MIDDE.LBURGSCHE C O U": K! Ai N\ 121. Dingsdag jéK»•-, tsc' k" v-i- .--y 9 October 1832. ikgUmcnt gjj liet Bcgrauen. SUit&esfcbtng. NIEUWSTIJDINGEN. Jfrattftttijfc» i. tviv.VS Vervolg. VIERDE AFDEELING. Voorzorgen in geval van besmetting. Aar. 29. Bij het bestaan van besmettelijke ziekten of andere buitengewo ne omstandigheden zullen Burgemeesters en Wethouders in de Ste den en de Burgemeesters der Gemeenten ten platten Lande, na deskundige personen te hebben gehoord, het begraven ook buiten tijds kunnen be velen. Bij het bestaan van besmettelijke ziekten welke tot buitenge wone zoorzieningen van wege de bevoegde Hoogere of Provinciale Auto riteit hebben aanleiding gegeven, zal voor de lijken van personen, aan ïoodanige ziekten gestorven door de zorg van de Gemeente Besturen op daartoe bekomene aanschrijving van Gedeputeerde Staten een gedeelte der begraafplaats worden afgezonderd, en zullen tevens bij de begraving de noodige maatregelen van voorziening door die Besturen worden be volen. 30. Lijken van personen of van kinderen aan de kinderziekte overle den zullen op een afzonderlijk en behoorlijk onderscheiden gedeelte der begraafplaatsen worden begravenen met eene laag vast aangestampte aarde van ten minste één el dikte moeten worden overdekt voor zoo verre die lijken niet begraven worden in behoorlijk gesoldeerde kisten van lood of zink Hvelke van houten kisten omgeven zullen moeten zijn; zullende hiervan ten genoege van het Plaatselijk Bestuur moeten blijken. VIJFDE AFDEELING. Van het ruimen van graven exhumatiën en gebruik van verlatene begraafplaatsen. 31. Geene kist zal mogen geroerd worden, dan na verloop van ten minste tien jaren na de begraving, en na bekomen verlof van het Plaatse lijk Bestuur; een graf geheel gevuld zijnde, zal niet mogen worden ge opend binnen tien jaren, na dat het laatste lijk er in gezet is, ten zij om bijzondere redenen en op schriftelijke autorisatie van het Plaatselijk Bestuur. 32. Geene ontgraving (exhumatie) van lijken, zal, door wien het ook zij, mogen gedaan worden; ten ware daartoe vooraf zij verkregen eene schriftelijke autorisatie van het Plaatselijk Bestuur, hetwelk zooda nige autorisatie niet zal verleenendan na bekomen gunstig advies van de Provinciale Commissie van Geneeskundig Onderzoek en Toevoorzigt of van de Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzigt, wan neer die in de Gemeente aanwezig is. Deze bepaling is niet van toepassing op ontgravingen (exhumatiën), welke op rekwisitie van de Regterlijke magt moeten plaats hebben. 33. De overblijfselen van lijken en van doodkisten zullen niet van de begraafplaatsen mogen worden verwijderd. Bij het slopen van kisten zul len de doodsbeenderen worden bijeen verzamelden bijaldien dezelve niet ten koste der Famlllen in kisten worden vereenlgd, om weder be graven te worden, geplaatst worden in de beenderhuisjes of beenderkui- lenwelke daarvoor op iedere begraafplaats zullen worden aangelegd terwijl de overblijfsels der kisten in den grond zullen worden bedolven. 34. Wanneer eene begraafplaats verlaten wordtzal dezelve gedurende den tijd van tien jaren in denzelfden toestand en afgesloten moeten blij ven, zonder dat daarvan eenig gebruik worde gemaakt; na verloop van tien jaren zal dezelve door den Eigenaar kunnen worden verpacht, onder uitdrukkelijke voorwaarde," dat dezelve wel bezaaid of met hakhout be plant mag wordenmaar dat in dezelve geene uitgravingen zullen mogen worden gedaan noch ook fondamenten voor gebouwen zullen mogen worden aangelegd, zoo lang daartoe geene autorisatie van Gedeputeerde Staten der Provincie zal zijn verkregen. 35. De in het vorig artikel gemaakte bepaling zal mede toepasselijk zijn op de gronden, tot partikuliere grafsteden gediend hebbende, te re kenen van den dag waarop de laatste begraving in dezelve zal zijn geschied. vervolg in ons volgend No.) ADMINISTRATIE DER DOMEINEN. Provincie Zeeland Agentschap Middelburg. VE RP ACHTING. De AGENT van het DOMEIN, District Middelburgadverteert mits- dezen dat hij, als daartoe behoorlijk geauthoriseerdonder voorzitting al of niet van den Inspecteur der Domeinen in Zeelandpubliek onder nadere approbatie zal presenteren te verpachten op Zaturdag den Twin tigsten October 1832, des namiddags ten één uur, in het Gemeentehuis te Colijnsplaatten overstaan van het Gemeente-Bestuur aldaar, het Schorre Onrust, gelegen aan en tegen de noord-westzijde van het Eiland Noord-Bcvelanden van hetzelve Eiland gesepareerd door het zoogenaam de Schuitegatgroot ongeveer Twee Honderd Bunders, in pacht bezeten geweest door p. Priester, te Wissenkerke woonachtig, en zulks voorden tijd van 3 6 of 9 achtereenvolgende jaren, bij de Verpachting nader te bepalen, ingegaan den 1 Augustus 183a. De conditiën en voorwaarden van gemelde Verpachting liggen ter le zing ten Kantore van den Agent van het Domein voornoemd in de lange Noordstraat te MiddelburgWijk L. No. 132. De Agent van het Domein voornoemd J ij afwezigheid van denzelven, J. H. HüLSCIIER. Het COLLEGIE van REGENTEN over het Arm- Gast- en Weeshuis te VLISS'.NGEN. brengt bij deze ter kennissé van de belanghebbenden, dat op Dingsdag den 16 October 1832, des voormiddags ten 10 uren, in de Directie-kamer Gesticht No. 1 (Gasthuis')in de Helbaardierstraat, in het openbaar zal worden aanbesteed de levering van de, voor boven gemelde Gestichten, gedurende het jaar 1833-, benoodigde LEVENS MIDDELEN, BRANDSTOFFEN, KLEEDING, SCHOEISEL enz., omschreven inde conditiën van Aanbesteding, welke voor een ieder dage lijks met uitzondering van den Zondagvan 9 uren des vöor- tot 4 uren des namiddags, ten huize van den Amanuensis en Rentmeester van j gemelde Gestichten ter lezing liggen, in de WagenaarstraatWijk I. No. 98. Vergadering van het Middelburgsche Departement der Maatschappijl Tot Nut van 't Algemeen op Woensdag den 10 October 1832, dei avonds ten zes urenin het Museum Medioburgense, Voorlezing eil Bijdrage. Namens Bestuurders, P. de MARET TAK, Secretaris LONDEN den e october. Blijkens het ministerieel avondblad houdt de conferentie zich thans bezig met het onderzoek dezer punten j of er eenige maatregelen zullen worden genomen om den koning van Holland te dwingen om tot de verlangens der conferentie toe te tredenen, zoo ja, welke maatregelen zullen genomen, en hoe die ten uitvoer zullen gelegd worden." Hetzelfde blad meent te weten, dat de conferentie, welke in de laatste dagen weder bij herhaling vergaderd is geweest, nog tot geener- lei besluit nopens gemelde punten is gekomen; dat, wat de vereenigd# werking eener Fransche en Engelsche vlooc tegen Holland betreft, men het er voor houden kan dat daaraan niet meer wordt gedachtdat in geval er een voorloopige dwangmaatregel mogt genomen wordendit een geldelijke zou zijndoor het ontheffen van finantiëie bezwaren van Bel giëdat echter ook dit nog geenszins bepaald is; dat, voor het overige, de staat der onderhandelingen dezelfde blijft, dat de regeling der Schel, devaart altijd het eenige punt in geschil uitmaakt; en dat het kwalijk kan worden onderstelddat door deze zaakwelke van geen Europeesch be lang isde algemeene vrede zal gestoord worden. De Fransche korvet Ariane is van Spithead gezeildom naar Cher- burg terug te keeren. Er liep een gerucht, dat zij order moest bren gen aan het Fransch eskaderonder bevel van den admiraal Ducrest de Villeneuveom zich met de vloot van sir Pulteney Malcolm te vereenigen; doch dit wordt van goederhand als ongegrond tegen gesproken. - Te Portsmouth is een transportschip van Porto binnen, dat tij» dingen medebrengt tot den 22 der vorige maandwelke niet ongunstig schijnen te zijn. Er had nog geene algemeene actie plaats gehad; doch er waren vele schermutselingen voorgevallen, waardoor geene der par tijen iets gevorderd was. Dom MiguePs troepen hadden eenig verlies ge leden. Ook moeten er met een en ander vaartuig brieven van den 93 ontvangen zijn, die mede gunstig luiden. Men beeft hier tijding, dat de vrije inwoners van Mauritius zich onafhankelijk van Engeland hebben verklaarden besloten zouden heb ben hunne onafhankelijkheid des noods met geweld te verdedigen. De heer Jeremie, die aldaar belast was om het besluit van den koning in rade, betrekkelijk de slaven-bevolkingten uitvoer te leggen, is genoodzaakt geworden de kolonie te verlaten. PARIJS den 3 october. Omtrent het ministerie is nog niets beslist. Men zegt, dat de vreemde gezanten zich over deze onzekerheid bekla gen te meer, daar de heer Sébastianidie het hotel van buitenlandscbe zaken reeds verlaten heeftzich bijna in't geheel niet meer met de staat kundige aangelegenheden bezig houdt. In weerwil der aankondiging van het Journal des Dibats dat bet_ wetgevende ligchaam onverwijld zal worden bijeengeroepen meent men dat de kamers eerst in november zullen vergaderen. Men zegt hier, dat de zending van lord Durham naar Petersburg en Berlijn geenszins gunstig is uitgevallen, en dat de vereeniging der Noordsche hoven, tegen de revolutionaire beginselen, thans naauwer dan immer te voren is. De Messager des Chambres verzekertuit eene goede bron dat het Pruissische gouvernement bij het onze er op zou hebben aangedrongen dat de Fransche troepen tot op eenen afstand van dertig mijlen van de Belgische grenzen zouden terugtrekken onder belofte van deszelfs zijde om ook de Pruissische- troepen op gelijken afstand verwilderd te zullen houden en dat het Prussische gouvernement tevens verklaard zou heb ben, dat, indien die maatregel niet werd aangenomen en de Fransche troepen in Belgie rukten, een Pruissisch legerkorps insgelijks in Belgie zou trekken. Met de wapening der vesting Douai is reeds een begin gemaakt, en men verzekert dat alle de andere vestingen van Duinkerken tot Straats burg in staat van verdediging zullen worden gebragt. Zekere Cunywelke wegens het oproer van junij ter dood is ver oordeeld zou den 26 september zijn vonnis hebben moeten ondergaan. Duizenden menschen zijn op de been geweestom getuigen van dit schouwspel te wezen en men schijnt beducht te zijn geweest voor ern stige onlusten. Het hof heeft het echter ongeraden geoordeeldeen be wijs van standvastigheid te gevenden veroordeelde is lijfsgenade ge schonkenen de doodstraf is in eene altijd durende gevangenis veranderd. MIDDELBURG den 8 october. In den nacht tusschen 11. zaturdag en zondag heeft de stad Zierikzee een zware ramp getroffen daar de zelve door een hevigen brand van haar schoonste sieraad, de groote kerk, is beroofd. Toen nlen het ongeluk ontdekte, woedde de vlam reeds zoo hevig dat er geen blusschen mogelijk was. Het prachtig or gel de kunstig bewerkte predikstoel en al het inwendige der kerk is geheel verwoestmen heeft alleen het zilver, eenige boeken en papieren kunnen redden, en niets is overgebleven dan de wanden zoo dat dit wel eer zoo schoone kunststuk nu een verschrikkelijk schouwspel oplevert. In 6 k 7 uren tijds was dit alles vernield, en de hevige zuidwesten wind bragt de belendende gebouwen ook in groot gevaardoch deze zijndank zij de goede Voorzienigheiddoor de krachtig aangewende hulp nilen bewaard gebleven. De oorzaak van dezen brand is nog met geene zeker heid te bepalen. Men vindt deze kerk naauwkeurig beschreven in het werk getiteld; De Provincie Zeelanddoor de heeren .7. de Kanter Phz. en ,7. ab Utrecht Dresselhuis. Heden ziin alhier afgekondigd de door den raad dezer stad vastge. stelde verordeningen op het makelaars-bedrijf, met daarbij behoorend tarief van mnkelaars-loonen een en ander is gedrukt, en bij de stads, drukkersde Erven Altorjfcrverkrijgbaar gesteld.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1832 | | pagina 1