1"-"r.;; N°. 14 °- MIDDELBURGSCHE rc O U R A N T. Donderdag NIEUWSTIJDINGEN. ££eöctia«&gn. 22 NovembeM; 1832» iy - 's^RAVENHAGEden 18 november. De beide zittingen van de Twee- de Kamer der Staten-Generaal van gisteren zijn gewijd geweest aan de beraadslaging over de ontwerpen van wet betrekkelijk de buiten gewone uitgaven en middelen voor 1833. Het eerste ontwerp, ter voor ziening in de uitgavendie het gevolg zijn van den voortdurenden staat van oorlog in het jaar 1833, is met 34 tegen 12 stemmen aangenomen. Het tweede ontwerp, aanwijzende de middelen om in die behoeften te voorzien (vrijwillige geldleening en verpligte geldheffing) is mede met 31 tegen 15 stemmen aangenomen. De zitting is onbepaald gescheiden. De minister van finantien heeft bij deze gelegenheid zich verpligt ge acht, op twee gedane vragen, of het kasteel van Antwerpen ontruimd zou worden en of de 2de ban der schutterij zou opgeroepen worden te antwoorden dat het thans niet meer te doen was om een of ander ar- tikel van een traktaatmaar dat men de vernedering van Nederland bedoel- de; dat men op dit oogenblik kracht tegen kracht moest stellen en trach- ten te behouden wat wij in handen hebben; dat men die ontruiming als eenen eersten dwangmaatregel beschouwdedie plaats zou moeten maken voor eenen tweeden, derden, vierden, enz.; dat omtrent den 2den ban der schutterij hij minister niet wist of die binnen 2 of 3 da- gen zou worden opgeroepen; dat hij echter kon zeggen, dat er nog heden een financieel besluit tot meerdere krachtsontwikkeling was ge. nomen, en dat de Koning zich die oproeping bij hoogstdeszelfs aan- spraak voorbehouden had indien de omstandigheden het vorderden dat voorts de regering pal staat, en de Natie, met de regering ver- eenigd, den roem van het nageslacht zal wegdragen." Z. M. heeft den 16 dezer het volgende besluit genomen Overwegende, dat door de regeringen van Frankrijk en Groot-Brit- tanje embargo is gelegd op de schepen en ladingenaan Nederlanders toebehoorendeen zich in de havens van diemrijken bevindende of daarin verder zullende binnenkomen. Wijlende zoo wel de beginselen van billijkheid en regtvaardigheid welke wij tot grondslag gelegd hebben van onze regeringbestendig hul digen als de belangen onzer getrouwe onderdanen krachtdadig bescher men. Op het rapport van onzen minister van finantien en van onzen staats raad belastad interim met de directie van het departement voor de notionale nijverheid en de koloniën; Hebben besloten en besluiten: Art. i. Alle Fransche en Britsche schepen, welke zich thans nog binnen ons grondgebied bevindenzullen hetzelve moeten verlaten uiter lijk binnen drie dagen na-de aanzegging, welke daartoe, ten gevolge van ons tegenwoordig besluitaan de gezagvoerders op dezelve zal wor den gedaan. 2. Alle schepenvarende onder de vlaggen der bij art. 1 genoemde natienf, en welke uit zee op het Nederlandsche grondgebied mogten aanko men, zullen worden afgewezen en niet eerder toegelaten, dan wanneer de schepen, onder Nederlandsche vlag, wederom als tevoren de havens van Engeland en Frankrijk ongehinderd zullen aandoen. 3. Wij behouden ons voor om te dezen zoodanige verdere maatregelen te nemen, als wij, naar omstandigheden, zullen oordeelen te behooren. De departementen van finantien en van marine zijn belast met de uit voering van dit ons besluit, hetwelk in het staatsblad zal worden ge plaatst. enz. Bij besluit van Z. M. van den 17 november, wordt de formatie en organisatie der reserve-schutterij bepaald, en wel uit overweging dat Engelsche en Fransche oorlogsschepen op onze kusten zijn verschenen en een Fransch leger in Belgie rukt, met het aangekondigd oogmerk, om met geweld de uitvoering aan te vangen van eene overeenkomst, tot welke de eer en het belang der Natie den Koning verboden hebben toe te treden; dat deze omstandigheden het ten pligt maken om al die mid delen in gereedheid te brengenwelke door onze instellingen zijn voor geschreven, tot verdediging van den Vaderlandschen grond." De bepalingen van dit besluit zijn de volgende Art. 1. Al de leden van den eersten ban der dienstdoende en rusten de schutterijen, die nog niet bij de mobiele korpsen zijn ingelijfd, of van dezelve, anders dan met verlof, zijn teruggekeerd, alsmede al de overi ge tot den 2den en 3cien ban behoorende leden dier schutterijen zullen onverwijld gezamenlijk tot bntaillonsonder de benaming van reserve- schutterij worden geformeerd en wel in opvolging van nommerszoo als zulks is uitgedrukt op den staat, welke bij dit besluit is gevoegd. n D® staven der batoillons zullen zich vestigen in de plaatsen welke in den staat, bij art. 1 vermeld, worden aangewezen. 3. De manschap pen behoorende tot de reserve-schutterij zullen tot nader order in hun ne gemeenten verblijven, doch onder de bevelen der te benoemen officie ren worden gestelden hunne gemeenten nietdan met derzelver auto. risatie mogen verlaten; zullende zij zich in gereedheid moeten houden, een einde op de eerste oproeping zich te begeven naar de plaatsen welke ter hunner bestemming worden aangewezen. 4. De leden van de dienstdoende schutterij, in de termen van dit besluit verkeerende zullen tweemaal 's weeks geregeld in den wapenhandel worden geoefend. Die der rustende zullen mede in hunne gemeente, zoo veel mogelijk, worden geoefend. 5. De bataillons reserve-schutterij worden onder de bevelen gesteld van het departement van oorlog, hetwelk echter, voor de diensten buiten de gemeente, niet over dezelve dan op onze speciale mngtiging zal kunnen beschikken. 6. De formatie en organisatie der bataillons wordtna het gehouden overleg met het departement van binnenlandsche zaken aan het departement van oorlog overgelaten. 7. Zoodra over de bataillons, invoege als in art. 5 is vermeld, voor de diensten buiten de gemeente, wordt beschikt, zullen dezelve vooraf in de plaatsen waar de staven der bataillons zijn gevestigd doch die der dienstdoende ook in zbodanige andere plaats ais door ons nader mogt worden bevolen worden te zamen getrokken, en de organisatie van de zelve defiuitivelijk worden tot stand gebragt door de respective chefs of, zulks noodig geoordeeld wordende, door de provinciale kommandan. ten, geadsisteerd door zoodanige hoofd officieren of kapiteins, als het departement van oorlog daartoe zal bestemmen. 8. De officieren, on- der-officieren, korporaals en tamboers, tot de staven en tot de formatid der kaders van de kompagnien vereischtzullen worden genomen uit de schutterijen der gemeenten, voor zoo verre daartoe genoegzaam geschik* te voorwerpen te vinden <zijn; wijders uit zoodanige, in de provinciën aanwezige personen, die, hoezeer geene leden der schutterijen zijnde niettemin voor de voorzegde betrekkingen geschikt worden geacht en daartoe genegen zijn allen zullen tot dat einde, met den meesten spoed, door onzen minister van binnenlandsche zaken aan het departement van oorlog worden opgegeven. 9. Bij ontstentenis van een voldoend getal, zullen door het departement van oorlog, ontbrekende officieren, onder officieren korporaals cn tamboers genomen wordenvoor 200 veel dit zonder ongerief voor het leger zal kunnen plaats hebben uit de infante rie en uit de mobiele schutterijde laatste bij voorkeur uit de mobiele korpsen van dezelfde provinciën, en eindelijk uit die officieren, die zich op pensioen of non.activiteit bevinden. Blijkens den staat van indeeling in bataillons van de leden der schutte, rij, behoorende tot den aden en 3den ban, alsmede tot het overschot van den isten ban, zullen die bannen 29 bataillons uitleveren. [Waarvan het 13de, genomen uit alle de steden der provincie Zeeland, deszelfs staf te Vlissingenen het 25ste uit alle de kantons dier provinciedenzel. ven te Middelburg zullen hebben]. Bij een ander koninklijk besluit van den 17 november 1832, worden bepalingen tot voorbereiding en tot het spoedig daarstellen der reserve- schutterij voorgeschreven. Nog zegt men, dat ten spoedigste aan de Kamers een ontwerp van wet zal worden aangeboden, betrekkelijk de daarstelling van den land' storm. BREDA den 19 november. Heden in den namiddag wil men hier vrty aanhoudend, tot omtrent half zeven in den avond, het geschut in de rig. ting van Antwerpen gehoord hebben. Omtrent den aard of de oorzaak van dit schieten is niets met zekerheid vernomen. Laatstleden zaturdag is op het kasteel van Antwerpen de navolgen, de dagorderdoor den opperbevelhebber Chassè bekend gemaakt en met geestdrift ontvangen Het oogenblikwaarop Ood-Hollandsche moed cn trouv eene nieuwe proef tal orw dergaannadert. Binnen weinig dagen zal zich een Fransch leger roor deze muren vertoonen, om ons, zoo mogelijk, lot de overgaee dezer sterkte, benevens de onder, hoorige forten, met kracht van wapenen, te dwingen. Vol vertrouwen op de regt. vaardigheid onzer zaak, en gerust op uwen beproefden moed en verknochtheid aan Koning en Vaderlandzullen wij dit leger onverschrokken te gemoet zien. Krijgshroeders! heel Nederland en zelfs Koropa houdt het oog op ons gevestigd! Toont dan in het algemeen, en elk uwer in het bijzonder, dat het vertrouwen, het welk onze dierbare Koning ons geschonken heeft, niet aan onwaardigen besleed is, en nemen wij het onwankelbaar voornemen, om ons, met mannenmoed, tot het uiterste te verdedigen. Leve de Koning!" De verjaardag onzer geliefde Koningin is op het kasteel met het hou den eener groote parade gevierd geworden. De dagorder van den vorj. gen dag is op nieuw aan de bezetting voorgelezen en met een aanhou dend gejuich van leve de Koning! begroet geworden. De troepen hebben eergisteren de bomvrije lokalen betrokken. Alleg is er nog steeds onophoudelijk werkzaam met het versterken en vermeer deren der verdedigings-middelen. Ieder is met den besten geest bezield en beijvert zich, in zijnen kring, het zijne bij te dragen, tot handha ving van Neériands zoo zeer miskende eer. Tot bereiking van dit zoo edel doel is der brave bezetting geene opoffering te groot en is zij tot alles bereid. De gansche bezetting geniet de beste gezondheid en is vol moed. MIDDELBURG den 21 november. Op de hoogte van ons eiland tg, door het Engelsch oorlogsschip Kernonaangehouden en te Margate op- gebragt, het Nederlandsch kofschip de Herstellingkapt. B. de Jong van Frederikshaven met hout, voor Ie Nobel comp. alhier. Den 14 dezer, voer schipper Pieter van Maere, van Sluis naar Middelburg, en raakte juist voor de batterij aan het Hazegras, op Bel gisch grondbied omhoog, alwaar door de Belgische bezetting schip en lading werd aangehouden waarop dadelijk een officier met eenige man schappen bij hem aan boord is gekomenwelke hem voor plundering en roof door het gemeen hebben beveiligd. Hij is echter den 19 ont slagen en dien dag wederom te Sluis gearriveerd en zou den 20 weder om op Middelburg varen hij is echter eenige kleinigheden kwijtgeraakt ook hebben zij hem eenige guldens verteer laten betalen. Van den dag zijner aanhouding tot dien van zijn ontslag moest van Maere zich bo ven op zijne schuit ophoudenterwijl de Belgen zich beneden zeer te goed deden. De Belgen verzekerden denzelven aen geeue der uit of inkomende schepen van Slnls beletsel te zullen doen er waren dan ook reeds eenige schepen binnengekomen. Den 17 dezer is van den toren van Goedereede gezien, dat vier schepen door eene oorlogsbrik zijn genomen, die daarna uit bet gezigt is verdwenen op twee andere schepen jagt makende. Een brief uit Nijmegen, heden alhier ontvangen, meldt, dat de inwoners aldaar aanzegging hadden bekomen, pm zich op eene groote inkwartiering voor te bereiden. Volgens een brief uit Londen van den 16, te Amsterdam ontvan gen, en waarin men veel vertrouwen stelde, zou, hoe onwaarschijnlijk zulks ook door de tegenwoordige gebeurtenissen mogt geacht worden, echter nog geenszins alle hoop op eenen vredelievenden uitgang der za ken geheel moeten worden opgegeven. In Londen en op verscheidene andere plaatsen in Engelandhebben steeds vereenigingen plaatsom adressen op te stellen tot afkeuring der door het Britsch ministerie met Frankrijk genomen dwangmaatregelen tegen Nederland. De deelgenooten aan die vereenigingen verschijnen gewoonlijk met oranje kleuren in de vergaderingen, ten teeken hunner achting voor Z, M. den koning der Nederlanden, Volgens berigt uit Deal, van den 15, te Londen ontvangenwer. den de overige nog aldaar liggende schepen der vereenigde vloot door tegenwind en mist verhinderd om naar de Hollandsche kust op kruistogt uit te zeilen. Deze vloot wachtte nog versterking.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1832 | | pagina 1