wijzingen worden gedaanterwijl bij den Inspecteur, Hoofd-Ingenieur te Middelburgvoor de werken in het algemeenen bij de gemelde Ingenieurs voor de werken onder elks ressort belioorendenadere infor- juatien te bekomen zijn. De StaatsraadGouverneur van de Provincie Zeeland;; Bij deszelfs afwezigheid SP REN GE II, Lid der Gedeputeerde Staten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG brengen bij deze ter kennisse van een iegelijk dien zulks zoude mogen aangaandat door den Heer StaatsraadGouverneur der Provincie is invorderbaar verklaard het Kohier der Personele Belasting wegens eigene Aangiftender Wijken AG, voor het dienstjaar ingegaan den 1 Mei 1834 en eindigende met den laatsten April 1835, en dat het zelve ter invordering aan den Heer Ontvanger der Directe Belastingen is toegezonden. En zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders in dezer Stads Courant geplaatst. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 4 Augustus 1834. Burgemeester en Wethouders voornoemd B IJ L E V E L D. Ter ordonnantie van dezelven VAN PANHUYS. De gekwalificeerde Arrondissements-IJker voor het Eerste District dezer Provincie, verwittigt de IJkpligtigen, dat de bepaalde tijd tot het Herijken van Maten en Gewigten voor deze Hoofdplaatsvastge steld bij Publicatie van Heeren Burgemeester en Wethouders dezer Stad, van den 7 Julij jl.zal eindigen op den 6 September aanstaande: daar geene dagen na dien gezetten tijd kunnen worden toegestaannoo- digt hij een ieder bij deze uit, om van genoemde tijdsbepaling gebruik te maken ten einde zich van alle schade en onaangenaamheden te vrij waren. Middelburg, den 8 Augustus 1834. De Gekwalificeerde Arrondissements - Ijker W. de KRUYFF. De DIRECTIEN van Ooster- en Middel-Zwake c. a. in Zuid-Bt- velandProvincie Zeeland, zullen, behoudens de goedkeuring der be voegde Autoriteiten, op Woensdag den 20 Augustus 1834, des mor gens om 1 o uren in de Herberg bewoond bij de Weduwe Pi de Broe- kertte 's GRAVENPOLDERtrachten te besteden: het maken en leggen 'van eene nieuwe Eikenhouten Zeesluisin den Dijk van den Boone-Polder en het maken van eenige daartoe betrekkelijke Werken. Die tot het aannemen genegen zijn kunnen zich gedurende acht da- gen bevorens zoo tot het ontvangen van aanwijzing als tot onderzoek van het bestek, aanmelden bij den Heer Uk. Lenshoek van Zwake. AUGSBURG den 31 julij. Onze Allg. Zeitung meent te kunnen ver zekeren dat tusschen den hertog van Nassau en den Nederlandschen ge- volmagtigdegraaf van Reedeeene schikking ten opzigte der Luxem- burgsche kwestie getroffen iswaarop men de goedkeuring van hec 's Gravenhaagsche kabinet te gemoet ziet 5 het Nassausche Huis zou daarbij eene aanzienlijke schadevergoeding erlangen. Nog verzekert dit blad, dat deze schikking reeds ter kennis van den bondsdag gebragt is en de goedkeuring dier vergadering heeft verworven. 'sGRAVENHAGE den <5 augustus. Z. M. de Konirtg is deze'ii mor gen ten half elf uren uit deze residentie naar het leger vertrokken De graaf Gljsbert Karei van Plogendorpaan Wien het Vaderland in menig opzigten vooral wegens zijne krachtdadige medewerking toe herstel van Nederlands onafhankelijkheid in 1813 groote vCrpiigtingen heeftis hedenin den ouderdom Van bijna 72 jarenalhier overleden. Men meldt uit Stokholm, dat Z. K. II. prins Willem Frederik Hendrik der Nederlanden aldaar den 24 11. op hoogstdeszelfs terugreis van Petersburg was aangekomenom een bezoek bij den Koning eu de Koninklijke Familie af te leggen. Z. K. H. werd reeds bij het naderen der vesting Waxholm en vervolgens, toen de Zeeuw op stroom voor anker ging liggen, ook van Skeppshoim met een koninklijk salvo begroet, steeg daarop in de sloepmet welke hem de Zweedsche vice-admiraal Coyet te gemoet was gevarenen werd bij het aan wal Stappen door den generaal-adjudant des Koningsden gouverneur der hoofdstaden eenen kamerheer van den Kroonprins ontvangen. Ook de Nederlaildsche ge zant baron van Crombrugghewas den Prins te gemoet gegaan die de voor hem in gereedheid gebragte appartementen op het koninklijk slot heeft betrokken en eenige dagen te Stokholm dacht te vertoeven. Het koninklijk besluit van den 25 julij, nopens de schutterijen, zalnaar men verneemtop de eerstkomende appels aan de officieren onder-officieren en verdere manschappen bij de bataillons mobiele schut terij worden kenbaar gemaakt. Daarna zuilen de bataillons-kommandan- tennadat het besluit genoegzaam zal zijn bekend geworden, het aantal schutters opnemen, die bij de staven der bataillons verlangen te blijven; en zal er dadelijk daarna bij die der dienstdoende schutterij worden over-- gegaan tot de bestemming der officieren, onder-officieren, korporaals, tamboers en hoornblazers, die, ingevolge art. 3 van het besluit, per kompagniemede bij de staven zullen blijven dienen. De kommandan ten der bataillonswelke uit rustende schutterijen bestaanzullen van de heeren generaals, kommanderende in de vestingen of kommando's, in tijds en vóór de aankomst dier bataillons in de plaatsen hunner be stemming, het getal schutters vernemen, die, ingevolge art. 13 van het besluitvoor de dienst iil sommige vestingen of garnizoens-plaatsen be- noodigd zullen zijnwaarmede dadelijk zal worden overgegaan tot de bestemming der officierenonder-officierenkorporaalstamboers en hoornblazers, die, in voege voorschreven, bij de staven moeten blij ven; doch zal als minimum der achter te blijven officierenonder-offi cieren enz. der kaders de bepaling worden gevolgdwelke voor de dienstdoende schutterijin gemeld artikelis voorgeschreven. In het al gemeen zal bij de bataillons mobiele schutterij worden aangenomen dat voor dertig schutters en minder dan dat getal per kompagnie zullen kunnen worden bestemd: een serjant, twee korporaals en een tamboer of hoornblazer; terwijl, indien het getal van de schutters mogt wórdetl te boven gegaan, dat der serjanten, korporaals, tamboers of hoornbla zers naar evenredigheid zal worden vermeerderd. De bataillons-komman- danten zullen zorgen, dat, bij de aankomst der bataillons of gedeelten van dien, in de plaatsen hunner bestemming, de officieren, onder-offi cieren en verdere manschappenaan welkekrachtens het besluitver lof wordt verleendop den daarbij bepaalden tijdkunnen vertrekken en dat aan diegenenwelke daarop aanspraak hebbenhet reisgeldvóór ,11 un vertrek, worde uitbetaald. De kleedingstukkenwelke, ingevolge, art. 2 van het besluit, door de manschappen der rustende schutterij, in de standplaatsen der staven van de bataillonsmoeten worden achterge laten, zullen alleenlijk bestaan in de kapotten, doch zal, aan de man schappen, bij hun vertrek met verlof, moeten worden aanbevolen, voor de goederenwelke zij medenemende grootste zorg te dragen. De onder-officieren, korporaals, tamboers en hoornblazers der bataillons rus tende schutterij, zullen, even als de schutters, hunne wapens en hun ledergoed bij de staven der bataillons achterlatenzullende echter de onder-officieren hunne sabels en sabelkoppels naar hunnent kunnen me denementerwijl de korporaals, tamboers en hoornblazers, voor zoo veel de kleedingstukken betreft, op gelijke wijze als de schutters zullen worden behandeld. De achtergelatene wapens, het ledergoed en de klee dingstukken zullen, even als zulks vroeger ten opzigte der verlofgan gers van de Nationale Militie is voorgeschreven, in daartoe geschikte lokalen opgeslagenen bij elk bataillonaan de zorg van een der officie ren, welke bij den staf van hetzelve verblijft, toevertrouwd worden. De bataillons-kommandanten zullen, op den dag na de aankomst van hunne bataillons in de plaatsen van derzelver bestemming, aan het de partement van oorlog regtstreeks inzenden eene op te maken numerieke opgave van het getal hunner onderhebbendendie bij de staten onder de wapenen blijven, en dergenen, welke met verlof zijn vertrokken, en

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1834 | | pagina 1