N". a3.
MIDDELBURG SCHE
COURANT.
Dingsdag
?S *5
22 Februarij 1831.
NIEUWSTIJDINGEN.
- r f
"CK
3'-v
's/^ RAVF.NITAGE den 18 februari].. Bij een koninklijk besluit is een
VJT reglement vastgesteld op de verwisseling der recepissengesproten
tlit de leening van 14 millioen guldens, tegen schuldbekentenissen, ren-
tende 5 pet.
Het koninklijk besluit bepalende eene korting op de traktementen
van alle 's lands ambtenaren (zie onze courant no. 20) is, npar men ver
neemt, ook toepasselijk op alle pensioenen, toelagen en wachtgelden van
f 1000 en daarboven. t-
Volgens eene dispositie van het departement van oorlog zijn de
chefs der korpsen van den isten ban der schutterijen gemagtigd gewor
den om aan de schutters, die zulks mogten verlangen, permissien tot
het aangaan van huwelijken re "erleenen. i
i\aar men verneemt zijn, eenige dagen geleden, twee officieren van
wege buitenlandsqhe zaken naar de generaals Daine en Mellinet vertrok
ken, zoo men zegt, met eene zending betrekkelijk het protocol, waar
bij de Belgen gelast worden in hunne.stellingen van den 21 november
terug te trekken. Een dezer officieren, die insgelijks eene zending naar
Maastricht had en aldaar alles in den besten staat heeft bevondenis
thans alhier teruggekeerd.
Een gedeelte Van de bezetting van Maastricht is den t2 dezer uitge
rukt en heeft het dorp Smeermaas, op den linker maas-oever, door de
mineurs doen vernielen, om dat het hinderlijk was in de1 verdediging
der vesting.
Men is bezig om Antwerpen te versterken; het Noorderfort wordt
met vier-en-twintig en zes-en-dertig ponders gewapend, en rondom de
bassins wordt ook geschut geplant. Deze toebereidselen verontrusten den
koophandel ten hoogste, en hebben dan ook reeds veroorzaakt, dat eeni
ge vreemde scheppte Vïissingen aangekomen, die naar Antwerpen be
stemd waren, naar elders gezeild zijn.
Zondag is aan de citadel een schip aangekomen met een honderdtal
militairen, die dadelijk geland zijn.
In eenen brief van het Viaamsche Hoofd, van den 14 dezer,
schrijft men
Terwijl men Zich in Antwerpen alle moeite geeft, om-het schande
lijk gedrag der brigantenbij het op strand loopen van onze kanonneer
boot no. 2, in een gunstig daglicht te plaatsen en de manmoedige daad
van onzen kloeken van Speyk als het besluit eener onberadene en noode-
looze roekeloosheid te doen voorkomen ja dat zelfs sommige der Bel
gische bladen den laster zoo verre durven drijven van te beweren dat
de geredde Hollandsche loods van de Felde eene verklaring in dien zin
afgelegd zoude hebben, kunnen wij ter hulde der waarheid, hiertegen
stellen, dat, volgens het getuigenis van een onzer officieren, door dien
zelfden loods, na zijne terugkomst alhier, de volgende verklaring is af
gelegd
Dat toen de boot gestrand was, dezelve in een oogenblik door het
w werkvolk, dat aldaar in de nabijheid aan de batterijen werkte, om-
ringd was, als ook door het gemeen dat uit de slijkpoort toeschoot.
K Hierop volgden de gewapende volontairs. Een gedeelte is aan boord
n gekomen, de officier die hen kommandeerde verbood alle werk oin
weder los te geraken, anderen trokken de vlag af, en op den wal
laadden zij de geweren. Hij zag den luit. van Speyk naar beneden
gaan om zijne papieren te halen (iets waarop de loods bij het afleg
gen van het proces.verbaal bijzonder gestaan heeft, omdat hetzelve
een bewijs is, dat zij .geenszins kwamen 0111 bijstand te verleenen
want daartoe heeft men geene papieren noodi'ghierop hoorde hij
van den jongen, die daarna dadelijk overboord sprong, dat de kom-
mandant in de kruidkamer waswaarop hij ook naar voren liep, doch
w naanwelijks daar gekomen sprong het schip in de lucht, en hij werd
x gelukkig behouden; doch de woede van het gemeen was nog zoo groot,
dat de gewapende magc hen uit hunne handen heeft moeten losrukken.
£)e Hanoversche consul, de heer Eilerman die aan ons en aan de stad
door onderhandelingen zeer veel diepst gedaan heeft, zag de ongeluk-
kigen, nam ze in zijne koets op, en liet hen, door de gewapende
magt omringd naar het hospitaal geleiden."
In een onzer dag!>la,den vindt men zeer gepaste aanmerkingen tot beantwoording
der vragen t die in dezen tijd welligt menigmaal door sommigen gedaan zijn
Waartoe zijn wij uitgetrokken
en
Wat voeren wij nu uit s*
Het is toch niet vreemd, dat jongelingen, die vol geestdrift de wapens opvatten,
om te strijden tegen de vijanden hunnes vaderlands, ongeduldig worden, wanneer
xij maanden achtereen de lastige dienstin eene vesting moeten volbrengen, zonder
met den vijand slaags te geraken; en dat velen hunner zulks als eene grpote teleur
stelling aanmerken.
Doch worden er gfclukkig, onder hunne makkers zeiven, velen gevonden, die
volkomen in staat zijn, om de voormelde vragen doelmatig tc beantwoorden, en ook
den ongeduldigstedie slechts voor rede vatbaar is te overtuigendat hij aan het
vaderland geene grootcrc dienst bewijzen, kan, dan met juist datgene te aoen, wat
hij tot hiertoe gedaan heeft.
Men kan hier een voorbeeld ontleenen, uit het stoutmoedig bestaan van den jon
den zeeheld, dat in deze dagen alle Neflerlandsche harten zoo diep getroffen heeft.
Even gelijk gij, jonge Nederlanders! uit alle standen, sedert geruimen tijd slechts j
onze vestingen bezet en de grenzen bewaaktzoo lagen ook reeds maanden lang al
lïie kanonneerbooten op de Schelde en deden in schijn niets. Daardoor bleven
wij intusschen meester dier aanzienlijke rivier, en hielpen Antwerpen in bedwang
houden.
Zulks wisten de muiters in die stad zeer wel, en zagen daarom met spijt die vaar
tuigen daar liggen.
Onze zeelieden, die de afvallige stad voor oogen hadden, verveelde eveneens deze
werkeloosheiden zij zouden liever gevochten hebben.
Doch het tijdstip daartoe was niet gekomen, en hnn pligt was vooreerst, niets te
doen. Toen echter door het slechte wéér een dier bodems buiten stuur, en aan la
ger wal geraakt, en er. aan den bevelhebber geene andere keuze blijft, dan zich en
de zijnen aan bet toomelooze graauwdat op ben aanvalt, te onderwerpen, of
de eer der Nederlandsehc vlag ten koste van hun leven te handhaven, toen steekt
va in Speyk de brandende lont in heL kruid en verplettert vriend en vijand.
Daar liggen nu nog als te. voren al die andere kanonneerbooten voor Antwerpen,
•n doen niets. Maar was bun gezigt te voren reeds den Antwerpenaren hinderlijk
thans is het voor hen verschrikkelijk gewordenwant allen weten nu wat geest die
ligehainen bezielt.
En dienzellden schrik hebt gij immers ook elders aan de Belgen reeds ingeboe-
ftmd edele landgenootcndie derwaarts gesnelt zijt, onze vestingen bezet hebt, en
de muiters gestaan hebt, waar zij zich vertoonden. i
Al hadden tij n terstond aangevallen, toen velen uwer nog weinig bedreven waren
in den wapenhandeltoch zoiidt gij hon het onderscheid hebben doen voelen lua-
sclten '.gelukzoekers en burgers die voor het vaderland strijden.
Doch wat had het u en ons gebaat, dat menig uwer daarbij het slagtoffer wara
geworden van nuttelooze gevechten? ook was het aan ons niet om aan te vallqn
daar beveiliging der oude grenzen ons eeuigst doel was, en dc vijand die grenzen
ontzag overal waar gij o vertöondet.
En hoe volledig is dit doel'thans niet bereikt, nu gij u langen tijd geoefend hebt
in al wat het krijgsbedrijf aangaat; en na dat uwe gelederen nog hoe langer hoe meer
zijn versterkt geworden door uws gelijken; en het staande leger, een tijd lang dnoc
verraad ontzenuwd, ook wederom met vernieuwde kracht aan diegenen te gemoet
treedt, die niet zonder schaamrood tc worden, een Nederlandseh leger zou kunnen
aanschouwen.
Tot herstel van dat leger was tijd noodig en dien tijd hebt gij ons veroverd,
edele mannen en jongelingen die zonder uwe krachten angstig te berekenen, on-
verwijld voortgesneld zijt, en perk gesteld hebt aan den ordeloozen inval, waarmede
«ij duo* Korden vreemde tandloopcrs bedreigd werden—
Noemt dan niet werkeloosheid datgene, wat eene onophoudelijke voorbereiding
is ten strijdeindien die zich mogt aanbiedenweest fier daarop dat uwe houding
alleen reeds in staat is, om den vijand te beteugelen, en gaat Toort met in allen
deele»lic krijgstucht te handjtavcn welker waarde gij van meet af hebt getoond
te beseffen.
Even weinig als al die kanonneerbooten ginds in de lucht moeten springen even
bedaard als daar onze zeelieden het oogenblik moeten afwachten, waarop zij in be
weging geraken; even dreigend en geducht als hunne stille houding daar is voor den
Vijand; moét ook gijbrave jonge Nederlanders 1 uwe drift beteugelen u .van dé
voordgelen doordringen welke uwe schijnbare werkeloosheid reeds aan het vader
land aangebragt heelt, en daardoor hel bolwerk versterken, waar achter Nederland
thans veilig leeft, en dat reeds door geheel Europa met verbazing aanschouwd wordt.
Hetgeen gij doet, is meer dan gewoon strijden; het is dc mocijelijke strijd tegen
zichzelven tegen zijne neigingen en gewoonten, tegen ontberingen en gemis van al
lerlei aard.
Gij dandie eenmaal als overwinnaars ook uit dien strijd terug keert, zult niet
slechts den dank van het vaderland inoogstcn maar ook eenen vcldtogt zegenen.,
die zoo lang gij leelt, voor uw eigen hastaan de heilrijkste gevolgen hebben moet.
Immers zeiden de Ouden reeds, die toch zoo veel prijs op dapperheid stelden:
Dapperder is hijdie zichzelven bedwingt<i'an die de hechtste maren
vermeestert(8taats-Courant),
ROTTERDAM den 18 februarij. Een gedeelte van de stoffelijke
overblijfselen van den edelen van Speyk is heden alhierdoor een zee
officier, adelborst van de iste klasse, en mariniers begeleid, met eeit
vanrtnig aan 's Rijks werf aangekomen en zal naar Amsterdam worden
overgebragc. 1
MIDDELBURG den ai februarij. Heden morgen is van hier naar
Vïissingen getrokken de 5de kompagnie van het 2de bataillon mobieléi
Zeeuwsche schutterij.
In de zitting van het Briisselsche congres, van den 14 dezer, is
een adres van den heer de Potter, strekkende om de republiek te decre
teren, ingekomen, maar niet gelezen; in die zelfde zitting werd vervol
gens door den heer Robaulx een voorstel gedaan om de republiek te pro
clameren, en aan eenen voor den tijd van 3 jaren door het congres 18
verkiezen president de uitvoerende magt op te dragen welk voorstel
na eenige woordenwisselingen, mede vooreerst nog terzijdegesteld werd.
In het dagblad P Emancipation is eene door de Potter en meer andera
gemeenebestgezinden geteekende verklaring verschenen, waarbij zij zich
verbinden, om langs alle wettige middelende nationale onafhankelijkheid
en de uitsluiting der^Nassau's te verzekeren, en om, als eenig middej
daartoe, de aanneming van den republikeinschen vorm met een tijdelijk
binnenlandsch hoofd te bevorderenzij noodigen tevens een iegelijk uit
om zich aan dit verbond aan te sluiten.
De Oranje-partij zit intusschen niet stil. Een nieuw dagblad in den
zin dier partij geschreven, getiteld P Anti du Peupleen uitgegeven bij
den boekdrukker Sacrè heeft te Brussel bewegingen veroorzaaktdie
heer is niet alleen geplunderdmaar ook gearresteerd. Twee leden van
het congresde heeren Surmont de Folsberghe er, d'Evora waren op het
zeggen dat zij tot de Oranje-partij behoorden, dooreen hoop gemeen
volk rot in de kerk du Bon Secours vervolgden ter naauwernood door
den kominandant d'Hoogvorst ontzet, zeer door het volk mishandeld
zijnde,
In de zitting van het congres van den 17 heeft de heer de Stas-
sart zijn ontslag genomen.
Van de zending naar Parijs zijn de heeren Ch. de Broeckere en
d* Aer schot te Brussel teruggekeerd, zoo nier, zegt de tijding met zich
brengende, dat Frankrijk zich met alle kracht tegen de komst van den
Prins van Oranje in Belgie zoude verzetten. Al de leden van gemel
de zending verlieten de een na den ander Parijs, zoo dat de plegtige
audiëntie bijden koning op niet stond uit te loopen.
De dag van den 15 heeft zich te Parijs door groote ongeregeld
heden gekenmerkt. Ter gelegenheid van het vieren eener dienst in de kerk
St. Germain PAuxerrois, ter nagedachtenis van den hertog van Berri
stortte het volk, op het oogenblik dat op de tombe eene beeldtenis van
den hertog van Bordeaux zou worden geplaatstom aan dezelve eenige
eerbewijzingen te doen, in de kerk en sloeg alles aan stukken, onder
het geroep van leve Lodcwijk Filipsen onder het zingen van de Pari
sientie en Marseillaise. De nationale garde heeft de rust hersteld docli
zij heeft niet kunnen jaeletten dat ook het aartsbisschoppelijk paleis is
geplunderd. Om het volk genoegen te geven heeft men het groote gou
den met lelien versierde kruis, dat de Jezuiten in het portaal der kerk
hadden opgerigtmet het; geheele voetstuk omvergehaald en weggeno
men. Het volk heeft ook nog andere kerken willen plunderen doelt,
hetzelve is hierin door de nationale garde belet. Pfleii heeft de lelien
van verscheidene publieke gebouwen en monumenten vernield.
De minister van binnenlandsche zaken heeft bjj eene proclamatie de Pa-
rijsche burgers tot eerbied voor de openbare gedenkstukken aangemaand
en tot vertrouwen op het .gouvernement opgewekt, eindigende met de
verzekering te geven dat de justitie zich van cje voornaamste bewerkers
der oproerige plegtigheidwelke in bovengemelde kerk heeft, plaats ge
hadheeft meester gemaakt." Deze zaak is* voor het koninklijk ge-
regtshof getrokken. Onder de in staat van arrest gestelde personen zijn
onder anderende baron de. Fit rolletde burggraaf Fe/ix de Conny en de
pastoor van de kerk van St. Germain PAuxerroisook is een mandaat van
geleide- tegen den aartsbisschop van Parys uitgevaardigd. Ilct volk is ten
hoogste verbitterd op de Jezuiten en Carlisten.
De nieuw benoemde Paus, die den naam van Gregorius XFj heeft
aangenomenwordt beschreven als een man van groote geleerdheidop-