MIDD E LB IJ RGvSCïIE COURANT. - 1 N°. 4i. Sckctibmafcitigcst. Zaturdag- NIEUWSTIJDINGEN. SDuitgrfilatfb. iïe&erlauöcw. 5 April 1831. ht ZEETIJDINGEN, ft - i Burgemeester en wethouders der stad middelburg brengen bij deze ter kennisse van alle belanghebbenden, dat Hun Edel Groot Achtbaren de Ileeren Gedeputeerde Staten dezer Provincie, bij derzelver Besluit van den 21 Maart 1834, No. 15, hebben goed gevonden te bepalen, dat de Herijkover het jaar 1834, van de Neder- iandsche Maten en Gewigten in het eerste District dezer Provincie, met wijziging van art. 1 van een Besluit van Ilun Edel Gr. Achtb. Van den 27 Februari) 1834, No. 14, provisioneel en tot nadere Bekendma king zal worden uitgesteld. En zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders in dezer Stads courant geplaatst. Gedaan ten Raadhtiize der Stad Middelburg, den 3 April 1834. Burgemeester en Wethouders voornoemd II. du BUISSON BECIUS L. P. Ter ordonnantie van dezelve VAN PANHUYS. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG maken bekend, dat op Donderdag den 17 April 1834, des middags ten twaalf uren, in eene der Zalen van het Raadhuis, in het openhaar zal worden aanbesteed, het uitvoeren van eetiig Metselwerkbestaande in herstellingen aan de Kaaimuur der zoogenaamde Kinderdijk, en in het Spui. Kanaal binnen deze Stad; op de voorwaarden, die van heden af ter le zing liggen op de Stedelijke Secretarie; zullende de Stads-Architect bij wien inmiddels inlichtingen te bekomen zijn, op den dag der beste ding, des voormiddags, de noodige aanwijzing doen op het terrein. Middelburg, den 3 April 1834. Burgemeester en Wethouders voornoemd H. DU BUISSON BECIUS, L. P. Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren, VAN PANHUYS. FRANKFORT den 30 maart. Nadere berigten uitNeustadt, inRijn- Beijeren meldendat de aldaar op den 20 maart plaats gehad hebben de ongeregeldheden zijn gepleegd door beschonken liedenwaaronder zelfs geene burgers dier stad zijn geweest; de staatkunde had wijders met de geheele zaak niets gemeens. Uit Napels schrijft men dac nog dit voorjaar de onder-koning van Sicilië, tweede broeder des konings van Napels, met de prinses Maria dochter van den koning der Franschen in het huwelijk treden zal. PARIJS den 30 maart. Het adres der afgevaardigden van de volksmaat schappijen aan de leden der oppositiedie tegen het ontwerp van wet over de staatkundige genootschappen hebben gestemd geeft het stellig voornemen te kennen, zich door geene straf bepalingen van het doel dat men zich heeft voorgesteld te laten afschrikken. Dit stuk schijnt het ministerie bekommering te geven. MIDDELBURG den 4 april. Dingsdag zijn de werkzaamheden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal hervat geworden, en is bij de zelve ingekomen eene koninklijke boodschap, ten geleide van drie ont werpen van wet en eene memorie van toelichting welke naar de afdee- lingen zijn verzonden. Het eerste ontwerp van wet strekt tot aflossing van de nog overge blevene obligatien, rentende zes ten honderd van 1831, ten bedrage van vijf millioenen negen honderd duizend gulden, hetgeen zal plaats vinden uit het overschot der leening van het jaar 1833, vastgesteld bij de wet van 22 november 1832; terwijl bovendien, ter verdere ge deeltelijke aanvulling van het te kortontstaan uit de onevenredigheid tusschen de middelen en de toegestane uitgaven sedert november 1830, tot en met ultimo december 1833, zal worden daargesteld en kunnen worden te gelde gemaakt, een kapitaal van zes millioenen drie honderd duizend gulden werkelijke rentegevende schuld vijf ten honderd in te schrijven in het tweede grootboek der nationale werkelijke schuld. Het tweede ontwerp heeft ten oogmerk, de achtervolgende aflossing der nog aanwezige schatkistbiljetten, door uitgifte van een gelijk kapi taal van zoodanige biljetten, tot mindere rente. Daarbij wordt voor gesteld het nog aanwezige kapitaal van ƒ9,800,000 der schatkistbiljetten daargesteld volgens de wet van den 22 november 1830 Staatsblad 110. 81), achtervolgens in gereed geld af te lossen, en te doen vervan gen door middel der uitgifte van een gelijk kapitaal schatkistbiljetten rentende vier ton honderd;, de gelden, door zoodanige uitgifte beschik baar wordende, zullen niet anders dan tot aflossing der thans in om loop zijnde schatkistbiljetten mogen worden gebezigd. De schatkistbil jettenrentende vier ten honderd, zullen ieder groot zijn f6oo\ dezeive zullenvan maand tot maand, met dagteekening van den eersten der maand, worden daargesteld, onder de handteekening van den minister van finantien, mitsgaders bij de algemeene rekenkamer worden gezien en geregistreerd. De volgens deze wet daar te stellen schatkistbiljetten zul- len, alleen op de aanvraag en het uitgedrukt verlangen van de belang hebbenden, kunnen worden in betaling gegeven bij de voldoening van vorderingen ten lasce van het Rijk de renten op die biljetten ver schenen zullen in dat geval aan de belanghebbenden niet verder worden toegerekend dan tot het einde der maand voorafgaande aan deze uit gifte. De gedachte schatkistbiljetten zullen, benevens de daarop verkro pen rente, door een ieder voor zijn verschuldigde kunnen' worden gebe zigd tot betaling van allé belastingen en inkomsten van het Rijk, met de opcenten; de renten zullen, bij het in betaling gevenworden be rekend tot het einde der maandvoorafgaande aan die in welke de schuld vorderbaar wordt. Onverminderd de voorgaande bepaling, zul len de schatkistbiljetten, krachtens deze wet uit te geven, van de zij de der houders opzegbaar zijn en tegen betaling in gereed geld van Uet kapitaal met de vervallen rentenworden ingetrokkenten kantore daartoe te Amsterdam aan te wijzen, één jaar na derzelver dagteekeningj en voorts jaarlijks op den verschijndag mits de biljetten waarvan dd aflossing verlangd wordtdrie maanden vóór den verschijndag ten zei» ven kantore worden opgezegd waarvan een bewijs op dezelvè 'gesteld zal worden. De renten der schatkistbiljetten welke niet worden inge trokken zullen jaarlijks, op en na den verschijndag, in dezelve uitge drukt, worden aangezuiverd ten kantore, daartoe in de hoofdplaatsen van alle de provinciën aan te wijzen. Bovengemelde schatkistbiljetten zullen weder kunnen worden uitgegeven voor dezelve alsmede voof die welke worden afgelost, zullen ook nieuwe kunnen worden ifi plaats gesteld, mits de ingetrokkene worden vernietigd; zullende het aanwe zig bedrag nimmer te boven kunnen gaan hec kapitaal van negen mil. lioenen acht honderd duizend gulden. Bij het derde ontwerp wordt voorzien in de volle rentebetaling van de nationale schuld, verschijnende den laatsten junij 1834, en Voorge steld dat, onverminderd de zórg, aan het amortisatie-syndicaat, bij art, 37 der wet van 27 december 1822 {Staatsblad 110. 59) opgedragen t voor de rentebetaling der nationale werkelijk rentegevende schuld wasr- van de interessen tot twee-en-een half ten honderd gedeeltelijk zijn aan-» gewezen op de begroocing van stnats-uitgaven voor het loopende jaar, het amortisatie, syndicaat ook, opliet tijdstip der aanstaande halfjarige rentebetaling, verschijnendeden laatsten junij 1834, verstrekken zal hec niet op die begrooting uitgetrokken bedrag van het gedeelte dier schuld waarvan het Rijk eventueel zal kunnen worden ontlastteil beloope van ƒ4,200,000. Laatstgenoemde betaling zal plaats hebben bij wijze van leening, om later met de renten, die echter nimmer vijf ten honderd zullen kunnen te boven gaan, aan hec amortisatiesyndicaat te worden teruggeg even. Den 2 dezer heeft Constant Polarizich ook genoemd hebbendé Carrara, op de grooce markt te 's I lage de straf der te pronkstelling on dergaan waartoe hijwegens den door hem gepleegden diefstal van diamanten en andere aan Mevrouw de Prinses van Oranje coebehoöfen- de kostbaarheden, bij arrest van het hof van assises der province Hol land, zuiderkwartier, van den 8 maartwas veroordeeld. Van Amsterdam den 1 april wordt gemeld Zondag avond ten 10 uren is alhier eene gruwelijke daad gepleegd. Een i8jnrig EngelsCh wees.' meisje begaf zich, van een jong broertje vergezeld, naar het gesticht terug, toen een manspersoon, een Engelsch matroos, met wieu zij se dert eenigen tijd verkeering had onderhoudendoch dien zij, op raad van sonen die op haar invloed haddenhad laten varen als met haar stand niet overeenkomende, lwar naderde en na eenige woordenwisseling haar plotseling het hoofd achter over rukte en den hals afsneed, ten gevolge waarvan het slagtoffer binnen weinige oogenblikken den geest gaf. De moordenaar bragc hierop zichzelven eene, hoewel niet doodelijke won de toe, en sprong vervolgens in de gracht, waaruit hij door de toege snelde nachtwacht werd gehaald en in verzekerde bewaring werd genomen. Blijkens berigten uit Bergen in Henegouwen, van den 28 maart, bad toen de gisting, die in het mijnwerkersland (le Borinage) ter zake van hec aanleggen van den ijzeren spoorweg ontstaan isnog niet op gehouden. De werkers in de kolenmijnen schijnen in die opzigt met de voerlieden die in die streken zeer talrijk zijn en bij het tot stand brengen van den weg wezenlijk zouden lijden, gemeene zaak te heb ben gemaakt. De mijnwerkers hadden zich voorts onwillig betoond om langer te arbeiden; en in den nacht van den 27 op den 28 had in een niet verre van Bergen gelegen dorp een gevechc tusschen deze tegen standers van den ijzeren weg en eenige gendarmes plaats gehad waarbij van weerszijden gekwetsten waren gevallen. Ten gevolge daarvan zijn de lanciers die te Bergen in bezetting lagen, den 28 naar descrekeu, alwaar de meeste onrust heerscht, uitgetrokken. Men beweert even wel dat sedert de mijnwerkers te vreden zijn gesteld. Uic eenen staat die bij bet Belgische ministerie van oorlog is opgemaakt, blijkt, dat het aantal der manschappen der verschilliende Belgische korpsen die gedurende het jaar 1833 gedeserteerd zijn, of omtrent wier lot men ten minste niets stelligs weet, 1J04 bedraagc. Volgens een berigc van den Namenschen Eclairettr hebben er op de Fransche noordergrenzen eenige troepen-bewegingen plaats. Voorts werden de magazijnen te Givet weder van levensmiddelen voorzien. Uit Gent wordt herigt, dat de generaal Magnan van zijn verlof uit Frankrijk aldaar weder teruggekomen is. De Lynx van den 2 behelst eene eerste lijst van inschrijvers voor den aankoop van paarden uit de stoeterij van Tervueren, bestemd om die als eene hulde aan Z. K. II. den Prins van Oranje aan te bieden. Deze eerste lijst, voor Brussel alleen, beslaat ruim twee kolommen v3ii gemeld blad en heeft aan tïeszelfs hoofd de namen der aanzienlijkste per sonen gelijk als de marquis van Trasignies voor 400 fr.den prins van Lignevoor 500 fr.enz. VLISSINGEN den 3 april. Eergisteren is van deze reede uitgevaren Zr. Ms. stoomschip Suriname, kommandant var. Franckmee bestem ming naar Texel. De Oostenrijksche brik, onlangs gemeld als op de bank de ICaloot ge strand isna dat de equipagie daarvan was afgegaandoor het hooge tij en den aanhoudenden wind vlot geraakt, het vaarwater naar Holland opgedreven op een bankje voorbij Rammekens vast geraakt en min of meer verbrijzeld. Sedert den 30 maart 11. zijn voor Antwerpen bestemdalhier ter reede gekomen: So eb lomsterkapt. A. Falck van Koppenhagen, met haver; Merida kapt. J. Bonney, van Nieuw-York mee koffij the IVilliam kapt. Ch.Jordnn, van Mantanzasmet verwhout de Commercie kapt. A, Caipels, van Huil, met manufacturenBertha kapt. K. H. Brandt, van Taaborgmet raap- en lijnzaad Hannibalkapt. Th. Coswell, van Port-au Prince met koffij the Vipiets kapt. R. Coppleman, met stuk goederen en ÏVaterloo, kapt. J. Stranach met stukgoederen en passa giers, beide van Londen Columbinekapt. W. Boagvan St. Domingo, Imet koffij enz. Gisteren is van Antwerpen naar zee gezeild Cathari.no., kapt. II. J. Poppenaar Cuxhaven met rogge.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1834 | | pagina 1