N\ 3a.
MIDDE LBURG SCHE
COUR A W Ti'
'X
Zatürdag
15 Maart 1834.
3m0rii0Atie~&gnbuAAt.
\y
Clbucrtcuttc-
NIEUWSTIJDINGEN.
ZihtitecltlAttb.
iücbcvlauöen.
ADMINISTRATIE der DOMEINEN, WEGEN, VAARTEN, enz.
Provincie Zeeland. Agentschap Sas-van-Gent.
VERPACHTING KAN TOLLEN
O op den Weg der lste Klasse, No. 10.
p Maandag den 17 Maart 1834, des voormiddags ten tien uren
zal er, op het Stadhuis te OOSTBURG, al of niet onder voorzitting
van eenen Inspecteur der Domeinen, en in tegenwoordigheid van den
Agent van het Domein te Sas-van-Gentten overstaan van den Notaris
Risseeuw en getuigen te Oostburg, worden overgegaan tot de openbare
Verpachting, voor den tijd van drie jareningaande den 31 Maart 1834,
des middernachts, van de onderstaande TOLLEN, op den Weg der
ïsie Klasse No. 10
De TOL, No. 1, te Breskens,
2te Schoondijke
t> 3. te Oostburg.
n 4, ann den Kruisweg van Aardenburg en Sluis.
De Verpachting zal plaats hebben voor iedere Tol afzonderlijkleg
gende de voorwaarden ter lezing in het locaal van het Gouvernement
der Provincie Zeeland, ter Secretarien van de Gemeenten onder welke dè
Tollen zijn gelegenbij den Notaris Risseeuw voornoemd ten Kantoren
van de Agenten van het Domein te Middelburg en Sas-van-Gent, bij
den Hoofd opziener der Wegen en Vaarten in Zeeland, te Neuzen, en
bij den Opzigter der Groote Wegente Oostburgbij welke drie
laatsten inmiddels nadere inlichtingen te bekomen zijn.
De Agent van het Domein,
E. C. L. D'H A N E N S.
BURGEMEESTER en ASSESSOREN der Gemeente CROEDE
Vierde District van Zeeland, maken bij deze bekend, dat de gewone
Jaarlijksche KERMIS, welke op den 31 dezer maand invalt, alhier dit
jaar niet zal worden gehouden.
Te Groede, den 12 Maart 1834.
Burgemeester en Assessoren voornoemd
A. van GEELKERKEN, Vt.
Ter ordonnantie van dezelven
Bij des Secretaris indispositie,
Het Raadslid
Z. CORNELIS.
FRANKFORT den 9 maart. Den 26 februarij heeft het congres
eerst zijne tweede hoofdzitting gehouden, waarin het verslag eener com
missie is medegedeeld. Men heeft nu echter hoop, dat de werkzaam
heden spoedig vorderen zullen en dat de uitslag dan ook openbaar ge
maakt zal worden. Te Weenen is men ook overtuigd van de noodzake
lijkheid om door krachtige maatregelen de rust van Duitschland te ver
zekeren daar de vorderingen der propaganda nu laatstelijk maar al te
duidelijk gebleken zijn.
In een Duitsch blad vindt men eenen brief uit Konstantinopeldie
echter in allen deele bevestiging verdienten waarin gemeld wordtdat
de Engelsche regering wederom aan de Porte hare ontevredenheid te ken
nen heeft gegeven over het traktaat met Rusland, en alle pogingen aan
wendt om den gfOoten heér afkeerig te maken van aan zijne verpligtin-
gen jegens keizer Nicolaas te voldoen. „Gelukkigerwijze," luidt het
verder in dien brief, ziet de Porte duidelijk het vernederende van de
stelling in, die men haar wil doen aannemen, en mogt zij al geen kracht
genoeg bezitten om zieh met beleedigd eergevoel te verweren, zoo is
zij toch doof voor alle bedreigingen cn kwalijk gegronde vorderingen."
's GRAVENHAGE den 11 maart. Naar aanleiding van 's Konings
kahinets-order van den 21 jannarij II., omtrent de in diensttreding van
schutters bij de troepen voor de overzeesche dienst, zijn door Z. Exc.
den directeur.generaal van oorlog de volgende bepalingen vastgesteld,
welke ter kennis van de gouverneurs der provinciën zijn gebragt
i°. Dat, met uitzondering van gehuwdenalle schuttersplaatsver
vangers daaronder begrepen, die, daartoe de geschiktheid bezitten, tot
voorschreve verbindtenis zullen worden toegelaten.
a°. Dat, onder dezelfde voorwaarden tot zoodanige verbindtenis ook
zullen worden toegelaten alle schutters, die van de korpsen mobiele
schutterijmet eenig verlof in hunne haardsteden aanwezig zijn.
3°. Dat de overgeplaatste manschappen door het korps schutterijvan
hetwelk zij herkomstig zijn mitsgaders op de rollen der gemeenten
waarvoor zij zijn uitgetrokken, als gedetacheerd zullen worden gevoerd
en wel tot aan het tijdstip, op hetwelk zij, of wegens hunnen ouder
dom, of om andere redenen, volgens de wet van 11 april 1827 (Staats
blad 110. 7), zullen ophouden van de active schutterijen der gemeenten
deeLte maken; zullende dienvolgens de namen der overgeplaatste schut
ters, door tusschenkomst van den directeur-generaal, aan de gouver
neurs worden opgegeven, ten einde het gedetacheerd voeren op de ge
meente-rollen naar behooren kunne geschieden.
In het staatkundige heerscht nog steeds dezelfde stilte. HH. KK
HH. de Prins van Oranje en Prins Frederik hebben elkander te Berlijn
aangetroffen, en zullen vermoedelijk eerstdaags alhier terug zijn. Hoogst-
derzelver zamentreffen te Berlijn en de conferentien aldaar met den op
zijn vertrek naar Weenen staanden minister Anctilon, schijnen wel met
eenig staatkundig doel in verband te staan. Onze zaken blijven overi
geus op dezelfde hoogte. Middelerwijl nadert het tijdstip waarop de
Staten (generaal weder zullen vergaderen. De nationale wetgeving zal
het voornaamste onderwerp hunner beraadslagingen uitmaken tnanr ook
het financiële pniit zal niet vergeten worden. Het is toch bekend, dat
de minister van financien de toezegging gedaan heeft, een voorstel te
zullen inleveren tot intrekking en vernietiging der 6 pets. obligntien en
welligt ook schatkist-biljetten. Bovendien heeft men veel gesproken van
het voor den oorlogsstand tot in den loop der komende maarid mei toei
reikend voorhanden zijn van gelden, en het is alzoo waarschijnlijk, dat»
met vereeniging dezer onderscheidene uitgaven, Waarbij de mögelijkd
dekking van tekorten almede konde worden gevoegd, een of andere grod*
te financiële maatregel zal worden voorgedragen. Velen spreken reeds
van eene te dien einde uit te schrijven geldleenirtg,- niaar officieel is
daarvan nog niets bekend. Volgens hen zouden daarbij 4 pet. obligatieii
worden uitgegeven. Dit een en ander zal trouwens spoedig blijken, en
vergezeld moeten gaan van eenige staatkundige mededeeling, waarnaaf
met veel belangstelling wordt uitgezien.
Gelijk bekend is, is er, gedurende de laatste bijeenkomst vStr de
Staten-Generaalgebleken., dat er een nadeelig slot of te kort öp héc
dienstjaar 1830 bestond van 388,699:56!
op dat van 1831 van- 6,137,642:85
en op dac van 1832 van 10,039,118:293
Tezamen 16,565,460:71
waaromtrent echter van regeringswege is aangemerkt, dat op de hCcfod-
tingen van staais-uitgaven over de dienstjaren 1830 en vroeger tot 1832 4
nog niet als bezwaar is aangeteekend eene som van ƒ5,485,508:463,
waarvan waarschijnlijk een aanzienlijk deel later vervallen zal kunnen
worden verklaard hetgeen evenwel voor het oogenblik niet met Zeker
heid kan worden opgegeven, aangezien op die diensten nog eenige aan
wijzing zal moeten geschieden. Het te kort op het dienstjaar 1832 is
veroorzaakt1°. door de lagere raming der inkomsten welke eene soui
van 3,708,561:81 minder dan de geraamde uitgaven beliepenen
20. door de mindere opbrengst der middelen, dan de raming, hetgeen
f 6.330,556:483 beloopen heeft. Volgens naauwkeurige bescheiden 4
heeft de leening, volgens de wetten van den 2a. november-1-830 en 14
december 1831, na aftrek der kosten, opgebragt eene som Van
14,365,000 hebben de schatkist-biljetten geléverd eene som- vart
15,000,000 en de vrijwillige giften, ten behoeve van het Vaderland
bedragen eene som van ƒ702,706:90!. In de beide leeningen in 1831
is ingeschreven eene som van ƒ39,173.500, welke na aftrek van alle?
kosten, ten bedrage van 4,108,608:75 hebben geleverd eene som van
35,064,891:25. In 1832, is in de leening van 138,000,000 ingeschre-
even eene som van 82,238,000 te berekenen voor/53,141 ,300ad 8o°/ a.
hetgeen heeft opgeleverd eene som van ƒ42,513,040; en voor 29,096,700,
ad 85°/o« bedragende een kapitaal van 24,732,195: te zamen
67,245,235; van welke som moet worden afgetrokken hetgeen in ef
fecten gefourneerd is, als: schatkist-biljetten ƒ4,394,200 k ioo°/0;
schuldbrieven leening van 1830, ƒ693,800 ad 8o°/0 is ƒ555,040 en
leening van 1831, ƒ21,482,650 ad 95%, 55/20,408,517:50, te za.
men ƒ25,357,757:50 alsmede het courtagie-geld onkosten renten vati
fpurnissementen enz., te zamen beloopende 2,373,593:47 zoodat
bovengemelde leening zuiver heeft opgebragt ƒ39,513,884:03.
De accijnsen hebben, in 1832, bedragen: suiker f 15,241 8 wijn
8i5.332:49a' zout G'25,069:78het binnenlandsch gedisteleerd
ƒ2.909,943:14. het buitenlandsch gedisteleerd 243,521:71!bier en
azijn 323,324:79 gestage 1,166,526:02 zeep 422,225:98col
lectief zegel van quitantien/ 702,370:22 en het consent-zegel van ver
voer- en gelei-biljetten 48,282:07!.
Blijkens een overzigtbetreffende de fondsen door het amortisacle-
sijndicaat naar aanleiding der wetten van 27 december 1822 en 5 julij
1824, no. 59 en 38, aan 'sRijks schatkist verstrekt, mitsgaders van
het gebruik, dat tot den laatsten december 1832 van die fondsen is
gemaakt waren van de 64,198,009:83! door het amortisacie-sijudicaac
verstrekt, 63,490,902:05! beschikt, en 707,107:78 ter beschikking
overgebleven.
NIJMEGEN den 11 maart. Op den 25 februarij 11. isl;pp de land
hoeve Biesterhuizen onder Neérboschdoor den eigenaar derzelve
van Eek, geschoten, een uitmuntend schoone arend, die men opgeeft te
zijn de zoogenaamde Konings Arend, hebbende hij eene vlugt van ruim
3 Ned. ellen; doordien hij met hagel is geschoten, is hij slechts aan een
der vieugels gekwetst en alzoo nog in leven; men hoopt hem ook ver
der in het leven te behouden.
ROTTERDAM den ia maart. Kapitein A. Plokkervoerende het
schip Christina Johanna, van Rotterdam, die op den 27 october des vu-
rigen jaars in liet kanaal het geluk had de manschap te redden van de
Fransche chasse-marée VUnion welke aldaar omgeslagen was, en niet
alleen die schepelingen van het noodige had voorzien, maar edelmoedig-
lijk geweigerd had daarvoor eenige belooning aan te nemen heeft van
den Franschen consul hier ter stede den volgenden brief ontvangen
Rotterdam den 7 Maart 1834.
Mijnheer uw lofwaardig gedrag, gehouden opzigtens de schepelin
gen Van het Fransche visschers-vaartuig TUnionomgeslagen in het En
gelsche kanaal den 27 october jl.welke door u zijn opgenomen en lief
dadig verzorgd tot aan derzelver overscheping op de Fransche brik TAmi-
tiéter kennisse van het gouvernement Zr. Ms. den koning der Franschen
gekomen zijndeheeft hetzelve mij gelast u in deszclfs naam de ge
voelens welke uwe vereerenswaardige daad der regering hebben inge
boezemd, uit te drukken.
Ik verheug mijbij den aanvang mijner functien als consul van
Frankrijk alhier, eenen zoo aangenamen last te hebben te vervullen; ik
kwijt mij dan ook van denzelven met een waar genoegendoch in uw
eigen hart vindt gij zeker de belooning uwer edels en der menschheid
waardige daad en alle tuijne becuigingen zouden de inwendige voldoe
ning, welke gij smaken moet van de wet der hulpvaardige menscheiiliefüe
te volgen niet kunnen verhoogen.
Zijt verzekert, mijnheer, dat de ongelukkigen wélke gij gered en
aan eenen wissen dood ontrukt hebt, daarover een dankbaar aandenken
aan u zullen behoudendoch moge bovenal de Opperste Vergelder van
alle goéde daden, u daarover zijne hooge goedkeuring doen ervaren;
Ontvang bij dezen vvelgemeenden wensch de verzekering mijner bij
zondere hoogachting. De consul van Frankrijk,
II E R S A N T."
MIDDELBURG den 14 maart. Gisteren is naar zee gezeild het
fregatschip Mercurius kapitein H. B. Esink, bestemd naar Batavia.
Ook is op gisteren gezeild het brikschip Pctror.elta llillegonda, kapt-