MIDDELBURG SCHE COURANT, N". ui. V Zaturdag 14 September 1833. r-fr-i- ïtcmuögcmug. Slbuctrtcuttc. NIEUWSTIJDINGEN. SDuifórfflanb. JVaaferijlt. Burgemeester en wethouders der stad middelburg brengen bij deze ter kennisse van de Ingezetenen dezer Gemeente dat de Patenten over liet dienstjaar 1833, dat is van 1 Mei 1833 tot 30 April 1834, ingevuld gereedliggen, en dat tot de afgifte van dezelve 'ten Stadhuize zal worden gevaceerd des Dingsdags en Zaturdags van ie dere week, des morgens van tien tot twaalf uren, en zulks gedurende het tijdvak van den 7 September tot den 5 October aanstaande. Wordende de belanghebbenden aangemaand om in persoon te compa rerenen zich dezen tijd ten nutte te maken, ten einde van kosten be vrijd te worden, daar Burgemeester en Wethouders verpligt zijn, vol gens artikel 2 van Zr. Ms. besluit van den 17 October 1820, om de on afgehaalde Patenten of de Afschriften van dezelve, door de Deurwaarders der Directe Belastingenonverwijld aan de Patentpligtigen te doen uit reiken tegen voldoening van tien centsterwijl zij bovendien vervallen in eene boete van vijftien guldensindien zij, des aangevraagd, hun Pa tent of Afschrift van hetzelve niet kunnen vertoonen. Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 5 September 1833. Burgemeester en Wethouders voornoemd, B IJ L E V E L D. Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren VAN PANHUYS. De BURGEMEESTER der Gemeente YERSEKE brengt ter kennisse der belanghebbenden dat de KERMIS of JAARMARKT zal beginnen des Woensdags den 25 September eerstkomende en eindigen des Zaturdags den n8 daaraanvolgende. De Burgemeester voornoemd M. P. DOMINICUS. De Belastingschuldigen der Gemeenten OOSTBURGSCHOONDIJKE en WATERLAND-KERKJE, worden verzocht om hunne verschuldigde Belastingen 's maandelijks te willen voldoen, en zij, welke gewoon wa ren de Belastingen bij de twee of drie maanden te voldoen worden verzocht van die gewoonte af te zien, vermits alle ten achteren zijnde Belastingschuldigen volgens het bij den ondergeteekenden ontvangen hoog bevelmoeten vervolgd worden. Wijders wordende Eigenaren van Goederen, in bovengemelde Gemeen ten gelegen, verzocht, om hunne Pachters te vermanen, en des noods in staat te stellen om aan het bovenstaande te voldoen, daar, in contra rie gevalde Ontvanger den Eigenaar ten zijnen woonhuize zal doen sommeren en zoo noodig executeren. Schoondijkej den 12 September 1833. De Ontvanger, J. J. VAN R OS E VELT. De ondergeteekende, Kollecteur van het Stedelijk Middel der Lantaarn-, Brandspuit- en Nachtwacht-Gelden alsmede dier Geldenwelke ten be hoeve der achtergelatene betrekkingen van Vrijwilligers bij de Armee en uitgetrokken Schutters worden verstrekt,brengt bij deze ter kennis van de zoodanige der In- en Opgezetenen dezer Stad en Ambachtwelke alsnog nalatig zijn gebleven hunne verschuldigde aanslagen in voorzeide middelen, over de dienst van 1832 of vroeger, te voldoen, dezelve vóór of op den 30 dezer ten zijnen Kancore over te maken dewijl na genoemd tijdstip Caangezien eene onverwijlde verantwoording wordt gevorderd) er aan niemand, wie hij ook zijn moge eenig langer uitstel kan worden verleendmaar alsdan tot de middelen van regtsdwangbij de wet voor geschreven zal worden overgegaan. Waarom deze kennisgeving alsnu tot laatste waarschuwing is dienende. Middelburg, den 14 September 1833. DE TROIJE Nz. NB. Het Kantoor tot den ontvang der bovengenoemde middelen zalte rekenen van Maandag den 16 dezer, gevestigd zijn op de Heerengracht, tusschen de Noord- en St. Toris-Brug, Lett. M. No. 25. BERLIJN den 7 september. De Pruissische staats-conrant bevat heden bet volgend artikel Z. M. de keizer van Rusland is den 5 dezerdes namiddags ten half-vijf uren, in den besten welstand te Schwedc aangekomen. Hoogsc- dezelve is niet te Swinemünde aan wal gestapt, gelijk het eerste pJan was. Naar men verneemt is Z. M.na den 28 augustus te Kroonstad aan boord te zijn gegaan gedurende drie dagen door de hevige stormen in den FinlarrcTschen zeeboezem tegengehouden en eindelijk te Reval aan wal gestapt, van waar hoógstdezelvena eene tweede mislukte po ging om de reis met de stoomboot voort te zetten, met rijtuig naar Pe tersburg teruggekeerd is. In den avond van den 31 heeft de keizer de reis over land herwaarts weder aanvaard. De storm is den 29 en 30 augustus ook te Petersburg zoo geweldig geweest, dat men voor groote rampen vreesde gelijk dan ook een gedeelte der stad overstroomden het dak van het winter-paleis ten deele is verwoesc geworden." De Russische vice-kanselier en minister van buitenlandsche zaken, graaf von Nesselrodeis den 4 dezer naar Bohemen vertrokken. FRANKFORT den 8 september. Men wil, dat er eene zamenkomst tusschen de keizers van Oostenrijk en Rusland plaats zal hebben en wel aan de grenzen van Silezie en Bohemen op het kasteel Friedland, dat aan den graaf..Clam toebehoort, of op het sloc Sicherow van den prins van Rohan. Tegen den 1 dezer werd de prins von Metternich te Praag verwacht, om Z. M. den keizer van Oostenrijk op zijne reis te vergezellen. Met gespannen verwachting ziet men hier de toekomst te gemoet. Ze ker schijnt het, dat in de politieke wereld groote zaken worden voor- bereid en dat het Duitsche bond -dtjaraan deel moet nemen. Zoo die ge beurtenissen tot een gemeenschappelijk handelen van alle Duitsche rege ringen tnogten leiden, en Duitsciiland tegen over de andere mogendhe den zijne vroegere achtbare houding deden hernemen zou men reden heb ben zich zeiven geluk te wenschcn. Wanneer ook ditmaal de diploma ten slagen in het behouden van den vrede, wat Oostenrijk en Prqissen ongetwijfeld verlangen dan kan die als voor een geruimen tijd verwaar- borgd beschouwd worden. Onder de punten, waarbij het Duitsche bond voornamelijk belang heeft, komen in de eerste plaats Zwitserland en Luxemburg voor. De Luxemburgsche kwestie is vooral van hoog ge- wigt voor Duitschland, en zoo men wel onderrigt is heeft de bondsdag hieromtrent nog geen besluit genomen. In een bijzonderen brief uit het Pruissische, van den 29 der vorige maand, die door een der meest geachte Duitsche bladen wordt medege deeld, vindt men eene wederlegging van de meening, dat het bij de on derhandelingen der groote mogendheden tot afdoende besluiten en einde lijk tot oorlog zou komen, daar men tot nog toe op den weg der nego- tiatien zoo weinig gevorderd is. De schrijver beweert, dat nooit ineer en gelukkiger onderhandeld isdan in de laatste jarendatwel is waar verscheidene punten in geschil, en met name de Belgische gaken niec afgedaan zijn, doch dat daaruit geenszins volgt, dat de diplomatie wer keloos gebleven is of zonder gevolg gearbeid heeft, en vraagt, waar men toch nu wezen zou indien vroeger de pen voor het zwaard het veld had moeten ruimen? Hij zegt verder, dat men in Berlijn den Belgischen twist nog altijd als een steen des aanstoots aanmerkt, en dat deze, wel- ligt eerder dan men het voorziet van eene gevaarlijke gewigtigheid zou kunnen worden. Pruissen zou ontevreden zijn over den loop der con- feretuien van Londendoch het valt niec te ontkennendat het moei- jelijk is de tegenstrijdige belangen in deze zaak te vereenigen, zonder dat er van den eenen of anderen kant opofferingen worden gedaanwaar toe tot heden niemand geneigd schijnt. Het nadeel, dat de Pruissische handel lijdt door den onzekeren staat der betrekkingen van de Nederlan den, is groot, voornamelijk ten opzigce van het afzetten der wollen aan de Belgische fabrieken. De hertog Bernhard van Saxen-Weimar luit.-generaal in Nederland- sche dienst, en de graa i Mensdotf, Oostenrijkscbe luit.-veldmaarschalk en vice-gouverneur der bondsvesting Mentz, zijn hier aangekomen. In de zitting van den Zuricher landdag van den 3 dezer is men werkelijkzoo als naar aanleiding van den heerscbenden geest in die ver gadering en hetgeen deswegens in de vorige zittingen door sommige le den gezegd was, zoowel als volgens het loopende gerucht vooruit te gemoet werd gezientot het besluit gekomenom aan den tegenstand van het kanton Neufchacel ten spoedigste door eene gewapende bezetting een einde te maken. Te Munchen is den 25 augustus de groote nieuwe Protesiantsche kerkmet groote plegcigheid en in bijzijn van vele aanzienlijke staatsbe ambten en van geestelijken der andere kerkgenootschappen, ingewijd ge worden. De gemeente, voor welke deze kerk gebouwd is, en welke thans ruim 7000 leden telt, bestaat nu juist 33 jaren en had het genoe gen van bij deze plegcigheid de koningin weduwe van Beijerengeborene prinses van Baden, in haar midden te zien, bij wier huwelijk met den overleden koning van Beijeren, het allereerst aan de Protestanten vergund werd, om te Munchen openbare godsdienstoefeningen te houden, te wel ken einde in het koninklijke paleis eene kapel werd ingerigt, alwaar de gemeente sedert dien tijd bijeen gekomen was. Haar allereerste leeraar de hofprediker von Sehmidwas ook thans nog tegenwoordig en bestuur de de plegcigheid. Een breedvoerig verslag van dit godsdienstig feest, in de Allgemeine Zeitung medegedeeld, besluit met het volgendeWie in Beijeren het voorheen en thans vergelijkt, zal met ons instemmen, dat de stichting van eene Protestantsche kerk in Munchen, en derzejver openbare en plegtige inwijding, een hoogst belangrijk verschijnsel is. Voor veertig jaren moest een vreemd gezant nog eene opzettelijke vergunning van het ministerie vragen, om een Protestantsch geestelijke te mogen medebrengenen toen de tegenwoordige ministeriaal.raad von Schmid voor 33 jaren als hofprediker herwaarts kwam, wilde naauwiijkg iemand hem in zijn huis herbergen." PARIjS den 9 september. De Moniteur houdt heden het berigt van de officiële erkenning van donna Maria door het Fransch gouvernement, en wel in deze bewoordingen: 's Konings gouvernement heeft, ten gevolge van de herscelling van deszelfs staatkundige betrekkingen met het gouvernement van H. M. de koningin donna Maria, den ridder Danpzal officieel als zaakgelastigde van Portugal te Parijs erkend. Reeds sedert eehigen tijd had het gouvernement des konings aan den heer Lurde geloofsbrieven gezonden, bestemd om hem in hoedanigheid van Fransch zaakgelastigde bij het kabinet van Lissabon te accrediteren." Na de aankomst van eenen buitengewonen courier uit Berlijn, is eergisteren eene conferentie gehouden tusschen den hertog de Broglie en de Pruissische en Oostenrijksche zaakgelastigden. De ontvangene tijdin gen wilde men weten dat zeer belangrijk waren, en blijken zouden dra gen van de overeenstemming van de Berlijner en Fransche kabinetten ten aanzien der beschouwing van het Hollandsch-Belgische vraagstuk. Naar men zeide zou er een kabinets-courier naar 's Hage worden afgezonden. 's GRAVENHAGE den 10 september. H. M. de Koningin is heden middag ten drie uren, alhier van het Loo teruggekeerd. Dagelijks worden alhier kabinets-raden gehouden; de hoop op eene spoedige schikking onzer zaken te Londen is thans wederom eenigzins verlevendigd daar de onderhandelingen niet zijn afgebroken maar voorc- gezet worden ook schijnt men deze hoop voornamelijk daarop te gron dendat de Koning door den Duitschen bondsdag is voorgekomen; moe tende laatstgemelde omtrent het Luxemburgsche vraagstuk 's Konings bedoelingen of voorstellen verlangd hebben te kennen. Voor eene daad zaak houdt men het, dat er van alle zijden op eene spoedige afdoening wordt aangedrongen zoo dat men reden heeft die ook te verwachten. ARNHEM den tl september. Het strekt ons tot geen gering gepot* gente kunnen melden dat de choleradie gedurende eenigen tijd in onze stad geheerscht heeft, na langzamerhand merkelijk in hevigheid te zijn verminderd thans geheel heeft opgehoudenen er sedert verschei dene dagen geene nieuwe ziektegevallen hebben plaats gehad.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1833 | | pagina 1