MIDDELBURGSCHE
COUR A N T.
N\ 15.
Donderdacr
3 Februarij 1831*
ME IITVSTIJ DINGEN.
NEDERLANDEN.
PUBLICATIE.
Burgemeester en wethouders der stad middelburg,
Hoofdplaats der Provincie Zeeland, brengen bij deze ter kennisse van
een ieder wien zulks zoude mogen aangaan dat het Z. M. den Koning
behaagd heeft, bij Hoogstdeszelfs besluit van den 3 dezernó. 6, te
bepalendat het aan eenen Broeder vrij zal staanzijnen Broeder
dienende bij den isten Ban der Schutterijen, te vervangen, al heeft hij
ook den ouderdom niet, bij de wet, voor de Schutterlijke dienstge
vorderd.
- Dat de voorwaarden op welke die vervanging zal kunnen geschieden
zijn, dat de als Plaatsvervanger optredende Broeder, ten minsten den
ouderdom van Achttien jaren volbragt hebbevoor de dienst geschikt
zij en verantwoordelijk blijve voor de vervulling der verpligtingen
Welke op denzelven nu reeds, tén aanzien van de Nationale Militie,
g&V.ragt zijn, of eventueel mogten worden, in welk geval, de gerem
placeerde Broeder gehouden zal zijn wederom in Persoon bij den isten
Ban der Schutterij in dienst te treden of daarbij eenen anderen Plaats
vervanger te stellen.
Dat de verzoeken tot bovengemelde vervangingen, op de wijze,
voorgeschreven bij Koninklijk besluit van den- 29 November jl. Staats-
blad no. 85)aan den Heer Gouverneur der Provincie zullen moeten
worden ingezonden, die bevoegd is daaromtrent, met twee leden van
Gedeputeerde Staten, tb beschikken; zullende voor degenen, welke
met de Schutterij reeds hunne Woonplaats hebben verlatendie inzen
ding geschieden door tusschenkomst van den Bevelhebber van het Korps
en den Plaatselijken Kommandant, en voor de zoodanigen behoorende
tot een gedeelte Schutterijhetwelk nog niet is uitgetrokken, door
tusschenkomst van het Plaatselijk Bestuur hunner Woonplaats.
En opdat hiervan een ieder behoorlijk kennis dragezal deze worden
afgekondigd en in dezer Stads.Courant geplaatst.
Gedaan te Middelburg, den 31 Janunrij 1831.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
LANTSHEER, L. P.
Ter ordonnantie van Hun Ed, Achtbaren,
Vbor den Secretaris afwezig
CATS, Griffier.
NATIONALE MILITIE.
BEKENDMAKING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad MIDDELBURG,
Hoofdplaats der Provincie Zeeland, brengen bij deze ter kennisse van
alle de genen, die daarbij eenig belang mogten hebben, dat de tweede
Zitting van den Militie-Raad zal plaats hebben op Woensdag den 9 Fe
bruarij, des morgens ten tien uren, op het gewone Lokaal, in de Abdij
binnen deze Stad dat voor dezelve moeten compareren alle de in dit
jaar geloot hebbende Personen welke vermeenen regt op vrijstelling
te hebben.
Wordende mitsdien alle belanghebbenden bij deze aangemaand, om
zich op voorschreven plaats en uur voor den Militie-Raad te sisteren.
En opdac niemand hiervan onkundig blijvezal deze worden gedrukt,
afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders in dezer Stads-Courant geplaatst.
Gedaan ten Raadhuize der Stad Middelburg, den 31 Januarij 1831.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
LANTSHEER, L. P.
Ter ordonnantie van Hun Ed. Achtbaren,
Voor den Secretaris afwezig
CATS, Griffier.
DUITSCHLAND.
BERLIJN den 24 januarij. De Poolsche dictator, generaal Chlopic
ki, heeft den 18 dezer het hem toevertrouwde oppergezag nedergelegd
en wel, zoo het heet, opdat de rijksdag met volkoulene onafhankelijkheid
zou kunnen beraadslagen over de middelen tot behoud van Polen en des-
zelfs regtenen zich tevens zoude kunnen bezig honden met de keuze
van eene regering en van eenen opperbevelhebber der krijgsmagt.
De rijksdag is werkelijk den 19 geopend, waarin van deze zaak is
kennis gegeven.
Uit onderscheidene berigten mag men opmakendat de generaal
Chlopicki van den aanvang van den Poolschen opstand geene algehecle
afscheuring van Rusland heeft in het oog gehad waartoe de meer he
vige partij in den laatsten tijd alles heeft zoeken voor te bereiden
en tegen welker pogingen de dictator niet meer bestand was.
Mogelijk is het, dat ook het bewustzijndat, niettegenstaande de
geestdrift, de opofferingen en wapeningen der Polen, zij toch ten laat
ste voor de overmagt van des keizers legers zouden moeten zwichten
den generaal Chlopicki genoopt hebben zich van deu zwaren last die
op zijne schouders lag, te ontdoen.
I-Iier, te Berlijn, schijnt men, na de jongste berigten uit Petersburg
en Warschau, alle hoop op een minnelijk vergelijk tusschen beide partijen
opgegeven te hebben, en ziet men een' nabijzjinde strijd tegemoet.
Eenige buitenlandsche dagbladen hebben er van gesproken, dat ons hof
pogingen tot bemiddeling van de Poolsche zaak zou hebben aangewend
doch dit blijkt allezins ongegrond te zijn.
BERLIJN den 27 januarij. Ten gevolge van de vrijwillige aftreding
van den generaal Chlopicki hebben de hooge krijgsraad de raad van be
stuur en eene commissie uit de beide kamers den 20 dezer te Warschau
'eene vergadering gehouden, om eene lijst van kandidaten voor den post
van opperbevelhebber des legers op te maken. Denzelfden avond heb
ben de beide kamers van den rijksdag eene vereenigde zitting gehouden,
en daarin, van de voorgedragene kandidaten, den vorst Radziwil met
eene groote meerderheid tot opperbevelhebber des Poolschen legers be
noemd.
Den 17 was te Bazel de rust genoegzaam hersteld. De landlieden
waren door hunne herhaalde nederlagen van hunne onmagt overtuigd
geworden, en zouden, naar alle waarschijnlijkheidvan alle nieu
we ondernemingen tegen de stad afzien. De stedelingeu bleven ecluer
oog onder de wapenen.
Nadat in het kanton Bern de gisting der gemoederett tot eene ïeef
bedenkelijke hoogte geklommen was, zoodat de regering de overtuiging
bekomen had, dat zij niet meer tegen den stroom bestand was, heeft
dezelve zich, bij besluit van den 13, voor ontbonden verklaard, en Zich
slechts provisioneeltot de invoering van eene nieuwe staats.regeling
en de benoeming van een nieuw bestuur, met het beheer der zaken
belast.
GROOT-BRITTAN JE.
LONDEN den 21 januarij, Z. K. H. de Prins Van Oranje heeft
gisteren een lang gesprek met den burggraaf Palmerstonaan het bu
reau van buitenlandsche zaken, gehad. Onmiddelijk na het vertrek van
hoogstdenzelven hebben de gevolmagtigden van de vijf mogendheden
zich in conferentie vereenigd, om over de Belgische Aangelegenheden
te handelen. Aan deze conferentie hebben deel genomen de prins do.
Tal/eyrandgezant van Frankrijkde Russische en Oostenrijksche am.
bassadeurs, de Pruissische minister, de graaf Mastuschewitzde baron
von Westenberg en de burggraaf Palmerston. Deze bijeenkomst heeft
omtrent drie uren geduurd. Gisteren hebben de commissarissen van
Belgie, de heeren Sylvain van de Weyer en Vilainmet den burggraaf
Palmetston aan het bureau van buitenlandsche zaken een onderhoud
gehad.
f De heer CConellin weerwil van de proclamatien des onder-ko-
nings van Ierland, onwettige bijeenkomsten hebbende gehouden, is des.
wege met drie zijner vrienden de heeren LawlessReynolds en BarfcJt,
in hechtenis genomen, doch onder behoorlijken borgtogt ontslagen.
Aanstaanden maandag moeten zij voor het geregcshof van 's koningi bank
verschijnen. Deze regterlijke vervolging heeft te Dublin veel indruk
gemaakt.
De zaakgelastigde van het thans in Warschau bestaande bestuur
de marquis Alex. Wielopolskizoo het schijnt, een zeer bekwaam di
plomaat, is alhier aangekomen om de goede diensten van het Engelsch
gouvernement in te roepen. De Courier noemt de eischen der Poletv
zeer billijk. Zij vragen geeue volkomene onafhankelijkheid, maar al.
leen de hun door keizer Alexander toegezegde constitutie. Dat blad
dringt er op aandat keizer Nikolaas deze vorderingen in willige.
Men verhaalt, dat te Portsmouth ijverig gewerkt wordt aan het
uicruscen van eenige oorlogschepen, wier bestemming evenwel nog lllet
bekend is.
Een bijzondere brief uit 's Gravenhagedoor den Courier mede
gedeeld roemt de schoone manhafte houding van de Nederlandscha
troepen, bijzonder van de schutterijen. Dezelve betuigt, dat de geest,
drift in het Oud- Nederland steeds hooger en hooger stijgt. Het geheela
bedrag der vrijwillige giften wordt daarin op 4 millioenen gul
dens begroot. Onder de edelmoedige schenkers moeten vier heeren uit
Amsterdam niet minder dan 240,000 gulden in persoon aan den Koning
hebben aangeboden.
FRANKRJJK.
PARIJS den 24 januarij. De Gazette de France beschouwt heden da
moeijelijkheden welke Belgie zich door zijne omwenteling op den hall
heeft gehaald, en laat zich deswege, onder anderen, aldus uit:
n Het roemrijk Belgie zendt couriers naar alle landen, om te vernemen
eerscelijk, of hetzelve onafhankelijk is; eene zaak, welke het gelooft,
doch waarvan het niet zeker zal zijn vóór dat men zulks wel beves
tigd hebbe de Belgische zaakgelastigden zijn tevens gelast te polsen
of men het souvereine volk ook vergunnen zalzich tot eene republiek
te verklaren. Het Londensch congres toonde zich hiertoe gansch niet
gezind. Het Brusselsch congres betuigt hierop dat de zaak volstrekt
geen kwestie meer zal zijn. Maar, vraagt het, dan zal het ons niettemin
vrij staan om een' koning te kiezen? Wel voorzeker, antwoorden ftl
de mogendheden dit is een onvervreemdbaar regtde hemel behoeda
ons dit te betwisten. Neem onzen prins, roept Engeland Belgie toe.
Onmogelijk, want Frankrijk wijst hem af. Indien dit er ons echtereen
kon geven? Wij, antwoord het Palais.Royalwij leveren alleen de ko
ninginnen Engeland schenkt de koningen. Wel nu Neem ons dan aan,
lijf ons in uwe repvhlikeinsche monarchy in. Neen, dat zullen wij nim
mer doen. Nimmer! dat zullen wij zien; wij znllen er u wel toe we
ten te dwingen, antwoorden de Belgen verbolgen: maar kortom, zul
len wij voor het tegenwoordige, ten minste eene grenslijn hebben?
Gewis. Zullen wij de Schelde overtrekken Even gemakkelijk als gij de
heide passeert. Maar wanneer Wanneer de Hollanders het zullen toe
staan. O! mijn Hemel, wat is het moeijelijk eene roemrijke omwente
ling ten einde te brengen!
Zoodanig is de toestand van het Belgische volk; dat men oordeele,
of hetzelve regt heeft zich er op te verhoovaardigen 1 Vroeger rijk,
gelukkig rustiggeraadpleegd over al de groote belangen van Europa
had hetzelve alleen naar den Koning van Holland om te zien; thans ia
het van alle souvereinen afhankelijk en kan er niet in slagen een' vorst
te vinden, die over hetzelve wil regeren. Belgie is er toe gebrngt, om
de coquette jegens de kleine prinsen te spelen het ontvangt briefjes en
portretten van dezelve maar de groote vorsten betoonen te zijnen aan
zien eene strengheid, welke door deszelfs ondankbaarheid jegens de Nas
sau's geregtvaardigd wordt. Wanneer Belgie's senaat er van spreekt,
om den hertog van Leuchtenberg te kiezen, zegt men tot denzelven:
onderneem het niet. Ten aanzien van den heer de Mêrodeantwoordt
men: Foei toch!. En over den heer Rogier, lacht men. Maar wie zal
dan toch onze koning zijn, roepen de Belgen uit? Dan toont men
hetom derzelver wanhoop te stillenprins Otto die hun al zeer klein
toesqhijnt."
De Tempseen ministerieel blad, stelt, op eenen meer ernstigen topti
voorde Belgische provinciën te verdeelen, als het geschiktste middel 0111
de benoeming van 'den hertog van Leuchtenbergvoor wien ons ministe.
rie groote vrees aan den dag legtte vermijden. Het Journal des Débatt
en andere liberale bladen spreken meer of min in denzeifden geestof
zijn voor de vereeniging met Frankrijk,
's GRAVENHAGE den 2 6 januarij. Inde bijeenkomst der Tweeda
Kamer van beden zijn de sectien veranderd. Ais presidenten zijn benoemd
j de heeren Donker en Frets van Asc'i van Wijk en GockingaBijieveld
i en van Lijndenvan Randwijk en de Jonge Sijpkens en SandbergCor~