N\ 64. MIDDE LBUIIG SC!ÏE C O Dingsda NIEUWSTIJDINGEN. ificbétrlattben. i-ïT ie' GEWOON" 28 LONDEN den 22 mei, Zacurdag en maandag 11, hebben de Fransche en Engelsche gevolmagtigden langdurige conferentien gehad met den Ne- derlandschen gezant, den heer Dedel. Eergisteren las men, nopens den staat der onderhandelingen met Nederlandde volgende bijzonderheden in een der voornaamste ochtendbladen van de behoudende partij t Wij kunnen verzekeren, en wel van zeer goederhand, dat de Nederlandsche onderhandeling op dit oogenblik tot het navolgende standpunt gevorderd js. Men heeft een voorloopig traktaat voorgestelden men is het om trent het beginsel van hetzelve eens geworden. Dit traktaat houdt in het ontslag der Hollandsche gevangenen, welke de bezetting van liet ka steel van Antwerpen hebben uitgemaakt, en de verbindtenis van de zij de van den koning van Holland om zoolang de betrekkingen tusschen zijne onderdanen en Belgie niet zijn geregeld, de vijandelijkheden tegen deze laatste mogendheid niet te hervatten. De vaart op de Schelde zal almede vrij zijn, tot dat men eene bepaalde schikking zal hebben tot stand gebragt. Zoodra een voorloopig bestand zal zijn geteekend, waar bij de bijzonderheden worden geregeld, welke alleen Engeland, Frank rijk, Holland en Belgie betreffen, zullen de drie mogendheden, Oosten rijk Pruissen en Rusland welke zich gedurende eenigen tijd aan de on derhandelingen hebben moeten onttrekken, dezelve hervatten, ten einde mede te werken tot de algeheele en bepaalde regeling der wederzijdsche belangen. Indien prins Talleyrand en lord Palmerston zich op nieuw willen ophouden met woordenzifterij kan deze onderhandeling ligtelijk weder mislukken; maar men verzekert ons, dat de kans, om tot eene gewenschte regeling te komen, nog nimmer zoo schoon heeft gestaan als thans." Men schijnt steeds overtuigd, dat de aangebodene onbepaalde wapen- stilstand, met de tijdelijke vrije vaart op de Schelde, het gevolg is van dringende raadgeving van de drie mogendheden, en dat de bewoordingen dienaangaande derwijze zijn gesteld dat de zin niet twijfelachtig kan zijn en uit dien hoofde geene zwarigheid ontmoeten van de zijde der Fransche en Engelsche gevolmagtigden. Het schijnt ook meer en meer te blijken, dat het Britsche kabinet ten minste het voorstel van de Nederlandsche regering wel heeft opgenomen. Heden ochtend vermeldt de Times het volgende: Wij hebben het ge noegen te kunnen aankondigen, dat gisteren (21 mei) een voorloopig trak taat tusschen de Fransche, Engelsche en Hollandsche gevolmagtigden, geteekend is. Bij deze overeenkomst wordt bepaalddat het embargo op de Hollandsche schepen in de Fransche en Engelsche havens zal worden opgeheven, en dat de belemmering, welke van de Hollandsche zijdeno pens de scheepvaart is bevolen, zal worden uit den weg geruimd. De dienst der vereenigde Fransche en Engelsche vloot zal derhalve onnoodig wordenen de gemeenschap tusschen de wederzijdsche landen zal wor den hersteld op denzelfden voet, als vóór de Fransche expeditie van no vember 11. De Hollandsche krijgsgevangenen zullen insgelijks uit Frank, rijk naar hun Vaderland terug keeren. De wapenstilstand tusschen Hol land en Belgie zal voortduren tot eene bepaalde regeling eener algeheele afscheiding, en tot dien tijd toe zal de Schelde vrij blijven. Deze over eenkomst is met den Hollandschen gevolmagtigde tot stand gebragten gisteren (21 mei), ter ratificatie, naar Holland gezonden." De Times rekent, dat de ratificatien in het begin der volgende week kunnen uitgewisseld worden, als wanneer aan het sluiten van een bepaald traktaat kan worden gearbeid iets, hetwelk ook nog zwarigheid schijnt te kunnen opleveren. Maandag avond bragt de hertog van PPellington in het huis der lords eene petitie van kooplieden en scheeps-eigenaars van Newcastle ter tafel, inhoudende klagten over het steeds bejtaand embargo op de Neder landsche schepen, en zeide, dat, dewijl hij vernomen had, dat het ver schil roet Holland waarschijnlijk geschikt zou worden, hij zich alleen bepalen zou met de hoop te uiten dat die schikking spoedig plaats mogt hebben. De eerste minister, graaf Greybetuigde zijne tevredenheid, dat de hertog in deze oogenblikken in geene discussien getreden was en verklaarde, dat het ministerie met den grootsten weerzin tot dwangmid delen jegens Holland had besloten en alleen uit besef van hetgeen de be langen des lands vorderden daartoe had kunnen overgaan. De jury heeft uitspraak gedaan in de geruchtmakende zaak van den vermoorden dienaar van politie dezelve heeft dien manslag ver. schoonbaar verklaard. Dit vonnis dat door de menigte zeer is toege juicht, heeft veel opziens en eenen diepen indruk op de gemagtigden gemaakt. De hertog van Orleans is gisteren van hier naar Liverpool vertrok, ken, van waar hij naar Manchester zal gaan en eenige andere steden zal bezoeken. Z. K. H. wordt hier binnen eene week terug verwacht. De Fransche admiraal Mackau is, aan boord van de /Italantein Duins gekomen, en heeft zich bij het vereenigde eskader, onder bevel van den admiraal Gage, gevoegd. Het gros ligt steeds in Duins. Het Engelsche fregat Stag is naar de Hollandsche kust gezeild, om op de zelve te kruisen. MIDDELBURG den 27 mei Z. M. de Koning is in den nacht van den 22 van het Loo te 's Gravenhage aangekomen, en heeft den 23 een kabinetsraad bijgewoond. Den 23 is de heer referendaris Mazel uit Londen te 's Hage terug ge komen medebrengende belangrijke depeches voor het gouvernement. Kort daarop verspreidde zich het gerucht van het teekenen eener voor- loopige schikking, waarin men na de uitgifte der Engelsche brieven en dagbladen nóg meer, bevestigd is geworden. Naar luid van sommige Engelsche dagbladen, zoude men verlangen, dat Z. M. de Koning het voorloopig traktaat ook bepaaldelijk in zijne hoedanigheid als groothertog van Luxemburg zoude ratificeren. In Antwerpen zijn de vergeefsche uitdagingen van den kant van Belgische officieren tegen den redacteur en uitgever van het Journal de Commercegevolgd geworden door ernstiger tooneelen. Het gemeen, dingsdag 'tegen den avond op de Place de Méir in menigte zamenge- schoold, nam vooral eene dreigende houding aan tegen het lokaal der nieuwe sociëteit de la Loyautèwaarvan men verspreid had dat ui{ dezelve het borstbeeld van Leopolddat een vorig lokaal versierd had verwijderd, en daarentegen het borstbeeld van koning H^itlem er inge wijd worden zou. De twee heeren Geel'iand Dellafaiilezich naar die sociëteit begevende, waren de eerste slagtoffers van het gemeen dat da delijk op hen aanviel en hen deerlijk mishandelde; de heer van Cutsem procureur des konings, toeschietende om genoemde heeren te redden, werd zelf, in weerwil van zijne betrekking, voor een orangist uitge scholden, deerlijk mishandeld en voortgesleurdtot dat, voor de dönf van het postkantoor gekomen, een der beambten van hetzelve toeschoot en den heer van Cutsem met zich naar binnen rukte; het gemeen wilde toen dat lokaal, waarin men riep dat zich de orangisten Verschanst had den, openioopen, maar de tusschenkomst van een officier der marine, die het gemeen wist af te leiden, verhinderde zulks, en doof hem werd ook de heer van Cutsem van daar in veiligheid gebragt. De heeren Geel hand waren inmiddels ook, geheel bebloed en met gescheurde kleederen, naar het lokaal der policie gebragt. Wat later, omstreeks 9 uren in den avondbegon het gemeen de deuren van opgenoemde sociëteit opetl te breken, toen de generaal Buzen tusschenbeide kwam, en met moeite de menigte van daar en uiteen deed gaan. Tegen middernacht trok het gemeen op het huis van den uitgever van het Journal de Commerce los en plunderde dat geheel uit, alles verbrijzelende, verscheurende en op straat werpende. De commissaris van policie Beluwebij die gelegen heid aan eenige gendarmes last gevende om op het volk te schieten, werd aanstonds aangegrepen en mishandeld, en zou zonder den bijstand en de tusschenkomst van den majoor de TEau ongetwijfeld geworgd zijn geworden. Nog vele andere personen zouden door het gemeen mishan deld zijn, en vooral liepen gevaar degenen die grijze hoeden droegen. Woensdag scheen het in Antwerpen rustig; maar er liepen geruchten, dat in den nacht van woensdag op donderdag dezelfde buitensporigheden zouden herhaald worden. Volgens den Messager de Gand zal men in Belgie een genootschap oprigtenten einde personen en eigendommen te beveiligenzoo dikwerf aldaar te lande, als een natuurlijk gevolg der omwentelingeens regeringloosheid ontstaat, bij welke de gestelde overheden onvermogend, of onwillig, zijn, om wet en orde te doen eerbiedigen. De leden van dit genootschap moeten zich verbinden, om eenig wapentuig ter hunner personelijke verdediging te dragen, en om, zoo dikwerf de wet wordt overtreden, de misdadigers te vatten, of te helpen vatten, ten einde aan de bevoegde overheid te worden uitgeleverd. Partijgeest moet uit dit genootschap met de meeste gestrengheid worden verbannen, en de leden moeten zich verbinden, om niet werkzaam te zijn, dan ingeval van een dadelijken aanval op eenig persoon of eenig eigendomten ware de overheid zelve de hulp der leden tot het instandhouden der goede orde mogt inroepen. Het genootschap zal bestaan uit een aantal kleine ver- eenigingen, welke door afgevaardigden met centrale comités in ver band zullen worden gebragt. Van Brussel, den 24 mei, wordt gemeld: „In den morgen van eergisteren is de intendant Busschaerten in den loop van den dag, de majoor de TEau als chef van den staf van den generaal Buzenvan Antwerpen, het gouvernement van het den vorigen avond en nacht al daar gebeurde, rapport komen brengen. De berigten uit Antwerpen, tot donderdag middag, houden, dat, alhoewel de gemoederen nog zeer op gewonden waren er geene verdere ongeregeldheden hebben plaats gehad hetgeen vooral moet toegeschreven worden aan de talrijke patrouilles, die woensdag avond in alle rigcingen de straten doorkruisten en alle zamen- scholingen uiteen deden gaan. Ten tien uren 'savonds was een half eska dron lanciers, van Beveren de stad binnen gekomen, terwijl reeds van 's morgens te voren een detachement troepen in de tuinen van de nieu we sociëteit de la Loyauti was gebivouakeerd. De regering van Antwer pen heeft voorts bij een besluit, woensdag genomen gemeld lokaal ge sloten. Bij een ander besluit of proclamatie worden de goede burgers tot gerustheid aangemaanddaar hunne overigheid waakte en door de militaire autoriteiten ondersteund werd en zij voorts uitgenoodigd zich van alle vereenigingen te onthouden. Het ontgaat intusschen de opmer king niet dat de burgemeester der stad ongelukkig weder in deze oogen blikken afwezend was. Het Journal d"/Invers komt er openlijk voor uitdat deze treurtooneelen voorzien en vooraf waren beraamd. Blijkens de laatste tijdingen uit Antwerpen, van heden namiddag, is de rust aldaargelijk ook te Gent niet verder gescoord geworden. Het Journal de Commerce d'/Invers is gisteren weder verschenen doch behelst niets aangaande het gebeurde, dan alleen de besluiten van hec stedelijk bestuur." Aan bet bureau van het Brusselsch blad de Lynx hebben zich maan dag en dingsdag uogmaals herhaaldelijk officieren van het korps guides vervoegd met aandrang om de redacteurs, of althans de schrijvers van eenige geplaatste artikels, te kennendoch het antwoord ook in het blad zelve gegeven, was, dat men deswegens alleen voor de regtbnnk verant woordelijk was. De eigenaarster van dit dagblad heeft bovendien aan den generaal d'Har.c de Steenhuyze, kommandant van het korps guideseenen brief gezonden en openbaar gemaakt, waarin zij hem, als chef, op de nadrnkkelijkste wijs verantwoordelijk stelt vooral de gevolgen, die wit de minste bedreiging of aanval tegen hare persone of eigendommen door officieren van zijn korps gedaan konden voortspruiten. In de Belgische dagblagen vindt men uit Gent van den 21 een be- rigt, waarin uit Zeeuwsch-Vlaanderen gemeld wordt, dat er in den loop van dit jaar aanzienlijke versterkingen en vestingwerken rondom Ter- neuzen zouden opgeworpen worden. De grondeigenaars waren tegen den 30 dezer te Hulst opgeroepen, om ten aanzien der schadeloosstellingen voor het afstaanvan den grond in minnelijke schikking te treden. De verkiezingen van een aantal distrikten in Belgie zijn bekend ge worden en voor het meerendeel in den geest zoo als te vermoeden was uitgevallen. Verscheiden leden der oppositie, die zich in de vorige zitting bjjzonder, het zij dan door hunne bekwaamheid of hevigheid, onderschei den hebben, zijn van de nieuwe kamer uitgesloten. Onder dezelve telt men den beer d'E/hougneden ontwerper van de wet op de branderijen, die te Leuven door zekeren heer Quiritii vervangen isden bekenden dl» Robaulxde heeren F/eussuLevae, enz. Van de zijde van het ministe. rie zijn intusschen niet ingekozen geworden de minister van justitie

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1833 | | pagina 1