MIDDELHUI? GSCIIE
w
COURANT.
N°. 21.
Donderdag*
17 Februarij 1831.
Nationale militie.
NIEUWSTIJDINGEN.
NEDERLANDEN.
BEKENDMAKING.
Burgemeester en wethouders der stad middelburg,
Hoofdplaats der Provincie Zeeland, gezien derzelver Bekendma
king van den 12 Januarij, jlate vinden bij dezer Stads-Coitrant van den
13 daaraanvolgende, brengen bü deze onder dankbetuiging aan die ge
nen der In- en Opgezetenen dezer Gemeente, welke edelmoedig genoeg
geweest zijn om vrijwilligter ondersteuning der Betrekkingen van de
uitgetrokken Schutters en Vrijwilligers dezer Stad in te schrijven of
in de rondgezondene Bussen geldelijke bijdragen ten dien einde te doen
ter kennis van dezelve, dat, alhoewel het ingeschrevene in de tegen
woordige tijdsomstandigheden als eene niet geringe som kan worden
aangemerkt, deze echter niet toereikende is om het ten 'voorschreven
einde maandelijks benoodigde te bestrijden en dat uit dien hoofde deze
vrijwillige inschrijvingen niet zullen worden opgehaald, doch door eenen
nader te bepalen omslagover de In- en Opgezetenen, verhangen.
Dat, uit hoofde van de onmogelijkheid om de onbekend gestorte gel
den in de Bussen, ten bedrage eener som van f 246,585, aan de Ge
vers daarvan terug te gevendeze gelden zullen worden gebezigd tot
het dófel waartoe dezelve zijn verstrektter ondersteuning nameniijk
van de .achtergelatdne betrekkingen van hen, die, hetzij volgens de Wet,
hetzij, vrijwillig, voor Vaderland en Koning de Wapenen hebben aan
gegord.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 14 Februarij 1831.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
LA N T S H E E R L. P.
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren',
Voor den Secretaris afwezig,
C A T S Griffier.
BEKENMAKING. J
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG,
Hoofdplaats van de Provincie Zeeland brengen bij dezen ter kennissc
van alle de genen dien zulks zoude mogen aangaan, dat de derde zitting
van den Militie-Raad bestemd tot beoordeeling en goedkeuring der
Plaatsvervangersalsmede tot regeling van hetgene betrekking heeft tot
de Nummerverwisselingzal plaats hebben voor de Ingezetenen van deze
Gemeente op Dingsdag den 22 Februarij, des morgens ten 10 uren, in
de Abdij binnen deze Stad en dat tot het afgeven van Certificaten van
goed gedrag, ten behoeve van Plaatsvervangers, ten Stadhuize door de
daartoe bevoegde Commissie zal worden gevaceerd op Vrijdag den 18
dezer des morgens van 9 tot 12 uren.
Wordende een iegelijk bij deze tqvens indachtig gemaaktdat, ach-
tërvolgens de Wet van 29 November 1830 Staatsblad no. 84), voor
deze Ligting als Plaatsvervangers zullen worden toegelaten alle Ingeze
tenen, onverschillig in welke Provincie zij gevestigd zijn, en hoe lang
zij in dezelve gewoond hebben.
De Nummerverwisseling wordt toegestaan aan alle geloot hebbende
Personender Kantonswelke deel maken van hetzelfde Militie-
Ressort.
En opdat niemand hiervan onkundig blijvezal deze worden gedrukt,
afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders in dezer Stads-Courant geplaatst.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 14 Februarij 1831.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
LANTSHEER, L. P.
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren
Voor den Secretaris afwezig
C A T SGriffier.
De ADMINISTRATEUR van 's Rijks Schatkist in ZEELAND adver
teert, dat van heden af, ten zijnen Kantore, zullen worden uitbetaald
alle de Pensioenen vervallen den 31 December 1830; wordende de be
langhebbenden bij deze nogmaals herinnerd, om tevens met hunne
Acten van Pensioen en Attestatien de Vitahun Doopcedulof zooda
nig ander Stuk over te leggen, waaruit kan blijken dat zijlieden niet in
de Zuidelijke Provinciën des Rijks zijn geboren.
Middelburg, den 17 Februarij 1831.
De Administrateur van 's Rijks Schatkist in Zeeland
P. P O U S.
DUITSCHLAND.
BERLIJN den 3 februarij. Dank zij het regtvaardig en vaderlijk be
stuur van onzen geè'erbiedigden koning, wij genieten in Pruissen eene
heilzame rust, welke de vrucht is van orde en van de algemeene over
tuiging dat wijzonder overhaastingmaar met vaste schredeneene
©pregtelijk voorbereidde vrijheid naderen. Behalve eenige oproerigheden
van eenige scholieren en werkgasten, is deze rust nimmer gestoord ge
worden, en zal ook niet gestoord worden, wat ook eenige oproersto-
kende dagbladen, die den oorlog verlangen, er vaii zeggen.
Het moet eiken vriend eener ware vrijheid tot voldoening verstrekken,
dat zelfs de Franschendie wij sedert hunne omwenteling van julij te
Berlijn hebben gezien, eenstemmig daarin overeenkomen, dat er in Frank
rijk in weerwil van deszelfs gouvernement en de groote nationale meer
derheid, eene, ongelukkig zeer magtige, partij bestaat, welke een ge
zworen vijand van den vrede is. Deze partij, bestaande uit carlisren,
republikeinenjonge geestdrijvers en avonturiers welke niets te verlie
zen hebben, bedient zich van elk middel om oorlog te verwekken. De
zelve zoekt voornamelijk op de minst beschaafde landlieden te werken,
en zij tracht bijzonder Pruissen af te schilderen als den bitteren vijand
van de vrijheid der Franschen, wien het vast besloten heeft aan te val
len. Ofschoon deze Franschen, die, sedert de laatste omwenteling, Ber
lijn hebben bezocht, de innige overtuiging hebben bekomen, dat onze
doorluchtige koning den vrede wil, en alles doet om denzelven te be
waren, moeten zij ondertusschen bekennen, dat het dezen oorlogstokers,
welke het tegendeel beweren, gehikt is den Pruisseben door het Frnn-
sche volk te doen haten. Het is treurig, dat dit volk, overigens zoo
verlicht, ons zoo weinig kent; dat het niet vveec dat het alleeji onze
wegen zijn die verschillendoch dat wij naar hetzelfde doel streven
en dat mitsdien de beide verliehtinglievende natiën geen reden heb
ben elkander te haten, maar bondgenooten behoorden te blijven, zich aan
het hoofd der algemeene beschaafdheid plaatsende. Wij zijn het die den
vrede verlangen en willen; geheel Duicschland wil dien met ons, gelijk
wij deszelfs onafhankelijkheid bij eeneli aanval zouden weten te ver
dedigen. 1
Duicschland haakt naar de vrijheidmaar het wil dezelve niet als een
geschenk van wiën ook; het wil dezelve aan hare eigene nationaliteit te
danken hebben, en niet als eene nieuwe mode van Parijs, welke op het
punt der bajonetten worden aangeboden. Dititschland waardeert de dap
perheid der Fransche natie, maar het-vreest die niet.
Ten aanzien van Polen kunnen wij meldendat de overdrevens om
wentelingsgezinde partij nog steeds de bovenhand in Warschau heeft;
doch meer en meer blijktdat in het overig gedeelte van Polen eene
veel 'talrijker partij bestaat, die alles zou willen doen om den oorlog met
Rusland te vermijden.
Een dagblad, dat te Posen (Pruissisch Polen) uitkomt, beweert, dat
ef onder de nieuw opgerigce Poolsche krijgsmagt eene vrij sterke partij
bestaat, welke verklaard had aan geene andere bevelen dan aan die des
keizers te zullen gehoorzamen.
Wat de zaken van Belgie betreft, wij weten niet wat daarvan te den
ken, vooral sedert het beruchte woord non-interventie een twijfelachtig
en onoplosbaar vraagstuk is gewordenvoorgesteld door dien modernen
Sphinxbekend onder den naam van Staatkunde.
's GRAVENHAGE den 13 februarij. Z. M. heeft den u dezer het
volgende besluit genomen
Op voordrage van onzen admiraal en kolonel-generaalvan heden,
1 itt. B. 110. 63
Willendebehoudens onze nadere bepalingen tot het oprigten of
dnarstellen van een blijvend gedenkceeken ter gedachtenis van de hel
dendaad en de hoogst edelmoedige zelfopoffering van den luitenant-ter-
zeè van de ede klasse ,7. C. .7. van Speykdoor zich met de onder zijn
hevel zijnde kanonneerboot 110. 2, op den 5 dezer, voor Antwerpen,
liever in de lucht te laten springen, dan te gedoogen dat onze vlag
eene vernedering onderging, reeds voorloopig zijnen naam aan de verge
telheid onttrekken
Hebben goedgevonden en verstaan te bepalen dat van nu voortaan
bij de Nederlandsche zeemagcaltijd een der schepen of vaartuigen van
oorlog den naam zal voeren van van Speykzullende al aanstonds de
tegenwoordig te Amsterdam in aanbouw zijnde korvet Argo herdoopt, en
aan dezelve den naam van van Speyk gegeven worden."
Gisteren avond is, in den Franschen schouwburg, door een der
tooneelistenhet Vaderlamdsch lied gezongen hetwelkj ter eere van den
moedigen luitenant van Speykdoor den heer Durand vervaardigd, en in
het Journal de la Haye van heden geplaatst is. De geestdrift der aan
wezigen werd daardoor zeer sterk opgewektdoch dezelve steeg ten
top, toen, op algemeen verzoek het Wilhelmus van Nassauen en het
volkslied werden aangeheven. Al de toehoorders stonden, zoodra zulks
aanving, op, en de zaal weêrgalmde van het daverend handgeklap en
van het herhaalde gejuich.
Volgens een bijzonder berigtis een deel van het lijk van den edelen
van Speykbenevens zijn eerekruiswedergevondenen zijn deze kost
bare overblijfselen terstond door den kommandant ter reede van Antwer
pen, Koopman, van den generaal van der Smissen gereclameerd.
De generaal van Geen heeft, bij eene dagorderbevel gegeven, dat
drie dagen bij het leger rouw zal worden gedragen, te rekenen van den
14 dezer, wegens het roemrijk overlijden van onzen held van Speyk.
De heer Mr. C. J. van Assen gewoon hoogleeraar in de regten
hééft II. dingsdag den post van rector magnificus der hoogeschool te Leijden
nëdergelegd, met hec houden eener plegtige redevoering; De immoderata
libertatis cupiditate calamitatum Europa effectrice dat is Over de over
dreven vrijheidszuchtde bewerkster van de onheilen van Europa.
Vervolgens werden aan de schrijvers der bekroonde prijsverhandelingen
de hun toegekende eerepenningen uitgereiktonder welke zich onder
scheidene studenten bevonden, die thans als vrijwilligers bij het leger
dienen.
Men spreekt van eene spoedige bijeenroeping der Staten-Generaal,
mogelijk reeds tegen den 20 dezer.
Men kan met grond wederspreken de loopende geruchtenwegenJ
de aanstaande oproeping van nieuwe bans der schutterij.
VrijThtg morgen zijn van hier naar het leger vertrokken 70 man
grenadiers en 70 man jagers.
Men zege dat de leden van het hoog-milicair geregtsbof, die te
Gent aangekomen waren zich incompetent verklaard hebben in de zaak
van Gregoirewelke alsnu voor den burgerlijken regter gebragt zal worden.
De heer Berte van Ecloo, bij wien Gregoire op zijnen doortogc afge
stapt was, en de pastoor van der Sraeten van Haesdonck, zijn in hechte
nis genomen en naar de gevangenis van Gent gebragt.
MIDDELBURG den 14 februarij. Bij vonnissen van de regtbank
van eersten aanleg te Zierikzeezijn in den loop van bet vierde kwar
taal 1830, elf personen tot geldboete veroordeeld, ter zake van over
treding op het stnlt der maten en gewigten.
De iste luitenant Scheidiusdie op de grenzen van Staats-Vlaan-
deren door de vijandelijke troepen was aangehoudenterwijl hij zich naar
hunne voorposten als parlementair begaf, om een zijner manschappen te
rug te vorderen, is dezer dagen te Sas-van-Gent teruggekomen, mede
brengende eenen brief van den generaal Duvivier aan den luitenant-kolo
nel Ledelwaarbij deze te kennen geeft, dat het ophouden van genoem
den officier geenszins aan vijandelijke bedoelingen moesc worden toege
schrevenmaar geschied was om hem vrij te waren voor mishandelingen
waaraan hij welligt zou zijn blootgesteld geweest.
-Onlangs is door het Journal d'Anvers gemeld, dat Z. M. de Ko
ning de pensioenen aan de leden der Belgische geestelijkheid en dér alta-
demie van schoone kunsten steeds deed uitbetalen. Dit berigt wordt
thans door het Journal de la Haye stellig wedersproken.
Men spreekt vrij stellig van een nieuw protocol der Londensche
conferentie, waarbij aan het Belgisch provisioneel gonvernemenGzouge-