N°. 66.
MIDDELBUBGSCIIE
COURANT.
B
Donderdag
2 Juni) 1031.
NIEUWSTIJDINGEN.
v'
e GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND herinnert bij dete alle belang
hebbende Administratien en Partiknlieien in de Provincie y aan de bepalingen
der Wet van den 8 November i8i5, no. 3G (Staatsblad no. öi) volgens welke, van
alle Schuldvorderingen, ten laste van het Rijk, over den jare i83o, de Rekenin-,
gen, Memorien ol Declaraticn voor of op den laatsten Juni/ aanstaande bij
zoodanige Administratien, CollegienAutoriteiten of Ambtenarenals welke de or
ders tot het doen van leverancien of anderzins gegeven hebben behooren te zijn in
gediend op poene van te worden gehouden voor verjaard en vernietigdj
met uitnoodiging verder, om dit uiterste tijdstip voor de indiening van voormelde
Prelensieu niet af te wachten maar dezelve onverwijld te bewerkstelligen.
Middelburgden 29 Mei i83i,
VAN YREDENBURCII.
MIDDELBURG den 31 mei. Gisteren avond, omstreeks zes uren,
viel een meisje, oud drie en een half jaar, van de hoogte der buiten-
seis-brug (over het ijzeren hek zich vooroverbuigende en haar cven-
wigt verliezende) in de stads vest. Niettegenstaande men dit van alle
zijden gewaar werd bragt mendoor schrik bevangen geene doelmatige
hulp aan, en het kind was op het punt van weg te zinken, toen eensklaps
Willem Boer koetsier bij Zijne Exc. den heer Gouverneur dezer provin
cie, te voorschijn trad, zich van de hoogte der brug aan een touw af
liet, hetwelk echter te kort zijnde, hem achterover inde stads vest
deed storten; doch spoedig zich herstellende greep hij het zinkende kind
en door den modder met eigen gevaar henen wadende, bragt hij het kind
behouden aan het stads bolwerk, en gaf het over aan de van schrik ver
bijsterde ouders, welke niet genoeg hunne dankbaarheid aan den edelen
redder konden betuigen.
Heden morgen was het kind zeer wel, en had gerust geslapen. De
ouders zijn Pieter Gilde en Pieternella van lVestenwonende op den
seis-straatweg. Wie vaste beradenheid in het oogenblik van gevaar op
prijs stelt, vergete niet den kloekmoedigen Willem Boer!
De vergadering van den raad der handelmaatschappijden 26 mei, te
*s Ilage buitengewoon zamengekomen en thans voor het eerst eeniglijk
uit Noord-Nederlanders zamengesteldis des anderendaags tot nadere
oproeping gescheidenna datin de gedurende die twee dagen gehou-
deue zittingen en commissoriale vergaderingen, gearresteerd waren: i°.
de veranderingen naar aanleiding van de laatste in de statuten of arti
kelen van overeenkomst gemaakte wijzigingen en de veranderde omstan
digheden der maatschappij noodzakelijk geworden iti het huishoudelijk
reglement voor de directie, alsmede in het reglement voor de factorij te
Batavia in dat voor de vaste agenten in dat voor de andere agenten
en in dat op de overschrijving van aandeelena°. de schadeloosstelling
voor de twee afgegane directeuren30. de overbrenging en vestiging van
den zetel der maatschappij tegen j november aanstaande hinnen Amster
dam; 4®. de vergoedingen, wegens de verhuizing daarheen, zoo voor
de directeuren als voor de bedienden der maatschappij50. de schade
loosstelling voor de vaste agenten te Amsterdam, wier posten, door de
overbrenging der maatschappij naar Amsterdam staan te vervallen.
Dezer dagen is tot commissaris van gemelde maatschappijvoor Mid
delburg benoemd de heer ,7. Schoutenen tot plaatsvervanger de heer
S, Luteyn.
Men verzekertdat Z. H. de hertog van Saksen-Weimar bij het
leger is aangekomen.
In de zitting van het nationaal congres te Brussel, van den 28 mei,
bemerkte men reeds in den beginne eene ongewone verslagenheid en on
rustige verwachting. Toen de heer Lebeau minister van buiteniandsche
zaken, en de heer de Faux, minister van staat, binnen de vergaderzaal
traden, was de verwachting en nieuwsgierigheid algemeen. De president
gaf het woord aan den heer Lebeauvoor eene officiële mededeeling
deze betrad zeer ter nedergeslagen de tribuneen begon met eene zoo
zachte stem het navolgende stuk te lezen dat uit het midden der ver
gadering en van de tribunes om eene luidere lezing geroepen werd. Zie
hier dit allerbelangrijkste stuk
Brief van Lord Ponsonby aan den heer Lebeau minister van bui
teniandsche zaken van Belgie.
Mijn heer! Brussel den 27 mei 1831.
Ik ben gisteren avond aangekomen evenwel wil ikvoor alle
andere dingen u eenigc gedachten mededeelen omtrent den toestand van
uwe zakenvoor zoo ver de conferentie te Londen daarin is betrokken.
Ik verlaat mij dus op uwe toegenegenheid, die, zoo ik hoop, de ge
breken zal verschoonen van eenen briefin den grootsten haast geschreven
De conferentie vindt de grenzen van Holland door de traktaten be
paalden de traktaten bepalen, in het stuk der grensscheiding, de wet
der natiën. De «conferentie kan deze wet niet schendenzij kan dien
een gevolge niet toestemmen dat Belgie zich het règt geeft ï>m de gren
zen aan te duiden van eenen anderen Staatmaar de conferentie blijft
niet ongezind, om, zoo veel zij daartoe de magt heeft, zonder de
grondslagen der Europesche staatkunde te verkrachten, hulpvaardig te
zijn in zaken die het belang van Belgie zouden nadeeiig wezen, en te
gelijk het belang van naburige natiën niet kunnen schaden. Uit deze in-
zigten handelende begeert de conferentie dat Belgie zich plaatst binnen
den gewonen kring der Europesche staten de verpligting der gewone
traktaten erkennendedeelnemende aan de lasten en voordeelen der
staatkunde tusschen de natiën aangenomen, en zich constituerende op eene
wijze die hetzelve regt geeft om te verzoeken dat alle andere staten
haar erkennen en als bondgenoot behandelen.
Als Belgie toestemt om zich in dien staat te plaatsen zal de confe
rentie haar door eene magtige bemiddeling behulpzaam zijn om het her
togdom Luxemburg door een traktaat, mits tegen billijke schadevergoe
ding, te verkrijgen; en door verzekerde middelen zal de conferentie alle
militairen aanval van het Duitsche bondgenootschap, gedurende de on
derhandeling voorkomen.
Er moet worden aangemerkt, dat, door die handelwijzeBelgie op
eene vreedzame wijze, en voor altoos, dat grondgebied zou erlangen,
terwijl het ten minste onzeker is, of zij hetzelve, door dén oorlog,
zou kunnen in bezit krijgen en men zou alzoo aan de inwoners van
dat hértogdom de tampen besparen die het land treffen van höii Waarop
de oorlogstooneelen plaats hebben.
De conferentie is met een gevoel vali goedwilligheid voof Belgie be.
zield haar waarachtig doel is de tegenwoordige vrede en Vrede Voof
de toekomstgegrond op de zekerheid cn de onafhankelijkheid Vart dut
land, als mede eene eindelijke schikking van deszelfs belangen.
De conferentie zou dan met genoegen zien, dat het congres eenen
souvefein verkoos, wie dat ook zijn mogtindien die niet personeel de
regten van andere gouvernementen kwetsteen zij zou met eene bijzon
dere tevredenheid dien prins erkennenop wien de Belgen voorname,
lijk het oog gevestigd hebben, mits het congres toestond dat hij Zich.
zei ven in den algemeenen kring der gouvernementen plaatste.
Naar welk redelijk beginsel, zou Belgie kunnen Verlangen zich ftt
eenen anderen kring te plaatsendan in dien waarin alle andere naticii
leven? Waarom zou hetzelve uitsluitend het regt begeeren, om aan alle
andere natiën, ten aanzien van betwiste grondshepalingde wet te stel
len en zich te onttrekken aan de verpligting om de algetneene regeleit
der handelingen en traktaten in te volgen door toevlugt té nemen om
met geweid en door oorlog eensklaps dat geen te verkrijgen, hetwellt
hetzelve als deszelfs regten beschouwt
Denken sommige personen dat de volken van Europa tegert hUnna
respective gouvernementen kunnen worden aangehitstten einde Belgie
in staat te stellen het gezag der traktaten te vernietigen, het eenige
grondbeginsel dat de natiën voor eenen altoosdurenden oorlog bewaart?
kan er grooter en gevaarlijker dwaling zijn dan zoodanig gevoelen
De groote mogendheden beseffen te wel hunne wezenlijke belangen,
om niet onderling over het Belgische geschil in twist te geraken dat il
te zéggen, over het geschil of de traktaten heilig moeten zljrl.
Zij zullen integendeel eendrngtig handelenen zij zullen de medewer.
king en de goedkeuring der volken voor zich hebben.
Men ruit Belgie op om te wapen te vliegen en waarvoor? om Luxem
burg te behouden. Maar Belgie kan dat land in vrede en zekerheid be.
zitten voor het duizendste gedeelte van den prijs die de poging kostctt
zou, om dat land door de kracht der wapenen te behouden: is het
geene onvoorzigtigheid om besluiteloos te zijn in die keus
Belgie wil Maastricht en den linkeroever van de Schelde veroveren,
en Holland eenige andere gedeelten van deszelfs oude bezittingen óftt»
rukken. Daar thans de Europesche staatkunde zelfs voor de minstver.
lichte verstanden, klaarblijkelijk is geworden, kan men er nu nog aan
twijfelendat Belgie onmagtig is om eene eenige dier zaken door de wa
penen te verkrijgen, ten minste zoo het aan hetzelve niet gelukt om de
legers van Frankrijk, Pruissen Oostenrijk en Engeland te overwinnenf
Geen duim Ilollandsche grond za! aan Belgie worden afgestaan, zoo
hetzelve ten minste Europa niet heeft overwonnenzonder te spreken van
hetgeen hetzelve aan eigen grondgebied zou kunnen verliezen, zoo het
ovehvonnen werd in zoödanigen strijd. (Hier had eene afbreking plaats
Het behoort aan de staatsmannen die het lot der volken besturen
de kansen van goede of slechte uitkomst te berekenen het is aan ben
om hunne medeburgers te doen zien of bet beter is om iu hunne inzig-
ten'te slagen door zulke middelen, en in zulke omstandigheden, of de
eenvoudige nietaanvallende en krachtige wegen te beproeven die de
onderhandelingen aanbieden onder eenen prins, die de vriend is van al
le de Europesche gouvernementen, en waarbij allen belang hebben om
deszelfs magt en zekerheid te bekrachtigen.
De aarseling die Z. K. H. prins Leopold getoond heeft in de antwoor
den die hij aan de heeren afgezanten deed welke zijne meening ten aan
zien der Belgische souvereiniteit toetstenwijst genoeg den aard der be-
langlooze beginselen van Z. K. H. aan, en bewijst, dat hij geene kroon
zou willen aannemen die hem zou worden aangeboden zoo hij die niec
dragen kon tot eer van Belgie en van heinzelven.
Intusschen is de prins thans tot zijne voldoening overtuigd dat er
grond is om niet vertrouwen de regtvaardige en spoedige middelen af te
wachten door welke de conferentie in de Luxemburgsche zaken zal
behulpzaam zijn; en de prins is genegen om, als souverein, de verdere
voltooijing van die zaak op zich te nemen.
Kan er eene betere proeve gegeven worden van de '/erandcring die kor
telings in de meening en de besluiten der conferentie ontstaan is Achc
dagen geleden beschouwde de conferentie het behoud van Luxemburg
voör het huis van Nassau, zoo niet voor noodzakelijk, ten minste voor
zeer wenschelijk cn 1111 is zij geneigd tot eene bemiddeling, met het
bepaalde voornemen om dat hertogdom voor den souverein van Belgie
te bekomen.
De eer van Belgie bestaat in de verkrijging van Luxemburg, en niet
om daarom oorlog te voeren, en den ondergang van Belgie door dien
worstelstrijd te veroorzaken.
De conferentie begeert niet tusschen beide te komen in dat geen wat
de regten de onafhankelijkheid en de inwendige regeling van Belgie
betreft 5 maar zij wil de regten der andere staten handhaven tegen alle
aanrandingonder welk voorwendsel dit ook zij. Er zal geen nieuw
wetboek van overwinning door eenige afzonderlijke mogendheid worden
daargesteld.
De conferentie zal beschermster blijven der wetten en van de vrijheid,
tegen ieder die zich als overweldiger zoude opdoen, en tegen de genen
die geene wetten erkennen dan hunnen wil en goedvinden. De Belgen
zullen het geenszins voor eene wijze staatkunde kunnen houden, omhec
regt van dwang vol te houden, en dit als verheven en volstrekt te er
kennen zonder zich in gevaar te stellen om in der tijd deze leer tegen
henzelven gekeerd te zien.
Wat vordert men van Belgie, om hetzelve rustig en zeker te doen
zijn Alles wat men van hetzelve verlangt isdat hét zich onderwerpt
0111 ondergeschiktheid te betoonen aan dezelfde staatkundige pligten aan
welke zich dë groote mogendheden onderwerpen. Hetgeen Frankrijk
Oostenrijk, Engeland enz. enz., regt en vereerend voor zichzclven be
schouwen, kan dat de Belgische eer kwetsen?
Ik stel vertrouwen in de redelijkheid van het land en gouvernement
Van Belgie: ik vlei mij, dat zij met bedaardheid zullen overwegen, en
dat zij het groote geschilpunt, dat zich voor hen opdoet, met wijsheid
zuilen beslissen; dat zij zullen weigeren om zich onvoorzigteiijk in moei-
jelijkheden te werpendie zonder noodzakelijkheid zonden geboren