MIDDELBURG SCIIE
COUEAN
E°. 103.
Zaturdag
21 Augustus 1833.
#O00-^c«rc0ts;!ïof
Bcïscttbmafciitjjcti.
S?«tnfcc0tcbit!0.
NIEUWSTIJDINGEN.
ïOititsrftlanb.
jfrattfertjfc.
jücbeirlanbeu.
C/jfcv*ry3K«
p. p**4t
T E
*S GRAVENHAGE.
#01' tJfttt &£3id£5
IN DE
PROVINCIE ZEELAND.
WB E V E L S C II R I F T.
ij Mr. CORNELIS FELIX van MAANEN Minister van Justitie
als door Zijne Majesteit bij voortduring belast met de waarneming der
functien van Eersten President van het Hoog-Geregtshof te 'r Gravenhage
Bevelen uit krachte van de Wetdat de Assises in de Provincie Zee
landNYoor het derde vierendeel jaars van den jare 1833, zullen geo
pend worden te Middelburgop Maandag den 16 September eerstko
mende, des morgens ten tien uren, op den voet bepaald bij de artikelen
16, 17 en 18 der Publicatie van den 11 December 1813.
Benoemen om dezelve te presideren den Heer Mr. Abraham Chrisiiaan
de Hertoghe HuberRaad in bovengemeld Hoog-Geregtshof
En gelasten, dat deze ter diügentie van den Heer Procureur-Gene
raal zal worden bekend gemaakt en afgekondigd.
Aldus gedaan te 's Gravenhage, den 13 Augustus 1833.
VAN MAANEN.
Van wege den Heer Eersten President:
De fungerende Eerste Griffier van het Hoog-Geregtshof
J. H. S P E I R M A N.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG
brengen bij deze ter kennisse van de Ingezetenen dezer Gemeente, dat,
even als in vorige jaren, op den Verjaardag van Zijne Majesteit onzen
geliefden Koning, invallende op den 24 dezer, des voormiddags ten 10
urenbinnen deze Stad eene korte en doeltreffende Godsdienst-oefening
zal worden gehoudenom aan het weldoend Opperwezen dankzegging
voor de vermeerdering der jaren van Zijne Majesteit toe te brengenen
tevens verlenging van Hoogstdeszelfs leven eerbiedig af te sineeken.
Vertrouwende Burgemeester en Wethouders dat ieder Ingezeten, zoo
uit belangstelling i" de plegtigheid als uit eerbied voor de godsdienst,
gaarne het zijne zal toebrengen, dat dezelve door niets gestoord, maar
met eerbiedige stilte gevierd worde.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 19 Augustus 1833.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
B IJ L E V E L D.
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren
VAN PANHUYS.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG,
gelet op 2 van art. 32 van het Reglemenc van algemeene Policie,
houdende
Bij publieke Feesten zullen geene Vuurwerken mogen worden af-
gestoken, dan op de uren en plaatsen door Heeren Burgemeesteren
bepaald
Brengen bij deze ter kennisse van de Ingezetenen dezer Stad dat op
den 24 dezer, zijnde de Jaardag van Neerlands geëerbiedigde!! Koning,
op geene andere plaatsen Voetzoekers of andere Vuurwerken mogen
worden afgestokendan op de opene Pleinen binnen deze Staden al
leen tusschen 9 uren des avonds en middernacht.
En dat de Beambten der Stedelijke Policie bepaaldelijk zijn belast op
de nakoming dezer een wakend oog te houdenen tegen de overtreders
proces-verbaal op te maken.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 19 Augustus 1833.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
B IJ L E V E L D.
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren,
VAN PANHUYS.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG;
Gezien de circulaire van den Heer Staatsraad, Gouverneur dezer Pro
vincie, van den 9 Augustus 1833 Provinciaal Blad no. 87);
Brengen bij deze ter kennis van alle belanghebbenden, dat het gebruik
van sommige Landbouwersom, wanneer zij hunne gewone Boerenwa
gens, voor zich en hunne Huisgenootenter Markegang of anderen per
soonlijken vervoer, bezigen, daarin, bij middel van koperen boutjes,
Banken, eik aan vier lederen riemen, lang circa twee of drie palmen,
vastgehecht, te hangen, aanleiding heeft gegeven om aan Zijne Exc. den
Minister van Financiën de vraag voor te stellen: Of de Paarden, door
Landbouwende Personen gebezigd wordende, voor Wagens waarvan de Zit-
banken niet op maar aan Riempjes hangen en daarmede aan den IVagen
zijn vastgehechtvolgens art. 20 4 litt. b. der Wet op de Personele
Belasting, van den 29 Maart 1833 (Staatsblad no. 4), in verband met
art. 2t (derde klassederzelve Wet, al dan niet belastbaar zijn en
dac Zijne Exc. daaropbij resolutie van dén 26 Julij jongstleden 110. 28
heeft te kennen gegeven dat de toestemmende beantwoording der gedane
vraag bij d'enz elven naar den letter en het kennelijk doel der Wet, aan
geene bedenking onderhevig is.
En opdat niemand hiervan onkundig zij zal deze worden afgekondigd
en aangeplaktmitsgaders in dezer Stads-Couranc géplaatst.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 19 Augustus 1833
en afgekondigd den 22 daaraanvolgende.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
B IJ L E V E L D.
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren,
VAN PANHUYS.
Op Maandag den 26 Augustus 1833, des voormiddags ten 10 uren,
zullen de Dijksdireccien van den Wilhelmina-Polder en Oost bevel-and,
in bijzijn van d'en Heer Ingenieur van den Waterstaat op het Eiland Zuid-
beveland, in de Keet aan bet Goessche Sas, trachten aan te besteden:
De arbeidsloonen tot de vernieuwing en reparariengedurende den
Jare 1833, van .eenige gedeelten der Rijsbermen aan hunne Polders ge-
tegen-.
Ifec Bestek zal ter lezing liggen in de Herberg bij H, de Grootaan
het Goessche Sasen inmiddels nadere informatie te bekomen zijn bij
den Heer Ingenieur en Dijks-directien voornoemd; terwijl drie dagen vóór
de Aanbesteding de noodige aanwijzing in locodoor den Dijkbaas der
beide Polders, zal gegeven worden.
FRANKFORT den 18 augustus. Uit Zwitserland wordt gemeld, dac
de landdag te Zurich den i2heefc besloten, dac de vereeniging van eenige
bonds-stacenbekend onder den naam der Serner-conferentie is opgeheven
alzoo er onder afzonderlijke kantons geene verbindtenissen mogen bestaan,
maar elke bonds-scaac verpligt is zich bij den landdag te doen vertegen
woordigen.
Voorts wordt van Bazel den 13 berigt, dat de bondstroepenwelke
voor tweederden bij de burgers zijn ingekwartierd, terwijl de overigen
op de pleinen en bij de poorten bivonakkerennog versterking ver
wachten alvorens tot het ontwapenen der burgerij over te gaan een
maatregel die nog groote moeijelijkheden kan opleveren. Niet alleen in
Bazel, maar in geheel Zwitserland, zijn de gemoederen steeds zeer op.
gewonden en zal het niet gemakkelijk zijn de goede orde te handhaven
en daden van weerwraak te beletten.
Den 26 der vorige maand heeft te Glogau door het springen Van
een stuk geschut, een 34 ponder, waarmede men bezig was te vuren,
een droevig ongeluk plaats gehad. Zeven personen zijn er door gedood
en vier zwaar gewond geworden. Het hoofd van een der eerste perso
nen werd van den romp geslagen en op eenigen afstand geworpen. Van
de laatsten werd er een de beide beenen verbrijzeld. Allen, wordt er
gemeld waren jonge lieden van de beste verwachting.
PARIJS den 18 augustus. Het dagblad van Madrid van den 10 dezer
behelst eene proclamatie van dom Miguelvan den 29 juljj, waarbij hij
de gansche natie tot de wapenen oproept om de zaak van koninggods
dienst en vaderland te doen zegevieren. De voordeelen van dom Pedro
worden in dezelve aan verraad toegeschreven, en het ontruimen van de
hoofdstad aan de begeerte, om dezelve aan geene vijandelijkheid bloot
te stellen. Gezegd blad behelst ook berigcen uit Lissabon, waaruit blijkt
dat dom Candivo Joseph Xavier tot minister van buicenlandsche zaken ad
interim en dom A. J. Fraire tot minister van de marine benoemd zijn.
De marquis de Palmella is uit zijne betrekking als gouverneur ontslagen.
Sedert de komst van dom Pedro blijft alles in de hoofdstad volmaakt
rustig, hoewel het organiseren van eene nationale garde veel tegenstand
ontmoet, zelfs bij diegenen, die het meest de zaak van donna Maria
schijnen toegedaan.
's GRAVENHAGE den 21 augustus. HH. MM. de Koning en Ko
ningin, alsmede H. K. H. Prinses Albert van Pruissenzijn heden mor
gen uit deze residentie naar het Loo vertrokken.
Eergisteren morgen heeft H. K. H. Prinses Albert van Pruissen eet»
dejeuner op het badhuis te Scheveningen aan H. M. de Koningin en
verdere leden der Koninklijke Familie gegeven tot afscheid voor hoogsc-
derzelver vertrek naar Berlijn, hetwelk, naar men verzekert, kort na
den verjaardag van Z. M. den Koning zal plaats hebben. De muzijk van
de schutterij dezer residentie heeft zich bij dat dejeuner laten hoorei».
Uit Rotterdam wordt gemeld, dat de ziekte, welke aldaar zoo veel
menschen heeft weggerukt, mag beschouwd worden als te hebben uitge
woed. Men verzekert, dat de dageljjksche sterfgevallen in die stad thans
het gewone getal niet overtreffen.
AMSTERDAM den 20 augustus. Zr. Ms. brik Echo, kapitein-lui
tenant-ter-zee van Vosis, op den middag van den 18 dezer, vat» de
reede van den Helder naar zee gezeildnaar de West-Indien bestemd
zijnde.
Uit Texel wordt gemeld, dac op den 12 dezer aldaar op de derde
bnitenbank vergaan is, het Pruissische barkschip de Idebekapt. J. C.
Domanskikomende van Topsham en bestemd naar Dantzig. Door de
onvermoeide pogingen der bootsgezellen van de reddingsboot der Noord
en Zuid-Hollaudsche redding-maatschappij, heeft het derzelver bestuur,
aldaar gevestigd, mogen gelukken, om op dien dag, van de equipage
vijf, en tegen den middag van den volgenden dag nog drie personen,
den kapitein, stuurman en kok, te redden; zoodat van het geheele scheeps
volk slechts te betreuren is hec verlies van één matroos.
MIDDELBURG den 23 augustus. Van den 1 tot en met den 15
dezer maatid zijn te Rotterdam overleden 288 personen, zijude 390 min
der dan in de laatste helft van julij jl.
De heer L. van der Voordt is, op zijn daartoe gedaan verzoek,
eervol als officier der 2de klasse uit Zr. Ms. dienst ontslagen.
Namens diakenen van de Ned. Herv. gemeente te Vlissingenzijn
wij verzocht dankbare melding te maken van eene, op den 18 dezer, bij
hen ontvangene gift van 10 aan goud, van eenen onbekenden gever.
Te Noordbroek, in de provincie Groningenzijn door een zwaren
brand, op den korenmolen ontstaan, zeven huizen, benevens de rooien,
in de asch gelegd. Een getal van 12 huisgezinnen, uit 43 personen be
staande zijn hierdoor van hunne woningen en bezittingen beroofd.
Te Antwerpen hebben, naar men verneemt, zich eenige aanziet;.,
lijke ingezetenen bij inschrijving vereenigd tot het doen slaan eener me
daille ter eere van en uit hoogachting voor den generaal Chassials
mede ui: erkentelijkheid voor deszelfs gematigdheid in het sparen van de
stad. Deze medaille, welke reeds in gereedheid moet zijn, stelt aan de
eene zijde voor, hec portret van den generaal, versierd met alle zijne
ordes en de teekenen van zijnen rang en met dit bijschriftin hec
Fransch D. HL baron Chassé, generaal der infanterie, opperbevelhebber,
der citadel van Antwerpen.
Op de keerzijde ziet menter linkerzijdede bres en het bastion To-
ledo en een deel van de ptiinhoor.cn der citadel. Regts: de gewaarde
stad. Tot bijschrift leest men boven de bres Valeureux en défndar.t
(Dapper in het verdedigen). En boven de stad: Ginireux en épargnavt
(Edelmoedig in hec sparen).