MIDDE LBURG&CHE COURANT. D N\ 22. 'r °"zr" s* Zaturdag 19 Februarij 1831. NIEUWSTIJDINGEN. NEDERLANDEN. e GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND maakt dankbare melding van de volgende giften, ten behoeve van den Staat gedaan: Van de Ingezetenen der Stad Middelburg588 Wollen Dekens. Klissingen 18 Dito. Kere91 Dito. die der Gemeente Aagtekerke38 Dito. Domburg 3 Dito. Nieuw- en St. Joosland 43 Dito. St. Laurens42 Dito. Welke op den 15 dezer wegens het Departement van Oorlog zijn over genomen, en ter beschikking van de militaire inagt gesteld. Alsmede van de Ingezetenen der Gemeente Colijnsplaat80 mudden Aardappelen, voor de Bezetting der Citadel te Antwerpen. Middelburg den 18 Februarij 1831. VAN VREDENBURC II. DUITSCHLAN D. BERLIJN den 11 februarij. De Warschnusche Staats-Courantvan den 7 dezer, deelt het berigt mede, dat de regering den vorigen dag door eene estafette de tijding ontvangen had dat de Kozakkenniet ver re van Bresc-Litewskide Bug waren overgetrokken en dus op Poolsch grondgebied waren gerukt. Andere berigten bevestigen deze tijdingen voegen er bijdat zich hier en daar reeds Kozakken vertoond hadden. Tot dadelijkheden schijnt het evenwel nog niet te zijn gekomen maar het is hoogst waarschijnlijkdat men eerstdaags de tijding zal bekomen van het begin der vijandelijkheden. Omtrent de sterkte van de Russi sche legermagt wist men te Warschau niets met zekerheidmen was van oordeeldat dezelve op vier punten te gelijk Polen zou binnen rukken. De wapening gaat intusschen in Polen sterk voort. Volgens een VVar- schausch blad, hebben de jonge Israëliten van die hoofdstad zich tot een eskadron ligte kavallerie gevormd. Er heeft wederom eene verandering plaats gegrepen 111 het algemeen be stuur van Polen onderscheidene nieuwe ministers zijn benoemd. De raad plegingen van de kamers hebben niets van algemeen belang opgeleverd. HAMBURG den 11 februarij. Het dagblad van Posen, van den 6 dezer, deelt omtrent den stand van de Russische armee, gelijk hetzelve verzekert uit eene echte bron, het volgende mede: „Het hoofdkwar tier van den generaal Diebitsch is te Grodno. Vari Kowno tot Bialys- tock staan vijf armee-korpsen, elk 40,000 man sterk; dezelve worden gekommandeerd door de generaals Pahlen I en 11Sawatin, Rot ft en Rósen. Men verwacht met eiken dag den Jntogt der Russische troepen in Polen." Voortsvmeldt genoemd blad dat de bezorgdheid en wanor de in Polen steeds -toenemenen dat in Pilwischken en Wilkowiscbken de nieuw georganiseerde troepen zich tegen hunne officieren verzet heb ben en uit een zijn gegaan, om dat zij geene soldij, noch de noodige levensmiddelen ontvingen. FR AN KR JJK, PARIJS den 9 februarij. De kardinaal Capellariis, volgens eene zoo even aangekomene telegrafische depêche van Lyon tot Paus verkozen. Deze Paus is den i<S september 1765, te Bellano, in het Lombardijsch Venetiaansch koningrijk, geboren, en derhalve 65 jaren oud en een Oos- tenrijksch onderdaan. Leo XII had hem in 1826, tot kardinaal benoemd. Zijne gevoelens in het staatkundige zijn weinig bekend. Dezelfde telegrafische depêche, welke de verkiez ing van den Paus heeft aangebragt, deelt insgelijks de tijding mede van eenen opstand, die te gelijker tijd te ReggiiModena en Bologna uitgebarsten zou zijn, de opstandelingen, welke de driekleurige kokarde hadden opgestoken, had. den nergens tegenstand gevonden dan te Modena, waar zij, bij het afzen den der depêches, met de troepen des hertogs handgemeen waren. *s GRAVENHAGE den 15 februarij. IIH. KK. IlHfde jonge Prin sen hebben gisteren avond de voorstelling in den Franschen Schouwburg bijgewoond. Tusschen een der bedrijven is wederom het Franscheter nagedachtenis van den onsterfelijken van Speyk vervaardigde, zangstuk gezongen, hetwelk, even als bij de vorige gelegenheid met de grootste geestdrift en toejuichingen door het publiek is beantwoordwelke ten hoogsten top klom toen zich ook de geliefde volksliederen deden hooren. Hetgeen omtrent de administratie der schutterijen gezegd js, schijnt min naauwkeurig te zijn, daar men van goederhand onderrigt is, dat die administratie over de mobiele schutterijen op denzelfden voet zal blijven, waarop zij zich thans bevindt, evenwel met deze uitzondering, dat de platte lands of rustende schutterijen in de administratie aan de verschil, lende depots der korpsen van het leger zullen worden toegevoegd. De provincie Vrieslandwelke zich door geestdrift voor de goe de zaak heeft onderscheiden, wordt berekend, tot verdediging van het Vaderland niet minder dan 4568 man, zoo bij de staande armee als bij de schuterijen geleverd te hebben. Te Gorcum zijn, gedurende het jaar 1830, meer dan 30,000 man geTnkwartierd geweest, en gedurende de maand januarij dezes jaars ruim 7000 man. De bewoners dier stad hebben niet alleen dezen last met ge latenheid gedragen, maar door ijver en welwillendheid uitgemunt, om de verdedigers van het Vaderland wel te onthalen. Tijdingen van den generaal Djbbets, opper-bevelhebber van Maas tricht van den 11 dezer, duiden eene ophanden zijnde verandering in de standplaatsen der vijandelijke troepen aan. Smeermaas onder anderen zou den 12 worden ontruimd. De toestand der landlieden, in de om streken van Maastricht, is door het niet wegtrekken der belegerings- of blokkade-troepen tot dusver nog zeer beklagenswaardig. Zij worden door deze op eene ongehoorde wijze mishandeld. Nog den n is hun alles afgenomen wat door hen naar de vesting werd aangevoerd. Te Gent gaat men voort met het in hechtenis nemen van perso nen die van woelingen tot omverwerping der tegenwodMige orde van zaken verdacht worden gehouden. Men noemt daaronder thans nog den boogleeraar Jacquemyns. Ook bij het leger in den omtrek van Maastricht schijnt men blijken eener gevaarlijke zamenspanning ontdekt te hebben ten gevolge waarvan naar het gedrag van verscheidene hoofd-officieren een gestreng onderzoek zoude worden gedaan. In de Belgische bladen vindt men thans het nieuwe protocol vatl de Londensche conferentie, hetwelk den 7 februarij door de gezanten van alle de vijf groote mogendheden onderteekend zoude zijn, en vol» gens die bladen aldus luidt De gevolmagtigde van Frankrijk heeft de bijeenkomst geopend met eene verklaringinhoudendedat het bestuur van Z. M. den koning der Franschen het daarvoor hielddat het reeds vroeger door den koning aangekondigde besluit om de oppermagt over Belgie voor den hertog van Nemours te zullen weigeren, indien deze hem door het Brusselsche congres aangeboden wierd, uit den inhoud van het protocol no. u, van den 20 januarij 1831 voortvloeide, en dat Z. M. de koning derFran- schen onderl igtdat dit aanbod werkelijk stond plaats te hebben zijnen gevolraagtigden gelast hadom in dit opzigt zijne vroegere verklaringen te herhalen waarbij hij onveranderlijk blijft volharden. De gevolmagtigden hebben daarop beslotendat deze mededeellng Itl het tegenwoordig protocol zoude worden opgeteekend en vervolgens in overwegiug genomen het gevaldat hetzelfde aanbod van oppermagt antt den hertog van Leuc'ateniferg mogt worden gedaan. Daar de gevolmag. tigden eenstemmig erkend hebben, dat die keuze niet overeen zoude ko men met een der beginselen, hetwelk bij het protocol no. 12, van den 27 januarij 1831 is vastgesteld en inhield: „dat de vorst van Belgie noodzakelijk aan de beginselen behoort te beantwoorden waarop het bestaan van dat land berust, en door zijne persoonlijke omstandigheden voldoen moet aan hetgeen de veiligheid der naburige staten vereischt zoo hebben zij bepaald datindien de oppermagt over Belgie door het Brusselsche congres aan den hertog van Leuchtenbcrg wierd aangeboden en deze vorst zulks aannamhij door geen der vijf hoven erkend zoude worden." Den 10 heeft men in het congres van Brussel hevig getwist over het al of niet bestaan van het bovengemelde protocol. Sommigen wilden het bestaan van dit stuk verheelen; anderen wilden, dat men de menig te met den staat van zaken bekend moest maken. De heer van de FKeyer is vinnig aangetast over zijne verzekeringen, dat de Belgische kroon voor den hertog van Nemours gewisselijk zoude worden aangenomen hij heeft geantwoord dat hij het eerlijk had gemeend. In de zitting van het Brusselsche congres van den ir januarij is niets bijzonders voorgevallen, dan dat men eeDe wet aangenomen heeft, uit kracht van welke de nieuwe grondwet overal afgekondigd moet wor den. De meeste leden der vergadering schijnen bij voerraad huiswaarts gekeerd te zijn. De plaats van den hoogleeraar de Rijckere blijft altijd onvervuld, daar, na den heer Della Faille d'Huyssenog twee andera plaatsvervangers geweigerd hebben die betrekking te gaan vervullen. In de zitting van het Brusselsche congres van den ia heeft de heer de Gerlachefungerend voorzitter, een brief gelezen van den heer Surlet de Chokierpresident van het congreswelke zich aan het hoofd der bewuste deputatie te Parijs bevindt. In dezen brief, gedagteekend. uit Parijs den 10 dezer, geeft hij kennis van de conferentien met den minister van buitenlandsche zaken aangaande hunne gewigtige zending en van de bijna onoverkomelijke moeilijkheden die zich voor de aanne ming der kroon van Belgie door den hertog van Nemours opdoen waar onder voornamelijk de vrees voor eenen algemeenen oorlog. Hij schrijft verder van de beleefde wijze waarop de deputatie door koning Lodewijk Philips is ontvangendoch tevens van de bezwaren door Z. M. gemaakt. Deze brief eindigt aldus: Ik verzoek u intusschen, mijn heer de president, op te merken, dat wij tot heden slechts partiktiliere atidientien van Z. M. gehad hebben, etl dat, tot op den dag, die zeek nabij is, wanneer wij tot eene plegtige audiëntie zullen zijn toegelaten gewordenen wanneer wij gevolgelijlc het officiële antwoord des konings gekregen zullen hebben, wij de wei gering nog niet als eene zekere en vastbepaalde zaak moeten aanmerken. Wat wij overigens, als stellig, in onze conferentien met den mi nister van buitenlandsche zaken vernomen hebben, komt hierop neer, dat de verkiezing van den hertog van Leuchtenberg door de mogendheden niet erkend zou zijn geworden (het congres zal ten spoedigste het be wijs er van, uit de officiële mededeelingengekregen hebben); dat zij zich zouden verzetten tegen elke poging van den Prins van Oranjeom in Belgie een gezag te hernemen, dat hij en zijne familie verloren heeft welke poging slechts de rust in ons vaderland en die der naburige staten in de waagschaal zou kunnen stellen; dat, eindelijk, Frankrijk onze be langen als zijne eigene zal ondersteunen, en dat, ten aanzien der punten betrekkelijk de schuld, onze grenzen en onze onafhankelijkheid, wij op zijne ondersteuning en onveranderlijke bescherming kunnen rekenen. „Ik geloof niet, mijn heer de president, dat de plegtige voorstelling van de deputatie des congres aan den koning der Franschen plaats heb ben zal voor het begin der volgende week. Mogen de woordendies van den troon zullen gegeven worden, zoodanig wezen dat zij aan de verwachting en de wenschen aller Belgen beantwoorden! Mogten zij strekken om aan ons vaderland den vrede de eendragt en de vrijheid te verzekeren Ontvang mijn heer de presidentde uitdrukking der ge voelens mijner achting." Na de lezing van dezen brief, deed de heer Lebeau een voorstel, in- naam der Belgische natie, dat het congres een besluit zou nemen waar bij eeii luitenant-generaal voor het koningrijk zon benoemd worden, dia de magt van het hoofd van den staat, volgens de constitutie, zou uit oefenen tot zoo lang de door het congres gekozen koning de kroon zou aangenomen en de constitutie bezworen zou hebben*, zullende de constitutie verpligtend wezenonmiddellijk na de benoeming van den luitenant-generaal des koningrijks. Dit voorstel is naar de sectien ver zonden. MIDDELBURG.den 18 februarij. Men schrijft ops uit IJzecjduke, den 11 februarij Heden hadden wij het genoegen den generaal-majoor baron des Tombe in onze provincie het bevel voerende, begeleid door eene afdeeling van het nieuw opgerigte korps vrijwillige .jagers te paardin ons midden te zien aankomen. Zijn hoog ed. gestr. hield, vergezeld door den heer ko lonel Ledel, benevens deszelfs adjudanten inspectie over de alhier in garnizoen zijnde twee kompagnien van het ede bataillon der 9de afdee-» ling infanterie onder bevel van den heer majoor Franzen. Schoon e» fier was de houding der troepenvooral onder het defileren van tijd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1831 | | pagina 1