MIDDELBURGSCHE
COÜËAN T.
N°. 80.
Zaturdag
MEUWSTIJ DINGEN.
<öivoot-ï3cittanjc.
tt ONDEN den 29 junij. De billtot verbetering der wetgeving op bet
JLi armenwezen is den 26 dezer bij het huis der gemeenten doorgegaan.
Dezer dagen heeft men hier te lande weder het onmenschelijk
schouwspel gezien van eene zoogenaamde boks-partijwaarbij een der
beide kampvechters door den anderna een strijd van twee uren is
doodgeslagen. Men zegt, dat die worsteling, waarbij, volgens ge
woonte vele en groote weddingschappen zijn aangegaanis aangelegd
door een lid van het parlement, en dat onder de menigte aanschouwers
(die op 10,000 personen begroot wordt) verscheidene leden der beide
huizen van het parlement gevonden werden.
Het matigheids-gezelschap in Amerika heeft deszelfs zesde ver
slag uitgegeven. Daaruit blijktdat van af het begin zijner verrigtingen
2,000 brandewijnstokers en 6,000 herbergiers hun vak van bestaan hebben
laten varen. Meer dan 15,000 dronkaards zijn van deze hunne schande
lijke en nadeelige gewoonte teruggekeerden meer dan 700 zeeschepen
nemen op hunne reizen geenen sterken drank verder aan boord mede.
PARIJS den 30 junij. Het Journal des Débats wijdt heden een zeer
uitvoerig artikel aan de Zwitsersche aangelegenhedenwaarvan de slotsom
isdat menvolgens de laatste berigtenop cenc spoedige schikking der
bestaande geschillen mag vertrouwen. De ernstige toon die in de nota's
der Duitsche Staten werd aangenomen, zal, volgens het ministerieel dag
blad, waarschijnlijk, gewijzigd worden, zoodra men de overtuiging be
komt dat het voorzittend kantonzoover als de nationale eer zulks toe
laat de ruimste voldoening wil gevenen ten bewijze daarvan den ko
ning van Sardinië een bijzonder gezantschap heeft toegeschikt. Dat eene
minnelijke schikking zoodra mogelijk volgc, acht men van des te meer
gewigt, omdat de aanstaande bijeenkomst van den landdag ligtelijk nieu
we bezwaren mogt doen geboren worden.
Bijzondere brievendie men onder dagteekening van den 18 dezer
uit Madrid ontvangen heeft vermelden dat de Russische gezant d'Obril
genoemde hoofdstad heeft verlaten, zoodat geen der drie Noordsche mo
gendheden thans bij het Spaansche hof officieel wordt vertegenwoordigd.
^ebetrianbeu.
's GRAVENHAGE den 2 julij. Volgens alhier ontvangen berigten is
Z. K. H. Prins nAllem Frederik Hendrik, derde Zoon van Z. K. H. den
Prins van Qranje, in den besten welstand te Petersburg aangekomen.
Z. M. de Keizer is den jongen Prins te gemoet gegaanook is Z. K. H.
door het Russisch eskader met eereschotcn verwelkomd en begroet. Aan
boord van onze schepen de Zeeuw en de Snelheid was alles vol
komen wel.
Heden is alhier, onder het voorzitterschap van den wel-eerw. heer
Donker Curtius, predikant te Arnhem, en het secretariaat van den wel-
eerw. heer Dermouthof-predikant te dezer stede, de vergadering der
synode van de Nederduitsche Hervormde gemeente geopend.
Gisteren namiddag ten half-dric uren is de eerste nieuwe haring alhier
aangekomenzijnde de gewone jaarlijksche geschenken daarvan bij die
gelegenheid aan Z. M. den Koning, Prins Frederik en aan onderscheidene
hooge autoriteiten uit Vlaardingcn overgebragt. De eerste jager was ten
l uur aldaar aangekomen, met 20 ton, welke tegen 700 de ton ver
kocht is.
Men verneemtdat, ten gevolge van eene gegevene opheldering
van de Pruissische zijde, het onlangs voorgcschrevene visa der reispassen
door den Pruissischen gezant, ten minste wat de Oud-Nedcrlandsche
reizigers betreftniet meer noodig is geworden. De aanduiding op die
passen van de te nemen route, of van eenige Pruissische stadwelke de
reiziger wil aandoenblijft intusschen noodzakelijk.
AMSTERDAM den 1 julij. Men beweert, dat tegen de helft der
maand julij de inschrijving der aandeelen in de onderneming van den ijze
ren spoorweg van Amsterdam naar Keulen eindelijk zal geopend worden,
welke tot nog toe vertraagd schijnt te zijn door zwarigheden van het
departement van nijverheid, wegens de statuten der maatschappijenz.;
waardoor men bevreesd werd de zaak op de lange baan zoude gescho
ven wordenterwijl men in Belgie steeds voortgaateen der leden van
de commissie heeft zich te dien einde met een adres van dezelve aan
Z. M. gewend, en van hoogstdenzelven niet alleen zeer geruststellende
berigten medegebragt, maar zelfs de verzekering van de eerste te zullen
zijn, om aan de inteekening deel tc nemen, en wel, zoo als men ver
zekert voor de kapitale som van f 400,000.
BREDA den 1 julij. Heden morgen hadden wij het genoegen de ge-
hecle iste divisie van het leger tc velde, thans in het kamp van Reyen
gelegerdalsmede de daarbij bchoorende cn tc Rcycn gekantonneerd lig
gende vcld-battcrijno. 6op eene militaire wandelingonze vesting tc
zien passeren. Door dezelve was den togt genomen over Molenschot,
Bavel, het Ginneken, door onze vesting, en vervolgens langs den straat
weg van Tilburg over Dorst kampwaarts terug. Zijne Exc. de luitenant-
«•cncraal opperbevelhebber der xste divisie, baron van Geen, van zijnen
staf vergezeld, bevond zich aan het hoofd der divisie, gelijk mede de
heeren gencraal-majoors Schuurman en de Favauge aan die van de beide
brigaden terwijl door HH. KK. IIH. den Erfprins cn Prins Alexander
als kompagnies-kommandantende iste kompagnien van de beide batail-
lons der afdeeling grenadiers, tot de iste brigade van de divisie bchoo
rende, werden aangevoerd.
MIDDELBURG den 4 julij. In de zitting van de Provinciale Staten,
van den 3 dezer, is jonkheer mr. P. J. Boddaertals lid van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal aftredende, als zoodanig herkozen.
Bij de op gisteren plaats gehad hebbende aanbesteding der dijkwer
ken enz. van het eiland Walcheren zijn de zes perceelen in massa toege
kend aan den aannemer D. de Jotigk Cz. wonende te Ameidenvoor
eene som van 117,'000.
Eergisteren is tc Vere binnengekomen de Nederlandsche stoomboot
Graaf Cancrinkapitein H. Blad, van Duinkerken, met passagiers cn
«ukgoederennaar Rotterdam.
- Wij vernemendat in den nacht tusschen zondag en maandag 11.
5 Julij 1831.
in de gemeente Clingebij Hulsteen zware brand heeft plaats geluid
waardoor in weinige oogenblikken eene schuur en stalling, met alle de
zich daarin bevindende granen en gereedschappeneene prooi der vlam.
men zijn gewordenterwijl twee a drie paardenvijf zes koebeesten
en een aantal varkens hierbij zouden omgekomen zijnde vrouw was
mede eenigzins beschadigd.
Men meldtdat de Belgische tolbedienden aan de Zijde van Koe
wacht, in Staats-Vlaanderenzekeren advokaat, Talboom genaamd, op
Hollandsch grondgebied hebben gegrepen, en met geweld op Belgischen
grond hebben gevoerd en gevangen gezeten dat daarop van de Hollandsche
zijde verscheidene landbouwers, te St. Nicolaas te huis bchoorendezijn
gearresteerd.
Den 26 junij zijn te Londen 45 duiven, te St. Nicolaas te huisbe-
hoorende, opgelaten, waarvan een in zes uren tijds den weg van Londert
naar St. Nicolaas afgelegd en den uitgeloofden prijs gewonnen heeft.
De Bosniërs, die Turksch-Croatië bewonen en sedert lang iii vol
slagen regeringloosheid leefden, hebben in den nacht tusschen den 10 ctl
11 "dezer de stoutheid gehad in benden van ettelijke duizenden de gren
zen over te trekken en eenen aanval op de grensvesting Crettin te maken.
Weldra met verlies teruggedrevenstaken zij op hunnen aftögt verschei
dene huizen in brand. Hunne beide aanvoerders zijn onder het getal def
gesneuvelden of zwaar gekwetsten. De opperbevelhebber in Croatië heeft
dadelijk de noodige maatregelen van voorzorg genomen.
Onpartijdigheid vordert van ons de plaatsing der onderstaande
ANTIKRITIEK
op de aanmerkingen van den lieer Dte VVgeplaatst iri
de Middel burgsche Courant van 14- Junij 1834, No. y1opzigtens de
Beschrijving der St. LIEVENS MUNSTER KERKdoor den on
der ge teek enden uitgegeventen voordeele van het Fonds
tot Opbouw eener Nieuwe Kerk.
Toen ik in de voorrede dier Beschrijving schroef, dat ik mij op een veld waagdé,
waarop ik mij niet te huis gevoelde, werd ik daartoe, geenszins door nederiger!
hoogmoed, maar alleen door overtuiging van de beperktheid mijner kennis in het
vak waartoe die beschrijving behoort, gedreven; en als zoodanig zoude mij elké
aanwijzing van misstellingen ol' wezenlijke gebreken, met bescheidenheid gedaan,
welkom geweest zijn. Men boude mij echter ten goede, dat ik het door den Heer
J). medegedeelde in gecuen dcele houde voor leregtwijzing of aanduiding van 011-
naamvkeurigheden strijdig met geschiedkundige waarheid, voortgesproten uit onbe
kendheid met dc oudste oorkonden. En daar de bezitters mijner Beschrijving regt
hebben, mij al' te vragen, waarom ik hen zóóen niet, zoo als de lieer D. in
zijne medcdeelingnopens den oorsprong van ons vernield tempelgebouw ingelicht
heb, zal zijn Ed. het mij niet ten kwade kunnen duiden, als ik, op mijne beurt,
het weinig klemmende en niets tegen mijne stellingen bewijzende zijner aangevoerde
gronden vrijmoedig in het licht stel, zonder achter het masker van naamloosheid
tc schuilen.
Een' eersten grond van tegenspraak waarom dc bouw der St. L. M. Kerk niet
tot dat ver verwijderd tijdstip te brengen is, waarop ik denzelven in mijne Beschrij
ving stelde, ontleent de Heer D. uit de stelling: dat Zierikzee' s opkomst eerst
dagteekent van de elfde eeuwof van de optrekking van het Kasteel tegen
de invallen der Vlamingen in 10/4.8alsmede uit het gezegde van Reijgers-
berchdie hare opkomst aangeeft onder het Graafschap van Eloris IIIen alzoo
van 115 y tot 11ao.
Zwakker gronddan deze, minder klemmend bewijs, kon de IIcerD. wel niet aan
voeren. Want toch ik spreek geenszins tegen dat Zicrikzee in het eerst der
elfde eeuw aanmerkelijk uitgebreid en in bevolking toegenomen is, maar ik beweer
op geldige gronden, dat Zierikzee een paar eeuwen vroeger reeds eene zrfri aan-»
zienlijke en volkrijke plaats was, dat zij even daarom, reeds ten jare 84'), zich tol
den rang eener Stad verhief. Dit althans getuigt Levinus Lemnius, die schrijft:
dat Zierikzee ais Stad haar begin genomen heeft onder den Keizer I*o—
tharius I en reeds in 8&g tot eene Stad aangklegd en met muren omtrok
ken is; terwijl dezelfde Jleijgersberch waarop de Heer 1). zich beroept, tot be
wijs der gegrondheid van het door Lemnius gestelde, het bekende versje aanvoert:
In 't jaar achthonderd ende negenenveertigh mede
Was gefundeert Zierikzee die Stede enz.
Dc meerdere bloei cn opkomst van Zicrikzee in later tijd sluit alzoo geenszins do
waarheid uit mijner stelling, dat, namelijk, Zierikzee twee eeuwen vroeger, dari
waarop men algemeen dc stichting der St. L. M. Kerk bepaalt, juist ten gevolge
harer talrijke bevolking, behoefte y heeft gehad aan inecr 'dan eene Kapel, en het
door den Heer hieromtrent medegedeelde, bewijst alzoo niets, noch ontzenuwt
mijne stelling in e'énig opzigt. Bij gebreke van bondiger bewijzen en vertoogen
houde ik het er voor, dat mijne gevolgtrekkingen steunen op geschiedkundige waar
heid. En juist daarom schreef ik "dat het niet te vermoeden was, dat in ng5 en
vroeger (en niet, zoo als de. Heer D. schijnt gelezen te hebben, in 13j8 ik
spreek stellig tegen, dat er dit te iezen staat de bevolking dezer Stad zóó klein
was, dat er voor dezelve niet meer dan eene Kapel zoude bestaan hebben.
Het geheele betoog van den Heer D. op eene verkeerde lezing gegrond zijnde is
dan ook al het gene tot staving is aangehaald, dat er, namelijk, vdrir 1378 onder
scheidene andere heiligdommen te Zierikzee aanwezig wareneen hors d'oeuvre
waarop ik alleen terug kom, om den Heer D. op tc merken, dat mijn auteur den
brand van het, vroeger te Zicrikzee bestaan hebbend, Begijnenhof aangeeft op
456en niet, zoo als zijn Ed.op i468; waaromtrent ik geene uitspraak wildoen.
Van gelijke gehalte en even ongegrond is dc aanmerking, dat ik mij, even als
de lieer Ermerins dit gedaan heeft, zoude hebben laten misleiden, door het be-
rigt van Reijgersberch in het aannemen der stelling: dat Jan van Bloois,
Graaf van Beaumontin 13o5 een Kapittel in de Kerk te Tholen heeft
gesticht en dat mitsdien de gevolgtrekking daaruit door mij afgeleid, talstli
en geschiedkundig onwaar is.
Ik merk daartegen aan, dat, indien de Heer D. ontwijfelbaar zeker is, dgt
Reijgersberch daaromtrent misgetast heeft, bij dan toch die dwaling gemeen heeft
met Miraeus de Canon. Coll.en dat Smallegange de echtheid dier Overlevering
geenszins in twijfel trekt, maar alleen, even weinig als anderen, niet durft bepa
len, welke Bloois dit geweest zij namelijk van Bloois, Heer van Beaumont
Gouda, Schoonhove cn Tholen, of c'én dier Graven van Bloois in Frankrijk, die
mede llccrcn van Tholen geweest zijn. Algemeen echter houdt men het er voor,
(cn ook de Heer Ermerins heeft dit gevoelen omhelsd) dat het die van Bloois
geweest zij, in mijne beschrijving bedoeld omdat dc Graven van Bloois van Frank
rijk eerst llecren van Tholen geworden zijn door het huwelijk van Johanna, docb-
ter van Jan van Beaumont en Avesne met den Graaf van Bloois en Soissons.
Zoo lang dus de Heer D. zijne stelling niet vollediger voldingt, cn zijne argu
menten gratis aanvoert, houde ik mij aan het gezag der aangehaalde schrijvers,
en zal het mij niet tot oneer rekenenop die gronden gezegd te worden te dwalen
met den met lof heiaden geschiedschijver Ermerins.
Van nog minder allooi niet alleen is de aanmerking van den Heer D. ten be
toog dat wel degelijk hel eerste Kapittel door Graaf Aalbrecht van Begeren
in dg St. L. M. Kerk gesticht is; maar, wat meer is dit betoog zelf hoe won
derspreukig dit klinke versterkt mijne stelling datnamelijk dat Kapittel van
Aalbrecht niet het eerste kan geweest zijn.
[Vooraf wil ik den Heer D. berigten dat ik, vrfdr de uitgave mijner Beschrijving
zeer wel wist, wat Mieris, dien ik bij dc vervaardiging geraadpleegd heb, vermeldt
opzigtens de stichting van dat Kapittel; doch, dat ik er geene noodzakelijkheid in
zag de beweegredenen dier stichting mpde te deelen omdat ik het mij tot pligt
rekende, alle langwijlighcid te vermijden, ter uitwinning van drukkosten, en ook
jouder dat, mijne Beschrijving volledig genoeg achtte.] Eu nu ter zake.